Vanmiddag fiets ik op mijn tandvlees naar de, ja wat is het eigenlijk, praktijkbegeleidster? van het Antroposofisch Therapeuticum. Het is alweer de derde afspraak met deze dame. En nog steeds heb ik geen idee wat ik ik ervan kan verwachten. ‘Ik denk dat ik er verder maar van af ze,’ besluit ik bij mezelf.
Ik heb genoeg medische afspraken. Het moet me wel iets brengen, anders kost het me alleen maar energie. En die heb ik niet.
Afgelopen weekend ben ik over mijn grenzen gegaan. Ik heb zowaar twee dagen achter elkaar gepiekt en dat kan ik beter niet doen, want daarna is de koek dramatisch op. Helaas moest ik ook nog eens naar de dierenarts vandaag. En nu dus weer dit. To much. Ik kan wel spugen van moeheid.
De POH GGZ, ik heb het eventjes opgezocht, ofwel Praktijkondersteuner Geestelijk Gezondheiszorg, zit op de zolder van het oude sfeervolle pand. Al halverwege de eerste trap weigeren mijn benen dienst. Knarsentandend en inwendig vloekend puf ik langzaam de tweede steile trap op. Mijn god. Wat moet het weer worden vandaag?
Zodra ik binnen ben val ik min of meer in een stoel. Op.
‘Zo Heks, hoe gaat het? Je ziet er goed uit!’ begint de vrouw haar verhaal, terwijl ik bijna lallend van uitputting antwoord dat het nogal meevalt met hoe het gaat. Niet geweldig. Ik hannes door allerlei virusellende heen. Maar ik heb een leuk feestje gehad zaterdag. En een concert op zondag…..
Ze haakt gelijk in op het feestje en het concert. En dat ik het toch zo geweldig doe in mijn leven bladiebla. Op de 1 of andere manier is dit allemaal precies tegen het zere been. Ik moet nu natuurlijk zeggen hoe fantastisch en volmaakt gelukkig ik ben ondanks alle ellende.
En dat ik toch zo mindful bezig blijf ondanks dat ik wel kan kotsen van uitputting. Want deze vrouw houdt van Mindfulness. Ze geeft er trainingen in sinds het in de mode is geraakt. En zoals dat wel vaker gaat sinds het een hype is geworden is Minfulness opeens een middel geworden om je doel te bereiken. Omgaan met ME bijvoorbeeld. Misschien zelfs wel genezen van die ziekte! ‘Geweldig hoe goed jij kunt genieten!’
Ik weet niet wat ze allemaal van Heks terug wil horen, ik heb een vaag vermoeden, maar ik wil het niet zeggen. Is ze nu helemaal betoeterd? Ik kom hier niet voor de kat zijn kut. Ik zit hier niet om te horen dat het allemaal niks voorstelt met mijn ziekte en dat ik het gewoon geweldig doe.
En wat is dat voor’n geneuzel over genieten? Zit ik hier soms te genieten?
‘Ik sta elke dag doodziek op en ben totaal niet vooruit te branden. Alles kost moeite, alles doet zeer. En ik heb geen greintje energie en dat went nooit. Ik zit elke dag uren moed te verzamelen om het laatste avondrondje met mijn hondje te lopen,’ probeer ik haar de ogen te openen voor mijn dagdagelijkse realiteit. Het is bepaald niet elke dag een feestje.
‘Ik vind het behoorlijk irritant dat gezwaai met hoe goed ik kan genieten, als ik vertel over een feestje. Dat slaat toch nergens op? Iedereen kan wel ergens van genieten, zo moeilijk is dat niet, maar het heeft niets te maken met waarom ik hier ben. Ik heb een invaliderende ziekte. En daar valt weinig aan te genieten. Maar nee. Daar is niets aan te doen. Dus moet ik maar flink genieten? Zoiets zeg je toch ook niet tegen iemand met kanker of MS?’
‘Iedereen heeft wel wat,’ zemelt het mens vrolijk verder. Nou moe. ‘Ik heb bijvoorbeeld een versleten knie,’ glimlacht ze vals. Huh? Hoor ik het nu goed? Gaat ze die troefkaart uitspelen? Jazeker!
‘Ik kan bepaalde dingen niet die jij wel kunt,’ wrijft ze het er nog eens in. Heks betwijfelt het, ‘noem maar eens iets’ wil ik roepen, maar ik ga die strijd niet aan. Ik heb ook rare knie tegenwoordig.
Alsmede een vreemde voet, gekke ellebogen, klotsschouders, een kraknek, scoliotisch feestje in de wervelkolom een een hectisch nek-herniaatje…… Dit alles overgoten met een artrotisch sausje. Jammie!
Ik weet dan ook niet hoe snel ik weg moet komen bij die gezegende gek. Wat gaan we nu krijgen? Als ik niet lieg dat ik gelukkig ben doet zij het wel. ‘Je doet het heel goed, Heks. Dat vind ik echt heel knap. Maar ik denk niet dat je ook maar ergens hulp zult vinden. Je zult het echt helemaal zelf moeten doen. Je eigen therapeut zijn als het ware…..’
Hetgeen ik al dertig jaar ben. Dat is juist mijn ellende, ik moet het altijd maar uitzoeken in mijn eentje. Daarom heeft mijn huisarts me naar dit mens gestuurd. Om me te ondersteunen. Niet om over haar eigen kwaaltjes te beginnen!
Als ik thuis ben ben ik nog niet bekomen van dit bijzonder onaangename gesprek. Moet ik me weer verdedigen dat er echt iets aan de hand is. Zit iemand me weer min of meer beter te verklaren. En als dat niet helpt heeft iedereen wel wat. Het lijkt verdorie wel een gesprek met mijn zuster. Die zegt dat ook altijd.
Maar goed. Ik ben ook wel heel erg moe vandaag. Keelpijn van vermoeidheid. Misselijk en draaierig. Lallerig en halfzacht. Dat krijg je ervan als je een paar uur naar een feestje gaat. Moet je ook niet doen, gare Heks.
‘Zou het je niet heel erg veel energie kosten, dat gescheld?’ vraagt de begeleidster nog als klap op de vuurpijl, voordat ik weg ga. Niet begrijpend kijk ik haar aan. Wat bedoeld ze nu weer. Ik heb haar verteld, dat ik mezelf vaak op gang scheld. Vooruitschop. Het is regelmatig de enige manier om iets voor elkaar te krijgen……
‘Nou, schelden kost gewoon heel veel energie. Misschien als je het nu eens allemaal aardig aan jezelf zou vragen…..’
Ach, Heks word toch zo moe van dit soort gezemel. Al dertig jaar krijg ik vergelijkbare flauwekul naar mijn kop als het over mijn ziekte gaat. Alsof ik ME heb, omdat ik teveel scheld. Wat een gelul.
Voordat ik ziek werd schold ik nooit. Ik liet me verrot slaan en hield mijn kop. Ik liet me kleineren en zei geen stom woord. Ik liet me afknijpen en accepteerde zonder morren. De grootst mogelijke ellende heb ik zonder enig protest verstouwd. En toch ben ik ziek geworden.
Of misschien juist.
Op de valreep geeft de dame me nog een folder. ‘Welzijn op recept’ staat er op. ‘Die mensen komen bij je thuis om samen aan je gezondheid te werken,’ licht ze toe. Het wordt volgens haar vergoed. Nou ja. Misschien is vandaag toch niet helemaal nutteloos geweest. Ze bedoelt het in ieder geval goed. Ook al heeft ze geen idee.
Wonderlijk eigenlijk. POG GGZ is wel een vak, waar je voor wordt opgeleid. Dus dit verwacht je niet bij een consult.
‘Dank je wel, ik wil het hier verder bij laten. Ik moet eens goed nadenken waar ik dan wel de ondersteuning kan vinden, die ik behoef,’ ik geef haar een hand. ‘Niet te hard schudden,’ waarschuw ik.
Volgens haar bestaat zoiets niet. Moet ik van dat idee af. Dat ik ergens zou kunnen worden geholpen. Genieten is haar devies.
Dat is nog steeds het protocol hier ter lande. Diemensen met ME moeten worden gestimuleerd om weer te bewegen, te genieten en eindelijk eens op te houden met zeuren over niet bestaande kwaaltjes. Zucht.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.