‘Dat het allemaal maar mag. Dat het allemaal maar kan….’ Heks zit voor de televisie. Een actualiteitenprogramma. Het gaat over de Amerikaanse verkiezingen. Hoe die fijne republikeinen er voor proberen te zorgen dat de democraten niet kunnen gaan stemmen. Huh? Een democratie, waarin men probeert om mensen te verhinderen om hun stem uit te brengen? Gestoord. Idioot. Volstrekt bezopen.
Maar ja, what ’s new? In die bananenrepubliek, dat derde wereldland. Dat land, waarin je het volgens recent onderzoek als kind heel slecht hebt over het algemeen…. Ze staan in de top 3 van de wereld, wat dat betreft……. Je kunt er alles van verwachten. Behalve rechtvaardigheid, gelijke kansen en een eerlijk debat.
Dat land wordt sinds jaar en dag geregeerd door een stelletje rasnarcissen. Met kleine tussenpozen. Als er een keertje een mens aan de macht is, zoals tijdens Obama. De structuur van die maatschappij is geheel conform de gemiddelde…. ja wat? Waar kun je zoiets nu mee vergelijken? Een dictatuureluurs? Een politiestaatapparaat?
Een democratie is het in elk geval niet. Daarin zouden zulke praktijken verboden zijn. In een democratie telt elke stem. Mensen, die dat proberen te verhinderen moeten de bak in wegens hoogverraad.
Nu hoort die dikke president natuurlijk thuis in het gevang. Hij heeft de wet met voeten getreden tijdens zijn schrikbewind. Ook ontduikt hij de belastingen. Stinkend rijk als hij is. Maar die volgevreten proleet zit nog steeds in zijn witte huisje te rochelen.
Nou ja, waar heb ik het weer over? Een terloops oprispinkje, een vieze smaak in mijn mond. En de dag moet nog beginnen.
Heks wil een gezellig blogje schrijven. Maar dat valt nog niet mee. Je moet in elk geval niet de TV aan zetten. Al zeker niet naar een actualiteitenprogramma kijken. Je kunt beter met een pup door de stad wandelen. Alle gezichten gaan open, alle ogen worden zacht, zorgelijke wangen plooien zich in een lach.
De mensen zijn weer zo gestresst, ik ben de afgelopen dagen al een paar keer flink uitgekafferd door een wildvreemde. Mijn pup niet zichtbaar in haar mandje. Zo zonder schattige buffer zijn de rapen snel gaar. Een man op de fiets spuugt een grote klodder mijn kant op bijvoorbeeld. Ik steek net de sleutel in het slot van de voordeur. Als ik verschrikt reageer, gaat hij helemaal uit zijn plaat.
Schuimbekkend en woest schelden fietst hij de straat uit. Ik hoor hem drie blokken verder nog tekeer gaan. Van god los.
Ook word ik helemaal verrot gescholden door een bitch in een grote witte dure auto. Kamerbreed staat ze aan het eind van de steeg geparkeerd. Midden op straat, niemand kan er langs. Een vrouw wurmt zich toch langs de auto en vertrouwt me toe, dat de kenau zit te appen. ‘Ze reed net bijna over me heen, het gekke mens. Ik kon nog net opzij springen.’
Ik tik op het raam, om haar te manen nu eens eindelijk door te rijden. Het raampje zoeft omlaag en een witheet blond opgepoetst hoofd begint tegen me te schreeuwen. Ze is niet van plan om te vertrekken, wat denk ik wel! Ze zit niet te appen, hoe kom ik er bij?
Even overweeg ik mijn fiets met kar weer om te draaien, maar ik krijg het niet voor elkaar. Ik heb me klem gereden. Na een nachtje met een jammerende pup, die opeens geen zin meer heeft om met VikThor in de bench te slapen, na een gebroken nacht met een aantal wandelingen door de steeg, na zo’n nacht…..
Heks ploft bijna uit haar vel. De vrouw rijdt nu zelfs naar achteren om me te pesten. Helaas voor haar helpt ze me hiermee uit de brand. Plotseling zie ik een mogelijkheid om me toch tussen de auto en een Leids glibberpaaltje door te wurmen. Soepeltjes glijd ik door de ontstane opening. Niet veel later sta ik pontificaal voor haar auto.
Er heeft zich een hele menigte gevormd. Gespannen volgen ze onze verrichtingen. Ik moet toegeven, dat ik me redelijk triomfantelijk voel, nu ik de vrouw verhinder om de steeg te verlaten. Vrolijk lachend kijk ik haar aan. Ze kan nu zelf geen kant op, tenzij ze pontificaal over me heen walst. Hetgeen ik bepaald niet uit sluit, als ik haar opgewonden kop weer zie verschijnen. Naast haar auto deze keer.
Wat zich dan ontvouwt, daar lusten de honden geen brood van. Daar is geen puppenkruid tegen gewassen.
Het gekke mens is uitgestapt. Ze staat van alles te schreeuwen. Zoals, dat ze niet zit te appen. Nee, nu niet meer, dat zie ik ook wel. Dan begint ze me te beschuldigen, dat ik haar auto heb bekrast. Hetgeen niet zo is. Maar misschien zit er een oude kras ergens en wil ze me die in de maag splitsen….. Heks wacht het niet af.
Even later sta ik trillend in een park, Freya heeft een date met een andere pup. Haar grote vriendin Sierra. Het duurt even, voordat ik ben bijgekomen van deze van agressie vergeven gebeurtenis.
Ja, de Coronastress is weer voelbaar op straat. Heks vind het echt helemaal niks. Ik herinner me maar al te goed, hoe ik bijna dagelijks door 1 of andere voorbijganger voor hoer ben uitgemaakt het afgelopen voorjaar. Omdat ik voorzichtig ben. Omdat ik mondkapjes draag. Omdat ik besta misschien…..
Ik denk, dat ik pup Freya als een hoedje op mijn kop ga dragen de komende lockdown. Wel zo veilig. Een vrolijke noot nu de nood zo hoog is. Draag ik tot mijn steentje bij aan een opbeurend geluid in deze gestreste tijden.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.