Nee is nee is best OK. En wie niet horen wil moet maar voelen. Heks mijmert over het vreemde fenomeen dat mijn neen zelden wordt verstehen. Wat in iemands kop zit kun je nooit weten. Soms is het een tumor. Soms tegen beter weten volharden in je plannetjes. Ook al kun je dat gevoeglijk vergeten……

‘Zal ik je eens lekker masseren?’ vraagt Hawk voor de zoveelste keer. En opnieuw leg ik hem uit, dat ik er geen behoefte aan heb, dat het niet gaat gebeuren. Nooit. Maar ik word er wel een beetje flauw van. Hij heeft er duidelijk zijn zinnen op gezet. ‘Ik heb een lastig lijf, Hawk. Ik word met enige regelmaat gemarteld door een heel team fysiotherapeuten. En daar laat ik het bij.’

En ik heb er sowieso geen behoefte aan. Ik weet heel goed wie ik wel aan mijn lijf wil hebben…….

Grenzen, grenzen en nog eens grenzen stellen. Bewaken. Hanteren. Iets dat me van nature niet goed afgaat. Maar door schade en schande wijs geworden stop ik er nu veel meer energie in. Het gaat me niet meer gebeuren, dat ik voor nare verrassingen kom te staan. Zoals die keer jaren geleden, dat een oude man zich stiekempjes uitkleedde in mijn woonkamer, terwijl hij geacht werd een fles wijn open te maken.

Heks gaf intussen de katten eventjes eten. In de keuken. Toen ik me weer bij hem wilde voegen zat hij spiernaakt op mijn Perzische tapijtje met zijn dikke oude mannenbillen. Om me vanuit die positie onverhoeds te bespringen. Met veel moeite heb ik zijn rimpelige maar sterke lijf, hij was beeldhouwer, de deur uitgewerkt.

Hij heeft me nog weken gestalkt, maar opeens was hij dood. De man bleek door een hersentumor enigszins ontremd te zijn geraakt. Ik heb het hem dus maar vergeven, maar vergeten ben ik het niet.

Heel soms, als ik zijn fallische beelden her en der hier in de stad zie staan, krijg ik nog wel eens de aanvechting om er eentje om te zagen. Met een plasmasnijder moet het lukken!

Hawk en Heks hebben het altijd heel gezellig. En dat wil ik natuurlijk graag zo houden. Samen een hapje eten of een half glas wijn delen, even lekker met de hondjes lopen, een bosje bloemen voor mij en een potje jam voor hem……. Nu zitten we weer heerlijk in een strandtent uit te rusten van een wandeling. Allemaal ontzettend gezellig! Maar masseren is geen optie.

‘Mijn ex, Bot Not, zei altijd dat mensen niet naar me luisteren, door de manier waarop ik dingen zeg,’ vertel ik Don, die die tobbende botterik ook heel goed gekend heeft, ‘Volgens hem had ik het helemaal aan mezelf te danken dat iedereen altijd en eeuwig over mijn grenzen walst.’

De Don wordt kwaad. ‘Wat een onzin, Heks, als je toch duidelijk iets tegen iemand zegt en die persoon luistert niet naar je, dan is het gewoon een eikel.’ Hij heeft gelijk. Die botte narcist uit mijn verleden liet me inderdaad altijd kletsen. En dan gaf hij mij daarvan ook nog de schuld! Narcist eigen.

En niet alleen hij. Mensen, die ik duidelijk maakte dat ik geen zin had in hun hopeloze vreemdgangersverhalen bijvoorbeeld, duwden die onverkwikkelijke geschiedenissen vervolgens even zo hard door mijn strot.

Of ik wees zo respectvol mogelijk iemand af, die graag een relatie met Heks wilde, om er vervolgens achter te komen, dat die persoon zo ongeveer dacht dat ik intussen wel eens verliefd op hem was. Waarop ik weer afwees. Wat dan weer heel anders werd geïnterpreteerd. En dat dan vijfentwintig keer achter elkaar. Met verschillende kandidaten.

En zo kan ik wel tien miljoen voorbeelden geven, waarin mijn stemgeluid werd versleten voor gezaag. Of achtergrondgeruis. Of waar mensen iets heel anders meenden te verstaan, dan dat er werd gezegd. Ja is nee. En nee is ja.

Ik ben niet de enige met dit probleem. Hele volksstammen denken dat nee ja betekent. Of ze vinden dat dat zou moeten……

‘Je weet nooit wat er in iemands kop omgaat, dat is de grootste les, die het leven me geleerd heeft,’ hoorde ik ooit een spiritueel leraar op televisie verkondigen. En het is waar. Je weet het niet.

Het kan heel goed zijn dat Hawks aanbod om me eens lekker te masseren heel onschuldig is. Ik ken hem nog niet goed genoeg om dat te beoordelen of in te schatten.

Maar ook in dat geval zie ik er geen heil in. Er zijn genoeg andere dingen, die ik graag met hem deel. Maar masseren bewaar ik voor mijn nieuwe lief. Mijn aanstaande. Die nogal op zich laat wachten…….

Ik hoop dat hij het een beetje in zijn vingers heeft!

 

 

 

Leef je nog Heks?  Ja. Maar langzaam. Adem in, adem uit. Morgen is er weer even dag!

  
De eerste keer dat ik een maand in Plumvillage verbleef, nu precies tien jaar geleden, nam ik uiterst fanatiek deel aan het programma. Ik stond om vier uur op. Zat om vijf uur te mediteren . Om zeven uur was ik alweer present voor de dharmatalk van Thich Nath Hanh. Ik stond eindeloos in de rij voor mijn ontbijtje. Daarna ging ik mee met de wandelmeditatie. En ik deed ook braaf mee aan allerlei klusjes…..

 

  

Door de grote hoeveelheden natriumglutamnaat in het eten sliep ik helemaal niet ’s nachts. Ik gebruikte nog geen LDN, dus ik pikte alle rondwarende retraitevirissen mee. …-

Natuurlijk was ik volledig gesloopt na drie weken. Ik ben ongeveer een jaar bezig geweest om weer bij te komen. De keren daarop nam ik flink gas terug. Na mijn auto-ongeluk werd het een compleet ander verhaal. Een jaar erna ging ik weer naar Plum, met whiplash en al, maar mijn verblijf in een simpele tent op een dun matrasje was duidelijk te hoog gegrepen. 

Sindsdien kampeer ik in vol ornaat. Een compleet hemelbed staat achter in mijn tent. Als een prinses op de erwt lig ik op een stuk of drie matrassen en een stretcher. Bedolven onder een stapel dekens. Mijn hoofd rust op mijn geliefde boekweitkussen. 

Ook volg ik een verlicht programma. De ochtend meditatie sla ik vaak over. Liever kom ik aan voldoende uren slaap. Ik ontbijt lekker in mijn tent met glutenvrije spulletjes. Ik rijd niet mee met een bus, noch wandel ik drie kwartier tegen een berg op. Nee. Ik rijd lekker in mijn gele gevaar van hot naar haar. Onderweg pik ik Vietnamese zustertjes op. Of een wandelaar met kramp in de kuiten. Dankbaar nestelen ze zich op de achterbank van mijn parkietje. 

–  
In de namiddag doe ik mee aan het dharmadelen in mijn familie, maar daarna eet ik in mijn tent. Als er geen darmengedeel is, eet ik met mijn familie. ’s Avonds poets ik de plaat. Maar niet altijd. Soms zit ik toch weer vooraan bij een of andere presentatie.

En raad eens? Ik voel me veel beter. Relaxed in plaats van opgejaagd. Uitgerust in plaats van gestrest. Het is natuurlijk te gek voor woorden dat je burn out raakt van een retraite in een klooster. Dat gaat me niet meer gebeuren. Nu zit ik bijvoorbeeld lekker in het mannenklooster. Ik heb hier gegeten. Het eten is veel beter te verteren voor Heks bij de monniken. Niet bomvol soja. Dus stomweg lekkerder……