‘Ik hoor u wel maar ik luister niet.’ Het komt vaker voor. Naar het schijnt meestal bij mannen. Multitasken is biologische noodzaak. Dat doen vrouwen echt niet voor hun lol…… Je moet wel alles zelf doen als er niemand naar je luistert!

Vanmorgen komt mijn hulp. Ze is niet vroeg, maar ik ben laat. Ik moet de hond nog uitlaten, ben de prikken vergeten, heb nauwelijks iets gegeten. Als een druilmajoor fiets ik mijn verplichte rondje. Ik besluit direct eventjes een paar boodschappen te halen.

In de slagerij bestel ik een ons Porchetta. ‘Maak er maar anderhalf ons van,’ ik zeg het drie keer, maar krijg geen reactie.

Maak er maar anderhalf ons van,‘ toeter ik tenslotte. ‘Oh, ik wist niet dat je kwaad werd,’ Heks is niet kwaad. Er werd gewoon niet naar me geluisterd en daar probeerde ik iets aan te doen. ‘Ja, ik hoorde je wel maar luisterde niet.’ ‘Oh,’ plaag ik nog steeds goed gehumeurd, ‘daar hebben wel meer mannen last van!’

‘Vrouwen kunnen wel multitasken, hier een halve stapel gestreken wasgoed, daar een half afgewassen afwas en dan zitten ze ook nog op hun tablet te koekeloeren….’ schampert het joch. Staat hij me nu af te zeiken? Staat hij vrouwen in het algemeen belachelijk te maken? Hoor ik irritatie in zijn stem? Wat is dit?

Ik lach als een debiel met de rest van de klanten mee om deze en volgende niet leuke grapjes, want ik heb geen zin in gedoe. Ik ben ook perplex. Er klopt iets niet. Deze jongen is altijd vriendelijk en nu gedraagt hij zich als het stuk darm dat normaal gesproken om hun voortreffelijke rookworst zit!

Voor mijn gevoel kruip ik door het oog van de naald, loop ik weer eens op eieren…. Het hele scala aan gevoelens waar ik intussen zo’n hekel aan heb inclusief het vriendelijke pleasegedrag steken de kop op. Bah. Ik besluit ter plekke te stoppen met aardig zijn. Dan komt er een vrouwelijke collega terug van de lunch. De grote vriendin van Ysbrandt. Ze begint direct een klant te helpen.

En daar, ten overstaan van een hele winkel vol mensen, neemt hij haar te grazen. Ik zie het voor mijn ogen gebeuren. Gelukkig is zij totaal niet op haar mondje gevallen.

‘Hou op,’ zegt ze nijdig,’Ik kom jullie niet in mijn vakantie uit de brand helpen om een uitschijter van jou te krijgen, ook nog eens waar iedereen bij is…’ Het jong zegt nog iets heel fouts terug. In de trant van : “Ik wilde je er even op wijzen, behoeden voor een fout…” Die vrouw maakt nooit fouten, ze werkte er al toen hij nog in luiers liep.

Snel maakt Heks dat ze de winkel uit komt. Ik kan niet tegen dit soort toestanden. Ook ben ik altijd de klos. Deze doorgaans vriendelijke jongeman is absoluut met het verkeerde been uit bed gestapt. Of zijn vrouw is opgestapt. Of zijn kind krijgt tandjes. Er is iets in elk geval. Hij probeerde even onder mijn huid te kruipen en toen dat niet lukte pakte hij gewoon een andere vrouw……

Als ik even later weer thuis ben vertel ik het aan mijn hulp. Zij is ook zo’n supersensitief mens. Zij werkt nu bijvoorbeeld ergens voor mensen, waar dit gedrag aan de orde van de dag is. Ze heeft al last van haar schouder, ze wordt er ook nog eens flink afgebeuld……

‘Weg wezen daar, schat, voor je zelf tegen de vlakte gaat,’ roep ik uit als ik het hoor. Puur eigenbelang natuurlijk. Ik moet er niet aan denken dat deze geweldige vrouw me gaat verlaten om wat voor’n reden dan ook. Wij hebben het veel te gezellig samen!