Driemaal is scheepsrecht en voor niets gaat de zon op. Heks gaat een hele dag naar de dierenarts op en neer. Met steeds een ander dier. Het eind is nog niet in zicht. Het is mijn plicht als baasje. Heks is vandaag het haasje…..

Dinsdagavond doet de panter weer vreemd. Hij wil niet eten, maar gelijk na binnenkomst weer naar buiten. Onrustig tijgert hij door het huis. Eet dan toch zijn bak leeg. Er is iets met mijn schat. In een opwelling kijk ik in zijn bek. En ja hoor, er is weer een tand uitgeslagen door die kloterige Bengaalse wilde kat van mijn hopeloze asociale buren.

Mijn grote zwarte kater mist nu zijn rechterhoektand boven en zijn linkerhoektand onder. Hij crepeert van de pijn. Ik geef hem een pijnstiller. Morgen maar eens de dierenarts bellen. Ik neem hem bij me in bed en streel zijn gekwelde koppie.

Pas vrijdagmorgen kan ik terecht. Het is dan ook geen echt spoedgeval. Die tand is er vrijdag ook nog wel uit. Ze hebben nog wel een plekje op donderdagmorgen, maar Heks heeft dan geen auto. Die staat bij de garage voor de jaarlijkse keuring.

Vrijdagmorgen ben ik al vroeg bij de dierendokter. Een piepjonge arts staat me te woord. ‘Dat restant tand en bot moet er waarschijnlijk wel uit worden gehaald,’ ze kijkt me verontschuldigend aan, ‘Anders kan het wel eens flink gaan ontsteken. Ik overleg het nog eventjes met een collega, die iets meer thuis is in gebitten….’

Op weg naar huis valt het me op dat VikThor zo raar doet. Hij doet de hele ochtend al vreemd. Schrikt zich een ongeluk van niks. Stopt zijn staart helemaal tussen zijn poten door tegen zijn buik. Wil niet in de auto springen, zodat ik hem er in moet tillen. Wat heeft hij nu weer?

Samen met mijn  hulp inspecteren we zijn staart. We zien dat zijn anaalklieren nogal vol zitten, zou hij daar zo’n last van hebben? Ook heeft hij zich afgelopen week meermalen versprongen. Is er iets mis in zijn bewegingsapparaat en krijgt hij steeds na inspanning last?

Mijn hondje gaat zo snel achteruit, dat ik rond het middaguur alweer bij de dierenarts zit. Een mij bekende jongeman. Die knijpt de anaalklieren leeg. Een smerige putlucht trekt door zijn spreekkamer.

Vervolgens onderzoekt hij zijn pootjes en heupjes. Strekt en rekt mijn ventje alle kanten op. Niets bijzonders te vinden. Ik krijg een stapel pijnstillers mee. ‘Hou hem maar een paar dagen rustig. Wat het ook is, rust doet altijd goed.’

Intussen heb ik hem ook over Snuitje gesproken. Ik heb volgende week een afspraak voor haar gemaakt, want ik vertrouw het functioneren van haar niertjes voor geen cent. En of de duvel ermee speelt lijkt Snuitje ook precies op vrijdag flink achteruit te gaan. Ze staat alsmaar te drinken uit de waterbak van VikThor.

Ook loopt ze ongelofelijk slecht opeens. En ze lijkt zo slapjes…..

Zo zit ik dan vrijdagavond alweer bij de dierenarts. Een grote naald verdwijnt eerst in Snuitjes nekje en daarna in een pootje. Ze weet nog maar 2.3 kilo. In januari was ze nog 2.6!

Ook heb ik thuis een plasje opgevangen. Alles wordt grondig onderzocht. En ja hoor, het zijn haar niertjes. ‘Geen suiker, schildklier is ook goed, maar haar nierfunctie is ernstig beperkt. Het is nog niet in de acute fase, maar ze moet wel per direct op dieet…..’

Zaterdag slapen we allemaal de hele dag. Tussendoor kijk ik naar een travestieten-talentenjacht. Geweldig programma. Heks heeft er als vrouwelijke travestiet erg van genoten.

Vandaag ontdek ik dat ik mijn prachtige elektrische vouwfiets kwijt ben. Geen idee wat ik ermee gedaan heb, maar hij staat niet meer in de berging. Paniekerig begin ik door de buurt te rennen. Vind em terug bij de slager voor de deur.

Als ik zo moe ben als ik nu ben doe ik dit soort stomme dingen. Hoewel niet met een ketting ergens aan vast heb ik de fiets gelukkig wel op slot gezet. Dat vergeet ik ook nogal eens onder zulke omstandigheden.

En goddank staat mijn peperdure fietsje er nog na een woeste uitgaansnacht in de drukke Haarlemmerstraat.

Dinsdag gaat de panter onder het mes. Dan worden de restanten tand en bot verwijderd, zodat de boel mooi geneest. Altijd spannend. Narcose is geen kattenpis.

Volgend weekend ga ik op koorreis. De helft van mijn beesten zitten in de lappenmand.  Pleegzuster Bloedwijn krijgt last van slijtageverschijnselen. Dat gaat nog wat worden. Op mijn tandvlees op vakantie……

MISSCHIEN EEN KLAPPERTJE VOOR DE PANTER?

 

Een kat in het nauw maakt rare sprongen, maar die halen het niet bij de bokkensprong. Door zo’n sprong voel je je weer jong! Vooral als er een groen blaadje mee gemoeid is. Maar pas op voor de minder groene blaadjes. Die hebben praatjes! En die praatjes vullen geen gaatjes! Geenszins! Nee! Daar worden sowieso volstrekt geen gaatjes gevuld……..

Gisteren fiets ik voor het laatst naar Hawk. Ik weet het dan nog niet en hij al helemaal niet. Maar ik heb wel een vaag voorgevoel. Ik heb een beetje genoeg van zijn drang naar fysiek contact. Ik voel me niet meer op mijn gemak.

En ik betwijfel of mijn aanhoudende afwijzing afdoend is. De man heeft beslist een gigantische plaat voor zijn kop. Of het kan hem stomweg niet schelen. Dat is ook goed mogelijk. Misschien probeert hij gewoon maar eens wat. Hoe het ook zij. Ik voel me er niet wel bij.

‘Hawk heeft pikstraf,’ grap ik vorige week tegen mijn hulp, ‘Ik ga onze afspraak komend weekend afzeggen. Ik ben even helemaal flauw van die vent en zijn gedoe. God, wat word je daar moe van.’  ‘Ach,’ roept ze meewarend, ‘Die arme man. Hij mag al niks met dat ding en nu krijgt hij ook nog straf…..’

Maar wie schetst mijn verbazing als mijn oude vriend zelf onze afspraak afbelt: Hij krijgt familie uit het buitenland op bezoek. Dit afzeggen gaat gepaard met een eindeloze reeks telefoontjes en berichten op mijn antwoordapparaat. Dringende verzoeken om toch vooral even terug te bellen. Nog meer berichten.

Heks belt braaf een paar keer terug, maar ik krijg geen gehoor. Een antwoordapparaat heeft Hawk niet, noch een voicemail service. ‘Nou ja,’ denk ik na dagenlang proberen, ‘laat maar even waaien. Ik vind het allemaal best.’

Maar afgelopen woensdag beginnen de berichten weer binnen te stromen. Uiteindelijk krijg ik de man te pakken en ik laat me toch weer vermurwen tot een afspraakje op de oude vertrouwde zaterdagmiddag. ‘Alleen een broodje met haring en een kop koffie, Heks. Ik heb last van m’n hernia. Ik ben al uitgebreid bij mijn manueel therapeut geweest!’

Oh jee. Als hij maar niet weer gaat beginnen over massages en behandelingen van billen en boze bolletjes. ‘Dan is het klaar,’ besluit ik ter plekke, ‘Als de man nu nog niet begrepen heeft dat hij fysiek contact op zijn buik kan schrijven is het echt een hopeloze sukkel….’

Ik moet streng zijn.

Op weg naar Hawk, bij de fysiotherapeut, valt mijn prachtige gecraqueleerde bergkristallen ketting op een stenen vloer. Als een lichtgevende slang kronkelt hij het bureau van mijn behandelaar af. Alsof het ding een eigen leven leidt……

Verbijsterd sta ik ernaar te kijken. Grijp net mis. Hoor de stenen stukslaan op de harde ondergrond. Een ongunstig omen.

Ik ben dus al een beetje voorbereid op een slechte afloop van mijn bezoekje. Maar ja. Je wilt iemand nog een kans geven. ‘Ik vind het dan zo zielig voor zo’n oud mannetje. Hij is toch best veel alleen. Ik wil hem ook niet teleurstellen. En het is echt een grappige kerel. We hadden het toch ook heel gezellig….’ verzucht ik afgelopen vrijdag nog tegen mijn hulp.

Ze kent het. Zij is ook zo. Ook zij heeft al vaak het onderspit gedolven of aan het kortste end getrokken, omdat ze de ander geen pijn wilde doen. De ander, die over je heen walst, pist, kotst of anderszins onwenselijk gedrag vertoont.

‘Ha Heks,’ Hawk staat in de keuken met zijn rug naar me toe bij de gootsteen te rommelen. VikThor pikt een tennisbal uit de bak in de hal. Ik leg mijn fietssleutels op tafel en loop de keuken in met mijn glutenvrije brood en lactosevrije melk.

Nog voor ik mijn jas heb uitgetrokken en nog voor ik mijn vriend met een zoen op de wang begroet heb grijpt Hawk met zijn eigen handen zijn kleine billetjes stevig vast.

Hij steekt ze parmantig een beetje naar achteren. ‘Kom Heks, pak mijn billen even beet voor een lekkere behandeling….’ Hij wrijft er eens goed over. Genietend.

‘Potverdomme Hawk,’ schiet ik uit mijn slof, ‘Hou nou eens op over massages, behandelingen van billen en andere uitnodigingen tot fysiek contact. Ik heb je toch al meermalen heel duidelijk gezegd, dat ik er niet van gediend ben. Ik word hier niet goed van,’ briesend stuif ik de tuin in. Wat een idioot is het toch.

Als ik de keuken weer in kom staat Hawk zich zieligjes te beklagen, dat het pas de tweede keer is, dat hij zoiets voorstelt. ‘Nee,’ zeg ik ferm, ‘Het is al de zoveelste keer en ik ben het zat. Het gaat niet gebeuren. Nooit. Knoop dat maar in je oren. De groeten.’

Nijdig ga ik buiten in een stoel zitten, terwijl Hawk koffie maakt. Ik was al bijna direct weer vertrokken, maar vanwege het ongewenste hoge dramatische gehalte van zo’n aftocht zit ik hier nu nog. De stemming is echter helemaal weg. Moeizaam zit ik de koffie en de haring uit.

Hawk gaat niet mee wandelen en ik wil nog eventjes naar de fietsenmaker, dus we nemen na een goed uur afscheid. Ik weet me eigenlijk geen houding te geven. Het is kapot, maar soms wil je dat nog niet toegeven. Hawk lijkt me zelfs een beetje de deur uit te werken op het laatst….

Wel staat hij me op straat na te zwaaien. ‘Hou je haaks,’ zeg ik hem bij het afscheid. Ik geef hem toch een paar zoenen op zijn ouwe wangetjes. We hebben het toch ook heel gezellig gehad. Allen jammer dat, zo jammer dat…… Hij hele andere dingen in zijn hoogbejaarde koppie  had.

In het Leidse Hout knalt mijn woede er pas echt uit. Vooral als mijn hondje schielijk voor me op een brug springt, waardoor mijn fietskar in de sloot beland. Ik heb echter zo’n noodvaart dat het ding tegen de kant knalt. En vervolgens tegen de achterkant van mijn fiets. Alles in de kreukels.

Ik kan er nog net min of meer mee naar de fietsenmaker reutelen. Die gaat kar en fiets weer helemaal opknappen. Ze waren net gerepareerd!

Ongeluk komt altijd in drieën toch? Nou, dan zit het er voorlopig weer op!

Werken zal je voor de kost. Zwoegen voor je dagdagelijkse kostje kost je soms moeite. Als je door je rug bent gegaan bijvoorbeeld. Of in geval van chronische ziekte. Weg met de afschoffelmaatschappij. Serveer die zakenvrouw van het jaar zelf maar af. Zelfs al is ze van het vrouwelijk geslacht en zitten we te springen om dames in business! Haar feminiene oorsprong is haar overigens niet aan te zien, deze zieke zuster, dit manwijf, met haar ijzeren vuisten en die baardgroei op haar puntige tanden.

©TOVERHEKS.COM

Ook al slaan de vlammen uit je onderrug, je meldt je niet ziek! ©TOVERHEKS.COM

Anderhalve week geleden op vrijdagmiddag ga ik aan de slag in de keuken. Eerst ruim ik maar eens goed op. Mijn hulp jakkert er een stofzuiger door. Heks haalt een lap over het aanrecht, het gasfornuis, de buffetkast, de keukentafel en de kattentrolley…….. Ik negeer de laag stof in de servieskast, alsmede op mijn verzameling stenen-filter-koffiepotjes. Dat komt de volgende keer hopelijk weer.

En anders volgende maand. Of volgend jaar.

Kies je gevechten, Heks, ook die tegen stof en vuil.

Mijn onvolprezen thuiszorg is door haar rug gegaan. Gelukkig is ze toch komen opdagen. ‘Ja, haha, ik zal wel moeten. Volgende week heb ik een functioneringsgesprek, want mijn contract loopt af. Als je een keertje verstek hebt laten gaan, maakt niet uit waarom, lig je er direct uit!’

Tja, waar zijn de tijden gebleven dat je als baas nauwelijks van je lanterfantende personeel kon afkomen? Die gouden tijden, dat je er als werknemer eindeloos straffeloos de kantjes kon aflopen? Die wonderbaarlijke periode, waarin wegpromoveren vaak de enige optie was als employés weinig van hun werkzaamheden bakten….

Afgelopen week zie ik een interview op televisie voorbij komen met Vivienne van Eijkelenborg, zakenvrouw van het jaar 2016. Heks is dol op zakenvrouwen. Er zijn nog veel te weinig leden van dit superieure volkje actief op de arbeidsmarkt mijns inziens. Mijn eigen moeder was een uitmuntende zakenvrouw.

©TOVERHEKS.COM

Kenau Simonsdochter Hasselaer’s lookalike Vivienne van Eijkelenborg: zakenvrouw van het jaar©TOVERHEKS.COM

Zij bewees in mijn optiek dat je deze tak van sport beter aan vrouwen kunt overlaten: Na de dood van mijn vader nam zij het roer van het familiebedrijf over. Achter de schermen zat ze overigens al jaren te roeren…..  Met een flinke vinger in de financiële pap! Maar goed, onder haar bezielende leiding namen de zaken een vlucht. Het bedrijf zette een groeispurt in. Binnen een paar jaar tijd verviervoudigde de toko!

Hoewel ze bepaald niet voor de poes was droegen haar werknemers haar op handen. Ze had oog voor hen. Wist hen te motiveren. Ze voelden zich gezien en gewaardeerd.

Ik sta dus niet onwelwillend tegenover lekkere stevige tantes met verstand van zaken. Maar deze zakenvrouw van het jaar slaat echt alles. Als ze lacht zie ik zwarte haren groeien op haar puntige hoektanden. En wat ze daartussendoor debiteert is ook niet fijn. Volgens haar is het nog steeds veel te moeilijk om mensen te ontslaan.

Geen mens heeft meer een vast contract, ziek zijn is er niet meer bij als je je baan wilt houden, maar het moet toch nog gemakkelijker kunnen! Zij wil dat de tweede kamer zich gaat buigen over een voorstel om arbeidskrachten gewoon stante pede op straat te kunnen zetten.

‘Als iemand weg wil kan dat met slechts een maand opzegtermijn, terwijl het mij zeker vijf maanden tot anderhalf jaar kost om iemand te vinden, die die plek kan innemen. Dus,’ haar mond is een nijdige streep.

Het is toch ook wat. Gekwalificeerd personeel vinden. Investeer je een keertje in die lui, blijken het eens geen luilakken te zijn die je het liefst gelijk weer wilt ontslaan! En dan gaan ze zelf weer weg!!!! Schandalig! En: Waardeloos. Ongeheurd ook! Ze is goed pissed off.

©TOVERHEKS.COM

Oh, oh, wat heb ik toch een trek…… ©TOVERHEKS.COM

‘Dus omdat zij haar gekwalificeerde mensen niet kan vasthouden en het verdomt om zelf nieuwe medewerkers op te leiden, moet ieders baan maar op de schopstoel?’ mopper ik kort door de bocht in mezelf, ‘Lekkere redenatie, zakenvrouw van het jaar. Je bent bepaald niet de filosoof van de eeuw…..’

‘En als je dan per se werknemers wilt die blijven, neem dan autisten in dienst. Die hebben onvoorziene kwaliteiten, maar blijven bovendien over het algemeen hun leven lang bij dezelfde baas in dienst. Ze houden nu eenmaal niet van verandering….. Maar laat de rest van de werkende wereld met rust met je rare asociale ideeën!’

‘Ga maar hoor, het is weer toonbaar,’ ik loop met mijn thuiszorg naar buiten om de vuilniszakken weg te brengen, ‘Veel plezier dit weekend, of moet ik zeggen sterkte?’ We grijnzen naar elkaar. Deze jonge moeder is zeer actief in de padvinderij. Dit weekend gaat ze met haar groep pubers kramperen. Compleet met kampvuur, survivalwedstrijden en verkleedpartijen. En dat met die rug!

Ze is al weken bezig met de voorbereidingen. Heks heeft een paars Super-Woman-pakje aangeleverd. Mijn superhulp is in haar vrije tijd namelijk superheld! ‘Ik kan wel een verhuurbedrijf beginnen,’ verzucht ik later. En dat is ook zo. of je nu een degelijke Dirndl nodig hebt of een Chinese drakenjurk.  Heks heeft het allemaal in de kast hangen……

Nadat mijn interieurverzorgster verdwenen is haal ik mijn koelkast leeg. Ik spit de groentelades om. Wat zal ik eens gaan koken? Tegenwoordig kook ik eens per week. Maar wel heel veel, zodat ik elke dag eet. Als het niet klaar staat sla ik veel te vaak een maaltijd over.

©TOVERHEKS.COM

Heks roert in haar magische heksenketel…….. ©TOVERHEKS.COM

Ik braad een grote pan gehakt en maar er twee gerechten mee. Andijvistampotje met Indiaas gehakt. En spaghetti Bolognese. Ook knikker ik twee verschillende soepjes in de pan. Venkelroomsoep en raapsteeltjesoep. Mmmmmm.

Een enorme bak witlofsalade met mandarijntjes volgt. Een bak verse pesto ontspruit aan mijn keukenmachine. Ook maak ik chocolademousse van avocado, banaan en cacao. Uren ben ik in de weer. Nu ik de spirit heb moet ik er gebruik van maken……

Het is al half negen als ik met VikThor naar buiten ga. Gelukkig maar dat het zo lang licht is. We fietsen naar ‘De Tuin van Noord’. Een heel leuk wandelgebied achter de spiksplinternieuwe moskee aan de Willem de Zwijgerlaan. Met een prachtig theehuis! Het mooie is dat mijn hondje bijna het hele stuk erheen lekker los rond kan rennen.

Ondanks het late uur tref ik een paar pups. Wat een mazzel! Mijn ventje is in no time heerlijk aan het spelen. Een vrouw in een rolstoel komt bij ons staan. Zij heeft een lekkere dikke labrador aan de riem. Een schat van een dier. En gek op puppy’s. Ze stort zich met haar machtige lijf op VikThor. Mijn hondje is erg gecharmeerd van dit fysieke geweld. ‘Hij is dol op grote vrouwen,’ grijns ik opgewekt.

©TOVERHEKS.COM

VikThor ligt in de houdgreep met zijn nieuwe grote vriendin. Ze spelen het bekkenspel……..©TOVERHEKS.COM

‘Ze is vrij hoor, dus je mag haar aaien,’ het schemert intussen een beetje, dus ik kan mijn gesprekspartner niet goed zien. Alleen haar rode haren lichten een beetje op. Ze is nog hartstikke jong hoor ik aan haar lieve, levendige vitale stem. ‘Is het je hulphond?’

Jazeker. Volledig opgeleid. ‘Hij kent wel 86 commando’s. Zo kan hij mijn sokken aan- en uittrekken. Ook pakt hij alles wat ik laat vallen weer op van de grond. Hij maakt deuren open, haalt pakjes sap uit de koelkast….’ Oh, wat handig. Vooral dat dingen oprapen van de vloer. Heks laat alles uit haar handen vallen, dus voor mij zou dat geweldig zijn…..

‘Je kunt het je hondje gewoon leren. Apporteert hij? Ja? Nou, dat is het hele principe van dingen oprapen en terug brengen, alleen gooi je het nu niet actief weg…. Houdt hij van trekspelletjes? Dat is de basis van deuren en kasten openen!’

Bij het afscheid wisselen we telefoonnummers uit. Onze honden zijn zo verzot op elkaar, ze liggen al meer dan een half uur saampjes in een verrukte bijterige houdgreep….. ‘Laten we nog eens afspreken, dat is heerlijk voor mijn hond. Ze is de hele dag aan het werk, zo’n speelpartijtje maakt haar kop weer leeg. Dat kun je uren later nog merken….’ Mijn gesprekspartner is stapeldol op haar trouwe viervoeter, dat kun je zo zien. Wat een geweldige hond. VikThor boft maar met zo’n heerlijke nieuwe dikke vriendin.

Ik schrijf de naam van het baasje in mijn telefoon met de naam van de hond. ‘Ik onthoud mensen vaak aan hun hond. Je kijkt ook altijd naar de honden, als je ergens staat te praten. Of als je samen wandelt. Daar zal het wel door komen.’

©TOVERHEKS.COM

Dat onthoud je toch wel: Een rolstoel, rood haar en een megahulphond? ©TOVERHEKS.COM

De vrouw moet lachen. ‘Nou, mij zou je vast wel herkennen,’ klinkt het droog, ‘Ook al kun je nu mijn gezicht nu nauwelijks zien…..’ Ja, dat is dan weer het voordeel van een stevige handicap, je valt op! ‘Een roodharige vrouw in een rolstoel met een dikke zwarte labrador hulphond…. Nou, die vis je er wel uit!’ We liggen in een deuk: Ze heeft gelijk!

En even later tegen haar hond: ‘We moeten naar huis, Fedor, de thuiszorg komt zo,’ Ongetwijfeld om haar in bed te helpen. Goeie hemel. Ik ben blij dat ik dat allemaal zelf voor elkaar krijg! En dat ik nog steeds loop en fiets!

Als ik later thuis nog een beetje zit te mijmeren realiseer ik me dat ik echt mijn zegeningen moet tellen. Al dat gemopper op wat nu eenmaal zo is. Het schiet niet op. Ik zal nooit meer een gezonde energieke pijnvrije Toverheks worden.

Maar er zijn nog genoeg dingen, die wel binnen mijn bereik liggen. Zoals goddelijk koken bijvoorbeeld. Helaas maar eens per week. En dan zaag ik er ook meestel een halve vinger af. Of ik verbrand me lelijk. Met enige regelmaat belandt ook nog eens de helft van het diner op de keukenvloer…… Kortom: Ik kom niet ongeschonden uit de strijd. En soms mijn brouwsels ook niet.

Maar wat overblijft is werkelijk verrukkelijk! Een driesterrenrestaurant ken er een puntje aan zuigen. Het is al ruim na tienen als ik een keertje eet. Maar dan doe ik het wel goed: Een viergangendiner van heb ik jou daar!

©TOVERHEKS.COM

Het is druk in het park……. Ondanks het late uur! ©TOVERHEKS.COM

Inspiratie: Levensechte Eenhoorn, dansende Vlinder een een warme goedgemutste Trui voor Heks! Dat is helemaal niks geks. Minder zeldzaam dan goeie seks!

Voor de kerk staat een paard. Een paard? Nee! Het is een eenhoorn!

Vrijdagmorgen haal ik alvast wat boodschappen. Ik loop finaal op mijn tandvlees, maar vanavond komt Trui eten en ik wil het absoluut niet afzeggen! ‘Weet je dat we elkaar al meer dan drie maanden niet gezien hebben, Heks? De laatste keer dat ik op de stoep stond was op je verjaardag. En dat liep toen mis….’ pepert ze me onlangs in. Goeie hemel. Ik schrik ervan.

Mijn vriendin is ook in de lappenmand. Dus het is niet geheel aan mij te wijten, maar met Heks schiet het natuurlijk ook niet op momenteel. Ik bel meer af dan me lief is.

Nieuwe verse buitenlandse studenten drommen om het arme dier.

Om half 1 komt mijn hulp. Ik ploeter samen met haar door het huis. Mijn schouder plopt in en uit de kom, terwijl ik probeer ook wat te doen. Bah. Pijnlijk ook. Stomme rotschouder. Sinds afgelopen woensdag is het weer helemaal mis. Net toen ik dacht dat het weer een beetje de goede kant opging hoorde ik een enorm gekraak. Gevolgd door allemaal lugubere geluiden. Bot op bot. Vlak naast mijn linkeroor.

Het leven van een eenhoorn gaat ook niet over rozen. Sta je weer tussen allemaal dronken studenten mooi te zijn……

De telefoon gaat. ‘Are we still on for tonight?’ piept mijn vriendin astmatisch in mijn oor. Dat klinkt nog niet best. ‘Natuurlijk,’ snotter ik, ‘Ik heb al boodschappen gedaan….’ ‘Oh, nou,’ ze gaat afzeggen vrees ik, ‘Vlinder werkt vanavond in de Zijlpoort, zullen we bij haar gaan eten? Het is restaurantweek. Worden we extra verwend!’

Shit. Ik ben bezig met bezuinigen, maar het lukt nog niet erg. Maar om dan maar direct uit eten te gaan….. ‘My treat!’ klinkt het opgewekt aan de andere kant. Heks is om. Lekker uit eten. Niet koken met dit lamme lijf. Heerlijk!

Zo trek ik dan mijn nieuwe uitverkooprokje aan. Ik poets mezelf op tot een acceptabel uiterlijk. Eerst kruip ik onder een gloeiendhete douche door. Dan smeer ik mezelf in met allerhande heerlijke bodybutters. De verfkwast met rouge gaat royaal over de bleke kaken. Helaas werken mijn armen niet mee. Ik ben zo traag als een slak.

Ripse Ruiter

Als ik in het restaurant arriveer zit Trui al aan de witte wijn. Snel wordt er een glas bijgezet. Haar beeldschone dochter Vlinder fladdert vrolijk om ons heen. We worden heerlijk verwend met allemaal kleine liflafjes. Glutenvrij, lactosevrij en sojavrij! Ik kan alles eten!

VikThor ligt onder de tafel. Wat een feest dat ik hem zonder problemen overal mee naar toe kan nemen! Dat ben ik helemaal niet gewend. Ys wilde altijd graag ook ergens in bijten als ik hem meenam naar een restaurant. Bij voorkeur de kuiten van een ober…..

Het is al over tienen als we afscheid nemen. Heks is tonnetje rond na een bacchanaal van zeker drie uur. We zien elkaar misschien veel te weinig de laatste tijd, maar als we elkaar dan treffen, dan doen we dat goed!

Dank je wel, lieve boezemvriendin. Dat etentje ging er lekker in! Als Gods woord in een ouderling!

Op naar de volgende klus

Help! Heks hulpeloos zonder hulp! Hulp hopeloos zonder Heks! Hoe moet dat nu verder? We passen er een mooie mouw aan!

‘Heks, heeft mijn baas je al gebeld? Weet je het al?’ Mijn hulp staat hulpeloos in de deuropening. Het is vrijdag twaalf uur. Ze komt me uit de brand helpen, zoals altijd. Twee keer per week!

Ik kijk haar glazig aan. Ik weet van niets. Wat is er aan de hand? Of? Misschien? Een klamme hand slaat om mijn hart. Is haar contract niet verlengd? Raak ik haar kwijt?

Mijn bange vermoedens worden bewaarheid. Er is een gesprek geweest. Vrij plotseling. Hoewel het in de lucht hing.

‘Helaas, helaas, pindakaas, mevrouwtje. U heeft last van uw schouder gehad. En ook, maar dat zeg ik niet tegen u, wilt u niet meer uren gaan werken. U wilt dat wel, maar ik doe net of het niet zo is. Dus geen vast contract. Want dat is waarop het vast zit, maar dat zeg ik natuurlijk niet. Kom over een half jaar maar weer solliciteren……’

Shit, sapperdeflap, krijg nou wat. Heks had het niet verwacht. Tegen alle goede redenen om aan te nemen dat ze geen vast contract zou krijgen in -Niemand krijgt dat bij die club- ging ik er gewoon van uit dat dit voor eeuwig was. Mijn ideale hulp. Mijn aanstormende maatje. Mijn grote hondenvriendin!

We balen allebei. Het is altijd zo gezellig als zij er is en ook mijn thuiszorg vindt het heerlijk om hier te zijn. We delen een grote liefde voor honden en we behoren tot hetzelfde vliegende volkje: Ook zij is een heksje. Een heerlijk nuchtere toverkol. Dus je begrijpt dat er altijd heel wat wordt afgekletst tijdens het schoonmaken.

‘Je gaat er vast op vooruit qua hulp,’ troost ze me, ‘Ik voel me altijd schuldig, omdat we zoveel babbelen….’ Heks betwijfelt het. Als een witte tornado trekt ze al kwebbelend door het huis. Alles wat nodig is wordt gedaan. En indien nodig blijft ze iets langer: ‘We hebben zo lang gepraat. Ik ga toch nog even dweilen….’

‘Zullen we dan nu eindelijk eens samen met onze hondjes gaan wandelen? ‘ We roepen het bijna tegelijkertijd. Al maanden hebben we het hierover. Zowel mijn hulp als ik moesten tot onze schrik dit jaar vrij plotseling afscheid nemen van onze ouwe trouwe viervoeter. En zowel zij als ik hebben in no time een nieuw monster in huis gehaald!

We trekken onze agenda’s en spreken direct af. ‘Anders komt het er niet van en het lijkt me zo leuk als die honden het goed kunnen vinden met elkaar,’ zeggen we tegen elkaar. ‘Ik kan morgenmiddag,’ glimt mijn hulp.  ‘Ik ook,’ jubelt Heks.

Zo spreken we dan om twee uur af bij de golfbaan. De avond ervoor lig ik helemaal om. Ik ga niet naar het koor. En dat doe ik alleen als ik op sterven na dood ben. Niet best dus……. Oh jee. Ik begin te vrezen voor onze hondenwandeling! Dat wordt afbellen. Ik kan nog geen deuk in een pakje boter slaan…..

Gelukkig trek ik die nacht een beetje bij. En bovendien: Ik moet toch met mijn hondje op stap.

Tegen tweeën arriveer ik met mijn ventje in de fietskar bij het basketbalveld naast de golfbaan. In de verte zie ik iemand met een joekel van een Mechelse herder. We zwaaien. Langzaam peddel ik in haar richting. Nu wordt het spannend. Gaan deze blafbeesten vrienden worden?

Ik laat VikThor uit zijn veilige schuilplaats en zet fiets en kar op slot aan een lantarenpaal. We negeren de honden. Voorzichtig draaien ze om elkaar heen. VikThor glijdt op zijn rug. Hij laat zijn mooie stippelbuikje zien. Baris is in zijn nopjes! Een snuffelsessie verder gaan we op stap.

We lopen om het golfveld richting het eilandje in het Joppe. De honden doen het goed. Allengs wennen ze aan elkaars gezelschap en als we halverwege het eilandje zijn rennen ze al samen door het struikgewas. ‘Wat leuk,’ roepen we. En ‘Het gaat zo goed…..’

‘Zullen we ook nog de hele ronde om de golfbaan lopen?’ We hebben tijd genoeg. De hondjes zijn nog steeds op goede viervoet. Vooruit maar. We wandelen langs de gerestaureerde molen van de gekke molenaar. ‘Hij heeft hem in de fik laten vliegen door te draaien tijdens een storm……., dat heb ik gehoord van een andere molenaar.’

‘Hij heeft mij ook wel eens voor domme kut uitgescholden, die leiperd. En gedreigd mijn hond dood te schieten……’ We grinniken. De molenaar heeft een slechte naam onder vrouwelijke hondenbezitters. Het is een psychopatische mafkees met een jachtgeweer. Geen ideale combinatie. En hij heeft ongetwijfeld een klap van zijn eigen molen gehad…..

‘Hij koopt de politie regelmatig om met een paar lekkere hazen heb ik gehoord,’ mijn hulp is ook als de dood voor de schietgrage polderprins. En dat is dan weer niet zonder gevaar…… Angsthazerij wordt keihard afgestraft door die man…….

Als we bij de fietskar komen is het stralend weer geworden. Een lief zonnetje lacht ons tegemoet. ‘Jammer dat ik geen thee bij me heb,’ verzucht Heks. ‘Ga gezellig eventjes met mij mee…’ mijn hulp nodigt me spontaan uit.

Als we later aan de thee zitten, kunnen we er maar niet over uit hoe goed het is gegaan met de honden. Baris ligt voor Pampus in zijn mand en VikThor zit buiten in zijn kar.

Heks wordt verwend met heerlijkheden binnen haar dieet. Fantastisch! Zwarte chocolade met amandelen, kokossnoepjes……. Af en toe komt Baris naast me staan. Ik negeer hem volkomen. Ik heb zelf zo’n hondje gehad. Met een flinke gebruiksaanwijzing!

Dit gedrag buiten is geen probleem, dan kan ik hem gewoon aanhalen. Binnen gelden andere mores. Hier moet ik uitkijken voor mijn vingers….. Tenzij ik hem gewoon in zijn waarde laat……

‘Wat was het gezellig, dit gaan we nog eens doen….’ We hebben allerlei plannen met onze hondjes. Speuren, puzzelen voor honden en wandelen, wandelen, wandelen…….

Over een paar weken krijg ik een andere thuiszorg. Ik kijk er niet naar uit. Ik ga mijn huidige hulp enorm missen! Maar dit is ook erg leuk. Dit gaan we beslist vaker doen!

 

 

Heksen houden zonder meer van kwee-appels en kweepeer. Twee heksjes in een boom: Begerig komen ze op stoom. Wat een rijkdom: Het is een droom!

Vrijdagmorgen gaat de bel. Ik steek mijn hoofd uit het raam. Fiederelsje staat in de steeg. Mijn hulp en ik zijn net druk bezig om mijn huis op te ruimen. Het is een gigantische harige bende zo vlak voordat de stofzuiger er doorheen wordt gejaagd. Geen ideale omgeving voor iemand met een stevige kattenallergie. Toch komt mijn uiterst allergische vriendin hoestend en proestend binnen.

‘Dat is niet van de katten, hoor. Ik ben gewoon snipverkouden. Geef me maar geen zoen.’ Vervolgens deponeert ze vol flair een enorme pot pruimenjam op de keukentafel. De supervariant. Met cognac. Jammie!

‘Ja, ik ben toch jouw persoonlijke hofleverancier. Dus ik dacht er moet maar weer een potje komen. Net gisteren gemaakt.’ Kijk, dat is nu zo mooi van heksige vriendinnetjes. Die voelen precies aan wanneer de eerder geleverde potjes jam leegraken!

‘Ik heb wat kweeperen voor je,’ Heks heeft ook een verrassing in petto, ‘ik weet dat je daar gek op bent. Van True gekregen. Eigen oogst uit haar magische tuin.’ Mijn vriendin is verrukt. Kweeperen zijn bijna nergens te krijgen in ons globaliserende kikkerlandje. En het is toch zo’n mooie vrucht. Je kunt er de lekkerste gelei van maken.

‘Ik ben nog nooit in haar tuin geweest. Wel heb ik de foto’s op je blog gezien. Prachtig!’ Het is echt een tuin voor Fiederelsje met al die eetbare bloemen en weelderig struweel. Mijn oude vriendin heeft een  vergelijkbare miniversie rond haar eigen huis.

‘Ik weet nog een boom met kweeperen in een park hier vlakbij,’ ratel ik enthousiast, ‘vorig jaar zat er een man in die boom. Een buitenlander. Volgens hem weten Nederlanders helemaal niet dat je die dingen kunt eten. Hij blij natuurlijk. Kan hij lekker zijn gang gaan. Volgens mij heeft hij al geplukt dit jaar, want er zitten alleen nog vruchten boven in de boom,’ ik grinnik, ‘Het is maar een klein mannetje met korte armpjes……’

‘Zullen we morgen de rest uit die boom proberen te halen?’ kwijlt mijn vriendin begerig, ‘Ik heb wel een klein keukentrapje eventueel.’ Nu heeft Heks een flinke trap gevonden dit voorjaar. In de magische container hier in de steeg. Eigenlijk bedoeld voor het puin uit Museum Boerhaave.

Sinds dat ding er staat is er een levendige ruilhandel ontstaan in de wijk. Wat je niet meer wilt hebben gooi je erin en regelmatig komt er dan iets uit dat je wel wilt! Zo heb ik al vier flinke spiegels, een kroonluchter, twee Marokkaanse schalen en die trap gescoord…..

Vandaag gaan we dan op kweeperenpad. Nou ja, peren. Als ik vanmorgen even poolshoogte neem bij de boom zien ze er nogal appelig uit. Ik stuur Fiederelsje een app met foto. ‘Bestaat er ook zoiets als een kwee-appel?’ Mijn vriendin zoekt het op op internet en ja. Die bestaan! Tijdens mijn verkenningtocht ontdek ik nog twee bomen vol kwee-appeltjes. Wat geweldig!

Om een uurtje of twee fietsen we met een paar enorme tassen richting park. Onderweg haal ik de ladder uit mijn auto. Die staat voor het politiebureau geparkeerd in verband met ‘Leidens Ontzet’ ofwel ‘Dwie Oktobew’. De stad is vergeven van de mensen. Het laatste stuk fiets ik met de ladder. Geen gezicht volgens mijn vriendin. Maar het gaat gelukkig goed.

img_9198

In het park gaan we aan de slag. Genadeloos roven we boom na boom leeg. Nou ja, bijna leeg. We laten nog wat exemplaren hangen voor het mannetje. Mocht hij nog terugkomen….

VikThor rent om ons heen met een kwee-appel in zijn bekje. Hij is helemaal door het dolle. Wat is dit leuk! De Vrouw in een boom! Ze lijkt wel een kat!

Met overvolle fietstassen laveren we weer naar huis. Gnuivend verdelen we de buit. ‘Neem jij maar het leeuwendeel mee, Fiederelsje, ik weet dat je er dol op bent! En dat je er heel veel lekkere dingetjes van gaat maken! Ik ben van plan om er flink wat in Elzasser zuurkool te verwerken. Sinds ik dat recept heb ontdekt ben ik dol op zuurkool!’

Met een brede grijns op ons gezicht nemen we afscheid. Het was een zeer geslaagde rooftocht. Wat zijn we in onze nopjes!

Een paar uur later stuurt Fiederelsje een link met een heleboel kweepeerrecepten. Het water loop me in de mond. Ik zie allemaal interessante gerechten voorbij komen. Maar ook kweepeerlikeur en wodka. ‘Volgens mij zijn die recepten ook prima te gebruiken bij kwee-appels. Het was heerlijk om zo samen in de bomen te hangen!’ schrijft mijn vriendin.

Ja, als vanouds. We hebben al heel wat strooptochten ondernomen samen. Brandneteltjes, duindoorn, bramen  en egelantier: Ze hebben allemaal aan onze heksenketels moeten geloven.

Na de strooptocht ga ik rusten. Vanavond is het feest in de stad en we willen ergens gaan salsadansen.

 

 

‘Partir c’est mourir un peu’.

Afscheid nemen doet pijn. Het is een beetje sterven.

De afgelopen week gaat het bergafwaarts met mijn hondje. Mijn kat Snuitje is ook nog eens zoek. Het wordt me teveel. Ik krijg het niet voor elkaar om ’s nachts overal te gaan roepen. Ook lukt het me niet om een tweede ronde te flyeren en posters op te hangen. Goddank krijg ik hulp!

Joy en haar lief komen me helpen. Heks drukt een hele berg flyers met een subliem goeie foto van mijn schatje erop. Vorige week op dinsdagavond komen mijn vrienden alles ophalen. Ze gaan al dit materiaal de komende week door omringende wijken verspreiden.

‘Willen jullie een glaasje wijn?’ vraag ik hoopvol nadat we de koffie ophebben. Natuurlijk. Gezellig. Ik geniet van het uurtje met dit onvolprezen stel kattenvrienden. Ysbrandt krijgt een lekkertje. Het lijkt allemaal gewoon en normaal vanavond……

Een dag later besluit ik naar het strand te gaan met mijn schatje. Dit nadat ik een dag eerder met de dierenarts heb gebeld, omdat mijn beestje het zo slecht had de nacht ervoor. Vandaag is het echter heerlijk zonnig edoch koel weer. Ik stop mijn varkentje in de auto en rijd rustig en voorzichtig  naar Noordwijk.

Op ons gemak sukkelen we het strand op. Mijn ventje wil een balletje. Hij rent er een paar keer op een soort van drafje achteraan door het verkoelende water. Dan komt hij naast me zitten in het rulle zand. Samen kijken we naar de zee. Hij steekt zijn grote neus in de wind en geniet van alle geuren.

Tot slot pakken we een terrasje. Ik bestel een frietje zoals altijd. En hij mag er ook een paar natuurlijk. Eerst sabbel ik het zout er grotendeels uit. Daarna stop ik er af en toe eentje in zijn lieve bekkie. Oh lieve god, wat houd ik toch veel van mijn kereltje….

Een dag later lopen we door het Leidse Hout. Dit bos waar we zoveel tijd samen hebben doorgebracht. Het is pisweer. Het bos is verlaten. Ik heb op buienradar gekeken naar een tijdstip zonder hoosbuien, dus we lopen redelijk droog. Ys loopt nog geen halve meter van mijn knieën. Af en toe piest hij of draait een lekker drolletje. Hij eet nog goed. Halleluja!

Het lijkt wel een wandelmeditatie in de traditie van Thich Nhat Hanh. Zo langzaam hebben we nog nooit samen gelopen. Rustig kachelen we een royale ronde. Tussendoor rusten we eventjes uit op een bankje.

De trappen op en af wordt steeds moeilijker. Mijn bikkel moet steeds dieper ademhalen voor hij er überhaupt aan begint. Daarom heb ik een nieuw spelelement toegevoegd: Iets lekkers! Het blijkt zo motiverend te werken, dat hij bijna de trap aflazert in zijn haast beneden te komen. Maar goed. Het leidt af van zijn moeite om dit klusje te klaren….

Ach beesie. We zitten in ons laatste stukje samen. Spoedig ga je naar de eeuwige jachtvelden. Vol konijnen, hazen en fazanten. Daar wachten allemaal oude hondenvrienden op je. En een incidentele vijand.

Vanmorgen wandelen we door de buurt. Bij de slager halen we een stukje worst. Bij de sigarenboer een snoepje. Ik verwen mijn ventje. Voornamelijk met gezonde dingen. Maar iets slechts moet ook maar kunnen. Ik stop er nog maar een plaspilletje in ….

Eten uit een Klikobak, smullen in de Vlikobak: Hele volksstammen duiken dagelijks vrijwillig in het afval op zoek naar een maaltijd, de zogeheten dumpster divers. Maar een hoogbejaarde man hoort daar niet thuis volgens Heks. Zo’n oude hongerige baas roerend in het vuilnis wordt me toch te gek.

Vanmorgen staat de zwerver weer uit de Vlikobak van het hotel tegenover mijn huis te eten. Althans, hij is op zoek. Helaas is het ding vrij onlangs geleegd. Na wat nutteloos gegraai in de leegte geeft hij het teleurgesteld op. Heks hangt intussen uit het raam. Ik heb net een flinke pan pittige paprikasoep gekookt. Misschien lust deze Oost-Europees ogende oude man er wel een grote kop van.

Ja, graag. Zijn bleke blauwe ogen lichten op. Even later serveer ik mijn brouwsel met een glutenvrije boterham erbij. In de gevel van mijn huis is een bankje ingemetseld. Daar zet ik het dienblad op. ‘Ik kom zo terug, eet smakelijk!’ de man verstaat prima Nederlands. Hij valt al staande aan op de soep. Voorovergebogen staat hij te genieten.

Mijn hulp kijkt eventjes later uit het raam. Ze wijst op een paar ranzige roddeltantes. ‘Kijk eens naar die rare taarten, hoe ze naar die man kijken, vol afschuw en afkeuring,’ verontwaardigd kijkt ze me aan, ‘Ze staan hem gewoon openlijk te bespreken! Wat heb ik daar toch een hekel aan, dat eeuwige oordelen.  Alleen maar omdat hij daar een beetje raar een kop soep staat te eten, bah.’

De opgedirkte keurige ‘tante Betjes’ verdwijnen uit zicht. Hun poepbruine decolletés puilen aan alle kanten uit hun te kleine wit met gouden truttentruitjes. Hun geblondeerde getoupeerde haren als een vlag op een strontschuit boven hen uittorenend. Ja, sneu als je zo in elkaar steekt, maar bepaald niet uitzonderlijk…..

Even later zit ik weer beneden bij mijn zwerver. ‘Mijn buurman moet een nieuwe dak op zijn huis. Maar hij heeft er geen geld voor over. Het kost maar 10.000 euro!’ begint de oude baas. Buurman? Huis? Het is helemaal geen zwerver! De man kletst intussen vrolijk verder. Hij vindt iets verskrikkulluk. Krijg nou wat, bespeur ik daar een Katwijks accent? Niks Oost Europa!

Nu is Katwijk niet te vergelijken met enige andere gemeente in Nederland, zelfs hun taal heeft een totaal andere oorsprong en ontwikkeling dan de rest van ons kikkerlandje. Door dit fenomeen gecombineerd met de van oudsher grote mate van inteelt in deze van origine geïsoleerde kustplaats zou je inderdaad toch kunnen spreken van een geheel andere bevolkingsgroep…..

Mijn nieuwsgierigheid is natuurlijk gewekt. Waarom eet deze lieve zachte oude Kattukker uit de vuilnisbak? Als je 10.000 euro niet veel geld vindt kun je toch wel wat uitgeven aan een fatsoenlijke maaltijd?

‘Mijn zuster heeft Alzheimer, ze zit in Overduin,’ langzamerhand vallen er wat puzzelstukje in elkaar. De zus kookte natuurlijk. En nu niet meer. ‘Ik ben al 45 jaar alleen,’ vervolgt hij. Vanaf zijn 33e dus reken ik snel uit. Misschien jong weduwnaar geworden? Of zijn zijn ouders toen overleden en schoten hij en zijn zuster over?

De rest van de familie is dood hoor ik vervolgens. Vroeger waren de meeste Katwijkse gezinnen behoorlijk groot. Niet leuk om als enige over te blijven. Waarschijnlijk kan hij helemaal niet koken. Soms zijn mensen ook te krenterig om geld uit te geven aan ‘tafeltje dek je’.

Mijn vriend Jip werkt voor die organisatie. In Katwijk! Dagelijks brengt hij een keur aan bejaarden een uitstekende maaltijd. Heks kan het niet eten, want het is vergeven van de gluten, lactose, soja en conserveringsmiddelen. Maar normale mensen hebben daar ogenschijnlijk geen last van.

Mijn nieuwe bejaarde vriend zit lekker te smikkelen van een witlofsalade met mandarijntjes en appel. Heerlijk aangemaakt met citroenolijfolie. Jammie. Zo vind je ze niet in de Kliko van het hotel. Hun eten zou ik zelfs niet wegkrijgen als ik het aan tafeltje in hun louche restaurant geserveerd krijg. Met een miljoen euro bonus.

‘Bedankt,’ zegt de oude baas bij het afscheid. Tot de volgende keer maar weer. Want die komt er vast. Hij staat met enige regelmaat op zijn fragiele vogelkop in het afval. Ik heb hem ook wel eens een paar euro toegestopt voor een kopje koffie. Wonderlijk, wonderlijk, deze man. Misschien behoort hij tot een nieuwe groep bejaarden: Zwervende ouderen, zoals in Roemenië.

De zorg is hier uiteindelijk ook niet meer wat het geweest is. Als zo’n lieve en vriendelijke man zo gemakkelijk tussen de mazen van het zorgnet valt, is hij vast niet de enige. Lang leve onze kutregering. en vooral ook: Lang leve alle rechtse eikels die die regering in het zadel hebben geholpen…..

Maar ja, het kan altijd erger. In Amerika stevenen ze af op een narcist als president: Donald Trump, enger dan eng, een braakmiddel van een man, is de enige echte kandidaat voor de republikeinen. Een dieptepunt voor dat land. Je mag toch maar hopen dat die volgevreten varkenskop het niet gaat halen. Trump president? Dan zijn de rapen gaar…….

Dumpster Diving in Nederland.

 

 

 

‘Ik hoor u wel maar ik luister niet.’ Het komt vaker voor. Naar het schijnt meestal bij mannen. Multitasken is biologische noodzaak. Dat doen vrouwen echt niet voor hun lol…… Je moet wel alles zelf doen als er niemand naar je luistert!

Vanmorgen komt mijn hulp. Ze is niet vroeg, maar ik ben laat. Ik moet de hond nog uitlaten, ben de prikken vergeten, heb nauwelijks iets gegeten. Als een druilmajoor fiets ik mijn verplichte rondje. Ik besluit direct eventjes een paar boodschappen te halen.

In de slagerij bestel ik een ons Porchetta. ‘Maak er maar anderhalf ons van,’ ik zeg het drie keer, maar krijg geen reactie.

Maak er maar anderhalf ons van,‘ toeter ik tenslotte. ‘Oh, ik wist niet dat je kwaad werd,’ Heks is niet kwaad. Er werd gewoon niet naar me geluisterd en daar probeerde ik iets aan te doen. ‘Ja, ik hoorde je wel maar luisterde niet.’ ‘Oh,’ plaag ik nog steeds goed gehumeurd, ‘daar hebben wel meer mannen last van!’

‘Vrouwen kunnen wel multitasken, hier een halve stapel gestreken wasgoed, daar een half afgewassen afwas en dan zitten ze ook nog op hun tablet te koekeloeren….’ schampert het joch. Staat hij me nu af te zeiken? Staat hij vrouwen in het algemeen belachelijk te maken? Hoor ik irritatie in zijn stem? Wat is dit?

Ik lach als een debiel met de rest van de klanten mee om deze en volgende niet leuke grapjes, want ik heb geen zin in gedoe. Ik ben ook perplex. Er klopt iets niet. Deze jongen is altijd vriendelijk en nu gedraagt hij zich als het stuk darm dat normaal gesproken om hun voortreffelijke rookworst zit!

Voor mijn gevoel kruip ik door het oog van de naald, loop ik weer eens op eieren…. Het hele scala aan gevoelens waar ik intussen zo’n hekel aan heb inclusief het vriendelijke pleasegedrag steken de kop op. Bah. Ik besluit ter plekke te stoppen met aardig zijn. Dan komt er een vrouwelijke collega terug van de lunch. De grote vriendin van Ysbrandt. Ze begint direct een klant te helpen.

En daar, ten overstaan van een hele winkel vol mensen, neemt hij haar te grazen. Ik zie het voor mijn ogen gebeuren. Gelukkig is zij totaal niet op haar mondje gevallen.

‘Hou op,’ zegt ze nijdig,’Ik kom jullie niet in mijn vakantie uit de brand helpen om een uitschijter van jou te krijgen, ook nog eens waar iedereen bij is…’ Het jong zegt nog iets heel fouts terug. In de trant van : “Ik wilde je er even op wijzen, behoeden voor een fout…” Die vrouw maakt nooit fouten, ze werkte er al toen hij nog in luiers liep.

Snel maakt Heks dat ze de winkel uit komt. Ik kan niet tegen dit soort toestanden. Ook ben ik altijd de klos. Deze doorgaans vriendelijke jongeman is absoluut met het verkeerde been uit bed gestapt. Of zijn vrouw is opgestapt. Of zijn kind krijgt tandjes. Er is iets in elk geval. Hij probeerde even onder mijn huid te kruipen en toen dat niet lukte pakte hij gewoon een andere vrouw……

Als ik even later weer thuis ben vertel ik het aan mijn hulp. Zij is ook zo’n supersensitief mens. Zij werkt nu bijvoorbeeld ergens voor mensen, waar dit gedrag aan de orde van de dag is. Ze heeft al last van haar schouder, ze wordt er ook nog eens flink afgebeuld……

‘Weg wezen daar, schat, voor je zelf tegen de vlakte gaat,’ roep ik uit als ik het hoor. Puur eigenbelang natuurlijk. Ik moet er niet aan denken dat deze geweldige vrouw me gaat verlaten om wat voor’n reden dan ook. Wij hebben het veel te gezellig samen!

 

Worsteling met Heidense Bezoeker Huize Heks. Dan vindt herkenning plaats. En erkenning. De relatie stabiliseert. Uiteindelijk versier ik die genode gast. Een droom van een kerstboom is het gevolg……

IMG_7345IMG_7307IMG_7312

Na alle drukte van het weekend voor kerst ligt Heks aardig voor Pampus. Toch moet de kerstboom worden opgetuigd. Een heidens karwei. Gelukkig krijg ik hulp van Frogs. Om een uurtje of zes meldt hij zich in Huize Heks. Eerst drinken  we ons moed in met een glas wijn. Daarna gaan we het gevecht aan met de boom. Ik heb sedert enige jaren de grootste kerstboomstandaard, die je je maar kunt voorstellen. Eigenlijk om deze knokpartij te vermijden. Helaas, heeft de Nordmann Spar elk jaar wel weer een verrassing in petto.

IMG_7316

 

Dit exemplaar bijvoorbeeld heeft een idioot dikke stronk. Precies echter waar de metalen bouten de boel moeten vastzetten houdt de verdikking op. Zodoende hebben deze bouten geen grip. Ook groeit de boom vanaf de onderkant direct in een onnavolgbare kronkel. Alsof hij zich in zijn eerste levensjaren kapot is geschrokken en geprobeerd heeft weg te komen van zijn plek. Toch staat het bakbeest kaarsrecht. Aan niets is af te zien, dat ‘ie een kronkel heeft……

IMG_7314

Uiteindelijk staat mijn boom. We hangen de lichtjes er in. Het ene snoer na het andere begeeft het. Heks is enorm handig in het repareren van dit soort mankementen, maar niet nu ik zo enorm gaar ben. Ik probeer wat. Het helpt niet. Ik krijg al nauwelijks die lampenzooi uit de knoop. En dat terwijl ik ze zo keurig opgerold heb opgeborgen. ‘Nou ja, Frogs, dan maar wat minder lampjes in de boom. Het is niet anders. Ik ga iets te eten maken.’

IMG_7315IMG_7319

Ik zet een flinke bak zuurkool in de oven en niet veel later zitten we aan een heerlijke maaltijd. ‘Ik heb gewoon geen zak zin in dat optuigen dit jaar,’ moppert Heks, ‘Ik ben gewoon te moe.’ Terwijl ik het zeg dondert de boom met een enorme klap op de grond. We zien nog net een rood monster vanuit de top wegspringen en vluchten via het kattenluik. De vloer van de woonkamer ligt bezaaid met naalden en water. Ik had de enorme waterbak al gevuld. Binnen een minuut ontstaat er een enorme puinhoop.

IMG_7322

We hijsen mijn heidense huisgenoot weer overeind. Snel vis ik alle nog werkende lampjes uit het water. De stroom gaat van de boom, de stekkertjes stop ik in een plastic zak. We draaien net zo lang met het onwillige stuk naaldhout, tot hij tegen de muur leunt. ‘Ik hou het voor gezien, lieve Frogs. Ik heb er gewoon geen lol in vandaag. Wat mij betreft smijten we dat ding gewoon weer uit het raam. Maar ik ga eerst maar eens een nacht goed slapen. Morgen zien we wel weer.’  Mijn vriend biedt aan de volgende dag nog eens te komen helpen.

IMG_7329IMG_7336 IMG_7334 IMG_7330

Maar dat is niet nodig. De volgende dag komt mijn grieperige hulp. Samen weten we enige stabiliteit te krijgen in dit project. Als ze weg is begin ik met het echte optuigwerk. Nu begin ik er toch plezier in te krijgen. Ik kom allemaal oude vrienden tegen. Het antieke engeltje van Ernst, het gevleugelde hart van Elva, de kerstalbal van Frogs, het kerstmannetje van mijn vader……. Ze krijgen allemaal een mooi plekje in de prachtige boom. Toch blij, dat ik em niet naar buiten heb gesmeten. ‘Ik ben ook blij Heks, ‘ hoor ik zachtjes fluisteren in bomentaal, ‘Alle bomen in het bos hopen door jou te worden versierd. Jouw magische droomboom is een begrip in kerstbomenland…’

IMG_7337

IMG_7343IMG_7339

Zo sluit ik dan vrede met mijn boom. Dat is alvast een begin. Het is een mooie boom. Met een rare stronk. Toch staat hij zo vast als een huis en volledig Cat Proof te stralen in deze Donkere Dagentijd.

IMG_7340 IMG_7342 IMG_7351 IMG_7346IMG_7353

 

IMG_7348

IMG_7344IMG_7317