‘Wat zou je doen als je twee piemels had?’ Geen idee. Het zou erg wennen zijn. Moeilijk gesprek vol pijn en droeve drek. Maar niet over deze zaken. Ik wilde jullie gewoon vermaken……

‘Heks, ik wil je mijn verontschuldigingen aanbieden voor ons laatste gesprek,’ een schorre stem kraakt me treurig tegemoet door de telefoon. Ik kan mijn gesprekspartner bijna niet verstaan. Ons laatste gesprek verliep inderdaad gek. En er werden dingen bij name genoemd, die je maar liever niet wilt weten. En anders zo snel mogelijk wilt vergeten.

Dingen die door de bodem van het bestaan zakken. Zaken zo zwaar als een dodenbaar. Een altaar voor geleden leed. En daar dan iemand op offeren. En vervolgens jezelf erbij.

‘Je bent zo lief, Heks, je bent echt een schat,’ luisteren naar iemand is wel het minste wat je kunt doen. Maar toch staan we vaak machteloos. Een oplossing zou zo prettig zijn. Maar iemand even optillen is het hoogst haalbare.

‘Ik weet dat mensen altijd hun ellende op jouw bord gooien, dat wil ik niet doen, ik wil je er niet mee belasten,’ klinkt het verder. Je belast me er niet mee, schat, ik houd van je. Heel veel. En al heel lang.

Vandaag praten we weer over al zijn verschrikkingen van de afgelopen paar jaar. Het gewicht van die dodenbaar. En nog is het niet klaar.

‘Wij dragen genetisch zoveel woede in ons mee, dus daar begin je al mee,’ Heks is er door schade en schande achter gekomen, dat dit met haarzelf het geval is en deze reisgenoot deelt die genetische woede met Heks.

We komen uit een vergelijkbare achtergrond. Boven zijn kinderhoofd hing hetzelfde zwaard van Damocles. De eerste klap was ook bij hem een daalder waard. En als er een ram over de dam was volgden er geheid meer!

Wij beiden hebben een bom in onszelf, die nooit ontploft. Daar zorgen we wel voor. Maar de zijne is in een kritische fase gekomen. Ik ruik lont. Iemand fungeert als trigger.

Geen medemens, maar een bak stront. Ik weet er alles van. Heb alle verhalen gehoord. Het is waar. Dat afschuwelijke afgrijselijke serpent van een medemens is echt vreselijk naar.

‘Een gemene heks is het, Heks. Een draak van een wijf……’

Wat is wijsheid? Die zorgvuldig onderdrukte woede de overhand laten krijgen en iets doms doen geenszins. Dat weet ik zeker. Wraak maakt altijd nieuwe onschuldige slachtoffers. Je geeft je pijn alleen maar door.

Maar verder begrijp ik het voor geen meter. Waarom krijgen sommigen het zo voor hun kiezen en wordt bij anderen alles in de schoot geworpen?

Gisterenavond zit ik een beetje te mijmeren. Over mijn pogingen om mijn vat vol woede aan te pakken. Die genetische opstapeling van nijd. Hoe ik er heel veel ongenoegen uit heb gegooid. Soms ook echt naar degenen bij wie het thuishoort.

Hoe ik de laatste tijd weer loop te zingen, omdat er weer ruimte komt. ‘Ik wil dat het hier eindigt, ik wil dat het klaar is met die woede,’ zeg ik tegen mijn homeopaat. ‘Heks, dat zou wel eens effect kunnen hebben op je hele clan. Je staat niet zo op jezelf als je altijd maar denkt. Alles is verbonden…..’

Ik mijmer over mijn recente aanbidder en zijn zelfmedicatie van gerstenat. Hoe jammer was dat! Maar ook hoe herkenbaar. Ik kom uit een geslacht waar een goeie borrel gedronken werd.

Op zondagmorgen na de kerk puilde het piepkleine voorkamertje van mijn oma uit van de bezoekers. De grote kolenkachel stond roodgloeiend paraat, terwijl er van alles in de ernaast geplaatste doofpot verdween…..

Dan kwam de jenever op tafel. En voor oma een advocaatje.

Oma maakte ook zelf bessenjenever. De overgebleven blauwe bessen gooide ze op het grindpad voor de kippen. Die liepen dan waggelend te kakelen……..

‘Ik drink ook veel, Heks,’ klinkt het in mijn oor. Ik weet het. Ik weet het van zoveel mensen. ‘Het lost niks op, je krijgt er een probleem bij,’ zei mijn moeder altijd. Een wijze raad, waar ze zelf niet al te goed naar heeft geluisterd. Dat komt vaker voor dan je denkt.

natuur-christenen1

We weten het allemaal wel, maar jezelf koesteren en veilig stellen is er vaak niet bij. Dat geldt niet langer voor mij. Ik ben er als de kippen bij. Maar niet die kippen van mijn grootmoeder: De tijden van gezuip zijn echt helemaal voorbij.

Als de schellen van je ogen vallen zie je de wereld voor wat ie is. Er is zoveel mis. Het is geen kattenpis.

Toch loop ik dagelijks vol verwondering door ‘Die Welt an Sich‘. Die wonderlijke schepping, waar we zo weinig van afweten. Zelfs onszelf zijn we doorgaans een raadsel.

Heeft het goddelijke ons werkelijk naar zijn beeld geschapen? Moet je eens naar de mens kijken! Dat belooft toch eigenlijk niet veel goeds…….

Misschien is de aarde wel de eerste door haar gebaarde wereld. Zijn er betere versies elders in de kosmos: De eerste pannenkoek mislukt immers altijd!