Heks is niet bang voor een beetje tuinslang of een grote slang van hout. Slang is goud. Transformatie op mijn pad. Zachtgekookt ei baart slang. Ellenlang. Vleit zich om mijn middenwereld. Jǫrmungandr markeert mijn grens en waakt. Heks vervelt. Het voelt wat naakt.

©Toverheks.com©Toverheks.com
©Toverheks.com

Heks slaapt en slaapt, Doornroosje is er niks bij. Om de haverklap val ik om, om vervolgens uren in coma te liggen. Doodmoe word ik uiteindelijk wakker. Mijn vermoeidheid is een bodemloze put.

Ik droom, maar ik onthoud bijna niks. Sinds ik LDN slik zijn mijn dromen buiten mijn bereik. Bereed ik vroeger nachtmerrie na nachtmerrie, nu is mijn slaap saai en taai.

Maar vannacht droom ik van bloemen, een zee van prachtige bloemen. Ik word wakker met armenvol bloesems.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Na een lange nacht is het weer dag. Hemelvaartsdag. Het is nog steeds zo koud, dat ik met handschoenen aan de honden ga uitlaten. Maar op mijn balkon, uit de wind in de zon, is het goed toeven.

Ik ga een uitgesteld klusje doen. Iets met slangen. Ik zie overal slangen momenteel. Dit symbool van transformatie begeleidt me op mijn pad. Mooi is dat!

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Ik balanceer op een ladder teneinde mijn tuinslang door het raam van mijn badkamer te wurmen. Afgelopen winter heb ik het ding verwijderd, om het raampje dicht te kunnen doen. Ik ben echter flauw van het gesjouw met gieters. De zomer komt er aan, nou ja, dat hoop ik. Dus er moet weer water stromen uit die slang.

Dan ga ik mijn spulletjes ophalen bij mijn gewezen vriendin. Ik rijd er heen en laad mijn vouwfiets in. En mijn oude fietskar. En wat schedeltjes, ooit van me geleend. Straalvergeten. En mijn reservesleutelbos.

Ik heb al 2 dagen stampende hoofdpijn. Een smerig virusje denk ik. Ook mijn stem is weg. Schor als een kraai, maar het geeft niks. Ik zie toch niemand momenteel.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Het zachtgekookte ei is hard geworden. Het zachtgekookte ei trekt een grens. ‘Jouw harde woorden,’ krijg ik terug, nadat ik die grens kenbaar heb gemaakt. Mensen houden er niet van als ik mijn grens aangeef. Dat is me al eerder op veel kritiek komen te staan.

‘Als jij aangeeft, dat je iets niet wilt trekt geen mens zich er iets van aan,’ zei een narcistische ex van me altijd. Hijzelf was het levende voorbeeld van dit gedrag. En hij had gelijk. Jarenlang kon iedereen alles maken bij me. Ik bleef eindeloos in de geefstand staan. In de vergeefstand. En in de aanpassingsstand. Niet zo goed voor mijn gemoedstoestand.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Maar die tijd is voorbij voor dit hardgekookte ei. Geen blij ei, want het is ontluisterend hoe ik hierop word afgerekend. Hoe woede mijn deel is, als ik niet langer alles pik. Hoe is word uitgemaakt voor keiharde egoïst, zodra ik een grens stel.

Ik moet er maar mee leven.

Onlangs neem ik mezelf waar als pure energie. Ik zie mijn energiepatroon. Mijn interactie met al die andere energiemanifestaties in de wereld. De lastige aspecten van mijn energievorm. Die hang naar eerlijkheid. Die hang naar autonomie. Ik zie, ik zie. Het bevalt me wel en niet.

Ik zal het ermee moeten doen. Er is niks mis met eerlijk zijn. Genadeloos. Wat anderen doen moeten ze zelf weten. Er is niks mis met autonomie. Ik heb een hekel aan verstrengelingen. Aan gerommel met energiedraden. Aan mensen, die in mijn kop inbreken. Of haken slaan in mijn middenrif.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Maar net als elk mens heb ik behoefte aan verbinding. De manier waarop ik dit deed werkt echter niet meer voor me. Ik ben aan het veranderen. Het proces is al jaren aan de gang.

Het heeft ook goede kanten. Ik zit niet langer urenlang als een konijn in de koplampen naar verhalen te luisteren, die me niet aanstaan. Of die ik al vijfduizend keer gehoord heb. Ik verdun niet langer. Ik drink niet langer een halve fles wijn leeg om het geklets te kunnen verdragen.

Ik laat me niet langer de mond snoeren. Ik accepteer niet meer, dat mensen hun agressie op me botvieren.

Dit alles is gezien mijn achtergrond een waar wonder. Niet langer slaafje en boksbal. Niet langer zacht gekookt ei.

Maar mijn zachtheid mag blijven. Grenzen stellen is niet hetzelfde als een keihard persoon zijn. Het komt alleen hard over bij degene, die die grens niet accepteert. En respecteert. Zo gaat dat met grenzen.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Respect en liefde is hetzelfde laken een pak.

Pijn doen of pijn lijden. Soms moet je iemand pijn doen, omdat je anders zelf pijn lijdt. Nee zeggen kan heel confronterend zijn. Maar het mag. Het is een grondrecht van ieder mens. De meeste mensen leren dat zo rond hun tweede levensjaar. ‘Terrible two,’ de leeftijd waarop een kleuter op alles nee zegt.

Ik leer het nu. Eindelijk. Goddank.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Een sprookje van Anderen. Het evangelie van de boze buurtbewoner. Elke gek zijn gebrek. Hoge bomen vangen veel wind, maar rondvliegende heksen ook. Een opvallende verschijning zijn heeft zo zijn nadelen. Heks wordt aangevallen en verrot gescholden. Vanuit een zeer benepen universum hier vlak om de hoek.

Iedereen is het middelpunt van zijn of haar eigen universum. Sommige universa zijn groot en interactief met andere universa. De bewoner is communicatief en lief. Sommige bewoners gaan op onderzoek uit in hun eigen universum. Deze ontdekkingsreizigers ofwel soulsearchers proberen de wereld te verbeteren beginnend bij die van henzelf.

Andere universa zijn werelden op zich. Afgescheiden van alles wat daarbuiten ligt. De vijandige buitenwereld. Bewoners van deze universa stoppen hun energie voornamelijk in het bestrijden van de boze buitenwereld. Tot aan de tanden bewapend en op alles voorbereid staan ze je te woord. Als je ongelukkigerwijs hun pad kruist.

Het is dan zaak geen verkeerde beweging te maken. Laat staan iets te zeggen, dat deze holbewoner verkeerd kan opvatten. Je hebt een poeier te pakken voor je het weet.

De bewoner echter voelt zich vrij om elke vorm van agressie over je heen te storten. Hij voelt zich daartoe gerechtigd. Vanuit de rigide regels van zijn benepen universum.

En wat is nu zo opvallend aan dit soort confrontaties: Je hebt het altijd gedaan. Ook al heb je niets gedaan. Onderhandelen is zinloos. Een normaal gesprek zit er niet in. Boos geschreeuw is je deel. En eventueel een paar forse sancties.

Heks komt thuis van een hele leuke dag voor het goede doel. Ik ben vrolijk, geïnspireerd, blij dat er zoveel prima mensen zijn met hun hart op de goede plaats. Ik heb me met liefde kaal laten plukken, samen met vele anderen. Zodat kansarme kinderen naar school kunnen, zodat ze vervolgens een vak leren. Zodat ze een waardevol lid van hun maatschappij kunnen worden.

Opgewekt rijd ik door de buurt. Op zoek naar een parkeerplek. Helaas staat alles vol. Op dat ene plekje in een steegje om de hoek na. Waar nog steeds die plantenbak op de parkeerstrook staat. Niet langer ingemetseld midden op de strook. Maar aan het randje.

Ik rijd nog maar een rondje, want ik heb geen zin in gedoe met de bewonder van het huis tegenover die parkeerplek. De man heeft zich de plek toegeëigend. Hij vindt dat hij er zijn tuin op kan uitbreiden. En oh wie de waai degene, die het daar niet mee eens is. Die springt hij ongenadig op de nek. Als een duveltje uit een doosje.

Helaas is de plek van de gek het enige vrije plekje in de buurt. Ik draai mijn auto zorgvuldig achteruit de parkeerstrook op. Rijd een klein stukje naar achteren om nog iets dichter bij de muur te komen. En weer naar voren om mijn bolide recht op de strook neer te zetten.

Terwijl ik bezig ben komt er een vrouw uit het gewraakte pand zetten. Scheldend en tierend. Ze wijst naar haar voorhoofd. Steekt haar middenvinger op. Ja, gezellig!

Ik heb het mens nog nooit eerder gezien, maar blijkbaar is het de egaa van die idiote kerel, die hier ook woont. Vloekend staat ze me op te wachten, terwijl ik mezelf moeizaam aan de passagierskant uit de auto wurm. ‘Klotewijf, je reed expres tegen onze plantenbak aan,’ gilt ze.

Heks is met stomheid geslagen. Waar heeft dat gekke mens het over? Ik ben me van geen kwaad bewust. Ik zou toch zeker wel merken of ik tegen iets aan reed? Ik ben wel eens tegen die bak aan geknald bij het inparkeren, het ding is niet te zien in je spiegels, dus ik ken het gevoel.

Resoluut verwijs ik haar klacht naar het rijk der fabelen. ‘Ik ga hier verder niet met u over in discussie,’ draai ik haar mijn rug toe. Het wijf drukt haar amechtige lijf vervolgens zo ongeveer tegen mijn rug aan. Geen enkel respect voor mijn persoonlijke ruimte, zoveel is me wel duidelijk.

Gegil, gekrijs, geschreeuw. En het gaat maar door. ‘We hebben toestemming van de gemeente om die bak daar neer te zetten,’ beweert ze op een gegeven moment.

‘Ik heb bij de gemeente geïnformeerd en dat is pertinent niet waar,’ dien ik haar van repliek, ‘De politie heeft uw man gesommeerd de bak weg te halen. Ik heb het hem zelf horen schreeuwen tegen een buurman, toen ik toevallig hier door de straat reed….’

De vrouw wordt zo mogelijk nog kwaaier. Haar van woede vertrokken toet kleurt knalrood. Een gillende tomaat. Ik ben gek, het busje moet voorrijden, ik ben gestoord, niet goed bij mijn hoofd, ik ben lelijk, ik ben stom, ik ben dit en dat, een kutwijf, een hoer, een smerige heks……

‘Pas maar op, dat ik je niet betover,’ grinnik ik bij haar laatste beschuldiging. Om vervolgens met een zwierige zwaai van mijn lange rode jurk de aftocht te blazen. Als ik naar boven kijk, zie ik haar man voor het raam op de eerste verdieping staan. Met een van haat verwrongen gezicht.

Wat mankeert die mensen?

Heks betreedt hun universum. Hun piepkleine wereldje aan de Lange Lullige Lijsbitchsteeg. Waar ze waken over hun plantenbak. Op de door hen toegeëigende parkeerstrook. Waar ze heer en meester over zijn. Hun straat. Hun strook. Hun plantenbak. Wee je gebeente, als je alleen al naar die bak kijkt……

Als ik thuis kom, zit ik vol woede. Grote energetische haathaken geslagen in mijn zonnevlecht. Ik ga naar een prachtig concert, krijg daarvoor een vrijkaartje cadeau bij de ingang, zit naast mijn goede vriend Jip. We lachen en giebelen. Ik heb een heerlijke avond.

Maar de haathaken wroeten verder. In de pauze loop ik naar mijn auto. Voor de zekerheid haal ik mijn TomTom er maar uit. Dat was ik in de consternatie vergeten. Ik vertrouw die lui voor geen cent. Bij de vorige aanvaring dreigde de man om die hopeloze plantenbak met geweld op mijn auto te smijten…..

Zondag ga ik er rustig voor zitten. Ik zak in een diepe meditatie. Ik wrik de haathaken los uit mijn middenrif en stuur het ongewenste pakketje retour afzender. Ik stuur nog wat ongewenste pakketjes retour naar andere afzenders nu ik toch bezig ben. Ik laat mijn goede intenties bij me terugkeren. Stuur mijn eigen woede naar de planeet Scheld. Een oase van rust daalt op me neer.

Dan besluit om mijn auto te gaan wassen. Het ding is te smerig om aan te pakken, nadat de prunus uit de steeg haar bloesems er op heeft gedeponeerd. Een paar snottige regenbuien verder is deze pracht veranderd in smerige drab. De hondjes zijn nog bij de oppas. Ik heb lekker mijn handen vrij!

Als ik mijn auto probeer te starten gebeurt er niks. Raar! En gezien de vijandelijkheden en de dreigementen van gisteren: Verdacht!

©Toverheks.com

Uren later komt de ANWB. ‘Uw accu is helemaal leeg,’ constateert de monteur, ‘U heeft een licht aan laten staan.’ Heks betwijfelt dat. Toen ik de TomTom uit de auto haalde was het al aan het schemeren. Ik heb toen geen licht zien branden.

Ik heb in alle consternatie wel een raampje open laten staan gisteren bij aankomst. Aan de kant van de muur. Met een beetje moeite kun je zo precies bij het hendeltje van de verlichting!

Als ik me omdraai zie ik de vrouw, die me gisteren woedend belaagde, dansend en juichend voor haar raam staan. Haar meutige gezicht vertrokken in een duivelse grijns. Beide handen triomfantelijk in de lucht gestoken. Ik had de ANWB-man al gewaarschuwd voor dit soort taferelen, maar hij is evenzogoed verbijsterd.

Nu wordt het Heks toch al te gortig. Ik duw de plantenbak van de parkeerstrook. En nog een stuk opzij. Ik duw nogmaals en het ding valt om. Er rolt een beetje aarde op de grond.

Als een duveltje uit een doosje staan nu zowel de man als de vrouw gillend in de steeg. De vrouw wil me te lijf. Haar man probeer het te voorkomen. ‘Vieze vuile teringhoer, kankerhoer, schijthoer, pleurishoer! Je gooit telkens die bak om,’ gilt het mens.

Waar heeft ze het over? Heks weet van niks. Maar ik weet ook genoeg. Die bak wordt dus met enige regelmaat omgegooid? Ik ben blijkbaar niet de enige met wie dit echtpaar in de clinch ligt.

Dat verklaart ook dat dit vaak het enige lege plekje in de buurt is. Deze idioten voeren een waar schrikbewind. Mensen zijn doodsbang van dit stel. ‘We willen alleen maar de buurt wat gezelliger maken,’ brult het griezelechtpaar in koor.

Nou, dat lukt aardig zo, denk ik bij mezelf, terwijl ik een aanval van slappe lach onderdruk. Als ze dat willen bewerkstelligen kunnen ze beter gaan verhuizen!!!

Ik zeg echter niks meer. Ik ben uitgepraat met deze mensen. Ik heb al een klacht neergelegd bij de politie. De wijkagent gaat er werk van maken. Die mag dat varkentje wassen wat mij betreft.

Dankzij de ANWB-man kom ik er zonder kleerscheuren vanaf. Het echtpaar blijft nog een tijd voortrazen, maar uiteindelijke poetsen ze de plaat.

Mensen regerend in hun eigen universum. Met hun eigen idiote regeltjes, waar iedereen zich aan moet houden. Met hun eigen definitie van gezelligheid. Maar het zijn niet bepaald gezellen, deze medemensen. Zodra je je niet aan hun rigide gestoorde regels houdt zijn de rapen gaar. Dan krijg je een stelletje idioten over je heen.

Het was misschien niet netjes van me om de plantenbak om te kieperen, maar ik ben er erg van opgeknapt. Alle woede per direct mijn systeem uit.

Tevreden ga ik een stuk rijden met mijn autootje teneinde de accu weer op te laden. Gelukkig was het alleen de accu. Het had zoveel erger kunnen zijn. Op de terugweg was ik mijn auto. Die staat nu glanzend in de steeg. Binnenkort ga ik in gesprek met de wijkagent. Eens kijken, wat hij erover te zeggen heeft.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Magie, hihihi. Ik zie, ik zie, wat jij niet ziet. Heks rent rammelend rinkelend rond. Met 1 zwarte kat en tweemaal hond. Elfjes, godjes, boombombasten, watergodin. In spin, de bocht gaat in!!!

‘Wat hoor ik nu?’ zegt mijn huisarts gisteren, als ik mijn jas uittrek. Verrukt staart ze vervolgens naar mijn pols. Daar komt dat geluid vandaan. Duizend kleine elfjes dansen daar in zilveren tonen.

Op de bevrijdingsbraderie staat elk jaar mijn Afghaanse stenenman. Een heel lekker stuk van een vent met veel humor, die goed over de randen van de middenwereld kan kijken. Ik kom al zo lang bij hem. Hij heeft altijd iets bijzonders voor me. Zo ook deze keer. 

Een paar enorme zilveren kralen, een paar prachtige stukken stokoude ruwe koraal,  een ring met een opaal ter vervanging van mijn ‘trouwring’. (Ben met mezelf getrouwd bijna 15 jaar geleden en vorig jaar verloor ik de opaal uit mijn ring).  En nog wat kleine zilveren dingetjes.

En ook: Een bedelarmband met enorme bedels. Ze rinkelen vrolijk om mijn pols bij elke stap. Elke beweging. Vannacht tijdens mijn laatste hondenronde rinkel ik voor mijn dierbare brongodin bij de rioolput voor de Schouwburg.

Ik rinkel voor de Prunus, die haar roze pracht op mijn knalgele autootje heeft gedeponeerd. Steeds als ik weg rijd vliegt er een roze sluier van liefde achter me aan door de lucht! 

Ik rinkel langs mijn vriend de Plataan. Op zijn laagste tak zit Pleingodje te schreeuwen van verrukking bij het horen van dit magische geluid. Over het pleintje achter het hof gaat het. 

Ik rinkel voor de tweeslachtige slakken met hun woeste nachtelijke orgieën. Ik rinkel voor de kronkelwilg en de kleine bomen met de grote bladeren. Ik rinkel voor de laatbloeiende ribes.

Dan loop ik richting Boerhaave museum. Daar staat mijn andere boomvriend, volgens mij een elsachtige. Zijn bladeren glimmen me tegemoet. ‘Rinkeldekinkel,’ groet ik hem terug. Deze halfwassen boom. ‘Wat word je toch groot,’ zijn kruin bijna boven het belendende pand uit. 

Dan rinkel ik richting Vrouwenkerkplein. Maanlicht strijkt over de restanten van de oude Onze Lieve Vrouwenkerk uit de 14e eeuw. Waar later de Pelgrim Fathers hun veilige haven vonden, voordat ze naar Amerika vertrokken. 

Mijn hondjes springen op de ruïne en rennen over de muurresten naar boven. De bomen rondom het plein, de zes respectabele zusters, zes oude knotplatanen, schudden hun wijze kruin. Daar is ze weer met haar hondjes. En die zwarte kat is er ook weer bij. 

‘Zij heeft ‘les six frères’ bezocht,’  fluisteren ze voor de zoveelste keer opgewonden onder elkaar. En het is waar. Ik ben ooit een berg op geklommen om een enorme eeuwenoude boom te bezoeken. Met zes enorme stammen. 

Ja, bomen zijn enorme kletskousen. Ze vangen alles op in hun bevroren wandelgangen. ‘Jullie hebben gelijk,’ sis ik terug naar de zusters. Ik rinkel nog eens extra met mijn armband. Dat vinden ze leuk. 

Nog 1 steegje door en ik ben thuis. Met mijn nieuwe praktische ratel. Want: altijd bij de hand. Letterlijk. En hij ziet er nog leuk uit ook! 1 bedeltje is echt heel bijzonder. Het is het paard van Troye. Je kunt een openmaken. Dan zie je de verstopte manschappen er in zitten!

Niet veel later poets ik mijn tanden. Moe, moe, moe. Oh, zo moe.

‘Jij kunt wat ik ook kan, Heks,’ hoor ik opnieuw de stem van de paragnost in mijn hoofd, ‘Maar jij kunt daarbij ook genezen. Met je handen. Dat moet je weer gaan doen…… En laat al die mensen, die steeds met hun problemen bij je komen, daar maar voor betalen.’

Mijn gouden handjes. Weer laten wapperen. ‘Maar, maar, pruttelpruttel,’ Heks heeft geen zak zin om weer een praktijk voor paranormaal genezen te openen. Zo’n gedoe. Vooral de boekhouding. Mij niet gezien. Mijn belastingaangifte is al zo onoverzichtelijk.

Ook heb ik het geld helemaal niet nodig.

Voor een goed doel dan? Mensen behandelen op afstand, werkt vaak beter ook nog…. En hen dan een bedrag laten storten naar een doel naar keuze? Naar mijn keuze?

Ik realiseer me opeens, dat ik wel eens enorm op kan knappen, als ik weer midden in die grote stroom van liefdevolle energie ga staan.

De tekens aan de wand. Uitspringende lantarenpalen all over de place als ik langs rijd in mijn scootmobiel. Vooral hier in de straat. Voor mijn buitendeur is het wekenlang aardedonker. De lamp in het trappenhuis springt ook al kapot. Ik doe op de tast mijn voordeur open.

Net als vroeger. Lang, lang geleden. Voordat ik mijn energie ging kanaliseren.

Een nieuwe fase in de verbinding met mijn ziel. Met mijn nieuwe trouwring voor mijn innerlijk huwelijk. De heilige eed aan mezelf hernieuwd.

Mijn therapeut, die in tranen uitbarst tijdens een sessie. Die ik overigens aan haar heb moeten betalen…. Maar toch. Zelfs zij kwam met haar problemen bij mij.

Een paar weken geleden heb ik een nachtmerrie over mijn voormalige therapeut. Heel indringend. Haar gejammer en gehuil. Wat wilde die droom me vertellen?

Tekens aan de wand. Op mijn pad. In mijn dromen. Rond mijn hand.

Komende zaterdag bezoek ik zo’n goed doel. Ze doen fantastisch werk in Afrika en ik sponsor een kind bij hen. Schijtchristelijk, dat wel. Dus niet echt een club om mijn ‘toverkunstjes’ openlijk te vertonen. Maar geld doneren kan natuurlijk altijd.

Wat maakt het uit, waar de genezende energie in mijn handen vandaan komt? Waar ik mijn informatie vandaan haal? Hoe de bron wordt genoemd? Of de Godin soms ook een man is bij tijd en wijle? Een vruchtbaarheidsgod bijvoorbeeld? Met een goddelijke piemel?

Mij persoonlijk kan het niks schelen. Alleen maar leuk al die uitingen van het goddelijke. Vooral ook die vruchtbaarheidsgod……. ‘Onderzoek alle dingen en behoud het goede.’ De misogyne evangelist Paulus zei het al.

‘Gewoon weer je praktijkje openen, laat mensen maar betalen als ze met hun zootje bij je komen. Meer spirituele mensen zoals jijzelf om je heen en laat al die zuigers maar de tering krijgen. Nooit niks meer uitleggen. Jezelf nooit meer verdedigen. Of jij je informatie nu krijgt van God, Jezus, een elfje, een kabouter of een TROL! Het interesseert niemand ene reet. Als ze die informatie maar krijgen….. Gewoon mensen helpen, maar niet meer voor niks. Komt het allemaal goed met jou!’’

Verwarring schept lijden. Heks raakt de kluts kwijt. Dan hoor ik een oude vertrouwde stem in mijn oor. Met een vet Haags accent: ‘Je hoeft jezelf niet langer te verdedigen, Heks, je hoeft niet altijd alles uit te leggen. Daarmee geef je heel veel macht aan bepaalde medemensen. Je kunt echter niet in hun kop kijken. En je kunt hen ook niet veranderen. Geef die mensen gewoon gelijk. Dan ben je er van af….’

Heks doet een vastenkuurtje. ‘Lief lichaam,’ zeg ik tegen mijn lijf, ‘De komende dagen krijg je niks te eten, de knop gaat om….’ Het is lang geleden, dat ik dat tegen mijn fysieke verschijning gezegd heb. Geen idee of mijn incarnatie, mijn vleesgeworden zelf, nog zo gemakkelijk die knop om kan zetten. We gaan het zien.

Direct aan het begin van mijn kuur, ik ben net aan 3 uur bezig, gooit iemand een berg shit bij me naar binnen. He getsie, daar zit ik nu echt niet op te wachten.

Ik val in mijn oude groef. Ik begin mezelf te verdedigen, dingen uit te leggen. Ik raak behoorlijk in de war. Goddank lees ik bij toeval een oud blog van mezelf. Eigenlijk omdat ik in mijn statistieken ontdek, dat dat blogje momenteel heel veel gelezen wordt.

In je blote kont om een flatgebouw rennen en je doel verplaatsen. Jezelf niet meer verdedigen door een ander gewoon gelijk te geven….. Kortom: Schijt hebben aan wie wat dan ook maar over je zegt of denkt. ‘Heks, wat in iemands kop zit kun je niet veranderen! Maar je moet wel je helende handjes laten wapperen…..’ Consult bij paragnost Peter van der Hurk deel 1!.

Hierin sommeert Peter van de Hurk me om op te houden mezelf te verdedigen. Om niet altijd alles te willen uitleggen. ‘Je kunt niet in iemands hoofd kijken,’ beweert hij. En het is waar. Soms krijg je iets over je heen, dat echt niet van jou is. Verdedigen betekent verdunnen. Uitleggen betekent uitvloeien.

‘Ik geef in zo’n geval iemand gewoon gelijk,’ Peter plakt er nog een mooi voorbeeld aan vast.

Wat een toeval, dat ik dit blog onder ogen krijg. Precies op het goede moment. Want ik ben behoorlijk in de war van de aanvaring. En ook heel boos. Nergens voor nodig. Ik hoef mezelf niet te verdedigen. Ik hoef niks uit te leggen. Wil je iets negatiefs over me denken? Ga je gang. Wil je me van alles kwalijk nemen? Doen! Wil je me dingen verwijten? Mag! Wil je me veroordelen? Knock yourself out!

Het is waar, ik ben een waardeloze kutvriendin geworden. Ik voldoe niet langer aan bepaalde huizenhoge eisen. Ik ben veranderd. Ik wil niet langer eindeloos luisteren en mijn bek houden. Geïrriteerd gesommeerd worden ook om mijn kop te houden. Ik laat me niet meer monddood maken. Ik mag denken wat ik denk en voelen wat ik voel. Net als ieder ander.

Neemt niet weg, dat ik nog steeds luisteren hoog in mijn vaandel heb staan. Maar niet op commando. Niet als iemand met nagels over een schoolbord krast.

Heks is moe. Zo moe. Moe, moe, moe van het is nooit goed. Het mijn best doen. Het geven, geven, geven. Het me in duizend bochten wringen. De koek is op. Opperdepop.

Vandaag ben ik een beetje treurig. Ik kan geen ijzer met handen breken. Ik gooi de handdoek in de ring. Iemand heeft een bom onder onze vriendschap geplaatst. Meermalen. En het is me uiteindelijk niet gelukt om em niet te laten ontploffen.

‘Verwarring schept lijden,’ Thich Nhat Hanh heeft het altijd al gezegd. En het is waar. Heks is behoorlijk in de war geraakt van het gebeuren. En ze voelt zich dientengevolge al dagenlang erg rot.

Nu trekt de mist een beetje op. Ik zie het kaalgeslagen landschap, waar de bom is ontploft. De smeulende resten. Verkoolde herinneringen.

Gaat er iets nieuws groeien op deze grond? Wie zal het zeggen.

Ik vast en laat los. Ik ben zoveel mogelijk in de natuur. En de rest van de tijd lig ik uitgeteld op bed. Dat is alweer een tijd aan de gang. Mijn lijf worstelt met haar ziekte. Deze vastenkuur is de ultieme poging de vinger er weer achter te krijgen.

Maar genoeg gezeurd. Er is veel om dankbaar voor te zijn.

Ik doe online een leuke opleiding met een stelletje heerlijke heksen. Helaas kan ik maar mondjesmaat meedoen, wegens energiegebrek. Maar mondjesmaat smaakt ook heerlijk! Ik leer weer zoveel nieuwe dingen. Ik ben zo dankbaar, dat dit kan!

Gewoon vanuit mijn bed lekker toveren. Magie beoefenen op mijn balkonnetje. Sjamanisme bedrijven op de vierkante millimeter….. Seidr in mijn postzegelbestaan. Jeh!

Stoppen met jezelf te rechtvaardigen en verdedigen.

Bloemen houden van mensen. Is dat zo? Hoe komen we daarbij? Weten we dat wel zeker? Heks houdt van bloemen. En van lekker eten. Ik eet niet graag van de vloer, maar nood breekt wet.

Pech, pech, pech. Soms heb je gewoon pech. Heks kookt de sterren van de hemel. Daarna ligt ze een paar uur uit te rusten, want ik ben te moe om te eten. En ik wil natuurlijk genieten van mijn godenmaal. Zo is het ook nog eens een keertje.

Ik geef het vee voer. Op de keukentafel eten Aafje, Pippi, Bolster en Leonoor een maaltje vis met garnalen. In de badkamer zit de boskat. ThayThay krijgt speciaal blaasgruisdieet. Mijn plaskatertje vindt bijna niks lekker qua dieetvoer. Ik heb maar 1 smaak in dit spectrum kunnen vinden, waar hij mondjesmaat van eet. Goddank eet hij wel goed van zijn speciale brokjes.

In de slaapkamer zit boerenridder Ferguut te dineren. Hij krijgt gewoon normaal voer, maar ik moet wel zorgen, dat mijn stokoude piespoesje Snuitje er niet bij kan. Zij heeft een streng nierdieet. Meestal eet ze in haar bench. Daar slaapt ze ook sinds een klein half jaar. Nadat ze me met enige regelmaat midden in de nacht onder heeft gepiest. Ook ben ik wel wakker geworden met een stinkdrol naast mijn oor.

Oh, wat je niet over hebt voor je beestjes. Het is wonderbaarlijk.

De hondjes eten in de keuken. Ze hebben allebei een eigen bak, maar standaard likken ze bij wijze van toetje elkaars bak ook nog even grondig uit.

Nu is Heks aan de beurt. Ik rammel van de honger. Het eten ruikt zo heerlijk! Ik heb echt mijn best gedaan. Snel laad ik mijn dienblad vol. Ik ga lekker voor de televisie eten. Een slechte gewoonte, waar ik van mijn lang zal ze leven niet meer vanaf kom, vrees ik.

Op mijn gemak wandel ik met mijn kostbare vrachtje door mijn heksenhuis. Sublieme geuren kringelen mijn haakneus in. Het water loopt me in de mond. Met mijn elleboog duw ik op de klink van de slaapkamerdeur. Op hetzelfde moment valt mijn gehele maaltijd op de grond. ‘Krak,’ zegt het grote aardewerken bord, als het de houten vloer raakt.

Mijn feestmaaltje ligt over de vloer verspreid. Heks staat er beteuterd naar te kijken. In mijn handen houd ik het frame van het dienblad nog steeds stevig vast. De bodem van het  dienblad ligt ook op de grond, net als mijn maaltje. Een heleboel kleine venijnige spijkertjes steken langs de rand van het blad parmantig de lucht in……

Pech, pech, pech. Soms heb je gewoon pech……

Het doet me denken aan hoe de bodem ooit uit mijn heksenleventje viel. Hoe de levensmaaltijd, die het lot voor mij persoonlijk in petto had, op de grond onder mijn voeten terecht kwam. Hoe vervolgens de bodem onder mijn bestaan uit sloeg. Hoe ik het gevoel kreeg in een vrije val terecht te zijn gekomen. Jarenlang.

Net als in de terugkerende nachtmerrie, die ik had als vierjarig kind. Waarbij ik in een diepe put viel, zonder ooit de bodem te bereiken. Steeds als ik dacht, dat ik er bijna was bleek de put nog dieper te zijn. Viel ik opnieuw, steeds opnieuw. Steeds dieper de put in …….

Naast de put stond mijn poppenkast in de vorm van een grote paddenstoel. Rood met witte stippen. Heks was toen al uit de poppenkast gevallen……….

Nijdig ga ik op zoek naar iets om de troep op te ruimen. ‘Krijg de tering,’ pruttel ik kwaad voor me uit, ‘Ik eet het gewoon op, toevallig heb ik net nog een stofzuiger door de hal gehaald….’

Ik denk maar even niet na over alle beesten met vieze poten, die dagelijks door de gang lopen te paraderen. Ik denk even niet na over enge bacteriën aan smerige schoenen. ‘Ik zet het gewoon net zo lang in de magnetron, tot alle leven eruit is gejaagd,’ mopper ik chagrijnig. Ja, duh. Ik heb honger. Ik heb er lang genoeg op gewacht.

Zo eet ik een kleine tien minuten later alsnog mijn gevallen maaltijd op. Wat kan het schelen? Ik moet toch wat. Een nieuwe maaltijd bereiden zit er echt niet in. Goddank heb ik geen smetvrees. Ik was wel de hele dag mijn handen. maar ik eet dan weer net zo gemakkelijk van de grond……

Soms heb je pech, soms heb je geluk. Soms geluk bij een ongeluk. Nog voor ik de laatste hap naar binnen heb gewerkt gaat de bel. De voorzitster van de atletiekvereniging staat na een halve week toch opeens voor de deur met het beloofde bloemetje. Ik had haar niet meer verwacht. 

©Toverheks.com

©Toverheks.com Het bloemetje!!!!!!

‘Ik heb het wel bij handhaving neergelegd….’ waarschuw ik haar bij het afscheid. Zodat ze het maar uit hun kop laten om me weer bijna de sloot in te drijven, die fanatieke onsterfelijke leden van haar geliefde Olympische vereniging. 

 

Vreemde vogels en ijsvogels. Het magische getal 69. Gesprekken met Jan en Alleman. En Allevrouw. Heksje, mijn gekje, ik hou van jou.

Wat is er toch aan de hand met Heks? De hele wereld kletskoust tegen me aan deze week. Normaal gesproken leuter ik al heel wat af in de Leidse parken, maar de afgelopen week spant qua verbale interactie met mijn mede-Leidenaars de kroon.

Zo kom ik een leuke vent tegen met een hele dikke buik, die net als Heks al een eeuwigheid met ME dealt. De raarste dingen heeft hij meegemaakt. Zo is hij meermalen op de intensif care beland met hartritmestoornissen na het gebruiken antidepressiva.

Medicatie waar ik me dus geheel terecht altijd met hand en tand tegen verzet. ME patiënten hebben vaak een afwijking aan hun hart, waardoor ze bijvoorbeeld niet lang overeind kunnen blijven staan. Heks haat het ook om lang stil te staan.

Neem nu douchen. Jarenlang was dat voor mij een enorm gevecht. Uren zat ik moed te verzamelen voor zo’n opfrisbeurt en vaak sloeg ik het maar helemaal over. Maar sinds ik een douchestoel heb ga ik weer dagelijks lekker badderen.

Ook kom ik een vrouw tegen met een lastige hond. Hij rijdt op alles wat beweegt en blaft. Als hij de kans krijgt tenminste. De vrouw wordt er helemaal gek van. ‘Het is al mijn negende hond, dus ik ben niet bepaald onervaren…..’ vertelt ze me wanhopig. We praten een hele tijd, ze is zo blij als een kind, dat Heks de tijd voor haar neemt. Haar gesloten gezicht gaat helemaal open.

Vanmorgen ontmoet ik een oude dame in een klein park hier om de hoek. Ze loopt met een wandelstok, die ze woest in de lucht prikt als mensen niet genoeg afstand houden. Het is een geweldig pittige tante.

Het gesprek gaat alle kanten op, de vrouw heeft echt geleefd. En ze is superslim. ‘Ik heb jaren in de bezette gebieden gewoond tussen de Palestijnen. Stiekem. Ik had behoefte aan verandering, vandaar. Die mensen hebben vast nog geen vaccinatie gehad,’ vertelt ze naar aanleiding van mijn opmerking, dat in Israël bijna iedereen is gevaccineerd.

Als ze me verteld, dat ze 85 jaar oud is val ik bijna om van verbazing. Ongelofelijk! Ze maakt een beduidend jongere indruk.

Ik scheur me los van het gesprek, omdat ik op tijd thuis moet zijn voor de thuiszorg. Een vliegensvlug jong meisje komt mijn huis aan kant maken.

Vanmiddag fiets ik met kar door het Park van Noord. Een man zit op een elektrische gitaar met piepkleine versterker in het zonnetje op het vlonder van het theehuis heerlijk muziek te maken. ‘Klinkt lekker,’ roept Heks. En hopla: Weer een speciaal gesprek.

‘ik heb een tuinhuisje hier in het volkstuincomplex. Ik was in de Pyreneeën me dit of me dat aan het doen en toen dacht ik: Ik wil naar huis. Ik wil naar het Westen. Want daarvoor woonde ik met me zus en me zo in het Oosten van het land. Dus ik riep tegen de kosmos: Ik wil dat!’

‘Word ik gebeld, dat mijn vader is overleden. Krijg ik dat tuinhuisje. Heb ik opeens een plekje in het Westen. Het staat vol instrumenten. Kom eens langs! Ik ben Boeddhist. Me zus en me zo.’ De man vertelt er lustig op los. Echt luisteren, als ik iets terug zeg is er niet bij. Hij heeft stomweg teveel te vertellen.

‘Mijn huisje is nummer 69.’ Heks schiet in de lach. De man heeft me net enorm staat uitlachen om mijn vreemdsoortige naam. Nu is het mijn beurt. ‘Dat onthoud ik wel. Soixante neuf.’

‘Haha,’ lacht ook de man, hij heet Ar(t)Jan, ‘Ik ben niet libidood, maar deze tempel -hij wijst op zijn lichaam- komt alleen in actie als ik er echt helemaal achter sta….’

Wat een heerlijke kerel. ‘Ik heb laatst in de krant gestaan, zo’n artikel -hij spreidt zijn armen- omdat ik ijsvogeltjes red. Zoek het maar op op internet.’ En dat doe ik. Ik weet, dat er ijsvogeltjes zitten in het park van Noord. Wat fijn, dat hij ze voor een wisse dood heeft behoed tijdens de heftige vorstperiode onlangs.

Heks is blij met al deze positieve interactie. Mijn leventje is zo klein en alenig tegenwoordig. Ellendige incidenten, zoals afgelopen week met die gestoorde hardlopers, kunnen me dan enorm parten spelen. Maar hier kikker ik van op. Hop.

Ja Heks, gewoon doorgaan. Houd je kop er bovenop!

Heks is een mevrouw. Maar wel een typisch type. Ik wil niet zitten miepen. Of zeuren, mekkeren, griepen. Ik val nu eenmaal op met mijn lange lijf en heksenkop. Maar wil ik op TV? Nou, nee.

‘Mevrouw, mag ik u iets vragen?’ Heks loopt gehaast door de Haarlemmerstraat. Een kilometer koopplezier, maar nu even niet. Al maanden niet. Desondanks is het er meestal best druk. Vandaag niet. Het regent de halve dag al pijpenstelen. Het knapt een beetje op nu. Maar lekker is anders.

Ik loop gehuld in mijn waxjas met twee hondjes aan de riem. Een pak rauwe cashewnoten onder mijn arm. Ik ben bezig met een listig veganistisch tomatensoepje. Mijn hoofd is bij dat soepje. ‘Ik ga eerst even naar de duinen met mijn blaffers, dan maak ik die soep daarna wel af..’ 

Nog eens: ‘Mevrouw, mevrouw…’ Ik draai me om. Ik ben natuurlijk die mevrouw, ook al voel ik me een jongedame. Voor me staat zo’n jongedame. Een echte. Een leuk fris gezicht. ‘Mag ik u iets vragen?’

Natuurlijk. Vragen staat vrij. Maar het weigeren erbij…….

‘Wij maken een televisieprogramma en ik wil graag dat u mee doet,’ begint ze een heel verhaal af te steken. ‘Nee, nee,’ roept Heks direct. Ik moet er echt niet aan denken.

Een groot voornemen van me is om nooit op TV te komen in mijn leventje. Maar zie dat maar eens voor elkaar te krijgen. Dat valt nog niet mee. Ik heb al eerder medewerking aan een programma geweigerd. Dat was een volstrekt idioot concept rondom een rare weddenschap. Maar zoals vermeld: Geweigerd.

Ik raak aan de praat met de dame tegenover me. Wat een leuke meid! Enthousiast vertelt ze me op verzoek, waar het programma over gaat. ‘Het heet Typisch. Het wordt uitgezonden op NPO2. We gaan nu mensen met honden volgen rondom de avondklok. Ik zag u voorbij komen met uw hondjes, dus ik dacht….’

Ze kijkt een beetje teleurgesteld. Ja, zo’n rare Heks met bontmuts en grote waxjas doet het vast goed op televisie. Maar ik laat me niet verbakken. Wel maak ik een uitgebreid praatje met haar. ‘Hoe heet je?’ vraagt ze me bij het afscheid. Als ik mijn naam zeg, kijkt ze me verbouwereerd aan. 

‘Iemand, een vrouw, die een blog schrijft over winkelend Leiden (Meen ik me te herinneren, het kan ook iets anders zijn) noemde uw naam. Voornaam en achternaam. Ja, echt.’ Nu kijkt Heks verbouwereerd. Wie kan dat nu weer geweest zijn?

‘Ja, u schrijft dat blog, dat vertelde ze er ook bij. Volgens haar moest ik u hebben voor dit programma. Maar als u er geen zin in hebt, dan moet u het echt niet doen, hoor.’

Heks heeft er geen zin in. De ervaring leert, dat zulke dingen je jaren kunnen achtervolgen. Ik heb er ook de energie niet voor. ‘Ik moet altijd kiezen, waar ik mijn energie aan besteed, want ik heb maar heel weinig,’ zeg ik tot slot.

Een kwartier later loop ik in de duinen. Het is er uitgestorven, heerlijk! Ik word helemaal gek van die overbevolkte natuurgebieden. Maar zie: Een beetje regen doet wonderen. Wat mij betreft krijgen we een kletsnat voorjaar.

Als ik in de buurt van de boom van Ysbrandt kom zie ik allemaal graafmachines staan. Een groot stuk duin is afgegraven. Je kijkt opeens vanaf het pad zo op het vennetje. Uitgerukte struiken en omgezaagde bomen liggen op een hoop.

Zo te zien wordt het duin heringericht. Een bezopen concept alleen van toepassing op wat wij hier in Nederland natuur noemen.  Alles wat groen is wordt aangeharkt en bijgeknipt. Een scheve tak aan een boom? Afzagen die hap. Heks krijgt er de rambam van.

Ik maak me zorgen om de boom van Ysbrandt. Daaronder rust zijn as. Wat er nog van over is. De rest zit in de boom. Maar wat voor’n boom! Omgevallen en toch doorgegroeid. Een horizontale stam, waar Heks altijd met een kopje thee op zit te klessebessen met haar spookhondje.

Echt zo’n boom, waar die enge herinrichters een broertje dood aan hebben. Ik vrees voor de boom. Snel loop ik door richting vennetje. Goddank! De boom staat, of beter gezegd ligt er nog. Wel ziet alles er helemaal anders uit. Het waterpeil in het vennetje is drastisch gedaald. De inhoud is nog niet de helft van wat het geweest is.

Lang leve de herinrichting van natuurgebieden……

Ik zwerf anderhalf uur door de duinen. Freya rent als een zot in de rondte. Af en toe lijn ik haar aan, om haar een beetje te kalmeren. VikThor heeft het ook zwaar naar zijn zin. Het laatste stuk hangt alles bij Heks uit de kom. M’n heup, m’n schouders. Mijn rug meldt zich ook op pijnlijke wijze. 

Met twee zanderige hondjes arriveer ik uitgeput bij mijn kanariepiet. ‘Oh ja, ik ben gevraagd voor dat programma,’ schiet er door me heen, als ik de stad weer in rijd, ‘Helemaal vergeten.’

Dat is wat dat gewandel met je doet. Een reset van de kop. Alle muizenissen waaien weg. De rust keert weer.

Vanmorgen zie ik een herhaling van ‘Typisch’ op televisie. Het is me nog nooit opgevallen, dat programma en nu kom ik het natuurlijk toevallig tegen…. Zul je altijd zien.

Typisch!

Inauguratie van Biden: Respect is het woord. Daar hebben sommige politici nog nooit van gehoord. Liefde en respect is hetzelfde laken een pak. Ja kak. Dat interesseert de meeste politici geen zak. Trump is goddank weg, Rotte Rutte moet oprotten. We zijn wereldwijd echt helemaal flauw van jarenlang kampen met die zotten.

Respect, dat is het woord. Heks kijkt naar de afscheidsspeech van Donald Trump. ‘Bladiebla, meuterdemeut,’ prijst hij zijn eigen verdiensten nog eens aan. Verdiensten? Ja, hij vindt persoonlijk, dat hij het geweldig heeft gedaan. ‘Ik ben vrolijk en blij,’ hoor ik hem zeggen, ‘Het land gaat alleen maar vooruit in de toekomst, blablablabla…’

Ik kijk naar zijn knaloranje kop. Hij heeft nog een extra laag zelfbruiner opgesmeerd om zijn afscheid wat kleur bij te zetten zo te zien. De man was inderdaad de meest kleurrijke president ooit. Dat staat buiten kijf.

De man gaat niet naar de inauguratie van zijn opvolger. Die dief, die zijn overwinning heeft ‘gestolen’. Dat is pas 1 keertje eerder gebeurd. 150 jaar geleden alweer. Toen was er blijkbaar ook zo’n Koekenpeer. Wel wil hij een afscheid met toeters en bellen. Nog nooit vertoond.

Ik kijk naar zijn opgespoten lipjes. Een wijf is er niks bij. Wat een mafkees is het toch. Hij kan zo meedoen aan RuPaul’s Drag Race! Misschien een leuke toekomstige carrière? Krijgt hij weer lekker veel aandacht en valsheid wordt in die kringen hogelijk geapprecieerd!

Fijn dat hij ophoepelt.

Respect is het woord. Daar heeft Donald Tramp nog nooit van gehoord.

‘Liefde en respect zijn hetzelfde, Heks.’ zei de Surinaamse kruidenman jaren geleden tegen me, toen ik midden in de shit zat met mijn familie. Weggepest uit het familiebedrijf met mijn moeder aan het hoofd.

Anderhalf jaar zonder inkomen, om me klein te krijgen. Heks leefde indertijd van de wind met haar ME, ik had geen knoop, tot de rechter me gelijk gaf. Toen kreeg ik met terugwerkende kracht alsnog waar ik recht op had.

‘Rechters geven ook maar iedereen gelijk,’ was het commentaar van een familielid. Alsof je Trump hoort redeneren. Ja, narcisten, leer mij dat volkje kennen….

Respect is het woord. Liefde en respect zijn hetzelfde. De Surinaamse kruidenman had volledig gelijk met zijn advies. Jammer, dat hij er zelf niet naar luisterde.

De man zit in de bak momenteel. Hij heeft zijn dochters verkracht. Onder andere. Zijn strafblad heeft een lange baard.

Dus.

Dan zie ik Joe Biden op televisie. De dag voordat hij wordt geïnaugureerd. Tranen stromen over zijn wangen, terwijl hij zijn verhaal afsteekt. Een kwetsbare man. Of een huilebalk? Heks snapt wel, dat Trumpaanhangers de grootste moeite hebben met die man.

Dit is wel eventjes iets anders, dan het narcistische geschreeuw van die grote dikke bullebak met zijn kleuteruitspraken als ‘Make America great again’ en ‘America first.’

Heks ziet overigens liever deze huilebalk met een hart, dan die respectloze bal gehakt.

Respect is het woord.

‘Biden is a listener,’ vertelt een vrouw op televisie. Dat is goed nieuws. Ook iets totaal anders, dan die grote dove schreeuwlelijk. Wat? Was hij niet doof? Waarom wist hij dan nergens iets vanaf? Waarom zei hij dan van die ongelofelijk domme dingen? Zoals jezelf injecteren met chloor tegen Corona? Wat mankeerde die man?

Hij hing natuurlijk elke dag met zijn kop in de toiletpot om zijn kapsel bij te houden. Misschien kwam dat advies daar vandaan….. Misschien nam hij we elke dag preventief een grote slok.

Respect is het woord. Daar heeft Stumper Trump nog nooit van gehoord. Liefde is voor watjes. Wij zijn sterk. Wij zijn winnaars….

Ja, duh. Waar iemand wint zijn veel verliezers. Dat is het spel. Dat is het leven. Dat is hoe het is.

Heks is blij voor alle Amerikanen, dat die vreselijke verschrikkelijke oliedomme geslepen sociopaat in het regeringsvliegtuig is afgevoerd naar de eeuwige golfvelden. Die respectloze gestoorde idioot. Die klapperkloot.

En dan is er natuurlijk ook nog de nieuwe vice president. Een prachtige vrouw met een kleurtje. De allereerste vrouw in die functie. Heks hoopt, dat zij nog eens president wordt.

Heks hoopt, dat wij hier nog eens een keertje een vrouwelijk premier krijgen. Maar helaas, pindakaas. Wij krijgen ongetwijfeld die achterlijke Rutte weer op ons brood. Die respectloze idioot. De man, die de toeslagenaffaire afdoet als een smet op zijn succesvolle regeringsperiode.

Een smet! Waar hij zich dan wel voor schaamt zo voor de camera. Maar die schaamte gaat niet erg diep. Niet diep genoeg om zich te realiseren, dat hij op moet hoepelen. Dat hij weg moet wezen. Dat hij moet oprotten.

Respect is het woord. Daar heeft Rutte nog nooit van gehoord. Hij heeft de stem van duizenden mensen in nood jarenlang gesmoord. Willens en WETENS. ‘Ich habe es nicht gewusst…..’ daar kun je echt niet mee aankomen. Jij was verantwoordelijk. Al die jaren. dat beleid kwam uit jouw koker. Dus jij moet weg.

Maar helaas, die kwezel zit er nog. Hij zit te prossen met zijn avondklok. Van Mark moeten we nu met de kippen op stok.

Opzouten Mark Rutte! Ga terug in je hok!

AANRADER:Nieuw kinderboek over TRUMP: Pack your Sh*t and go!!!!

 

Sneeuw!!! Sneeuw!!!!! Sneeuw!!!! Helemaal ingepakt, laag over laag. Zo wandel ik graag. Een Michelinvrouwtje ben ik, als ik me buiten waag. Wat een heerlijk weer! Heks wil meer sneeuw en ijs. Veel meer!!!!!

©Toverheks.com

©Toverheks.com

‘Het gaat morgen sneeuwen! Zullen we afspreken in Het Leidse Hout voor een snuffelwandeling?’ appt Heks vrijdagavond naar de baasjes van Freya’s BFF Sierra, de Australische cattle dog. Met Dingo in de genen. Voorwaar een pittig hondje om op te voeden, daar zijn haar baasjes ook achter intussen……

‘We hebben een expert geraadpleegd en die zei, dat wandelen en snuffelen met een volwassen hond wonderen kan doen in het geval van onze ondeugende puber. Ze krijgt dan het goede voorbeeld. Puppies onderling weten vaak helemaal niet waar ze mee bezig zijn. Als je niet uitkijkt leren ze elkaar verkeerde dingen aan….’ aldus de dames.

©Toverheks.com

Sierra legt elke pup op de rug. Vervolgens gaat ze het arme beest zwaar lopen domineren. De baasjes worden er gek van. ‘En wij maar denken, dat ze vooral veel met leeftijdgenoten moet spelen. Daar zijn we echt de fout in gegaan…..’

Mijn pup Freya wordt voor een groot deel opgevoed door mijn stabiele volwassen hond VikThor. Als puntje bij paaltje komt heeft ze niks in te brengen bij mijn goeiige evenwichtige viervoeter. Nog niet. Freya is natuurlijk wel een teef. En die zijn over het algemeen veel feller, dan hun mannelijke soortgenoten.

©Toverheks.com

Zaterdagmiddag is het dan eindelijk zover. Natte koude kleddersneeuw valt over Nederland. Ook Leiden is aan de beurt. De daken kleuren wit. De straten glimmen, de sneeuw smelt direct. Heks stapt in haar kanariepiet en rijdt naar Het Leidse Hout. ‘Zal het druk zijn in het bos?’ vraag ik me bezorgd af. Tegenwoordig is iedereen aan de wandel.

Nederlanders trekken massaal de natuur in. Daar is onze beperkte voorraad vrije natuur niet op berekend. Massa’s mensen drommen zodoende rondom het golfveld bij het Joppe. Of door polderpark Cronensteijn. Dwars door die mensenmassa wringen zich dan altijd nog de nodige zwaar hijgende joggers. Nooit van mondkapjes gehoord, die dwangmatig sporters….

©Toverheks.com

Heks krijgt het daar dan Spaans benauwd van. Ik vermijd dat soort situaties als het even kan. Zodoende wandel ik veel ’s nachts. Of op weinig inspirerende plekken, waar niemand komt. Ik ben als de dood voor al die doodsverachters. Die Coronaverspreiders. Die mondkapverkrachters.

Dat wordt nog wat met die komende avondklok: Kan ik niet meer uitgebreid midden in de nacht naar een park met mijn viervoeters……..

Maar oh, wat een wonder: Het bos is zo goed als verlaten. Op enkele bezoekers na. Een handvol kinderen en wat doorgewinterde hondenbezitters.

©Toverheks.com

Heks posteert zit op het grote veld. Daar heb ik afgesproken met mijn Amerikaanse hondenvriendinnen. Freya rent als een gek in de rondte. Ze raakt helemaal hiepredepieper van die wonderlijke witte wereld.

Alles ziet er anders uit! Wat is toch dat koude witte spul? Waar je met je neus in kunt wroeten? En vooral: Alles ruikt anders! Een hele nieuwe onherkenbare wereld gesitueerd in de gewone herkenbare wereld. Hoe leuk wil je het hebben?

©Toverheks.com

©Toverheks.com Waar is Freya?????

Een hyena-achtige hond komt aanrennen. Als een zot. Loopt Freya omver in zijn enthousiasme. Direct rent mijn pup achter het monster aan. In no time zijn ze leuk aan het spelen. Beetje ruig, maar daar kan mijn meisje heel goed mee uit de voeten. Ze zien er heel lief en schattig uit, die Springer Spaniëls, maar het zijn in feite echte bikkeltjes…..

Ik raak aan de praat met het baasje. Een antropologe, een onderzoekster. ‘Ik woonde voor mijn onderzoek een tijdje in Roemenië en daar heb ik deze knaap opgeduikeld. Hij zat in een asiel, waar ik als vrijwilliger een halve dag in de week werkte. Maar ja, Corona, . Moesten we verplicht terug naar Nederland, helaas…..’

Heks wil natuurlijk weten, wat deze dame onderzoekt. En laat dat nu iets heel actueels zijn! ‘Ik doe onderzoek naar complottheorieën en de mensen, die zich daarmee bezig houden….’

Nou, een beter onderwerp is eigenlijk niet denkbaar in deze absurde tijden. Complottheorieën zijn van alle tijden, maar door de informatie-infrastructuur van het huidige tijdsgewricht leggen ze enorm veel gewicht in de schaal tegenwoordig.

©Toverheks.com

‘Mijn vriendinnen zijn ook onderzoekster, ze komen zo met hun hondje,’ vertel ik de dame. Een schoonheid van heb ik jou daar overigens. Echt een beauty.

Even later voegen mijn vriendinnen zich bij ons. Ik stel de dames aan elkaar voor. ‘Ze doet een heel leuk onderzoek,’ verteld ik terloops, ‘Naar complottheorieën. Wappies en aanverwanten…’

In no time zijn de meiden in een intensief gesprek gewikkeld. Als we later op snuffeltocht gaan met onze hondjes komt een verrassende aap uit de mouw. “Ik heb net een master aangevraagd over hetzelfde onderwerp. In Utrecht!’ roept 1 van mijn Amerikaanse vriendinnetjes, ‘We hebben gegevens uitgewisseld. We houden contact!!!’

Wat grappig toch weer. Kijk, dit is nu iets, waar Heks al haar hele lange leven lang goed in is: Mensen verbinden. Met elkaar in contact brengen. Ik klets met Jan en Alleman en daar komen dan dit soort geweldige dingen van…

We lopen kriskras door Het Hout. Sneeuw dwarrelt om onze oren. Het is grauw en grijs in het schemerige bos. Ik kan mijn hondjes nauwelijks zien, perfect gecamoufleerd als ze zijn met hun witte vacht met zwarte stippen. Mijn Spingers zijn gewoonweg gemaakt voor dit soort condities!

©Toverheks.com

©Toverheks.com

Met name Freya ben ik voortdurend kwijt. Ze rent als een gek door de besneeuwde bossages. Als bezeten. Over de top happydepeppie. Ontketend. Van god los. Jeetje, wat kan dat beestje rennen!

‘Mijn hond is er nog nooit door een andere hond uit gelopen, maar uw pup krijgt het voor elkaar, hij kan het niet uitstaan,’ aldus de eigenaresse van een windhond onlangs. Een windhond! Geen pup ook, een volwassen windhond moest buigen voor mijn meisje…..

We lopen een heerlijk ronde, maar dan springt de cattle dog in een sloot. Ze denkt dat het een grasveld is, want er ligt een laag knalgroen kroos op. Met een doornatte en ijskoude pup is het tijd voor mijn vriendinnen om naar huis te gaan. Ook Heks wandelt naar de uitgang van het bos.

©Toverheks.com

©Toverheks.com

Wat een heerlijke middag. Echt genieten. Ik schud de sneeuw van mijn capuchon en stap in de auto. De hondjes zitten in warme dekens gewikkeld in de kattenbak…..

Zondag heb ik een geheel andere ervaring tijdens mijn uitlaatronde. Het zonnetje schijnt en heel Leiden loopt en masse door de stad te wandelen. Ook de joggers zijn weer volop in beweging. Links en rechts zoeven ze tussen de mensenmassa door. Heks raakt compleet in paniek, als ze probeert een veilige wandeling te maken in het doorgaans rustige Park van Noord.

Pas als ik richting Zijl tuf met mijn scootmobiel en langs een lelijk impopulair pad ga rijden, wordt het rustiger. Wat een gekkenhuis. Alsof er geen Corona bestaat! De hele stad loopt op straat.

©Toverheks.com

©Toverheks.com De enige sneeuwpop, die ik ben tegengekomen, gewijd aan Freyr!!!!!!

Na een uurtje vlucht ik weer naar binnen. Geef mij maar sneeuw en narigheid. Koud en somber kledderweer. Waarbij iedereen binnen bij de kachel blijft. Waarbij je verkleumt tot op het bot, als je je wel buiten waagt. Dat zijn mijn ideale condities.

©Toverheks.com

©Toverheks.com

‘Er bestaat geen slecht weer, alleen slechte kleding,’ aldus een vroegere vriendin van Heks. Een volksgezegde uit haar vaderland. Ze kwam uit Zweden…….

En het is zo. Helemaal ingepakt, laag over laag. Zo wandel ik graag. Een Michelinvrouwtje ben ik, als ik me buiten waag.

©Toverheks.com

©Toverheks.com

Hart van Nederland toont Nederland zonder hart. De Niet Zorgzame Samenleving en de Asociale Dienst maken de dienst uit. Verdient een postbezorger echt zo weinig, dat hij niet eens op vakantie kan? En ook: Toeslagenaffaire. Het kabinet moet vallen, allerlei ministers worden aangeklaagd…. Komt hoofdverantwoordelijke Rutte weer met alles weg? Huh? Meen je dat nou? Het lijkt er op.

Vorige week vrijdag lig ik televisie te kijken. Hart van Nederland geloof ik. Of iets vergelijkbaars. Er is een item over de gemeente Overbetuwe. Een inteelt-gemeenteraad van de bovenste plank, schat ik zo in, als ik verneem waarover het conflict gaat.

Een raad met lange bemoeizuchtige neuzen en verweekte hersenen. Een club bestuurders, die ofwel in het gevang horen of in het gesticht. Zeg het maar. Ik ben voorstander van beide.

Tom en Els Bakker uit Elst kochten jaren geleden een huis in Overbetuwe. Ze mochten er wonen, dat was hun toegezegd. Maar opeens is het bestemmingsplan veranderd. Vraag mij niet hoe, ik heb niet de minste behoefte om me er in te verdiepen.

Het resultaat was, dat de familie er niet meer mocht wonen. Na een jarenlang slepend conflict werden ze uit hun eigen huis gezet. En nu moeten ze hun huis ook nog eens leeghalen. Ze mogen hun meubilair er niet langer opslaan. Tom staat te huilen. Els ook. Murw getreiterd door die idioten in Overbetuwe.

Het lijkt mij weer een sterk staaltje van Ruttes niet zorgzame samenleving. Waarin streng wordt gehandhaafd en iedereen een potentiële fraudeur is. Waar de overheid als een hongerig monster zijn brave burgers op eet. En uitkotst als ze er zin in heeft…. In plaats van haar burgers te helpen en te beschermen.

Els en Tom hebben namelijk niets verkeerd gedaan. Er is hun toegezegd ooit, dat ze in de woning konden wonen. Er zijn getuigen, onder andere een ex wethouder. Dus ze zijn er gaan wonen.

Ze hebben hun hele ziel en zaligheid in dat huis geïnvesteerd. En dan komen de regeltjesneukers er hun plasje opnieuw overheen doen. Ze zien een futiliteit, die eerder door dezelfde nare inteeltneukers over het hoofd is gezien. En opeens moeten die mensen daar dan weg.

Heb je mooi pech. En zoek het uit. Val dood. Beland in de goot.

Wat een KUTgemeente, dat Overbetuwe. Flipje draait zich om in zijn graf! Ik zou er nooit gaan wonen als ik jou was.

Nou, wat is er verder nog te zien in hart van Nederland, of iets vergelijkbaars, vandaag? Heks is benieuwd.

Een dame komt in beeld, die mantelzorger is van haar stokoude moedertje. Door al haar goede zorgen hoeft het mensje niet naar een tehuis. Prima toch? Moet je toch als overheid in je handjes knijpen, dat een familielid die taken op zich neemt. Geheel vrijwillig! Met een hart vol liefde!!!

Van de vroege ochtend tot de late avond is de dochter voor haar moedertje in de weer. Ze haalt haar uit bed en kleedt haar aan. Ze drinkt een kopje koffie met haar en smeert een boterhammetje. Ook het avondeten verzorgt die lieve schat.

Maarrrrrr: Ze wordt opeens gekort op haar uitkering, omdat ze te weinig boodschappen doet! Mijn god. Zit de asociale dienst tegenwoordig in je onderbroek te kijken? Waar bemoeien die lui zich mee.

Dit schat van een mens krijgt een minimuminkomen en heeft geen schulden. Loopt zich uit de naad voor een ouwetje in nood. En dan moet je 109 euro per maand inleveren, heel veel geld voor iemand met een uitkering, omdat je koffie drinkt bij je moeder. En een boterhammetje mee eet…..

Vervolgens leent ze 800 euro van haar zus, omdat ze haar vaste lasten nu niet meer kan betalen. En opnieuw wordt de dame gekort, want de Sociale Dienst, een geheel verkeerde naam voor dit asociale instituut, zie dit geheel onterecht als inkomen. Let wel, het is een lening. Ik neem zonder meer aan, dat die zus het ook niet al te breed heeft. Dus dat geld moet ook terug.

Willen ze dan dat die vrouw haar huur niet meer betaalt? Moet ze als dakloze verder leven, omdat ze koffie drinkt bij haar moeder? Wat een gestoorde wereld!

Maar er is nu iemand van een Chrrristelijke partij, die deze praktijken aan wil kaarten. Goddank.

Ja, hoera voor kabinet Ruttekutte. Sinds die malloot aan het roer zit zijn de huren met 35% gestegen. Gemiddeld moet je 9 jaar wachten op een betaalbare sociale huurwoning. Het aantal daklozen is verdubbeld. Om maar iets te noemen. De toeslagenaffaire is niet de enige schandalige smet op het blazoen van dat stelletje idioten.

Dan komt er een postbode in beeld. Hij wordt gelauwerd, omdat hij de beste postbezorger van Nederland is. Dag en nacht is hij in de weer om pakketjes op tijd op de diverse adressen te bezorgen. Hij kent zijn clientèle bij naam. Een bobo van PostNL komt in beeld.  Hij overhandigt een reischeque aan Mirac Topsakal, de winnaar.

‘Hij is al jaren niet in zijn vaderland geweest. En nu kan hij gaan!!!’ staat de kwezel zijn eigen goede daad aan te prijzen.

Er staat geen bedrag op de cheque. Het is voor een reis naar Turkije. Daar kun je vanuit Nederland al heen voor een habbekrats, dus het is echt vreemd, dat de dag en nacht werkende Mirac nog nooit heeft kunnen gaan. De vraag is dus hoeveel Mirac nu eigenlijk verdient bij PostNL. Of beter gezegd hoe weinig.

‘Zullen we het daar maar niet over hebben,’ de man van PostNL wil de feestelijke stemming niet bederven. Zijn stemming dan. Hij wil ook niet dat zijn bedrijf er gekleurd op staat, maar dat staat het natuurlijk wel. Heel gekleurd.

Vanmorgen beland ik in een kamerdebat op televisie. Opeens is er richting verkiezingen allerlei commentaar op het huidige kabinet. Geheel terecht in mijn optiek. Onder deze draak van een kabinet is de zorgzame samenleving een luchtspiegeling uit het verleden geworden, waar we slechts dorstig naar kunnen snakken.

De overheid heeft van alles een verdienmodel gemaakt. Vooral om de zakken te vullen van zakken, wiens zakken al voldoende gevuld waren voordat het echte zakkenvullen begon.

Nu moet het kabinet vallen. Op de valreep. En een aantal ministers krijgt alsnog hun vet. Wat Heks dan weer extreem opvalt, is dat de hoofdverantwoordelijke voor dit kabinet, Rutte, geheel de dans lijkt te ontspringen.

‘Weg met Rutte,’ ik voel me een roepende in de woestijn, ‘Kies iedereen behalve die Ruttekutte. Nou, ook geen dom blondje Wilders of Bladiebla Baudet. En al helemaal geen Willem Engerdld. Maar zeker niet een nieuw kabinet Rutte.’

Gemeente Overbetuwe is hypocriet. Die slangenkuil wil met bewoners tot een nieuw bestemmingsplan komen… pas maar op, niet instinken. Er zit vast weer een addertje onder het gras. Ik zou zeggen: Los eerst de problemen rondom dat bestemmingsplan van het huis van de familie Bakker maar eens op. Stelletje schurken.