Hijgend Hert aan je voet, het moet niet gekker worden. Je bent zelf ternauwernood de jacht ontkomen tenslotte!Intussen verzuip je bijna in een blubberpoel en je zusje staat erbij en kijkt ernaar….. Beetje raar. Maar waar!

Ik zit op mijn balkonnetje in de zon. Ingepakt in jassen en dekens en een soort schapenvacht. Ik slurp de zonnestralen in. Vanmorgen had ik weer eens therapie. Dat was een tijdje geleden, want ook therapeuten krijgen griep.

‘Ik maak een soort studie van enge mensen. Soms kijk ik naar de meest vreselijke programma’s op televisie. Gewoon om mezelf ervan te doordringen dat het bestaat, zulk afschuwelijk gedrag.’ Ze knikt en geeft me groot gelijk. Wat een verademing. Geen vermanende woorden over het aandacht geven aan negativiteit.

‘Jouw krachtige basis komt juist voort uit het feit, dat je zoveel hebt meegemaakt,’ ze kijkt me indringend aan. Het is waar. Mijn leven is een aaneenschakeling van extreme gebeurtenissen geweest. Wie is er bijvoorbeeld zeker drie keer op straat in elkaar getimmerd? Heks! Ik heb er de krant mee gehaald.

En dat is nog het minst vervelende. Dat zijn maar klappen, blauwe plekken en een flinke hersenschudding door een trap tegen mijn hoofd. De laatste keer door uitsmijters van ‘Het Koetshuis’. Omdat hun vriendinnen me in het voorbijgaan uitscholden en ik iets terug riep…… Dan kun je als kleerkast vol anabole steroïden natuurlijk niet achterblijven. Zeker niet als je ook al impotent bent, en regelmatig voor lul staat met je knakworst bij diezelfde vriendin. Want impotent word je van die troep. En agressief.

Maar goed. Beurse plekken trekken wel weer bij. Andere verwondingen zijn lastiger te helen.

‘Een ander had al lang aan een touwtje aan het plafond gehangen,’ geef ik toe, ‘De meeste mensen worden al gek als ze drie weken griep hebben, laat staan een chronische versie daarvan. Ook worden mensen er over het algemeen helemaal niet goed van als ze zoveel alleen zijn als ik.’

‘Hopeloze relaties alsmede vriendschappen drijven nogal eens iemand naar de rand van de afgrond, maar ook dat heb ik overleefd. Daarbij kom ik ook niet uit een achtergrond waarbij ze de deur bij me plat lopen om voor me te zorgen als ik helemaal om lig. Eufemistisch uitgedrukt. Dus ja, ik doe het lang niet gek.’

‘Jij komt er wel uit, Heks. Je bent er nog niet. De bezem moet er door en je moet eindelijk eens voor jezelf gaan kiezen. Maar uiteindelijk komt het goed met jou!’

Als ik later met Ysbrandt langs de Zijl wandel spookt zo’n griezelprogramma door mijn hoofd. Een jongeman rijdt zichzelf bijna dood tegen een boom. Hij blijkt ternauwernood een aanslag op zijn leven te hebben overleefd. Gepleegd door zijn eigen zus!

Zij en haar vriendje en nog een paar trawanten sloegen het joch half dood alvorens hem in een grote vijver te dumpen met een zwaar gewicht aan zijn been. Ze lieten hem voor dood achter, maar hij wist zichzelf los te rukken van het betonnen tuinbeeld aan zijn voet. Een hertje notabene.

Hij sleept zich zijn auto in met een grote bloedende hoofdwond en longen vol smerig water. Langzaam maar zeker verliest hij het bewustzijn en rijdt zichzelf bijna te pletter tegen een boom. Maar hij wordt snel gevonden en gered!

Hij is er verschrikkelijk aan toe. Bont en blauw en opgezwollen. Buiten bewustzijn…… Zijn zus zit schijnheilig naast zijn bed gedurende de gehele periode dat hij in coma lig. Zijn overlevingskans is 1 op 4 miljoen. Hoe ze dat hebben berekend is mij dan weer een raadsel.

De gruwelzuster wijkt niet van zijn bed en als hij dan eindelijk zijn ogen opent, een waar wonder,  begint zij hem direct onder druk te zetten. Het is een echte bitch! Hij mag niet reppen over het feit, dat zij hem heeft geprobeerd te vermoorden voor een paar honderd dollar. Want daar ging het allemaal om, zuslief wilde dat hij zijn spaargeld aan haar gaf.

Oh ja, ze heeft ook nog het ouderlijk huis in brand gestoken om de sporen van het bloederige gevecht van drie volwassen kerels tegen één leptosome adolescent uit te wissen…..

Maar goed, het komt toch uit natuurlijk. De boosdoeners worden opgepakt. En nu komt het: De jongeman weigert te getuigen tegen zijn zus. ‘Ze is toch mijn zuster, ik hou van haar, ik heb altijd een sterke band met haar gehad…..’

Hij houdt voet bij stuk, dus de criminelen komen er vanaf met een lichte straf en de monsterzus gaat vrijuit. Ze neemt een nieuwe vriend en verhuist naar de andere kant van de wereld. Veel berouw lijkt ze niet te voelen. Waarschijnlijk een narciste/psychopate. De broer heeft nog steeds contact met haar.

De moeder van de jongen komt ook aan het woord. Zij houdt natuurlijk van allebei haar kinderen. Met een extatische uitdrukking op haar gezicht geeft ze gedurende het gehele item commentaar op de gebeurtenissen. Een vreemd gezicht.

Ja, zo kan het ook. Dit is heel erg hoe Heks altijd heeft geprobeerd te leven. Vergeven bij voorbaat en dan gewoon doorgaan met liefhebben. Als iemand je iets flikt zet je gewoon nog een tandje bij.

Gevangenissen kweken nu eenmaal in het algemeen kleine crimineeltjes op tot monsters. Het is dus nogal wat om je broeder of zuster er bij te lappen om hen naar een dergelijk oord te doen verbannen…..

Toch is er een verschuiving in me aan de gang. Ik heb geen idee welke kant het op gaat, maar ik kan je één ding zeggen: Probeer me niet te vermoorden of iets dergelijks, want je hangt! Als ik het overleef tenminste. De tijd dat Heks Jan en Alleman met alles liet wegkomen is definitief voorbij.