Magische boom komt zonder schroom wonen in mijn heksenhuis, voelt zich er direct ook thuis. Fluistert zijn naam zonder dralen. Vertelt zonder omhaal wonderlijke verhalen. In de taal der talen: Kerstbomentaal.

‘Ik vind het prima, Don, blijf maar lekker thuis met kerst, in je eigen holletje. Ik ga ook niks bijzonders overhoop halen. Ik wil eigenlijk wel een kerstboom, maar ik zie mezelf niet dat ding naar binnen slepen en vervolgens optuigen.’

Heks zit met haar oude vriend aan de telefoon. Het is zondagavond. Anderhalve week voor kerst. De kogel is door de kerk, hij komt niet met de feestdagen deze kant op. Hij krijgt het niet voor elkaar. Heks is opgelucht. Ik ben bang om mezelf te verliezen in de voorbereidingen. Met een lijf dat niet wil.

Maar ja. Ik wil wel een boom dit jaar. Een enorme boom, waar al mijn ballen in passen….

Maandagmorgen haast ik me met VikThor naar een parkje. Mijn hulp staat over een half uur op de stoep en er moet nog gepoept worden. Door mijn lekkere stinkhondje. Enthousiast kwijt hij zich van zijn belangrijke taak. Heks zoekt zich vervolgens een ongeluk naar die drol tussen alle rottende bladeren en de flirterige veertjes van de tot monsterachtige hoogte opgeschoten moerascipres.

Met mijn hondje, zijn vacht vol flirtveertjes, spoed ik me weer naar huis. Ik rijd langs mijn bloemenman op het Noordeinde.  Op zijn stoep staat mijn droomboom. Ik had hem op de heenweg niet gespot, maar vanuit deze hoek springt hij in het oog. Mijn oog. Een reus. Grote dikke takken. Bijna drie meter hoog…..

©Toverheks.com

©Toverheks.com

Ik parkeer mijn fiets en ga er eens naast staan. Steek mijn armen in de lucht. Zo ben ik ongeveer twee meter dertig. Minstens. De boom is beduidend hoger. Ik schat het verschil tussen mijn uitgestrekte gestalte en de boom. ‘Kunnen jullie een stuk afzagen en de boom in mijn standaard zetten? Behoort thuis bezorgen tot de mogelijkheden? Wat kost hij eigenlijk?’

©Toverheks.com

©Toverheks.com

Een zwaar verliefde Heks hoort de absurd lage prijs voor deze joekel. ‘Ik kon een partij goedkoop krijgen, maar ik wil er vanaf. Deze is inderdaad wel erg groot…. Waar woon je?’

Een uur later fiets ik nog een keer op en neer met mijn enorme kerstboomstandaard. De stam past er met gemak in. Terwijl de bloemenman nog een stuk van de onderkant af zaagt , raken we aan de praat.

‘Wanneer kom je nu bij ons koor?’ mekkert Heks voor de zoveelste keer. De bloemenman heeft een juweel in zijn keel. Ik weet dat, omdat hij als jongeman zo’n veertig jaar geleden altijd heerlijk stond te zingen onder het draaien van boeketten. Tegenwoordig zingt hij minder. Maar hij kan het nog prima!

‘Dat vroeg een andere klant laatst ook al. Een man. Ik ga in januari een keertje kijken bij zijn koor.’ De schrik slaat me om het hart. Gaat nu een ander koor er met deze fantastische countertenor vandoor? ‘Was het een hele lange man met een baard?’ vraag ik hoopvol……

‘Ja,’ de bloemenman kijkt me perplex aan. ‘Ha, dat is de penningmeester van ons koor, ik had hem gevraagd om hier eens een bloemetje te kopen en een balletje op te gooien over meezingen met dit fantastische oratoriumkoor…..’ lach ik opgelucht. Mijn tactiek heeft gewerkt! De penningmeester heeft hem over de streep getrokken!

Zo komt mijn bloemenman aan het begin van de avond de boom afleveren. Jeetje, wat is de spar groot. En breed! Hij past nauwelijks door de voordeur.

Samen met mijn buurman sjouwt de zingende bloemenverkoper hem de trap op en mijn overvolle heksenhuisje in. Verbluft kijkt hij naar al die teringzooi. De boom wordt op de leeggemaakte plek voor de spiegel geplaatst. Hij past precies tussen vloer en plafond. De piek buigt een beetje om, maar die gaat er dan ook af.

De hele woonkamer staat vol boom. Ik lieg niet als ik zeg dat het ding zeker 1 meter 80 doorsnee is!

©Toverheks.com

‘Ons koor heet Ex Animo, niet bij een ander koor gaan zingen, hè,’ roep ik bij het afscheid. De buurman kijkt verbaasd. Waar hebben die twee het over. ‘Nee, hoor, ik kom naar jullie koor,’ lacht mijn bloemenvriend. Luid zingend sprint hij de trap af. Een prachtig helder geluid vult het hele trappenhuis. Buurmans mond zakt open.

Rozenhart heeft de afgelopen middag alle dozen met kerstspullen uit de berging gehaald. Wel tien dozen staan opgestapeld in de hoek bij de piano. Ook in de keuken staan nog een paar kratten. Vol leuke engeltje en lichtjes voor op de keukentafel.

Die avond hang ik de lampjes in de boom. Vervolgens kan ik het toch niet laten om er alvast wat ballen in te hangen. Het is zo lekker rustig. Ik ben zo heerlijk aan het rommelen. Bal na bal verdwijnt in het groen. Het wordt later en later. Om half twee hangen alle versieringen in mijn nieuwe huisgenoot.

Uitgeput val ik in mijn stoel. Ik heb accuut medicinale cannabis nodig, want au, au, au. Zo lang ik bezig ben kan ik de pijn negeren. Maar nu ik rustig onder die prachtige boom zit, crepeer ik werkelijk van de pijn. Ik gooi er nog wat pijnstilling tegenaan. Smeer mijn hele rug en nek in met Voltaren emugel. Na een uur ben ik weer een beetje uit de ergste kreukels….

Hondje uitlaten. Bijkomen daarvan. Nog een uurtje bij de boom zitten….

©Toverheks.com

©Toverheks.com

Opeens gaat de boom tegen me praten. Terug praten, want ik klets al uren de oren van zijn kop. Hij vertelt hoe de bomen in het kerstbomensprookesbos zich ernstig zorgen begonnen te maken. Al twee jaar geen boom in Huize Heks. De meest geambieerde plek onder alle bomen in heel kerstbomensprookjesland.

‘Elke kerstboom droomt erover om in Huize Heks terecht te komen,’ mort mijn nieuwe bomenvriend, ‘En dan besluit jij om alleen een paar stomme takken op een paspop te hangen. Schandalig natuurlijk. Gelukkig ben je tot inzicht gekomen…..’

©Toverheks.com

©Toverheks.com

Het kerstmannetje van mijn vader mengt zich in het gesprek. ‘Je oudeheer vond het ook niks, Heks. Hij heeft deze reusachtige boom op je pad gezet.’

Ja, dat kun je wel zeggen. Ik kon werkelijk niet om die boom heen. Nog steeds niet trouwens. Elke keer dat ik mijn woonkamer in loop schrik ik me een plezierig ongeluk, zo groot is hij.

Stilletjes luister ik naar mijn boom. Zing een bomenlied. Dan vertelt mijn nieuwe vriend zijn naam. Een teken van diep vertrouwen. Het is een hele mooie naam, een echte bomennaam, vol sissers, vreemde vaagklinkers en plofploppers.

Een dag later denk ik nog eens na over de naam, die boom me gaf. Het is tevens een wens ontdek ik, als ik goed luister naar de fonetische uitspraak van deze magische sis-plof-bomennaam.  Een prachtig mantra voor het nieuwe jaar.

Vrij vertaald: ‘Je bent goed zoals je bent. Helemaal prima de luxe en ok. Olé!’

Ik bel de Don. ‘Mijn boom staat, kijk maar naar de appjes met foto’s, die ik je heb gestuurd. Hij is gigantisch!’ schreeuwt Heks enthousiast in de hoorn. Na al die inspanningen ben ik helemaal hieperdepieper.

©Toverheks.com

©Toverheks.com

De Don is sprakeloos. Ook hij wordt helemaal blij van deze enorme kerstboom. Vol licht en magie. Opeens bespreken we weer de mogelijkheid om samen kerst te vieren. We slaan spijkers met koppen. ‘Ik kom de middag voor kerst naar je toe Heks.’

Mijn magische kerstboom vol elfjes, hondjes, engelen, kerstmannetjes, lichtjes en versieringen, die wonderboom met de inspirerende naam heeft ons in 1 klap genezen van onze winterdip.

Heks heeft nog ruim een week om bij te trekken van dit krankzinnige karwei, mijn lijf ligt volstrekt in de vernieling natuurlijk. ‘Gelukkig zijn die kerstballen heel licht. Het is eigenlijk een prima training, Heks,’ grapt mijn fysiotherapeut, als hij me vakkundig martelt.

©Toverheks.com

©Toverheks.com

Heks heeft het ervoor over. Zielsgelukkig zit ik onder mijn boom. Ik zing liedjes voor mijn nieuwe huisgenoot. ‘Hij staat alleen nogal scheef, Don. Tijdens het optuigen is hij steeds meer voorover gaan hangen…… Ik heb hem maar met een paar vislijnen aan de boekenkast vastgetimmerd. Ik hoop dat hij niet omvalt….’

Zo blijft het een beetje spannend allemaal. Mijn amoebe-bestaan de boom in!

©Toverheks.com

©Toverheks.com

©Toverheks.com

©Toverheks.com

©Toverheks.com

©Toverheks.com

©Toverheks.com

©Toverheks.com

De nacht valt me hard in mijn hart. De nacht valt. In mijn hart klauwt het kruid van mijn woede naar alles wat beweegt. Dan komen de schapen, ik hoef ze niet te tellen en toch kan ik slapen!


In mijn hart groeit Berenklauw. Als kool: Als onkruid. Een prachtige plant, maar niet in deze zachte omgeving. En in deze groten getale! Ik ben de grip op dit verschijnsel al lang kwijt. Verwoed gaf ik die zaadjes water en nu heb ik spijt. Ik raak die ellendige blaarplant nooit meer kwijt!

Elke nacht ga ik naar mijn innerlijk landschap. Het gebeurt vanzelf, ik hoef er niets voor te doen. Het ligt aan de omgeving, het grote pruimenhart, waar ik mijn tenten heb opgeslagen. 

We krijgen instructie van de Abdes over Touching The Earth. Een prachtig ritueel om je met je voorouders te verbinden. Heks heeft geen zin om zich met haar voorouders te verbinden. Die halve zolige set zuipschuiten. Die narcistische clan vol familiegeheimen en grensoverschrijdend gedrag. Die hebzuchtige agressieve inhalige teringlijers. Die fibromyalgische genen. Nee.


Op het moment, dat ik geacht wordt liefde te sturen tijdens het aanraken van de aarde steek ik mijn tong uit in mijn kussen. Het is op. Ik voel geen liefde meer voor mijn clan. Het zit nog wel ergens, maar overwoekerd door die verrekte Berenklauw. 

Dus ik val in slaap. In de verte hoor ik hoe belangrijk het is om bladiebla…. Het zal wel. Ik ga onder geen beding zoals andere jaren tranen met tuiten huilend me met dat stelletje nietsnutten verbinden. Af en toe drijf ik naar de oppervlakte. Om dan weer heel diep weg te zakken. Tegen het einde kom ik weer bij. Jeetje, wat heb ik lekker liggen slapen.

‘Krijg maar de PiP, voorouders. Ik ben er klaar mee….’


’s Nachts kan ik niet slapen. De Berenklauw houdt me uit mijn slaap. De voorouders staan boos om mijn tentje. Opeens hoor ik in mijn hoofd de woorden van de Abdes. ‘Zelfs al heb je niets met je voorouders en kunnen ze je echt gestolen woorden, dan nog ben jij wel een product van hun genen. Al jouw geweldige eigenschappen heb je ook van je voorouders gekregen. Het feit dat je er bent heb je stomweg aan hen te danken…..’ Vrij vertaald.

Opeens dringt het tot me door, dat ik toch ook een heleboel geweldige en lieve voorouders moet hebben gehad. Anders was er nooit zo’n lief getalenteerd Heksje uit voortgekomen. Mijn voorouders moeten hebben gebulkt van het talent. En er moeten toch echt een paar geweldiger lekkere stukken tussen gezeten hebben. Met ellenlange benen en grote Heksenneuzen! En oh wonder: Ik voel me plotseling verbonden met die voorouders.


‘Wij sturen die liefde naar je clan wel, Heksje,’ lispelen ze in mijn slaperige oortjes. Ik zit opeens rechtop in bed. Het is waar. Ik voel opeens de liefde naar mijn dierbaren weer stromen. Wonderbaarlijk! Ik hoef het niet allemaal alleen te doen. Er zijn meer zwarte schapen in deze kudde! En ze houden van Heks.

Dan gebeurt er nog iets magisch in mijn innerlijk landschap. Er loopt plotseling een enorme kudde schapen. Met Jezus als herder. ‘Natuurlijk ben ik de herder, Heks. Dat is nu eenmaal mijn pakkie an. Kijk, Boeddha leert je dat je beter geen koeien kunt houden, want dan moet je er maar achteraan rennen….. Schapen hoeden vindt hij vast ook niks. Dat is meer iets voor mij!’ 


De schapen hebben bekende gezichten. Het zijn Sangha-schapen! Ik herken de koppies van mijn tijdelijke familie hier uit Plum. Opgewekt lopen ze te grazen. En wie schets mijn verbazing? Ze vreten de Berenklauw weg. Al die hoog opgeschoten producten van mijn woede. Op hun gemakje knabbelen ze het vurige blad aan gort. ‘Ha Hebehbehbehbehks,’ mekkeren ze enthousiast, als ze me ontwaren. Een wonder!


Zo gebeurt er van alles in de stilte van mijn hart. ’s Nachts. Als iedereen slaapt. Mijn woede wordt geëlimineerd. Nu is het zaak om niet opnieuw mijn woedezaadjes water te geven. Ook lukt het me weer om van mensen te houden, die het misschien niet verdienen. Maar ja. Wie verdient dat eigenlijk wel? Het is maar goed, dat God een god van liefde is. En dat ik het niet voor het zeggen heb in de wereld. 

‘God houdt van iedereen Heks,’ vertel ik mezelf nog maar eens een keer. Ook van psychopaten zoals Hitler en Saddam Houssein. Van machteloze ouders en geslagen kinderen. Van de hoed en de rand.