De een z’n poot is de ander z’n brood. Heks is als de dood: Oplossende gewrichten en een stomp op je brood. Dreigende amputatiestrop: Kous op de kop voor geen kap op de kop…..

©Toverheks,com

©Toverheks,com

‘Mevrouw Toverheks, goedemorgen. Uw afspraak kan niet doorgaan. De mondhygiëniste is onverwacht ziek geworden. ….’ Heks zit daas in haar bed met een kopje koffie. Onverwacht. Ja, huh. Wat is dat nu weer voor’n zinsnede?

Ja, je wordt geheel volgens protocol ziek…..Je ziet het van mijlenver aankomen! En dan maak je nog snel op de valreep een afspraak om half negen ’s morgens met Heks…… Ik werd gisteren aan het eind van de middag gebeld of ik op dit onmenselijke tijdstip zou willen komen om eens grondig mijn bek te laten uitschrobben…..

Mopperig drink ik mijn koffie dan toch maar op. Slapen zit er niet meer in, daarvoor heb ik mijn ogen alweer iets te lang open.

Nu, dan ga ik maar eens een blogje produceren. Het mag wel weer eens.

Ja, wat zal ik eens schrijven? Er is genoeg te vertellen, maar weer zo’n kloteverhaal. Over een hondje met een grote open wond aan zijn knie. Een gapend gat vol schroeven en metalen plaatjes. Een bionische knie in een middeleeuws gruwelgat.

Het begon allemaal anderhalve week geleden met een grote natte plek op de buik van VikThor. Vrijdagavond natuurlijk. Heks schrikt zich een ongeluk.

Zaterdagmorgen zit ik bij de weekendarts in Rijswijk. Een spoedafspraak ook nog eens. Ik hoor de kassa rinkelen, terwijl de arts beweert niets voor me te kunnen betekenen. Ze geeft me een tube honingzalf. ‘Is de kap af geweest?’

Ja, die kap is wel eens af geweest. Heks kan niet liegen. Heel eventjes. Om een kluifje te eten bijvoorbeeld. Maar altijd onder toezicht. Likken aan de wond zit er gewoon niet in. Heks is een strenge cipier. De arts lijkt het niet te horen.

‘Er lag opeens een plas pus en bloed op zijn buik…’ herhaal ik nog maar eens hoe deze ellende begonnen is. In de door haar geproduceerde verslagen staat dat mijn hond aan zijn wond heeft gelikt. ‘Het is volgens mij van binnenuit gekomen….’ is nergens terug te vinden.

Heks weigert het pand te verlaten zonder antibiotica. De kuur is net een dag beëindigd en dat lijkt me een onverstandig moment. Met pusuitbraken uit een post operatieve wond. Het meisje belt met de chirurg. Ik krijg uiteindelijk penicilline mee.

Ik bekijk de dienstdoende dierenarts eens goed. Kleine kinderlijke vlechtjes steken uit aan weerszijden van haar volwassen hoofd. Een dot paarse verf is lukraak door iemand op haar achterhoofd gekwakt in een dolle bui.  Heks kan zich niet voorstellen, dat hier een kapper verantwoordelijk voor is.

Haar weifelende houding doet de zaak ook al geen goed. Met een tubetje zalf en wat pillen ga ik weer naar huis. Als ik met mijn bril op mijn neus de wond bestudeer zie ik dat er aan de bovenzijde een piepklein kogelrond gaatje is ontstaan. Achter het gaatje zie ik schroefjes glinsteren…..

Brrrr.

De volgende morgen is het gat vertienvoudigd. Een jaap van een centimeter gaapt me tegemoet. Heks spoed zich weer naar de dierenarts. Hopelijk heb ik nu iemand met verstand van zaken. Maar nee. Zwarte vlechtjes en paarse verf. Weifelende expertise. Er wordt telefonisch overlegd met de chirurg. Heks keert onverrichter zake weer naar huis. Niks aan te doen. Afwachten maar.

Een dag later zit ik bij de chirurg. Ik krijg op mijn flikker, omdat de hond zonder kap ongelimiteerd aan zijn wond zit te likken in Huize Heks. Dat heeft vlechtje in haar rapport geschreven. ‘De wond kan lelijk infecteren en dan lost het gewricht helemaal op. Het kan amputatie tot gevolg hebben,’ smijt de man naar mijn arme bezorgde kop.

De wond wordt gespoeld. Er komt bagger uit. Er wordt een monster genomen voor een kweek…… Dat alles had best een dag eerder mogen gebeuren…….

©Toverheks,com

©Toverheks,com

Na een paar uur springt de wond verder open. Ruim twee centimeter bloederige slijmerige narigheid. Met schroeven en moeren voor de variatie.

Midden in de nacht rijd ik weer naar Rijswijk. De weg is leeg. Het scheelt enorm veel reistijd. Geen brug open. Geen knooppunt Lammenschans. Geen langzaam rijdend of stilstand verkeer op de A4.

De waarnemend dierenarts luistert naar mijn litanie. Over hoe ik het al dagen moet uitzoeken met die hond. Over mijn gevecht om antibiotica te krijgen in een situatie waarin dit bepaald geen luxe is. ‘Een dag later hoor ik dan dat het mijn hond zijn pootje kan kosten. Krijg ik op mijn sodemieter! Maar het hele weekend kan ik het lekker uitzoeken, sta ik er voor mijn gevoel helemaal alleen voor….’

Een halve dag later zit ik weer bij de chirurg. Hij is aanmerkelijk vriendelijker. Geen enge verhalen om me de stuipen op het lijf te jagen. De wond wordt gespoeld. Er komt minder bagger uit.

Een dag later zit ik bij een andere chirurg. Deze man is niet louter een techneut. Hij bezit ook het vermogen om dingen te communiceren. Hij legt me uit, dat het nu een kwestie van afwachten is. De wond moet uit zichzelf dicht gaan.

Ja. Hoe dan? Dit gapende gat?

Vrijdag ben ik al weer bij dezelfde man op consult. In de wachtkamer zit een men met hond zonder kap. Het beest is net de week ervoor aan zijn knie geopereerd. ‘Ach, die kap doe ik niet op als ik er bij ben. Bladiebla….’ Ik denk aan de preek, die ik over me heen gekregen heb onlangs, terwijl mijn hond altijd met zijn kap om zit!

Zaterdagavond bel ik opnieuw in paniek naar de weekenddienst. Een nietje, dat de wond een beetje bij elkaar hield is nu ook nog eens losgeschoten. Help!

Uiteindelijk berust ik maar in de ellende. Ik duw grote hoeveelheden honingzalf in het gapende gat. Ik houd de wond en alles er omheen, zoals de bench en de vloer van mijn huis, heel goed schoon. Ik ben in een echt authentiek Dettolvrouwtje veranderd.

Waar ik er normaal gesproken altijd een voorstander van ben dat kids af en toe een schep zand eten, goed voor de opbouw van een gezond immuunsysteem, nu smeer ik de hele vloer in met dit stinkende goedje. Mijn huis ruikt als een eersteklas kinderziekenhuis.

Ik leg me neer bij de grootte van de wond. Niets aan te doen. Het moet langzaam helen.

Ik regel dat de vaste oppas van VikThor een dagje op hem past en ga lekker naar de Heksenschool. De eerste dag van de gevorderdenopleiding. Mijn magische zusters gaan direct aan de slag met mijn hondje hebben ze me verzekerd. Oh, wat fijn. Wat een opluchting.

Zo gaat het dus met mijn blaffende vriend. Mijn lieve schat. Geduldig laat hij zich de behandelingen welgevallen. Braaf werkt hij mee met al het gefrut aan zijn lijf. Drie/vier keer per dag sjouw ik hem de trap af, naar buiten.

Heks is intussen natuurlijk gek van de pijn in haar lijf. Ik ben niet bepaald gebouwd op gewichtheffen. Voor niemand zou ik de ellende in mijn donder overhebben. Behalve voor mijn ventje natuurlijk. Mijn trouwe vriend. Ik wil dat hij weer alles kan doen met dat pootje.

Hij loopt er overigens geweldig op. Sleurt me als het even kan de hele steeg door. Hij heeft nauwelijks pijn meer aan die poot!  ‘Mevrouw Toverheks, biotechnisch is de operatie geweldig geslaagd…..’ aldus de techneut.

©Toverheks,com

©Toverheks,com

 

Metta meditatie: Oefening baart kunst. Heks zit op haar kussentje verwoed te praktiseren. Godkolere. Ik moet nog heel veel leren. Maar later diezelfde dag zit ik zingend op mijn fiets. Haken doen me niets. Deze vis zwemt blij voorbij……..

Vanmorgen zit ik op mijn matje. Een enorme boeddhistische bel staat naast me. Een sliert wierook kringelt naar het plafond. ‘Moge ik vreedzaam, gelukkig en licht zijn in mijn lichaam en geest,’ zemel ik sereen voor me uit. Snel geef ik een flinke ram op mijn geweldige klankschaal. ‘Boingginggononggg!!!!!!!’ Adem in, adem uit.

38801606_10155758160374537_172516638573199360_n

Godkolere. Ja, laat ik vooral licht worden. Ik ben al dagen loodzwaar van de vijfhonderd kilo kouwe stenen, die me onlangs in de maag zijn gesplitst. Knollen voor citroenen. Keiharde koude kutknollen.

‘Moge ik veilig zijn en vrij van onrecht,’ zucht ik vervolgens zachtjes. Tranen prikken achter mijn ogen. Veilig voel ik me geenszins. Een diep gevoel van onveiligheid woont gestaag in mijn maag. Belet me regelmatig om te eten. Wil van geen wijken weten.

Veiligheid is me altijd vreemd geweest. Trots hield me overeind. Gewend aan onveiligheid, blind voor gevaar, raak je nu eenmaal gemakkelijk alles kwijt. Pas vrij recent realiseer ik me dat ik op sommige vertrouwde plekken beter niet kan komen.

Dat familiebanden niet per definitie garant staan voor veiligheid en bescherming. Dat bepaalde dierbaren zelfs levensgevaarlijk voor me zijn. Omdat ze rare feestjes geven, waar mensen op af komen, die pillen in je drankje gooien bijvoorbeeld. Omdat ze dat dan vervolgens grappig vinden.

‘Moge ik vrij zijn van woede, conflict, angst en vrees,’ mompel ik er achteraan. Nijdige Berenklauw schiet alweer dagenlang als paddenstoelen uit de grond van mijn hart. Verziekt mijn innerlijk landschap. Een kudde Sangha-schapen graast zich een slag in de rondte om het tij te keren. En dan de angst. Altijd maar zorgen om de dag van morgen.

Ik adem in en uit. In en uit. Een glimlach krult vanzelf om mijn lippen. Ik wens mezelf echt vrede en liefde toe. Ik zie mezelf gelukkig en vrij, zoals ik me in Plum voelde. Gezien en geliefd. Verbonden. ‘Moge het zo zijn……’ lispel ik verheugd.

‘Moge ik leren naar mezelf te kijken met ogen van liefde en begrip,’ ja, dat is wel nodig ja. Ik zit mezelf teveel op mijn kop de laatste tijd. Boos om mijn naïviteit. Nijdig, dat ik me nog steeds in de kaart laat kijken. Dat ik nog altijd voer voor narcisten ben.

‘Het is absoluut geen slechte eigenschap, Heksje, om van mensen te houden en hen te vertrouwen. Het gaat alleen niet op bij de narcistische medemens. Daar kun jij niks aan doen, die hopeloze bevolkingsgroep bestaat nu eenmaal. Misschien ben jij zelf wel een enorme narcist in je volgende leven….. Dan hoop je ook dat er mensen zijn met genoeg liefde in hun hart om jou niet te haten om je vreselijke gedrag……..’

‘Moge ik in staat zijn de zaadjes van liefde en vreugde in mezelf te herkennen en ze aan te raken,’ murmelt Heks. Nou, dat lukt me prima. Goddank. Zotte zaadjes zat. En vrolijke blije eierzaadjes. Luchtige lachzaadjes. Zompige zwoele sekszaadjes ook, maar die hebben al lang geen water gehad…..

Moge ik leren de oorzaken van woede, begeerte en misleiding in mezelf te herkennen….’ Zo. Moeilijke materie, maar niet onbelangrijk. Zolang ik overgeleverd blijf aan mijn kwelgeesten, omdat ze op de juiste knopjes drukken kom ik geen stap verder. Dus waar zitten die knopjes? En hoe zijn ze ontstaan?

De zinsnede ‘Moge ik weten hoe de zaadjes van vreugde in mezelf te voeden, elke dag opnieuw,’ tovert een lach op mijn gezicht. Hiervoor heb ik het perfecte recept: Men neme 7 katten en een hondje. Woon ermee in een heksenhuisje. Wandel zo vaak mogelijk met je viervoetige vriend en een incidentele kat. Knuffel je suf met je diergaarde. Speel elke dag circus in je woonkamer…….

‘Moge ik in staat zijn om te leven met een frisse, stabiele en vrije geest,’ spreekt vanzelf. Ongelofelijk belangrijk, die vrije geest. Heks is bereid te sterven voor haar vrije geest. Ik ben al vaak voor gek verklaard of vervloekt, vanwege die vrije geest. Ik wil geen concessies doen aan die vrije geest. Mijn geest mag dansen.

‘Moge ik vrij zijn van gehechtheid en afkeer, maar niet onverschillig zijn,’ is dan weer zo’n zinnetje, waar ik weken op kauw. Ik ben namelijk enorm gehecht aan bepaalde mensen, waar ik tevens een afkeer van heb.

Huh? Ja, dat is echt mogelijk. Mensen, die je lief zijn, maar die wel bij voortduring het mes in je ribben jagen. Geliefden voor wie liefde macht is en controle. Beminden, die je het liefst over hun graf heen onder de plak zouden willen houden.

‘Moge ik vrij zijn van gehechtheid en afkeer,’ lispel ik nog maar eens een keertje. Vooral die afkeer zit me dwars. Ik kots namelijk van bepaalde zaken. ‘Moge ik zonder afkeer zijn,’ diepe zucht, ‘maar niet onverschillig.’

Nooit onverschillig zijn. Het laatste zinnetje raakt me diep. Soms lijkt diepe onverschilligheid  de enige emotie, waarmee ik de spoken uit mijn verleden kan bezweren. Maar je hebt voornamelijk jezelf ermee. Een afgevlakt hart kan nooit meer vlammen. En Heks wil vlammen.

Ik wil als een Feniks uit mijn as herrijzen. Een nieuw leven. En dat begint vandaag.

Feniks: Vogel van de zon…..

Wanneer de ziel er klaar voor is om haar vleugels uit te slaan, wordt zij diep gereinigd en gezuiverd en bereidt zij zich voor op nieuwe niveaus van spirituele wijsheid, kracht en licht. Net zoals de Feniks die door het hemelse vuur gedoopt werd om opnieuw te worden geboren, ga jij ook door eenzelfde fase van hemelse zuivering, voorbereidingen en initiatie. Dit is een vergevorderd stadium van groei van de ziel en spoedig daarna zul je genieten van een grotere spirituele vrede, goddelijke kracht en vooruitgang op je goddelijke levenspad. Kwan Yin, Dochter van de Feniks, is door het vuur gegaan, zowel geestelijk als lichamelijk, en heeft een vorm van grote spirituele vrede bereikt, kracht en autoriteit. Ze leidt je nu om je bewust te worden van je wedergeboorte en de hogere staat waarin je je nu bevindt.