Odin, de witte god, speelt achteloos met zijn lot. Springt in tuintjes, struint door struiken….. Zit overal lekker aan te ruiken! Zwarte Panter met pensioen: Ja, nu moet hij het doen. Iemand moet wat reuring geven en de broodnodige avonturen beleven…….

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Odin, mijn witte godenzoon, is nu ruim 3 jaar. Hij is volwassen. Het is een beer van een kat. Spierwit. Een ijsbeer.

Ondanks zijn indrukwekkende gestalte is het een ongelofelijk schatje. Zodra ik in mijn stoel ga zitten komt meneer kopjes geven. Eindeloos. Zo probeert hij Heks te verleiden tot een spelletje.

Zijn favoriete speeltje is een uit de kluiten gewassen speelgoedmuis aan een touwtje. Als een dolle stort hij zich op deze prooi. In een onbewaakt moment sloopt hij de muis volledig. Er hangt nu nog slechts een vodje vacht aan dat touwtje. Ook vodje wordt genadeloos aangevallen…..

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Ach Odin. Alle andere katten in huize Heks zijn op leeftijd. De zwarte panter is stokoud intussen. Afgelopen zomer krijgt hij nierproblemen. Bijna ben ik hem kwijt. Halfdood ligt hij in mijn grote bed. Een zwart hoopje ellende. Middels sluwe heksenlisten krijg ik vocht bij hem naar binnen. Ook lukt het me om hem aan het eten te krijgen.

Daar heb ik pilletjes voor. Antidepressiva. Bedoeld voor mensen, maar ze werken ook prima bij misselijke katten met nierziekte: Die gaan er weer van eten. En miauwen!

Na dagen doodziek te zijn geweest staat Ferguut opeens luid krijsend op de voordeur te bonken met zijn nog immer indrukwekkende voorpoten. Hij wil weer naar buiten. Hij is het binnenzitten zat. Het lukt me om hem nog anderhalve dag binnen te houden. Dan laat ik hem maar gaan. Op hoop van zegen.

Zo’n kat op straat geeft altijd gedoe. Hoe vaak is de panter niet zoek geweest? Hij heeft al zijn 7 levens opgesoupeerd tijdens zijn talloze avonturen. Goddank loopt hij tegenwoordig louter zijn vaste ronde door de buurt. Dan kruipt hij onder zijn struik in de steeg hier om de hoek. Daar zit hij dan lekker de boel te observeren.

Of hij zit hier voor de deur op het gevelbankje. Mensen gaan naast hem zitten. Meneer de Koekepeer wordt geaaid. Leuke meisjes kriebelen hem onder zijn kinnetje. Hij laat het zich heerlijk aanleunen.

Als hij er genoeg van heeft glipt hij weer met deze of gene mee naar binnen. Een schaduw. Onzichtbaar verstopt hij zich in het trappenhuis. Tot Heks haar voordeur weer open doet.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Een kat op straat is niets gedaan, dus ik ben blij, dat mijn andere katten gewoon hier op het dak blijven zitten.

Helaas is de witte reus ook weer zo’n ondernemend type. Afgelopen zomer springt hij van het dak en landt in de achtertuintjes van de buren. Met veel moeite krijg ik hem weer te pakken, het scheelt dat hij wit is, ik kan hem in elk geval wat gemakkelijker spotten dan de Schaduw…

Eenmaal weer binnen rent bij naar het balkon en springt direct opnieuw naar beneden. De lijer. Opnieuw ga ik op zoek in de binnentuintjes. Deze keer laat hij zich niet meer pakken. Hij blaast verontwaardigd naar me. ‘Baas laat me met rust, ik ben op avontuur…’

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Nijdig ga ik onverrichter zake weer naar huis. Een paar minuten later staat hij opeens naast me in de keuken. ‘Ik wil eten!’

Het lukt hem dus om weer naar boven te klimmen is mijn conclusie. Maar hoe?

Heks hoopt dat het hiermee gedaan is. En inderdaad, hij blijft een hele tijd gewoon bovenop het dak zitten. Ik vergeet zijn capriolen volledig.

Tot enige weken terug. Odin is weer foetsie. Alle katten zijn binnengekomen om te eten, maar hij is zoek. Ik struin door de buurt, ik zoek in de tuintjes. Dan zie ik hem in de verte lopen. Zijn enorme spierwitte lijf blinkt in het maanlicht. ‘Odin,’ ik vlei zijn naam uit mijn mond, ‘Kom hier lekker schatje.’

Meneer gaat er als een haas vandoor!

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Uiteindelijk ontwaar ik hem onder een struik. Hij kijkt me indringend aan met zijn schuine oogjes. Dan maakt hij zich los uit de struik en springt door de tuintjes naar de brandgang. Met reuzensprongen rent hij voor me uit. Even kijkt hij om of ik hem volg.

‘Kijk baas, goed opletten nu…!’

Dan rent hij aan het eind van de brandgang verticaal tegen de muur op, springt op de deurpost van de poort, nog een reuzensprong en…. hij zit weer op het dak.

‘Kijk, zo doe je dat, baasje, ik kan prima zelf thuiskomen. Dus hou op met dat irritante gezoek en gezanik.’

Vorige week ontsnapt Odin net als ik op het punt sta om naar bed te gaan. Hij struint door de buurttuintjes. Luid mauwend maakt hij zijn aanwezigheid kenbaar. Het is midden in de nacht. Alle buren slapen. Hun slaapkamer aan de kant van hun achtertuin…..

Odin zit echt te loeien!

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Opnieuw waag ik een poging om hem te pakken te krijgen. Tevergeefs. Uiteindelijk laat ik de balkondeur op een kiertje staan, zodat hij weer naar binnen kan. ’s Morgens ligt hij uitgeput te slapen in de vensterbank. Helemaal kapot na een nacht vol avonturen.

Nou, laten we maar hopen dat het bij de tuintjes blijft. Dat hij niet de straat op gaat, zoals de Panter. Dat hij zich verre houdt van het Boerhaave museum of de Schouwburg. Dat hij niet met een vrachtwagen mee gaat rijden en pas een half jaar later weer opduikt in Hoorn. Dat hij niet zwaargewond en graatmager terugkomt na weken opgesloten te zijn geweest in een schimmelig schuurtje of berging.

Ik vrees dat dit ijdele hoop is. Groot kans dat deze sneeuwpanter in de voetsporen van zijn zwarte voorganger treedt.

Ferguut deed zijn naam eer aan, de boerenridder. Ik haalde hem na zijn ‘Grote Queeste’ op in het asiel in Hoorn. Alwaar hij residentie hield in de Ridderzaal…… Echt waar.

Hopelijk doet Odin zijn naam iets minder eer aan en verliest hij geen oog ergens onderweg…..

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Kerst 2024 tierelier. Heks spint van plezier. Huisje schoon en vol met groen. Hoef lekker niets meer te doen. Behalve genieten. Met Santiago naar de kerk. Dat is echt het betere werk!

©Toverheks.com

Kerst, kerst kerst. ‘Kerst heeft overgegeven in mijn huis,’ vertrouwt een heksenvriendinnetje me onlangs toe. Ik kan dat beamen. Traditioneel komt haar coven ook dit jaar een paar weken voor kerst bij elkaar in haar volgekotste kersthuisje om kransen te maken. Heks is natuurlijk van de partij!

©Toverheks.com

Hete chocolademelk, glühwein, appeltaarten en nog veel meer kerstlekkers: De keukentafel staat er vol mee. Een dozijn bezemstelen staan opgesteld in de hal. De vers binnengevlogen heksen kwetteren dat het een lieve lust is. Kerst is toch echt ons feestje. Heidens tot op het bot. De wedergeboorte van het licht. De heilige equinox.

Een paar dagen later stort ik me op het optuigen van mijn kerstboom. Een heidens karwei. Er moeten ongeveer 6000 ballen en andere decoraties in worden gehangen. Gelukkig krijg ik hulp. Maar evenzogoed ben ik een hele dag bezig met versieren.

©Toverheks.com

Na anderhalve week zijn mijn spieren weer een beetje uit de knoop gemarteld door mijn onvolprezen fysiotherapeut. Ik kan gaan werken aan het versieren van mijn keukentafel. Een bevroren wereld landt op het oude hout. Met een door trollen bevolkt sneeuwlandschap in de hoek.

©Toverheks.com

Op kerstmiddag vul ik de vazen met bloemen. Ik gooi verse dennentakken onder de boom. Ik kalefater de kerstkrans op met vers groen. Ik steek een verrukkelijke geurkaars aan. Een zoete vleug sinaasappel, kruidnagel en kaneel drijft door de woonkamer en keuken. Mijn huisje bulkt van de midwintersferen.

Ik rijd nog een goeie ronde met de hondjes en ruim de laatste rotzooi op. Snel hul ik me in een kerstoutfit. Trek een kwast over mijn bleke toet. Lekker luchtje tot besluit: Ik ben er klaar voor!

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Dan komt Santiago. We strijken neer bij mijn wonderboom. ‘Het is de eerste keer in mijn leven, dat ik op kerstavond bij een kerstboom zit,’ roept Santiago verrukt, nadat hij zich heeft afgevraagd of er nog een enkel kerstballetje bij past in die overvolle boom.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

We drinken een sublieme Italiaanse wijn en Heks zet lekkere hapjes op tafel. En zoals altijd kletsen we elkaar de oren van het hoofd. Nooit gebrek aan een gespreksonderwerp met deze man.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Om een uurtje of 9 kuieren we op ons gemak naar de Hooglandse kerk. De stad is lekker rustig na dagenlang te zijn overlopen door winkelende hordes. Klokken luiden blij door de miezerige kleddernacht.

De kerk is heerlijk warm gestookt. En bomvol. ‘Het gaat slecht in de wereld, Heks, daarom zat het zo vol,’ redeneert Santiago later. En hij heeft gelijk. In tijden van nood kan iedereen wel een goddelijke vriend(in) gebruiken…….

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Voor de dienst van start gaat zingen we een heleboel kerstliedjes. Dan komt er een Moslima met een vredesboodschap aan het woord. En daarna een rabbijn. En tot slot iemand van de Bahai, een geloofsgemeenschap, die alle religies omarmt.

Mijn kerk, waar God ook een vrouw is, verwarmt mijn hart met deze insteek. Het is een mooie dienst. Licht en blij lopen we een paar uur later weer naar huis. ‘Ik had begrepen, dat ik een whisky zou krijgen tot slot,’ grapt mijn lief. Ja, dat klopt. Ik drink altijd een lekker glas whisky na de nachtdienst. Om weer op te warmen na urenlang stilzitten in een koude kerk…..

Heks zet een glas Glenfiddich voor zijn neus. We proosten. We zoenen. Het leven is goed.

©Toverheks.com

Alle kleine ergernissen van de afgelopen week smelten als sneeuw voor de zon. De vervelende mailtjes, die ik onder ogen kreeg, waarin schandalig wordt geroddeld over Heks. De walgelijke met krokodillentranen gelardeerde braakmail gericht aan mijn voortreffelijke advocaat, waarin ik word afgeschilderd als een volstrekt incompetente idioot. Net voor de kerst.

Heks kan slecht tegen gelieg. En dit epistel is 1 grote leugen. Maar niet mijn leugen. Ik hoef helemaal niks met andermans gelieg, gekonkel en gemanipuleer. Die tijd is voorbij. Ik laat alles lekker van me afglijden.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Dat is zo heerlijk van Santiago. Hij liegt nooit. Van alles flapt hij er uit. Ik hoef me nooit af te vragen wat zijn dubbele agenda is. Want die heeft hij niet. Zelfs als hij er zelf gekleurd op staat door een verhaal, zal hij het niet veranderen of aanpassen. Echt heel fijn.

Op kerstmorgen tover ik een heerlijk ontbijtje op tafel voor mijn schatje. ‘Ik ben toch zo blij, dat ik eindelijk mijn kippenservies eens kan gebruiken! ‘ roept Heks verrukt. Santiago ligt in een deuk. ‘Nou, Heks, ik ben blij, dat jij zo ongelofelijk in je nopjes bent met je kippenkerstontbijt …’ hikt hij.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Eerste kerstdag lig ik helemaal onderuit. Ik ben uitgeput van alle kerstvoorbereidingen en de drukte rondom een aantal concerten met mijn diverse koren. ‘Ik neem de hondjes mee, Heks, dan kun jij een dagje lekker uitrusten,’ stelt Santiago voor.

En zo geschiedt. Heks ligt gestrekt voor de televisie. Een hele godganse lange dag lang. Ik slaap en slaap. Kijk met een half oog naar een walgelijk zoete kerstfilm. En warempel, vandaag ben ik redelijk bijgetrokken.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Beetje verkouden, ergens een virusje opgepikt, maar niks alarmerends.

Straks komen mijn schatjes weer naar Huize Heks. We gaan er nog een leuke avond van maken hier in mijn over de top kersthuisje!

Lieve lezers, ik hoop dat jullie ook fijne kerstdagen hebben. Met bloemen en groen en veel chocolaatjes. En wat lieve mensen over de vloer…..

©Toverheks.com
©Toverheks.com
©Toverheks.com
©Toverheks.com
©Toverheks.com

Zin in een nieuw begin. Gruwelijkheden naar verleden. Kerst weer vieren in het heden. Jaarwisselen zoals je tanden wisselt. Na diverse melkmuiljaren nu blijvende beklijvende jaren. Een nieuwe lente en een nieuw geluid!

©Toverheks.com
©Toverheks.com Orkestje in de gang.

Het is precies een jaar geleden, dat Heks nog eens iets schreef op dit blog. Geen fijn verhaal. Ik was weer eens in elkaar geslagen door een idioot. Dat gebeurt me nogal eens. Een paar weken geleden ben ik de dans net ontsprongen. Op weg naar een koorrepetitie werd ik achtervolgd in een park door een jongeman met goddank een slechte conditie. Ik reed in mijn scootmobiel. Zeker 50 meter lang hoorde ik hem achter me aan hijgen.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Pas toen ik mijn muziekstandaard uit mijn mandje pakte met de bedoeling hem in geval van nood eventueel een klap te verkopen, haakte hij af.

Daarna belde ik de politie. In het kort vertel ik wat er gebeurd is. ‘Ik ben niet meer in gevaar, maar er staan drie jongens in dat park, die er op uit zijn om iemand te grazen te nemen. Eentje heeft me een tijdje achtervolgd, maar ik kon weg komen. Ik heb zojuist een oud vrouwtje in een scootmobiel tegen gehouden, die het park in wilde rijden met haar hondje. Misschien kunnen uw collega’s even gaan kijken, voordat er echt slachtoffers vallen…’

Tot 2 keer toe gooide de politie de hoorn op de haak. De eerste keer, omdat ik niet direct kon uitleggen wat er aan de hand was. Ik was nogal van slag. De tweede keer, omdat mijn toon de agent niet aan stond. Bizar.

Aan de politie heb je echt niets. Na de molestatie vorig jaar december hebben ze alles in het werk gesteld om te verhinderen, dat Heks aangifte deed. Toen ik uiteindelijk dan bij gratie Gods aangifte mocht komen doen, werd ik door een hork te woord gestaan, die me bij voortduring nijdig onderbrak. En vervolgens riep, dat ik agressief was….

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Ik heb zelfs een strafadvocaat moeten inhuren, omdat het idiote wijf aangifte tegen Heks had gedaan. En dat werd grif geloofd. Er werden foto’s van Heks gemaakt en vingerafdrukken afgenomen….

Goddank had ik mijn getuigen. En de filmpjes. Maar de officier van justitie was dan weer van mening, dat de vrouw in kwestie weliswaar fout zat, maar genoeg was gestraft. Waarmee en op welke wijze is me een raadsel.

Ze wordt niet verder vervolgd…..

De politie is bepaald niet mij beste vriend. Ze hebben me anderhalf jaar geleden midden in de nacht uit mijn bed gebeld, omdat ik een half bekertje water richting mijn buurman had gegooid, nadat hij weer eens een avondje bij me had staan belletje trekken. ‘Het komt in uw dossier,’ brulde de agent.

Die volgens mij dezelfde dealer heeft als mijn buurman, als ik zo zijn opgefokte gedrag beoordeel. Gecombineerd met het gegeven, dat mijn buurman maar met de politie hoeft te bellen, of die bewuste agent staat op mijn stoep. Voor iets onnozels. Meermalen gebeurd.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Maar het feit, dat diezelfde buurman deuken in mijn auto slaat, de tank leeg haalt, sloten van mijn auto molesteert…. Daar doet de politie dan weer helemaal niets aan.

Mijn geliefde kanariepiet is naar de sloop door toedoen van die buurman. Mijn nieuwe auto zat binnen 2 dagen alweer vol deuken. Camera’s mochten niet baten, want buurman kan ook heel goed over de grond kruipen en onderop het lakwerk beschadigen. Elke nacht was het raak. Zodra Heks naar bed ging, gingen de heren, gestoorde buurman en zijn domme broer, het autootje van Heks met een desastreus bezoekje vereren…….

Heks betaalt veel geld nu, om haar autootje ergens veilig te parkeren. Zodat die gek er niet bij kan.

We leven in een rare wereld. Of misschien zie ik de wereld eindelijk voor wat de wereld is: Raar. ‘Ja, maar jij bent toch echt een optimist,’ zegt iemand onlangs tegen me. Nee, niet echt. Ik heb helemaal geen hoge pet op, van wat er in de wereld gebeurt. Ik zie veel onrecht. Ondervind het aan den lijve.

“Maar jij probeert er toch altijd wat van te maken,’ vervolgt dezelfde persoon. Ja, dat is waar. Dat probeer ik altijd. Volop. Vol overtuiging en overgave.

Dus ja, ik ga maar weer proberen er wat van te maken. Het is weer kerst. Vorig jaar lag ik gestrekt met een hersenschudding. De jaren daarvoor was het Covid wat de klok sloeg. Maar dit jaar ga ik het lekker vieren met Santiago.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Sinds een half jaar ben ik heerlijk aan het daten met deze man. We doen allemaal leuke dingen. Het is een echte schat, die ook nog eens graag iets voor Heks doet! Dat ben ik niet echt gewend.

Een paar weken geleden lig ik gestrekt met een smerige griep. Bronchitis kruipt mijn longetjes in. Happend naar adem lig ik in bed te rillen. Santiago haalt de hondjes op. Ruim een week lang zorgt hij voor mijn monsters. Zo kan Heks rustig opknappen.

Na die week ben ik weer in staat om in het concert van mijn koor mee te zingen. Poulenc en Haydn. Ik verwacht er niet al teveel van. Waarschijnlijk wordt het een beetje krassen en playbacken. Maar nee: Een wonder: Heks zingt de sterren van de hemel. Mijn stem is volstrekt ontspannen. Alle hoge noten rollen probleemloos uit mijn mond.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

We krijgen een dijk van een recensie in het Leids Dagblad. Heks is tevreden, blij en trots. Zingen is toch echt mijn lust en mijn leven. Maar ook dwarsfluiten is weer terug van weggeweest. Gisteren treed ik met mijn maatje op in een verzorgingstehuis. We begeleiden een kerstviering. Zij op de piano en Heks op haar oude trouwe hoogbejaarde fluit.

Het leven is goed in mijn kleine bubbel. Van de smeris moet ik het niet hebben. En van mijn familie evenmin. Maar ik heb een rijk en vervuld leven op de vierkante millimeter. Ondanks mijn gebrek aan energie. Ondanks alle pispijn en suffe kwalen.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Ik heb het schrijven gemist. Ik wil weer leuke verhaaltjes schrijven. Niet alleen maar over dingen, die me nijdig maken. Of over allerlei ellende in de wereld, in mijn wereld. Ik wil de gruwelijkheden van de afgelopen jaren achter me laten. Ik wil weer zingen met woorden. Ik wil weer spelen met taal.

Goede voornemens genoeg…..

Mijn huisje is weer helemaal in kerstsferen. Laat die feestdagen maar komen!

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Heks op straat mishandeld door kleine ontaarde duivelin. Mijn hoofd verandert in een soort geplukte kippenkop. Een bont en blauwe kippenkop. Misschien moet ik eens serieus gaan denken aan een scrotumtransplantatie……

Twee jaar geleden wordt Heks in elkaar geslagen door Konijn. Hamsters kijken toe. Ze leggen het konijn geen duimbreed in de weg. Tegen de politie beweren ze achteraf, dat er helemaal niets gebeurd is. Hierdoor wordt mijn aangifte niet ontvankelijk verklaard. Ondanks alle medische rapporten over en de talloze foto’s van mijn gehavende lijf.

Het gebod ‘Gij zult geen valse getuigenis afleggen’ betekent niets voor deze christenen van lik mijn vestje.

Heks ligt helemaal in de kreukels. Ribben steken opeens uit. Ze is bont en blauw over haar gehele lichaam. Ze is zo hard in haar rug getrapt, dat ze een jaar haar mond niet kan opendoen. Omdat haar rug helemaal is ontzet. Eten is een crime.

Nadat een skeletair musculair arts voor een godsvermogen met hamers haar wervelkolom weer min of meer op zijn plek heeft getimmerd, gaat haar mond weer langzaam open. Die behandeling moet met enige regelmaat worden herhaald.

De emotionele pijn blijft. Als mensen, bij wie je je veilig zou moeten voelen, je zo laaghartig te lijf gaan…… Je wereld stort in.

Er is nooit een reden om iemand te mishandelen of in elkaar te rammen. Je blijft met je poten van je medemens af.

Afgelopen week rijd ik met mijn auto door de buurt op zoek naar een parkeerplek. Ik ben goed gehumeurd, want ik heb een heerlijke koorrepetitie achter de rug. Zingend rijd ik door de steegjes, speurend naar een parkeerplaatsje voor mijn kanariepiet.

Als ik op de hoek van een steegje richting de Oude Vest stop, alvorens deze op te draaien, duikt er een jonge vrouw op naast mijn auto. Ze loopt te bellen valt me op. ‘Weer iemand, die zich als een slaapwandelaar door het verkeer begeeft,’ schiet het door me heen. Ik gebaar naar haar, dat ze over kan steken. Ik geef haar dus voorrang. Heks is en blijft een pleaser…..

Ze werpt me een ijskoude blik toe en verdwijnt uit beeld. Ik sta te dubben. In de verte zie ik een parkeerplek, maar dan moet ik wel een enorm stuk achteruit rijden. Ik tuur of er tegenliggers aankomen. Ik meen iets te zin in de verte. Dus besluit ik om toch nog maar een rondje door de wijk te rijden. De kans bestaat, dat het plekje intussen bezet raakt.

Een snelle blik om me heen en ik draai de Vest op. Op de stoep naast mijn auto begint een iemand luidkeels te blèren. ‘You drive over me, you bloody bitch,’ gilt de vrouw, die ik zojuist voorrang heb gegeven. Ik stap uit, om te zien waar ze het over heeft. Heeft ze haar tas op straat laten vallen en ben ik er overheen gereden bijvoorbeeld?

Als ik om mijn auto heen loop zie ik dat er niks aan de hand is. Op een gillend hysterisch wijf na dan. Ze scheldt me uit voor rotte vis. Ik besluit verder te rijden. Mijn auto is geen krab, mijn kanariepiet kan niet zijwaarts bewegen……

Heks weet pertinent zeker, dat ze de vrouw niet heeft overreden. Het giftige dametje heeft geen contact gehad met mijn auto. Ze liep niet voor mijn auto, toen ik weer in beweging kwam. Ze liep naast mijn auto op de stoep. Ze is niet van voren onder mijn auto beland er en aan de achterkant weer onder vandaan gekomen. Ik ben niet over de stoep gereden, ik reed gewoon op de weg..

Ik heb geen bonk, hobbel, plof of wat dan ook waargenomen. Er zijn geen sporen te zien van contact met een menselijk lichaam waar dan ook op mijn stoffige wagentje. De vrouw mankeert niets. Ik ben wel enigszins verbijsterd over haar gegil en gekrijs.

Als ik terug mijn auto in wil stappen doet het gekke mens een charge. Ze neemt een aanloop en trapt keihard in de zijkant van mijn autootje. Ja, dat had ze nu niet moeten doen. Heks wordt nijdig nu. Eerst me vals beschuldigen en dan tegen mijn auto trappen?

Ik loop om mijn auto heen en spreek haar aan op haar gedrag. ‘Ik wil je adresgegevens,’ zeg ik kwaad, ‘Want je gaat betalen voor de schade,’ voeg ik eraan toe. De vrouw zwaait met haar telefoon in mijn gezicht. ‘I am filming you,’ krijst ze, terwijl ze me met haar mobiel om de oren slaat.

Ik veeg voor mijn gezicht, zodat ze me niet kan raken. Dat mislukt. Ze ramt het apparaat keihard tegen het bot boven mijn linkeroor. En nog eens bovenop mijn arme hoofd. Intussen dreigt ze om de politie te bellen. Heks moedigt dat aan. Graag. Dan kunnen we de schade afhandelen.

In plaats van de politie bellen blijft ze met haar telefoon meppen. ‘Ja, pak em maar af,’ krijst ze, als ik probeer te voorkomen, dat ik opnieuw geraakt word. Dan klauwt ze in mijn haardos en laat niet meer los. Meer dan een kwartier lang trekt ze plukken haar uit mijn hoofd, terwijl ik probeer los te komen.

Erg komen studenten voorbij, die lacherig proberen me te bevrijden. Het lukt niet. De kleine duivelin heeft zich in mijn haar vastgeklonken. Met ijzeren vuisten trekt ze als een bezetene aan mijn hoofdhuid. Ze gebruikt haar gewicht en hangt genadeloos aan het gepijnigde hoofd van de veel langere Heks.

Na een in mijn optiek eeuwigheid komen er een paar BOA’s af op het gekrakeel. Eindelijk laat mijn kwelduivel mijn hoofd los. Verdwaasd sta ik met een grote pluk haar in mijn hand. ‘Bewaar die pluk,’ zegt de BOA, die me heeft bevrijd, ‘Voor de aangifte…’

Dan komt de echte politie erbij. Als bij toverslag verandert de duivelin in een jammerend zielig vrouwtje. ‘Wij trappen echt niet in die krokodillentranen,’ zegt 1 van de BOA’s. Maar de politie trapt er wel in zal blijken!

De echtgenoot van het mens arriveert. Die heeft ze tijdens het gevecht gebeld. De eikel probeert me te lijf te gaan. Aanvankelijk niet gehinderd door de agenten. Hij heeft me bijna te pakken. Heks begint te schreeuwen, pas dan houden de agenten hem tegen…..

Heks zit 3 kwartier kotsmisselijk en verslagen in haar auto te wachten totdat alles is afgewikkeld, terwijl het serpent jammert en huilt. Ze hangt een bizar verhaal op tegen de mannen en vrouw in het blauw, er is intussen meer politie ter plaatse, waarin ze me beschuldigt van weet ik wat. Grote krokodillentranen rollen over haar zielige gezichtje. Haar schelle stem schalt verontwaardigd over de gracht over wat ik haar allemaal heb aangedaan…..

Een agent, die net is gearriveerd gelooft haar gelieg volledig. Hij zoekt me op in mijn autootje. Met koude ogen kijkt hij me aan. Hij raadt me ten stelligste af aangifte te doen. Het is maar een klein vrouwtje en ze heeft niet in mijn auto getrapt. Dat gelooft hij niet. Van zo’n klein zielig vrouwtje. En als ik aangifte doe, doen zij en haar man het ook….. En dan komt er een dossier over Heks. Over hoe hoe gevaarlijk en agressief ik ben en dergelijke…..

Heks is versteend. Helaas heb ik door de pakken slaag in mijn jeugd mezelf aangeleerd om te bevriezen. Ik jammer niet. Ik huil niet. Ik zit lijkbleek in mijn auto. Murw. Kotsmisselijk. De plukken haar heb ik verfrommeld tot een kluwen. Een grote kluwen. Ze heeft me enorm te pakken gehad.

Ik kom thuis is mijn lege huis. Geen man, die me verdedigt. Niemand bij wie ik nu terecht kan. Het is al laat. Iedereen slaapt.

Dan schiet het door mee heen, dat Kras misschien nog wakker is. Ik stuur haar een app en even later heb ik haar aan de telefoon. Tijdens het gesprek begint mijn hele lijf oncontroleerbaar te shaken. Ik schud bijna mijn stoel uit……

De nachten erna slaap ik niet. Soms zak ik even weg. Om met een schok wakker te schieten.

De volgende dag ga ik naar mijn huisarts. Geschokt luistert ze naar mijn verhaal. Ze bekijkt mijn kaalgeplukte gepijnigde hoofd. Mijn hoofdhuid is rood, dik en opgezet. ‘Dit is zware mishandeling, Heks, zulke plukken haar uit je hoofd trekken gaat gepaard met enorm veel geweld. Je hebt er een flinke hersenschudding aan over gehouden. Ik raad je ten sterkste aan om aangifte te doen.’

Ook slachtofferhulp is die mening toegedaan. ‘Uw bevroren reactie is heel gangbaar onder slachtoffers. U was gewoon in shock. Dat betekent niet, dat er niets is gebeurd.’

Dus maakt Heks een afspraak voor volgende week vrijdag. Op hoop van zegen. Want het is natuurlijk mijn woord tegen het woord van die psychopaat. En dat enge wijf kan liegen of het gedrukt staat en huilen op commando.

De kans bestaat, dat mijn aangifte niet ontvankelijk wordt verklaard. Ik heb gelukkig de getuigenis van de BOA, die me zag staan met mijn pluk haar, toen dat narcistische monstertje me eindelijk losliet. Maar of dat genoeg is?

Maar dan heb ik eindelijk geluk met een geweldsdelict, waar ik slachtoffer van ben. Voor het eerst in mijn leven. Een waar wonder. Ik vind getuigen, die precies hetzelfde verhaal vertellen als Heks. Ze hebben alles gezien! En ze hebben filmpjes gemaakt!

Er is een filmpje, waarop je haar die keiharde trap in mijn auto ziet geven. En er is een filmpje, waarop te zien is, dat ze me genadeloos aan mijn hare trekt. Al krijsend en schreeuwend. Heks doet niets terug. Ik val haar niet aan, ik gebruik geen geweld. Ik sta er eerlijk gezegd wat sukkelig bij. Wel roep ik machteloos, dat ze een idioot is. Dat dan nog wel.

‘Fijne dag,’ zegt de slager een dag na het voorval tegen Heks. Ik vertel wat er gebeurd is en dat mijn dag niet meer fijn gaat worden. ‘Klein vrouwtje in zwarte jas?’ vraagt de vrouw van de slager vervolgens. Als ik bevestigend knik vervolgt ze ‘Die heeft hier voor de deur laatst iemand helemaal staan afrossen….’ Heks weet niet of het dezelfde vrouw is, maar de gelijkenis is op z’n minst opvallend….

Vandaag ga ik naar mijn kapper. Vorige week zaterdag heeft ze mijn haardos een speciale Keratinebehandeling gegeven. Ze heeft toen goed kunnen zien, dat mijn haar gezond is zonder kale plekken. Een prima nulmeting.

Vandaag maakt ze foto’s. Ze is bereid een verklaring te geven omtrent de schade en wat er eventueel aan te doen is.

Mijn fysiotherapeut heeft een verslag over de schade aan mijn nek geschreven, door haar gehang een mijn lijf. En mijn huisarts heeft een rapport opgemaakt over de opgezette rode plekken op mijn hoofd. Intussen zitten daar allemaal blauwe plekken op. Ik slik me gek aan paracetamol. Het doet nog steeds verdomd veel pijn.

Er is NOOIT een reden om geweld te gebruiken. Ik ga achter deze duivelin aan. Ze heeft me ‘getarged‘, toen ik haar liet oversteken. ‘Dat zacht gekookte ei kan ik wel hebben, daar kan ik eens even goed mijn klotehumeur op botvieren,’ is er wellicht omgegaan in haar gemelijke hersenpannetje.

Ik ga er werk van maken. En ik heb goede hoop op een voor mij gunstige afloop. Die duivelin gaat genadelos door de mand vallen met haar hysterische drama en gelieg. Ik dank de Godin op mijn blote knietjes voor mijn getuigen. Maar liefst 8 studenten hebben vanuit het raam van hun huis van de voorstelling genoten. Ze hebben alle medewerking beloofd. Halleluja. Amen.

De hilarische scrotumtransplantatie door Theo en Thea

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Gigantisch gekrijs in de steeg, de panter wordt grijs maar nog steeds is hij ontzagwekkend en fit, er spartelt weer eens een muis in de restanten van zijn gebit…….

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Heks ligt lekker in bed. Ik kijk naar het ene stomme televisieprogramma na het andere. Met 1 oog open. Dan klinkt er een vreselijk gekrijs in de steeg. Alarmerend. Freya schiet overeind. Verschrikt kijkt ze me aan.

Heks rent op een holletje naar de keuken, gevolgd door 2 opgewonden nieuwsgierige hondjes. We steken hoofd en koppen uit het keukenraam. In de steeg zit de panter. Zwijgend houdt hij een andere kat in de gaten. De veroorzaker van al dat lawaai.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

‘Kkkisisissssttt,’ sist Heks. Het onbekende bakbeest verroert zich niet. Grote kattenogen loeren terug. Ik sis nog een paar keer. De krijskat wijkt een aantal meters naar achteren.

We rennen de trap af en door de berging. Ik gooi de deur open en de hondjes huppelen de steeg in. De vreemde kat is subiet verdwenen. Ferguut kijkt me verveeld aan. ‘Maak je niet druk baas, ik kan dat varkentje zelf wel wassen…’

©Toverheks.com
©Toverheks.com

De panter wordt oud. Zijn zwarte vacht zit vol kleine witte haartjes. Maar hij redt zich nog prima. Elke dag patrouilleert hij door zijn buurt. Hij inspecteert de vele hofjes en binnentuinen. Hij wandelt over oude muurtjes en balanceert door dakgoten.

Af en toe is hij een kleine week zoek. Zit hij weer in de Schouwburg of het museum een beetje cultureel te doen. Of heeft hij zich verschanst in een schimmelig schuurtje of morsige garage.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Ach, mijn panter. Die heerlijke zwerver. Met zijn grote zwarte kattenkop. ’s Nachts vleit hij zich op een kussen naast mijn hoofd. Dan ligt hij dan zachtjes te snorren. Elke ochtend krijg ik kopjes. Heel lekker wakker worden zo.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Alle voorbijgangers aaien mijn schat. Hij is een hele beroemde buurtkat.

Het laatste rondje met de hondjes loopt hij altijd mee. Soms ben ik al halverwege de steeg als een schaduw zich losmaakt van de muur. Groene ogen gloeien op vanuit zijn lekkere katerkop.

Ferguut is een uithuizig type. Nu het eindelijk wat warmer wordt is hij weer hele dagen op stap. Uitgehongerd komt hij thuis. Schrokkebrokt een grote bak voer naar binnen en valt op mijn bed in slaap.

Boskat kan hem niet uitstaan. Hij krijgt geen grip op deze dolende ridder. Dat monster trekt zich niks van hem aan. Laat zich niet onderwerpen, doet niet mee aan de heersende pikorde. Is een volstrekt autonoom wezen. Een outsider, eentje van de absolute buitencategorie……

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Een uurtje later. Heks ligt weer lekker in bed met haar hondjes. Dan klinkt er opnieuw enorm kattenlawaai in de steeg. Nu herken ik het stemgeluid van mijn panter. Ik weet precies wat er aan de hand is. ‘Hij heeft een prooi,’ roepen een paar voorbijgangers ontdaan.

Weer rennen Heks en hondjes naar de keuken. Weer steken hoofd en koppen uit het keukenraam. En ja hoor. Daar staat de panter. Groot en gevaarlijk schreeuwt hij vervaarlijk. In zijn bek een spartelende muis.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

‘Dank je wel schat,’ prijs ik zijn verdienste. Nu wil hij eigenlijk naar binnen om me het muisje persoonlijk te overhandigen. Maar daar heb ik slechte ervaringen mee. Wil ik zo’n muisje toch redden. Ik heb wel eens een muis weer buiten gezet. Hompelend kreupelde het arme diertje ervandoor. Om ergens een langzame wisse dood te sterven.

Maar dan: Hoor ik daar gekraak? Wordt het diertje levend vermalen door zijn bejaarde kattenkaak?

Ferguut heeft maar 1 bovenhoektand en 1 onderhoektand. De ontbrekende tanden zijn eruit gemept door die kolere Bengaal van de boze buurvrouw op de Lange Mare.

Het verhindert hem niet om een muisje te vangen. Mijn panter. Mijn boerenridder. Mijn fantastische avonturier.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Heks is niet bang voor een beetje tuinslang of een grote slang van hout. Slang is goud. Transformatie op mijn pad. Zachtgekookt ei baart slang. Ellenlang. Vleit zich om mijn middenwereld. Jǫrmungandr markeert mijn grens en waakt. Heks vervelt. Het voelt wat naakt.

©Toverheks.com©Toverheks.com
©Toverheks.com

Heks slaapt en slaapt, Doornroosje is er niks bij. Om de haverklap val ik om, om vervolgens uren in coma te liggen. Doodmoe word ik uiteindelijk wakker. Mijn vermoeidheid is een bodemloze put.

Ik droom, maar ik onthoud bijna niks. Sinds ik LDN slik zijn mijn dromen buiten mijn bereik. Bereed ik vroeger nachtmerrie na nachtmerrie, nu is mijn slaap saai en taai.

Maar vannacht droom ik van bloemen, een zee van prachtige bloemen. Ik word wakker met armenvol bloesems.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Na een lange nacht is het weer dag. Hemelvaartsdag. Het is nog steeds zo koud, dat ik met handschoenen aan de honden ga uitlaten. Maar op mijn balkon, uit de wind in de zon, is het goed toeven.

Ik ga een uitgesteld klusje doen. Iets met slangen. Ik zie overal slangen momenteel. Dit symbool van transformatie begeleidt me op mijn pad. Mooi is dat!

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Ik balanceer op een ladder teneinde mijn tuinslang door het raam van mijn badkamer te wurmen. Afgelopen winter heb ik het ding verwijderd, om het raampje dicht te kunnen doen. Ik ben echter flauw van het gesjouw met gieters. De zomer komt er aan, nou ja, dat hoop ik. Dus er moet weer water stromen uit die slang.

Dan ga ik mijn spulletjes ophalen bij mijn gewezen vriendin. Ik rijd er heen en laad mijn vouwfiets in. En mijn oude fietskar. En wat schedeltjes, ooit van me geleend. Straalvergeten. En mijn reservesleutelbos.

Ik heb al 2 dagen stampende hoofdpijn. Een smerig virusje denk ik. Ook mijn stem is weg. Schor als een kraai, maar het geeft niks. Ik zie toch niemand momenteel.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Het zachtgekookte ei is hard geworden. Het zachtgekookte ei trekt een grens. ‘Jouw harde woorden,’ krijg ik terug, nadat ik die grens kenbaar heb gemaakt. Mensen houden er niet van als ik mijn grens aangeef. Dat is me al eerder op veel kritiek komen te staan.

‘Als jij aangeeft, dat je iets niet wilt trekt geen mens zich er iets van aan,’ zei een narcistische ex van me altijd. Hijzelf was het levende voorbeeld van dit gedrag. En hij had gelijk. Jarenlang kon iedereen alles maken bij me. Ik bleef eindeloos in de geefstand staan. In de vergeefstand. En in de aanpassingsstand. Niet zo goed voor mijn gemoedstoestand.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Maar die tijd is voorbij voor dit hardgekookte ei. Geen blij ei, want het is ontluisterend hoe ik hierop word afgerekend. Hoe woede mijn deel is, als ik niet langer alles pik. Hoe is word uitgemaakt voor keiharde egoïst, zodra ik een grens stel.

Ik moet er maar mee leven.

Onlangs neem ik mezelf waar als pure energie. Ik zie mijn energiepatroon. Mijn interactie met al die andere energiemanifestaties in de wereld. De lastige aspecten van mijn energievorm. Die hang naar eerlijkheid. Die hang naar autonomie. Ik zie, ik zie. Het bevalt me wel en niet.

Ik zal het ermee moeten doen. Er is niks mis met eerlijk zijn. Genadeloos. Wat anderen doen moeten ze zelf weten. Er is niks mis met autonomie. Ik heb een hekel aan verstrengelingen. Aan gerommel met energiedraden. Aan mensen, die in mijn kop inbreken. Of haken slaan in mijn middenrif.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Maar net als elk mens heb ik behoefte aan verbinding. De manier waarop ik dit deed werkt echter niet meer voor me. Ik ben aan het veranderen. Het proces is al jaren aan de gang.

Het heeft ook goede kanten. Ik zit niet langer urenlang als een konijn in de koplampen naar verhalen te luisteren, die me niet aanstaan. Of die ik al vijfduizend keer gehoord heb. Ik verdun niet langer. Ik drink niet langer een halve fles wijn leeg om het geklets te kunnen verdragen.

Ik laat me niet langer de mond snoeren. Ik accepteer niet meer, dat mensen hun agressie op me botvieren.

Dit alles is gezien mijn achtergrond een waar wonder. Niet langer slaafje en boksbal. Niet langer zacht gekookt ei.

Maar mijn zachtheid mag blijven. Grenzen stellen is niet hetzelfde als een keihard persoon zijn. Het komt alleen hard over bij degene, die die grens niet accepteert. En respecteert. Zo gaat dat met grenzen.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Respect en liefde is hetzelfde laken een pak.

Pijn doen of pijn lijden. Soms moet je iemand pijn doen, omdat je anders zelf pijn lijdt. Nee zeggen kan heel confronterend zijn. Maar het mag. Het is een grondrecht van ieder mens. De meeste mensen leren dat zo rond hun tweede levensjaar. ‘Terrible two,’ de leeftijd waarop een kleuter op alles nee zegt.

Ik leer het nu. Eindelijk. Goddank.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

ZWANENZEURZANG.

Vandaag zo traag, een slak is er niks bij. Sloom en suf. En nog steeds moe. Het gaat maar niet over. Ondanks de vastenkuur. Er is wel iets gebeurd, maar lang niet genoeg. Ik ben mijn vissenkombestaan enorm beu.

Agressie is mijn deel momenteel. En het is veel. De haat en woede. Overal en nergens komt het vandaan. Ik blijf staan. Maar daar is het dan wel mee gezegd.

Het is nooit genoeg. Wat ik ook doe. ‘Niet genoeg, niet genoeg, niet wat ik van je eiste. Niet wat ik vroeg.’

Helaas valt er weinig te zeggen of begrijpen. Heks danst niet langer naar ieders pijpen. Ik wil komen in mijn eigen dans. Maar: Met dit lijf? Weinig kans.

Ik zoek een uitweg uit mijn lethargie. Maar het lukt niet. Ik blijf maar wroeten op de vierkante meter. Het gaat niet beter. Nee, het schiet niet op.

Niet klagen maar dragen. Er zijn wel erger dingen. Tel je zegeningen. En nog een dooddoener of wat.

Op zich een eeuwige optimist. Ik wou dat ik wist of het tij zal keren, dames en heren. Ik wou dat ik het wist. Voor ik eindig in mijn kist.

Veranderen, vervellen, transformeren. Leven wil me een lesje leren. Sommige conflicten laten zich niet keren.

Zo ben ik dan opnieuw onzeker en bang. Ik verlies al zolang. Er is bijna niks meer over.

Een dak boven mijn hoofd en genoeg te eten. Liefde van mijn dieren, innerlijk weten. Uiteindelijk komt het allemaal wel weer goed. Ongeacht of je je best doet.

Niet meer wringen in duizend bochten. Niet meer verdedigen en uitleggen. Grenzen hanteren, ik ben het aan ’t leren. Voor de zoveelste keer. Ik leer het ook nooit.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Vandaag zo traag en suf en moe. Het maakt niet uit wat ik zeg of doe. Voor sommigen blijf ik gewoon een melkkoe.

Mijn grenzen zijn hen een doorn in het oog. Ze willen er overheen, dat hoeft geen betoog. Niet goedschiks, dan kwaadschiks. Desnoods lekker drammen. Ik word vermaledijd. Lekker is anders.

Maar morgen, dan gaat het vast beter. Vandaag lukt het niet. Voor geen meter.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Een sprookje van Anderen. Het evangelie van de boze buurtbewoner. Elke gek zijn gebrek. Hoge bomen vangen veel wind, maar rondvliegende heksen ook. Een opvallende verschijning zijn heeft zo zijn nadelen. Heks wordt aangevallen en verrot gescholden. Vanuit een zeer benepen universum hier vlak om de hoek.

Iedereen is het middelpunt van zijn of haar eigen universum. Sommige universa zijn groot en interactief met andere universa. De bewoner is communicatief en lief. Sommige bewoners gaan op onderzoek uit in hun eigen universum. Deze ontdekkingsreizigers ofwel soulsearchers proberen de wereld te verbeteren beginnend bij die van henzelf.

Andere universa zijn werelden op zich. Afgescheiden van alles wat daarbuiten ligt. De vijandige buitenwereld. Bewoners van deze universa stoppen hun energie voornamelijk in het bestrijden van de boze buitenwereld. Tot aan de tanden bewapend en op alles voorbereid staan ze je te woord. Als je ongelukkigerwijs hun pad kruist.

Het is dan zaak geen verkeerde beweging te maken. Laat staan iets te zeggen, dat deze holbewoner verkeerd kan opvatten. Je hebt een poeier te pakken voor je het weet.

De bewoner echter voelt zich vrij om elke vorm van agressie over je heen te storten. Hij voelt zich daartoe gerechtigd. Vanuit de rigide regels van zijn benepen universum.

En wat is nu zo opvallend aan dit soort confrontaties: Je hebt het altijd gedaan. Ook al heb je niets gedaan. Onderhandelen is zinloos. Een normaal gesprek zit er niet in. Boos geschreeuw is je deel. En eventueel een paar forse sancties.

Heks komt thuis van een hele leuke dag voor het goede doel. Ik ben vrolijk, geïnspireerd, blij dat er zoveel prima mensen zijn met hun hart op de goede plaats. Ik heb me met liefde kaal laten plukken, samen met vele anderen. Zodat kansarme kinderen naar school kunnen, zodat ze vervolgens een vak leren. Zodat ze een waardevol lid van hun maatschappij kunnen worden.

Opgewekt rijd ik door de buurt. Op zoek naar een parkeerplek. Helaas staat alles vol. Op dat ene plekje in een steegje om de hoek na. Waar nog steeds die plantenbak op de parkeerstrook staat. Niet langer ingemetseld midden op de strook. Maar aan het randje.

Ik rijd nog maar een rondje, want ik heb geen zin in gedoe met de bewonder van het huis tegenover die parkeerplek. De man heeft zich de plek toegeëigend. Hij vindt dat hij er zijn tuin op kan uitbreiden. En oh wie de waai degene, die het daar niet mee eens is. Die springt hij ongenadig op de nek. Als een duveltje uit een doosje.

Helaas is de plek van de gek het enige vrije plekje in de buurt. Ik draai mijn auto zorgvuldig achteruit de parkeerstrook op. Rijd een klein stukje naar achteren om nog iets dichter bij de muur te komen. En weer naar voren om mijn bolide recht op de strook neer te zetten.

Terwijl ik bezig ben komt er een vrouw uit het gewraakte pand zetten. Scheldend en tierend. Ze wijst naar haar voorhoofd. Steekt haar middenvinger op. Ja, gezellig!

Ik heb het mens nog nooit eerder gezien, maar blijkbaar is het de egaa van die idiote kerel, die hier ook woont. Vloekend staat ze me op te wachten, terwijl ik mezelf moeizaam aan de passagierskant uit de auto wurm. ‘Klotewijf, je reed expres tegen onze plantenbak aan,’ gilt ze.

Heks is met stomheid geslagen. Waar heeft dat gekke mens het over? Ik ben me van geen kwaad bewust. Ik zou toch zeker wel merken of ik tegen iets aan reed? Ik ben wel eens tegen die bak aan geknald bij het inparkeren, het ding is niet te zien in je spiegels, dus ik ken het gevoel.

Resoluut verwijs ik haar klacht naar het rijk der fabelen. ‘Ik ga hier verder niet met u over in discussie,’ draai ik haar mijn rug toe. Het wijf drukt haar amechtige lijf vervolgens zo ongeveer tegen mijn rug aan. Geen enkel respect voor mijn persoonlijke ruimte, zoveel is me wel duidelijk.

Gegil, gekrijs, geschreeuw. En het gaat maar door. ‘We hebben toestemming van de gemeente om die bak daar neer te zetten,’ beweert ze op een gegeven moment.

‘Ik heb bij de gemeente geïnformeerd en dat is pertinent niet waar,’ dien ik haar van repliek, ‘De politie heeft uw man gesommeerd de bak weg te halen. Ik heb het hem zelf horen schreeuwen tegen een buurman, toen ik toevallig hier door de straat reed….’

De vrouw wordt zo mogelijk nog kwaaier. Haar van woede vertrokken toet kleurt knalrood. Een gillende tomaat. Ik ben gek, het busje moet voorrijden, ik ben gestoord, niet goed bij mijn hoofd, ik ben lelijk, ik ben stom, ik ben dit en dat, een kutwijf, een hoer, een smerige heks……

‘Pas maar op, dat ik je niet betover,’ grinnik ik bij haar laatste beschuldiging. Om vervolgens met een zwierige zwaai van mijn lange rode jurk de aftocht te blazen. Als ik naar boven kijk, zie ik haar man voor het raam op de eerste verdieping staan. Met een van haat verwrongen gezicht.

Wat mankeert die mensen?

Heks betreedt hun universum. Hun piepkleine wereldje aan de Lange Lullige Lijsbitchsteeg. Waar ze waken over hun plantenbak. Op de door hen toegeëigende parkeerstrook. Waar ze heer en meester over zijn. Hun straat. Hun strook. Hun plantenbak. Wee je gebeente, als je alleen al naar die bak kijkt……

Als ik thuis kom, zit ik vol woede. Grote energetische haathaken geslagen in mijn zonnevlecht. Ik ga naar een prachtig concert, krijg daarvoor een vrijkaartje cadeau bij de ingang, zit naast mijn goede vriend Jip. We lachen en giebelen. Ik heb een heerlijke avond.

Maar de haathaken wroeten verder. In de pauze loop ik naar mijn auto. Voor de zekerheid haal ik mijn TomTom er maar uit. Dat was ik in de consternatie vergeten. Ik vertrouw die lui voor geen cent. Bij de vorige aanvaring dreigde de man om die hopeloze plantenbak met geweld op mijn auto te smijten…..

Zondag ga ik er rustig voor zitten. Ik zak in een diepe meditatie. Ik wrik de haathaken los uit mijn middenrif en stuur het ongewenste pakketje retour afzender. Ik stuur nog wat ongewenste pakketjes retour naar andere afzenders nu ik toch bezig ben. Ik laat mijn goede intenties bij me terugkeren. Stuur mijn eigen woede naar de planeet Scheld. Een oase van rust daalt op me neer.

Dan besluit om mijn auto te gaan wassen. Het ding is te smerig om aan te pakken, nadat de prunus uit de steeg haar bloesems er op heeft gedeponeerd. Een paar snottige regenbuien verder is deze pracht veranderd in smerige drab. De hondjes zijn nog bij de oppas. Ik heb lekker mijn handen vrij!

Als ik mijn auto probeer te starten gebeurt er niks. Raar! En gezien de vijandelijkheden en de dreigementen van gisteren: Verdacht!

©Toverheks.com

Uren later komt de ANWB. ‘Uw accu is helemaal leeg,’ constateert de monteur, ‘U heeft een licht aan laten staan.’ Heks betwijfelt dat. Toen ik de TomTom uit de auto haalde was het al aan het schemeren. Ik heb toen geen licht zien branden.

Ik heb in alle consternatie wel een raampje open laten staan gisteren bij aankomst. Aan de kant van de muur. Met een beetje moeite kun je zo precies bij het hendeltje van de verlichting!

Als ik me omdraai zie ik de vrouw, die me gisteren woedend belaagde, dansend en juichend voor haar raam staan. Haar meutige gezicht vertrokken in een duivelse grijns. Beide handen triomfantelijk in de lucht gestoken. Ik had de ANWB-man al gewaarschuwd voor dit soort taferelen, maar hij is evenzogoed verbijsterd.

Nu wordt het Heks toch al te gortig. Ik duw de plantenbak van de parkeerstrook. En nog een stuk opzij. Ik duw nogmaals en het ding valt om. Er rolt een beetje aarde op de grond.

Als een duveltje uit een doosje staan nu zowel de man als de vrouw gillend in de steeg. De vrouw wil me te lijf. Haar man probeer het te voorkomen. ‘Vieze vuile teringhoer, kankerhoer, schijthoer, pleurishoer! Je gooit telkens die bak om,’ gilt het mens.

Waar heeft ze het over? Heks weet van niks. Maar ik weet ook genoeg. Die bak wordt dus met enige regelmaat omgegooid? Ik ben blijkbaar niet de enige met wie dit echtpaar in de clinch ligt.

Dat verklaart ook dat dit vaak het enige lege plekje in de buurt is. Deze idioten voeren een waar schrikbewind. Mensen zijn doodsbang van dit stel. ‘We willen alleen maar de buurt wat gezelliger maken,’ brult het griezelechtpaar in koor.

Nou, dat lukt aardig zo, denk ik bij mezelf, terwijl ik een aanval van slappe lach onderdruk. Als ze dat willen bewerkstelligen kunnen ze beter gaan verhuizen!!!

Ik zeg echter niks meer. Ik ben uitgepraat met deze mensen. Ik heb al een klacht neergelegd bij de politie. De wijkagent gaat er werk van maken. Die mag dat varkentje wassen wat mij betreft.

Dankzij de ANWB-man kom ik er zonder kleerscheuren vanaf. Het echtpaar blijft nog een tijd voortrazen, maar uiteindelijke poetsen ze de plaat.

Mensen regerend in hun eigen universum. Met hun eigen idiote regeltjes, waar iedereen zich aan moet houden. Met hun eigen definitie van gezelligheid. Maar het zijn niet bepaald gezellen, deze medemensen. Zodra je je niet aan hun rigide gestoorde regels houdt zijn de rapen gaar. Dan krijg je een stelletje idioten over je heen.

Het was misschien niet netjes van me om de plantenbak om te kieperen, maar ik ben er erg van opgeknapt. Alle woede per direct mijn systeem uit.

Tevreden ga ik een stuk rijden met mijn autootje teneinde de accu weer op te laden. Gelukkig was het alleen de accu. Het had zoveel erger kunnen zijn. Op de terugweg was ik mijn auto. Die staat nu glanzend in de steeg. Binnenkort ga ik in gesprek met de wijkagent. Eens kijken, wat hij erover te zeggen heeft.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Stevige bruidjes en dikke vriendinnen, royale rondingen en wat onderkinnen. Alle vrouwen verdienen hun droomjurk, dik, dun, breed of smal. Heks is stapeldol op Jo en Al.

Het is de achtste dag van mijn vastenkuur. And still going strong. Ik bulk nochtans nog steeds niet van de energie. Verre van. Maar ik lijk minder pijn te hebben. En ik geniet enorm van mijn meivakantie in eigen huis.

Vannacht kan ik niet slapen. Ik spook rond tot in de vroege uurtjes. Dan val ik van de aarde af in een oneindige ruimte. Ik kom terug met een flard van een droom. Een kostbaar zilveren doosje. Mooi patina. Een bijzonder zakje waar het in zit. Een gebruiksvoorwerp. Wat is het?

Het ontglipt me.

Ik wil eigenlijk nog een beetje langer uitslapen, maar dat luk niet. Dus sta ik op. Ik geef alle beesten eten. Ik maak een warm drankje voor mezelf. Ik deuk uit voor de televisie.

‘Curvy Brides Boutique’ is bezig. Een ‘secret pleasure’ van Heks, dit programma. Waarin twee dikke vriendinnen, Jo en Al, een bruidsboutique runnen voor ‘big girls’. Meiden met een maatje meer. Of vele maatjes meer. Prachtige Moeder-Aarde-Vrouwen. Gezegend met ruime rondingen, broedse heupen, brutale billen en rondborstige bonbonella’s.

Speciale clientèle dus. Vaak dames, die hun leven lang gepest zijn met hun gewicht. Ze komen doorgaans binnen in hobbezakkige blouses of camouflagetentjurken. Gewend als ze zijn om hun postuur te verbergen. Na al dat gepest en getreiter. Afkerig van hun eigen lijf…..

Meiden met een droom. Trouwen in een geweldige jurk. Het is niet mijn droom. Heks is nooit trouwlustig geweest. Maar wel de droom van vele vrouwen. Ze hebben het draaiboek voor de grote dag al op hun zestiende klaarliggen. Ze weten precies hoe de kerk versierd moet worden als ze slechts tien jaar oud zijn. Ze dromen van hun droomjurk vanaf hun vijfde.

Jo en Al zijn ervaringsdeskundigen. Beiden hebben een indrukwekkend postuur. Of hebben een indrukwekkend postuur gehad. Ook hebben ze ten tijden van hun bruiloften nergens een echt leuke jurk kunnen vinden.

‘Elke vrouw verdient het om er geweldig uit te zien op hun trouwdag,’ zegt Jo in de camera.

Vandaag komt er een dame met haar moeder en zuster. De moeder heeft een vuilnisbak als mond. Die kiept ze met enige regelmaat leeg over haar dochter. De klep gaat open en daar komt alweer een smerige opmerking. ‘Je lijkt wel een drag queen, een nijlpaard bladiebla….’ De dochter lacht als een boer met kiespijn.

Ze vergoelijkt de kutopmerkingen, omdat het haar moeder is, die het zegt. Het arme kind beweert zelfs dat de kwetsende opmerkingen goed voor haar zijn: ‘I need to grow a backbone.’

What doesn’t kill you makes you stronger!

Jo is not amused. ‘Mijn moeder zei vroeger tegen me, dat ik heel knap zou zijn, als ik niet zo dik was,’ haar ogen gloeien richting camera, ‘Toch apart dat ik het hier bijna 50 jaar later nog over heb. Zulke opmerkingen komen binnen. Ze richten heel veel schade aan.’

Ach, mijn moeder zei altijd, dat ik een dikke kont had. Helemaal niks van waar, maar het heeft mijn zelfbeeld het grootste deel van mijn leven bepaald. Zelfs toen ik zo mager was als een draadnagel. ‘Zet je voeten op heupbreedte,’ schreeuwde de instructrice van mijn dansklasje indertijd tegen ons, haar leerlingen. Heks zette haar voeten in de gewenste stand.

‘Wat heb jij voor een zelfbeeld, Heks?’ riep de dame verbaasd, terwijl ze naar mijn kamerbrede spreidstand keek. Ik keek verbaasd terug. Wat was er mis met mijn spreidstand? Om me vervolgens te realiseren, dat mijn voeten niet bepaald onder mijn heupen stonden. Verre van.

Het leuke van Jo en Al vind ik, dat ze al die meiden met hun enorme rugzakjes en vertekende zelfbeelden uiteindelijk laten stralen. Ze vinden allemaal zonder uitzondering de jurk van hun dromen. Een jurk die past. Een jurk, die ondersteund op de juiste plekken. Een jurk, waar hun weelderige rondingen prachtig in uitkomen.

Met enige regelmaat vloeien er tranen. Vooral als Al in gesprek gaat met de aanstaande bruid. Of als Jo met een onverwacht afwijkend model bruidsjurk aankomt zetten. Haar zogenaamde ‘wild card’. Die dan een schot in de roos blijkt te zijn!

Heks kijkt graag naar deze bevlogen vrouwen. Hun liefde voor hun vak, de zorgvuldigheid, waarmee ze de aanstaande bruidjes met een maatje meer op hun gemak stellen. Hoe ze werkelijk elke vrouw zelfverzekerd naar het altaar laten lopen op hun grote dag.

Heks zit al ruim een week te vasten. Ik heb geen last van een maatje meer. Nu al helemaal niet. En ik ben totaal niet trouwlustig. Bijna jammer.

©Toverheks.com
©Toverheks.com

Want wat zou ik graag eens bij deze dames gaan winkelen. Me heerlijk in de watten laten leggen. Mijn zelfbeeld helemaal laten opkrikken. En een lekker stuk taart met hen soldaat maken!

Curvy Brides Boutique.

Een hekel hebben, maar niet haten. Niet schreeuwen maar goedmoedig blaten. Heks verandert, heb je het in de gaten? Schreeuw ik soms nog naar mijn hond, verexcuseer ik me terstond.

Schrijven is mijn forte. Van alle dingen, die ik goed kan, is dit een kunstje, dat ik ook half dood in bed kan beoefenen. Heel fijn. Ik dank Godin op mijn blote knietjes voor dit talent. Het loodst me door moeilijke tijden heen.

Helaas willen sommige mensen niet dat ik schrijf. ‘Wie schrijft blijft’ is hen een doorn in het oog. Het liefst zagen ze me ter plekke dood neervallen. Iemand van hen heeft wel eens een poging gedaan om dat proces te versnellen. Door me helemaal in elkaar te rammen. Een beer van een vent met stalen biceps.

Naast hem twee boze dozen. Als stiefzusters uit een griezelig sprookje deden ze er nog een schepje bovenop met hun geschreeuw. Altijd ontluisterend als medemensen je mishandelen. Vooral als ze van het soort zijn waar je je juist veilig bij zou moeten voelen.

Helaas is geschreeuw iets dat me wel vaker overkomt. Ik heb tegenwoordig een vreselijke kerel in de buurt wonen, die constant tegen me schreeuwt. Hij trekt regelmatig midden in de nacht belletje bij Heks. Ook staat hij me op te wachten samen met zijn broer, als ik laat thuis kom uit het koor en de auto parkeer. In het donkere stuk van de steeg tussen de Schouwburg en het museum. Waar geen sterveling loopt.

De broers staan schreeuwend naast mijn auto. Ze gaan niet weg, ook niet als ik een tijd in de auto blijf zitten. Waarschijnlijk zo stoned als een kanarie en dat niet van soft drugs.

Behoorlijk intimiderend. De hal staat elke dag vol rook en ik ruik de bittere geur van heroïne. Hijzelf stinkt ook nog eens een uur in de wind. Een smerige lucht, die lang blijft hangen. Een bron van overlast dus. Maar hij klaagt bij de woningbouwvereniging over mij. De malloot.

Onlangs zit een vriendin tegen me te schreeuwen. Niet voor het eerst. Zijzelf heeft het helemaal niet in de gaten, gek genoeg. Als ik aangeef, dat ik er genoeg van heb, heb ik het weer gedaan. Van alles wordt me verweten, maar nergens een excuus voor de verbale agressie.

Ik ben in mijn jeugd verrot geschreeuwd en naar volwassenheid geslagen. Als klein kind heb ik lange tijd gedacht, dat je door schoppen onder je kont zou groeien. ‘Je wordt zo groot, je krijgt zeker veel slaag,’ grapten ooms en tantes. De grap ontging me volkomen.

Natuurlijk waren er ook leuke dagen. Als er mensen op bezoek kwamen bijvoorbeeld. Dan gedroeg iedereen zich voorbeeldig. Voor de buitenwereld waren we een leuk gezin. Zo leuk, dat ik er bijna in ging geloven.

Heks heeft overal altijd een mooi verhaal van gemaakt. Ik heb daarin anderen goed gemaakt en mezelf slecht. Een manier om toch nog enige grip op de realiteit te hebben? Want je eigen vermeende slechte gedrag kun je adresseren. Over anderen heb je nu eenmaal geen enkele controle. Met name als kind.

Dit alles ligt achter me. Ik laat het los in liefde. Want ik heb van al die mensen veel gehouden ooit. En ik heb geen zin om mijn mooie hart te verpesten door te haten. Een hekel vind ik iets anders. Ik heb dus wel degelijk een gloeiende pesthekel aan mijn plaaggeesten. En ik hoef hen nooit meer te zien.

Tegen Heks wordt niet meer geschreeuwd. Net zoals ik niet meer word geslagen. Slaan accepteer ik al ruim 40 jaar niet meer. Ik heb nadat ik in elkaar ben geslagen anderhalf jaar geleden direct aangifte gedaan. De kwaadaardige getuigen, 2 dikke domme ganzen, beweerden dat er niets was gebeurd. Zodoende werd de dader niet vervolgd.

Het schreeuwen heeft nog lang kunnen doorwoekeren. Er is nog best vaak tegen me geblèrd door deze of gene, zonder dat daar sancties op volgden. In mijn laatste relatie was het aan de orde van de dag.

Maar nu is dat ook klaar. Heks is enorm veranderd. Andermans/vrouws agressie gaat er niet meer in bij me. Ik wil met respect behandeld worden, net als ieder ander.

Liefde en respect zijn hetzelfde. Je kunt niet zeggen, dat je van me houdt en me als een stuk stront bejegenen. Toch is dat vaak wat mensen onderling doen. Maar niet langer bij mij.

Iedereen mijn partner. Compassie en begrip genereren. Dat is allemaal heel mooi en aardig. En het is ook wat ik wil. Maar compassie en begrip van de tegenpartij is absoluut noodzakelijk om tot waarachtig partnerschap te komen. Anders gaat het toch echt niet werken.

Neemt niet weg, dat ik vanuit mijn hart probeer waar te nemen. Dat ik me realiseer, dat we allemaal kinderen zijn van de Godin. Ook de strontvervelende kutkinderen. Die belletje trekken en zich misdragen. Die een parasitair bestaan lijden. Ik hoef hen niet over de vloer. Ik houd afstand. Maar ik wens hen evenzogoed alle goeds.