Jaren geleden was ik een paar maanden op reis. Onder andere op de Filipijnen en in Thailand. Na vier dagen werd ik gedrogeerd en beroofd. Waardeloos natuurlijk. Halverwege de reis zette ik een punt achter mijn relatie met de Algerijnse psychopaat. Op afstand. Via de mail. Met afstand de enige manier om deze bloedzuiger los te doen laten. Het was net iets te ver weg voor hem om me onder druk te komen zetten….
Natuurlijk heeft Heks veel verdriet na de breuk met deze bacteriële infectie. Ik logeer op dat moment bij vrienden in Chiang Mai. Een grote onrust maakt zich van me meester. Heb ik wel het goede gedaan? Is de man echt zo fout? Is echt alles wat zijn mond verlaat een leugen? Zie ik al dat geld dat ik hem heb geleend om te kunnen promoveren aan de universiteit van Rennes echt nooit meer terug? Is hij wel aan het promoveren? Heeft hij echt in het ziekenhuis gelegen toen hij een maand of twee onvindbaar was? Of onterecht in de bak gezeten? Twijfeldetwijfel…
Om en einde te maken aan mijn getob trek ik het oerwoud in met een paar Nederlanders en een stel uit Nieuw Zeeland. Onze gids is een piepjonge Thaise uitgetreden monnik. Hij heeft onlangs zijn klooster verlaten en voorziet in zijn onderhoud door toeristen mee de jungle in te nemen. Met een busje rijden we naar het noorden. Aan de voet van een berg worden we eruit gekieperd. Nu gaat het avontuur beginnen. Bepakt en bezakt storten we ons op de klim.
Het is in de tijd, dat mijn benen het nog prima doen. Mijn arme armen niet, maar daar hoef je niet op te lopen, dat scheelt. We stijgen eindeloos over de flank van de berg omhoog. Onze gids maakt ons aan het schrikken, door ons te wijzen op enge insecten en een incidentele slang. Verder zien we weinig dieren rondslingeren. Geen apen helaas. Ze houden zich gedeisd in het zicht van de hun gevaarlijke afstammelingen. De flora is prachtig. Af en toe worden we op iets eetbaars gewezen in dit paradijs.
Tegen de avond arriveren we in een dorpje. We logeren in een huis op palen. In een hokje met een bak water kun je een beetje poedelen. Er is ook iets wat doorgaat voor een toilet. Er wordt voor ons gekookt. Drie generaties vrouwen storten zich op deze klus. Na het eten valt er weinig meer te beleven. Uitgeput rollen we ons in onze slaapzak. Doodmoe van alle indrukken.
De tweede dag trekken we verder door de jungle. We blijven stijgen, Heks moet alle zeilen bijzetten. Maar het is de moeite waard. Uiteindelijk lopen we over een bergkam. Aan twee kanten kijken we uit over het omringende landschap. Waanzinnig mooi!
Onze gids is in de jungle opgegroeid, totdat hij op zesjarige leeftijd werd afgeleverd bij een Boeddhistisch klooster in Chang Mai. Sindsdien heeft hij er nog wel gebivakkeerd af en toe, louter als hij op bezoek ging bij familie. Toch kent hij de omgeving op zijn duimpje.
Aan het einde van de dag beginnen we te dalen. Misschien nog wel vermoeiender dan klimmen. Je moet goed opletten waar je je voeten zet. Na een paar uur komen we in een dorpje aan een rivier. Weer wordt er heerlijk voor ons gekookt. De Nieuw Zeelanders hebben allemaal gekke verhalen en ook het Nederlandse stel laat zich niet onbetuigd.
Er wordt een kampvuur aangelegd onder een krankzinnige sterrenhemel. Het is onvoorstelbaar voor ons in ons overbelichte kikkerlandje hoe donker het kan zijn elders op aarde. En hoeveel sterren je dan kunt zien. Verlichting is toch ook niet alles…..
We zitten een tijd genoeglijk bij elkaar. Het is een hele fijne groep. Piepklein, warm, intiem. We vertellen elkaar over ons leven. Openhartig. Alsof we elkaar al jaren kennen.
Iedereen gaat na een tijdje slapen behalve Heks en de monnik. Wij zijn nog in een intens gesprek gewikkeld over zijn recente uittreden uit het klooster. ‘It’s not easy, Heks,’ hij kijkt me trouwhartig aan, ‘om op te groeien in een klooster. Elke dag moet je uren doodstil zitten mediteren. De regels zijn streng. Het is ook goed hoor, ik heb er ook heel veel aan gehad. Maar je bent ook kind en je mist je familie. Echt, het valt niet mee!’
Onze gids is een prachtige stralende jongeman. Slim en begenadigd met een geweldig gevoel voor humor. We zijn allemaal dol op hem. Hij loopt al twee dagen gigantisch met Heks te flirten. Mijn reisgenoten moeten er om lachen. ‘Haha, hij vindt je zo leuk, hij kan bijna niet van je afblijven…’ fluistert de Nieuw Zeelandse me in als hij weer eens een arm om me heen slaat.
Nu zit ik met hem bij het kampvuur onder een eindeloze sterrenhemel. Het gesprek is intiem. Ik vertel hem over mijn verbroken relatie en hoe ik daarmee worstel. Hij vertelt hoe hij verlangt naar liefde na al die celibataire jaren en hoe hij daarmee worstelt. Hij probeert me te versieren……
Maar houdt daar direct mee op als ik hem vertel dat dat het laatste is waar ik mee bezig wil zijn…. ‘Ga een tijdje in het klooster in Chiang Mai. Daar hebben ze meditatieprogramma’s voor buitenlanders. Het zal je goed doen, Heks,’ luidt zijn advies, als hij ontdekt hoezeer ik in de knoop zit met mezelf. Hij omhelst me bij het afscheid. Ik voel hoezeer hij naar een vrouw verlangt. Arme jongen. Hoteldebotel….
‘Ik hoop dat je eerste keer een heilige ervaring zal zijn met iemand die echt van je houdt,’ denk ik bij mezelf. En niet een ouwe fiets uit Nederland. Daarna kruip ik in mijn slaapzak tussen mijn groepsgenoten.
De laatste dag zakken we de rivier af op een vlot. Ik kan me totaal niet herinneren of we hebben geholpen het te bouwen, maar het werd wel voor onze neus in elkaar geflanst. Het is nog een hele toer om droog te blijven met je spullen, want de rivier is hier en daar best wild. Heks heeft het geweldig naar haar zin. Apen slingeren door bomen, het leven is magisch en ik heb ook nog eens een geweldig leuke aanbidder.
Een paar dagen later ga ik het klooster in. De monnik heeft per ongeluk zijn camera in mijn bagage gestopt. Per ongeluk expres natuurlijk…. Zodoende zie ik hem nog een keer als hij zijn toestel komt ophalen in het klooster. Een heel bijzondere ontmoeting, want hij bevindt zich opeens in zijn natuurlijke habitat.
Zijn blik tijdens dat bezoek staat in mijn geheugen gegrift. Zo liefdevol. Diep respect proef ik ook in zijn woorden. Dit is echt een heel bijzonder medemens. Ik zal hem nooit vergeten. Zijn zachte aanbidding is tegengif voor de verkrachting van Heks door een twintigjarige een goed jaar eerder. Waar die jongeman iets in mijn drankje gooide om zijn zin te krijgen accepteert deze jongen mijn afwijzing.
Door zijn woorden zit ik nu in dit klooster alle ellende eruit te zweten. Hij heeft dezelfde leeftijd als de verkrachter, maar is zoveel wijzer.
Er zijn mensen geweest die na de verkrachting zeiden dat Heks wel zin had in een groen blaadje. Dat het dus geen verkrachting was. Dit Thaise blaadje is verrukkelijk, maar ik heb niet de minste neiging om me eraan te vergrijpen. Laat staan aan zo’n vies verrot stuk blad als die verkrachter…. Lulkoek dus.
Deze jongeman is tegengif geweest tegen die slechte ervaring.
Het is in de tijd voor mobiele telefoons en Facebook. We wisselen mailadressen uit, maar mijn account verloopt kort daarna. Ook ondenkbaar nu.
Toch woont hij altijd in mijn hart. Ik zou zo graag weten hoe zijn leven verder is verlopen. Is hij naar Londen gegaan om te studeren zoals hij van plan was? Heeft hij een gezin gesticht? Is hij terug gegaan het klooster in?
In die tijd lag zijn toekomst nog open. Hij was nog maar net uitgetreden. Helaas weet ik alleen zijn voornaam. ‘Non’ gek genoeg. Wie weet kom ik hem ooit weer ergens tegen!
Vast en zeker. Maar waarschijnlijk in een ander leven…..
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.