Genezende martelingen, helpende heksenhanden, helende trancedans en curerende kunst helpen Heks herstellen van gekmakende zenuwpijnen. Goddank! Fantastisch!

Woensdagmorgen kan ik dan eindelijk bij mijn orthopedische fysiotherapeut terecht. Na een kleine week creperen ga ik voor de zoveelste keer uit de kleren bij een behandelaar. Een moeizaam gebeuren ook nog met mijn pijnlijf.

Een half uur lang word ik systematisch gemarteld. Pijnplekken worden beknepen. Er wordt in verstrengelde spiervezels gepord. Een paar gemene naalden verdwijnen in verkrampte spieren. Vervolgens wordt er net zo lang in die stijve plek geporreld tot de spier losspringt. Een afschuwelijk misselijkmakend gevoel. Heks schreeuwt het uit. Of kreunt, steunt, kermt en jammert.

Maar je hoort me niet klagen. Ik ben de wanhoop nabij na een slapeloze week en hartstikke blij dat ik terecht kan bij die gemene man. Zijn magische geniepige handen kunnen ware wonderen bewerkstelligen. Systematisch pakt hij de stagnerende spieren en pezen aan.

Deel na deel van mijn rug en schouder krijgen een beurt. ‘Je rechterheup en linkerschouder werken samen….’ verzucht hij , terwijl hij de heup onder handen neemt. ‘Nou, samenwerken,’ pruttel ik, ‘Als je dit samenwerken noemt…. Het zijn meer broeders in het kwaad….’

Mijn behandelaar moet lachten. Intussen plopt er nog meer los links en rechts. Langzamerhand komt er wat beweging in de plank, die voor mijn lichaam doorgaat, maar lekker voelt het nog allerminst.

Na de door deze behandeling veroorzaakte schreeuwsessie snel ik naar huis. Fiederelsje komt een uurtje roerzeven.

In groepsverband roerzeven? Het moet niet gekker worden!

Mijn vriendin komt me helpen met een huishoudelijk klusje. Drie bakken met oranje gekookte kweeperen wachten op verwerking tot jam. Helaas lukt het me zelf maar niet om ze door die verrekte roerzeef te draaien. Een kolfje naar de heksenhand van mijn kweepeervriendin. ‘Ik sta om 12 uur op je stoep, Heks, geen probleem. Om 2 uur heb ik pas weer een afspraak, tijd genoeg dus.’

Mijn vriendin is nog geen kwartier binnen, of ze staat al met haar handen in de kweeperen. ‘Wat zijn ze prachtig van kleur, je hebt ze echt lang gekookt!’ Geroutineerd draait ze de knaloranje brokken door de zeef. Intussen kwebbelen we er vrolijk op los.

‘Ik heb nog een cadeautje voor je, lieve Heks,’ ze diept tussen de bedrijven door een pakje op uit haar tas. ‘Dit vertegenwoordigt voor mij pure schoonheid,’ ze drukt me het pakket in de hand.

Er zit een prachtig boek in over pottenbakker Gerrit de Blanken (1894-1961) uit Leiderdorp. Wat leuk! ‘Hij kwam hier uit de buurt, dat vind ik ook zo bijzonder.’ Mijn vriendin haalt nog een presentje tevoorschijn. Oh, wat word ik verwend!

Niet veel later klinkt mijn nieuwe CD door de keuken. Het is ‘La Tarantella’ van Marco Beasley en Christina Pluhar. Inderdaad antigif tegen ziekte en narigheid, deze muziek:

Zo’n lied eindeloos herhalen werd in vervlogen tijden ingezet als geneesmiddel: Je joeg het gif van de ziekte als het ware de deur uit door je helemaal in het zweet te dansen. Zoals na een spinnenbeet van de tarantula……. Zuid Italiaans sjamanisme uit de zestiende en zeventiende eeuw!

Later diezelfde middag lig ik alweer op een behandeltafel bij alweer een andere fysiotherapeut. Deze keer is mijn heup aan de beurt. Weer gepor en geknijp. Naalden in verkrampte spieren. En weer komt er wat ruimte en beweging in een deel van de plank, die doorgaat voor een heksenlijf.

Aansluitend wandel ik met mijn hondje door het bos. Wel zo prettig met je heup weer min of meer in de kom.

Eenmaal thuis zet ik de helende CD op. Met al die heroverde ruimte in mijn lijf kan ik weer een beetje in mijn stoel zitten. Lang houd ik het niet vol. Al die behandelingen hebben me uitgeput. De tarantella dansen zit er vandaag nog niet in…….

Gelukkig ligt VikThor ook helemaal voor pampus na een speelsessie in Het Leidse Hout. Straks nog een goeie ronde in een stadspark en dan zit het er weer op voor vandaag.

Maar eerst eventjes een paar uur slapen, na al die slapeloze nachten, heerlijk ……

 

Peinzen over pijnlichamen. Pijn op de pijnbank. Mijn pijnlichaam ontleed. Schreeuwen schreeuwt om aandacht. Verwachtingen houden ons maar weg bij de realiteit. Beter is het in het hier en nu onvolkomenheden toe te geven. Want wat in het vitvat zit verzuurt wel degelijk. En oude woede is als mosterd na de maaltijd……..

vrouwtje bezemsteelvrouwtje bezemsteel, heks

Begin jaren negentig loopt Heks stage bij een landelijk bekende toverkol. Dit vrouwtje bezemsteel komt zelfs wel eens op televisie, zoals die keer bij Paul de Leeuw als paardenfluisteraar. Ze heeft al heel jong een dijk van een praktijk als paranormaal genezeres opgebouwd. Het is een hele leuke meid. Heks heeft het getroffen met haar stageplek!

SCHREEUW, brullen SCHREEUW, brullen

Na de stage ga ik een tijd bij haar in behandeling. Aanleiding is een opmerking, die ze een keertje maakt over mijn onvermogen te reageren op pijnprikkels. ‘Heks, als ik je hier ter plekke keihard recht in je gezicht sla, dan denk je: Dat doet Karin niet! Pas als je weer thuis bent, over pakweg twee uur, dringt het tot je door, dat ik je toch echt een oplawaai heb verkocht. De tijd om te reageren is dan al lang verstreken!’

dokter shock

Jaren later op de Filipijnen ontmoet ik een beroemde tovenaar. Hij is ook geneesheer-directeur van een zeer gerenomeerd ziekenhuis in Manilla. In dat land doen ze niet zo moeilijk over animistische tendenzen in de gezondheidszorg. En dat levert opmerkelijke, kleurrijke en zeer begaafde artsen op!

dokter shock

Als de goede man geen ziekenhuis aan het bestieren is, dan houdt hij zich bezig met de meest vreemde alternatieve geneeswijzen. Zoals tijdens het healing seminar in Manaoag georganiseerd door zijn goede vriend Alex Orbito.

Eén van zijn toverkunsten behelst een behandeling met elektroshocks. Wanhopig als ik ben na toen al zeker vijftien jaar ME, wil ik me wel wagen aan deze naar het zich laat aanzien zeer pijnlijke therapie. Uit zijn behandelhokje klinken de meest ijselijke kreten geslaakt door zijn arme slachtoffers. Je kan het prima horen, want er hangt alleen een gordijntje voor het kot.

SCHREEUW, brullen

De marteldokter sluit elektroden aan op mijn heksenlijf en begint met een stevige stroomstoot. Ik geef geen kik. Hij voert het voltage op. Nog steeds geen reactie. Ik voel het wel degelijk, maar reageren doe ik niet. Nieuwsgierige gezichten duiken op vanachter het gordijntje. Geen geschreeuw en gegil? Dat willen zijn collega’s wel eens zien. Hij krijgt uiteindelijk wel een beetje gepiep uit me, maar echt tevreden stemt hem dat niet.

Als ik hem een week later in Manilla tref spreekt hij zijn verbijstering uit over de hoge pijngrens van Heks. ‘Ik heb nog nooit zoiets gezien’, klaagt hij tegen Joyce, mijn flamboyante Amerikaanse heksenvriendin, ‘Normaal gesproken schreeuwen mensen moord en brand, maar deze vrouw geeft geen enkele reactie. Ik kan er nog niet bij. Hoe is dat mogelijk?’

SCHREEUW, brullen

Geen idee. In medische kringen wordt juist altijd beweerd, dat ME patiënten aanstellers zijn! Ze piepen bij het minste of geringste! Dat is al heel lang de enige verklaring voor het feit, dat ze zich zogenaamd beroerd voelen, zonder dat de wetenschap kan achterhalen wat er mis met hen is.

Al hebben ze intussen ook wel aanwijzingen gevonden, dat onze hersenen heel veel pijnprikkels afvuren, ondanks het ontbreken van een directe lichamelijke oorzaak. Of lang nadat er een lichamelijke pijnprikkel is geweest. Alsof de hersenpan in een pijnloop blijft steken!

be proud

Heks weet al lang, dat ze geen watje is. Ik kan idiote hoeveelheden pijn verstouwen. Misschien een oud overlevingsmechanisme. Ook gunde ik agressors mijn tranen niet! Heks is altijd extreem trots geweest. Een lastige karaktertrek.

Gelukkig lig ik tegenwoordig wel te schreeuwen tijdens de behandelingen van mijn orthopedische fysiotherapeut. Als enige in de hele wereld is het hem gelukt om me dit soort reacties te ontlokken. Maar hij is dan ook echt heel erg gemeen. Hij weet tot op de millimeter precies waar hij me moet raken……

SCHREEUW, brullen

Ook leer ik eindelijk, dat mensen je soms gewoon pijn doen en dat je daar maar beter op kunt reageren. Met horten en stoten doe ik dat dan ook. Misschien wat te heftig naar andermans smaak. Maar ja, dat is ook logisch na al die jaren verlamming. Groot kans dat er ook een hoop achterstallige pijn schreeuwt om aandacht. Of schreeuwt om een schreeuw!

SCHREEUW, brullen

 

Tegelijkertijd realiseer ik me ook, dat mijn omgeving niet gewend is lik op stuk te krijgen als ze lopen te eikelen. ‘Dat doet Heks niet, wat gaan we nu krijgen?’

Mijn ‘Dat doet die of die niet’ zit ook nog steeds ergens ingebakken in mijn reactiepatroon. Maar het gaat de goede kant op!

SCHREEUW, brullen