Morning after….. Altijd even slikken. Pijnstillers in mijn geval. Maar ook: Het is weer zo ver! Gezellig samenzijn met poezenvriendin! Alle poezen geaaid en verwend. Varkentje ook blij.

De dag na de Matthäus sta ik doodziek op. Mijn ene oog kijkt loens in mijn andere broekzak. Mijn kop heeft sowieso veel weg van een ouwe gymschoen. Gelukkig heb ik niets om handen. Alhoewel…. Plotseling realiseer ik me dat ik om twaalf uur een afspraak heb met mijn therapeute. Goeie hemel. Ik kan geen stom woord uitbrengen. Mijn lichaam is een soort pijnlijke wandelende plank. Mijn gezicht bestaat uit oude lappen…..

Ik krijg het voor elkaar om op tijd ter plaatse te zijn, maar vraag me niet hoe. ‘God Heks, wat zie je er uit!’ Mijn therapeute kijkt me geschrokken aan. Zo heeft ze me nog nooit meegemaakt. Bijna niemand overigens. Op dit soort momenten ga ik normaal gesproken niet naar buiten, behalve om het hondje uit te laten. En dat doe ik dan snel, zwijgend en incognito.

Ondanks mijn ellendige uiterlijk en halvezolige lijf heb ik genoeg te melden en te schelden. Ik ben nu al meer dan een half jaar zo depressief als een ui. Er komt maar geen eind aan. Positieve tegengeluiden en spirituele prietpraat ‘Het aards bestaan is een leerschool, dit is een schuurpapiertje van het leven, alles heeft betekenis, je bent niet voor niets ziek, je hebt het zelf veroorzaakt’ en dergelijke kan ik niet meer horen. Ook wegwuifgedrag gaat er niet meer in bij mij. Gelukkig is mijn therapeute ook somber vandaag. ‘Ja Heks, de wereld zit vol gekkigheid. De mensheid is vaak hopeloos bezig.’

Een dag later kom ik Pappa tegen op straat. Ik heb hem sinds kerst niet meer gezien. ‘Ga mee een kopje koffie drinken, Heks,’ nodigt hij me uit. Even later zitten we in een leuk biologisch eethuisje. Ik vertel hem wat sombere verhalen, maar moet er ook om lachen. Ik maak er zelfs wat goeie grappen over. Zodoende ontstaan er een soort regenboog tussen de tafeltjes en de toog.

Pappa is Boeddhist, ik ken hem van Shambala. Hij leeft vanuit het principe van de fundamentele goedheid van de mens. Een uitgangspunt dat ik ook altijd gehuldigd heb. Tot voor kort. Een plaatje waarin geen plek is voor narcisten en psychopaten. Die onverlaten die ons niet kunnen liefhebben maar prima kunnen haten.

‘Heb je alweer verkering?’ vraag ik mijn oude vriend, ‘Shambala is altijd een geweldige vijver voor jou om uit te vissen…..’ Ondeugend kijk ik hem aan. En ja hoor, hij heeft sinds kort weer beet. Een leuke dame van zijn leeftijd passend in zijn leefstijl…..

Aafje kan zich niet inhouden……

‘Ik moet gaan, lieverd, laten we snel iets afspreken!’ Heks racet ervandoor. Ik haal nog even wat bloemen en plantjes om mijn huis op te fleuren. Vanavond krijg ik bezoek. Goddank is mijn onvolprezen hulp geweest: Er ging van alles mis en eventjes zag het ernaar uit dat ik met pasen in een vies huis zou zitten…..

Een uurtje later schuift mijn poezenvriendinnetje Joy mijn heksenhuisje binnen. Ze is bepakt en bezakt met presentjes: Kluifjes voor Ysbrandt, snoepjes voor de katten, bloemen en chocolade voor Heks, kattenmelk, flessen wijn…….. Ik kook een lekker soepje en gooi wat pasta met garnalen in de pan. Intussen drinken we een glaasje wijn en kletsen bij.

Levensgevaarlijk!

En waarover? Over mijn poezengezin en haar kat Siep: De dochter van mijn Pippi en de Boskat, kleindochter van Snuitje en Ferguut, zus van Bolster, nichtje van Aafje en Leonoor. Kortom, Siep is familie van al mijn katten!

‘Ik zie zoveel terug in Siep van jouw beestenboel. Ze mauwt precies zo als Snuitje, maar heeft weer veel gedrag van ThayThay de Boskat, zoals haar fascinatie met water en haar zachte geknerp naar alles wat vliegt…..’ Stuk voor stuk somt ze eigenschapen van mijn beestjes op, die ze terugziet in haar Siep. En ze kan het weten, want ze past regelmatig op mijn dierentuin.

Oh, ze zijn toch zo lekker, die poezensnoepjes!

Alle katten worden geknuffeld en Ys wordt schandelijk verwend. In de loop van de avond gaan we hoedjes passen. ‘Wat staan die hoedjes je goed,’ roep ik enthousiast. Mijn vriendin heeft een echt hoedenhoofd! ‘Ik heb binnenkort een bruiloft, mag ik er dan eentje lenen?’ Natuurlijk. We zoeken direct een paar mooie exemplaren uit.

Het is ruim na middernacht, we zitten al zeker twee uur met ogen op stokjes, als we eindelijk afscheid nemen. Zoals altijd raken we maar niet uitgepraat. ‘We zijn nu drie jaar vriendin, lieve Heks, en Siep is ook bijna drie jaar bij mij! Dat gaan we binnenkort vieren!’

Samen met Varkentje wandel ik een stukje met haar mee naar huis. Wat een heerlijke avond. De uren zijn voorbijgevlogen!

 Vrolijk samenzijn met kattenvriendin: De dochter van mijn kat Pippi boft maar met haar kattenvrouwtje! Alle poezen geaaid en helemaal bijgepraat. Waarover? Onze monsters natuurlijk!

Geef! Meer!

Killer stories, a true story to die for, moordwijven en dodelijke kerels,bloeddorstige bloedbroeders versus een geslepen zus die haar zuster offert. De wereld zit vol gevaarlijke gekken. Niet iedereen overleeft hen.

Vandaag ben ik laat. Ik ben pas om half vijf in slaap gevallen, vandaar. Het is dan ook al rond het middaguur als ik eindelijk met Ysbrandt in een park loop. De zon schijnt, het is droog. Goddank.

Vannacht bekijk ik diverse afleveringen van het programma ‘Born to kill’. Afgewisseld met ‘Bloodrelatives’ en andere griezelige reality programma’s vol moorddadige mensen met zieke geesten en verdorven karakters, die elkaar naar het leven staan. Vol ongeloof zie ik het verhaal van een serieverkrachter in love. Zijn geliefde gaat vanaf dag één mee in zijn verdorven fantasieën.

Als ze eenmaal getrouwd zijn gaat het van kwaad tot erger. Hij baalt ervan dat ze geen maagd meer is en laat zijn oog vallen op haar jongere zusje. Een onschuldig meisje van vijftien. Samen drogeren ze het arme kind om haar vervolgens te verkrachten. Helaas is de dosis verdovende drugs uit de dierenkliniek (!) waar de slechte zuster werkt te hoog voor het jonge meisje. Het is geen paard tenslotte: Ze overlijdt ter plekke.

Het gruwelstel komt ermee weg….. Nu begint hun echte terreur. Was de man voorheen tevreden met een stevige verkrachting, nu wil hij bloed zien. Zijn vrouw helpt hem zoveel ze maar kan. Onvoorwaardelijk. Ze plegen nog een paar moorden op jonge maagden voordat ze gepakt worden.

Hierna volgt een item over drie moordbroers. Ook weer walgelijk en afschuwelijk. Gewetenloze psychopaten aan het werk. De jongste broer is pas 15 jaar oud. Hij heeft wel emoties en gevoelens. Hij doet niet mee met het moorden, maar is natuurlijk wel met zijn familie op stap. Roadtrip met pief paf poef geluiden. Heks zit verbijsterd te kijken.

Uiteindelijk worden ook zij gepakt. De jongste broer wordt later gevangenispriester…..

Dan komt er nog een aflevering over een sociopaat van de bovenste plank. Hij liegt over zijn beroep, achtergrond, opleiding, financiele status en ga zo maar door. Toch weet hij zich te profileren als politiek lobbyist en op die manier in de hoogste kringen dor te dringen. Hij maakt mensen handig geld afhandig en weet de schijn op te houden zelf ook een rijke stinkerd te zijn.

Op een gegeven moment trouwt hij met een zakenvrouw met drie jonge kinderen. Niemand weet dit, hij houdt haar succesvol verborgen voor de buitenwereld. Zodoende kan hij rustig doorgaan met zijn vele affaires en avontuurtjes. Hij manipuleert de vrouw naar de andere kant van het land. Zo heeft hij lekker zijn handen vrij om door te gaan met zijn rare leventje.

Hij trouwt nog een vrouw. Ook haar weet hij enige tijd een rad voor ogen te draaien, maar uiteindelijk valt zijn kaartenhuis in duigen. De dames ontdekken elkaar. Ze ontdekken nog meer bedrog. De meest recente echtgenote besluit de eikel erbij te lappen wegens bigamie, maar dat moet ze met de dood bekopen. Meneer schiet haar door de kop…..

Wat heb je toch een rare mensen. Wat zit de wereld vol met mafkezen. Neem nu die broers. De middelste is de leider. Hij is vrij jong in een gevangenis beland en daar tijdens een opstand door andere gevangene verkracht. Acht uur lang! Door grote gewelddadige horken van kerels!  Afschuwelijk natuurlijk. Het heeft hem gebroken. Het heeft van dit rotjong, deze kleine crimineel, een monster gemaakt……

Terwijl de beelden nog door mijn hoofd spoken geniet ik van het zonnetje. In het park kom ik een vrouw tegen met een schat van een hond uit Roemenië. We raken aan de praat. Opeens komt de malle molenaar ter sprake. Hoe? Geen idee. De man blijkt klusjes te doen voor de vrouw. ‘Hij is ongelofelijk aardig voor me, ik krijg regelmatig een lekkere eend of gans cadeau. Die schiet hij zelf…’

Dat weet Heks. Hij wilde zijn jachtgeweer ook een keertje op mijn hond richten. Die zat achter een haas aan op de golfbaan. Hij behoort die zigzaggende haas af te schieten. Nog niet zo gemakkelijk natuurlijk. Dat is zijn bijbaantje, maar nee, hij pakt liever mijn hond, de held. Ik ben niet de enige met deze ervaring! De man is een regelrechte griezel. Hij heeft een goeie klap van zijn eigen molen gehad mijns inziens. De laatste die ik over de vloer zou halen…..

‘Ik heb de politie een keertje op zijn dak gestuurd, toen hij me stond uit te maken voor hoer, kutwijf en erger. En dat hij me wist te vinden. Hij sloeg regelrecht bedreigende taal uit. En dat in combinatie met dat geweer….. Mijn actie heeft wel geholpen. Sindsdien laat hij me met rust.’

Er komt een loopse teef aanlopen met een meneer eraan vast. Varkentje is instant verliefd. Zo snel gaat dat bij honden in hun wereld van geur. Zodoende moet ik hem vliegensvlug aanlijnen.

‘Dank voor de tip. Ja, je hebt vreemde snuiters op de wereld,’ zegt de vrouw bij het afscheid. ‘Ach, jij hebt geen problemen met de man. Het is net als bij de gemiddelde psychopaat. Superaardig voor sommige mensen, maar voor anderen gevaarlijk….’

‘Ik maak een studie van rare mensen momenteel,’ vervolg ik opgewekt, ‘Ik probeer de vinger te krijgen achter bepaald gedrag, waar ik vaak tegenaan loop. Ik heb zelf ook relaties met narcisten achter de rug. Het thema houdt me dus behoorlijk bezig.’ Ik vertel maar niet over de griezelmarathon van vannacht. Wel noem ik het boek van Iris Koops, Het verdwenen Zelf.

‘Oh, wat interessant! Ik werk met moeilijke mensen, intelligente types vaak, maar zonder enige vorm van empathie. En ik heb een moeilijke broer….’ Klinkt bekend. De wereld zit vol narcisten, maar veel mensen weten er de ballen vanaf. Heks ook tot voor kort. Nu mijn ogen open zijn gegaan zie ik dit verschijnsel overal. Het komt toch vaak voor. 1% van de bevolking is best veel, dat zijn er 100 op de duizend!

Mijn overtuiging is ook, dat je er meer op je dak krijgt als je hen niet herkent. Zodra je een narcist ontmaskert heb je een enorm probleem. Het is het ergste dat je deze mensen kunt aandoen. Dus maak je borst maar nat: Er volgen geheid levensgevaarlijke represailles. Het goede nieuws is, dat als je het overleeft, je waarschijnlijk ook van die kwibus af bent…… Omdat ie in de bak zit.

Leven met een narcist is kermis in de hel! Je eigen hel. Met je eigen persoonlijke duivel. Terwijl het regent en de zon schijnt! Saai is het in elk geval nooit, hoewel dit menstype toch uiterst voorspelbaar is in z’n onvoorspelbaarheid……..

Lang geleden, Heks was nog een piepjong en bloedmooi heksje, werd ik stapelverliefd op Bot Blabla. Het begon tijdens een enorm afscheidsfeest van een vreemde vriend van Heks. Stranger was van plan om zelfmoord te plegen, iets dat hij nooit gedurfd heeft uiteindelijk, maar de man wilde niet ongemerkt de plaat poetsen. Vandaar dat feest.

Heks had hier overigens geen enkel besef van, hij had het mij niet verteld. Wel vroeg hij me om mee te doen met een grote performance tijdens de festiviteiten in ‘de Waag’. Op zich niet uitzonderlijk: We hadden er al een paar bizarre acts opzitten samen!

Zo stond ik dan op de bewuste feestavond met hem klaar voor een enorm levend decor: Een rij hoge geverfde spaanplaten waar een heleboel gaten in zaten. Ons silhouet in een omhelzing stond er ook op geschilderd.

Door de gaten staken tientallen armen van de uitgebreide familie van Stranger. En die van mijn jongste zus met haar vriend. Wij dansten op parachuteschoenen in ondergoed een soort paringsdans op de ‘Bolero’ van Ravel. De beeldschone Heks in negligé kreeg een horde horny kerels achter zich aan die avond. Blabla kende ik al. Hij nam me in bescherming en wist me in te palmen…..

Langzamerhand werd ik verliefd. De man deed enorm z’n best zo op het oog: Etentjes, uitjes, cadeautjes, complimenten, liefdesbrieven …… Het ontging me dat ik eigenlijk werd gebruikt om zijn ex jaloers te maken, een goede vriendin van Heks. Zij was er vandoor met zijn beste vriend. Hij wilde haar hetzelfde flikken…..

Ondanks zijn snode plannen werd Bot ook verliefd. Op zijn eigen opportunistische manier dan. Een paar maanden waren we dolgelukkig. Toen viel ik van mijn voetstuk. Een andere vrouw, getrouwd ook nog, drong zich op. Bot bouwde allebei puberale toeren, ondanks het feit dat hij een dozijn jaren ouder was dan de piepjonge Heks. Wijzer was hij niet. De man had namelijk geen hart en ware wijsheid woont daar.

Bot had een ijskoude steen in zijn borstkas. Doorgaans verbleef hij in zijn hoofd. Daar was het beter toeven natuurlijk. Heks had het niet in de gaten. Toen deze full brown narcist het uitmaakte was ze diep ongelukkig. Het is de enige mens die ik ooit gehaat heb. Niet eens zo lang, want ik kwam er al snel achter dat ik daar voornamelijk mezelf tekort mee deed: Een hart vol haat kan niet meer liefhebben. Heks wil geen stenen hart.

Jaren later kwamen we elkaar weer tegen op een feestje. Zoals altijd deed hij of ik niet bestond. Maar iemand stelde ons opnieuw aan elkaar voor….

We raakten weer bevriend. Een paar jaar ging het goed. Ik luisterde naar zijn zielige zeurverhalen, pepte em op, zorgde voor fleur en gezelligheid in zijn sombere leventje.

Na een aantal jaren kregen we toch weer een relatie. Het scenario verliep ongeveer hetzelfde: Een paar superleuke maanden, ‘de wittebroodsweken’ die je vaker tegenkomt in relaties met narcisten, daarna viel ik van mijn voetstuk. Een lange periode van deceptie en uitholling. Een afschuwelijke vakantie en een eindeloze glijpartij naar een dof nadreunend einde…… Een cyclus van precies anderhalf jaar!

Heks ging in therapie, zoals altijd nadat een narcist zijn klauwen in me heeft gezet, Bot zat echter nergens mee….

Toch kregen we na een aantal maanden afstand weer een relatie, de derde keer. Drie maal is scheepsrecht natuurlijk, maar zelfs een ezel stoot zich in ’t gemeen niet tweemaal aan dezelfde steen. Het drong gewoonweg niet tot me door dat er een steen zat op de plek waar eigenlijk een hart hoort te zitten……

Het scenario bleef hetzelfde: Een paar supermaanden, de grote val van mijn voetstuk en een uitputtingsslag naar het einde. Urenlang zat ik naar zijn gezanik over zijn moeilijke jeugd te luisteren, maar ik dacht alleen maar aan mezelf, volgens Bot. Ik luisterde niet. Ik coachte hem naar een eigen bedrijf: Toch was ik een egoïst……

Nou ja, de bekende verwijten van een narcist naar een normaal mens. Zelf kunnen ze niet over hun gevoel praten, hebben ze nauwelijks een gevoelsleven, maar ze leggen het bij de ander. De wereld is hun projectiescherm. Al hun eigen negativiteit projecteren ze op de omgeving. De rest van hun acties is louter gericht op het verkrijgen van aandacht. Positief of negatief, maar niet uit.

Vakanties waren in elk van deze meer-van-hetzelfde-relaties een ware nachtmerrie. Lang heb ik gedacht dat dit kwam, omdat Bot van de kaart raakte als hij op reis ging. Mijn perceptie van de man was indertijd precies omgekeerd: Ik zag Bot meer als Tob. Niets blijkt minder waar uiteindelijk: Tijdens vakanties was ik aan hem overgeleverd en dat buitte hij volledig uit! Heks kreeg het tijdens elk uitstapje met deze man gigantisch voor haar kiezen….

Na drie relaties met zo’n plurk weet je het toch wel? Welnee, Heks had geen idee. Ik werkte aan mezelf, maar het ontging me volkomen, dat ik met iemand met een stevige persoonlijkheidsstoornis te maken had. Ik lag immers in de kreukels en hij had er weinig last van. Bot Blabla scoorde gewoon de volgende vrouw en met de laatste had hij geluk: Zij accepteert tot op de dag van vandaag zijn gezeik en gezeur.

Waarschijnlijk heeft ze een extreem lage eigenwaarde en last van ‘crazy compassion’. Misschien heeft ze net zo’n blinde vlek voor dit hopeloze volkje als Heks tot voor kort. En ongetwijfeld heeft hij haar al lang in de overgave. Dat is het stadium dat je je murw naar de narcist schikt.

Drie keer een relatie met zo’n kwibus en nog was ik niet van het fenomeen narcist verlost. Er is nog een hele parade van dat soort types langs gekomen. Ook was het niet de laatste liefdesrelatie met een volkomen narcist. Het probleem is natuurlijk dat je zo’n stoornis er slecht uithaalt bij mensen. Je ziet het niet aan hun neus. Zelf zullen ze het nooit toegeven, zij zijn immers normaal, het is de wereld die gek is!

Bovendien heb je narcisten in alle soorten en maten. De Full Blown narcist is flamboyant en aanwezig. Charismatisch zelfs. Deze zonder meer meest gevaarlijke variant leunt tegen psychopathie aan. Maar aan de andere kant van dit spectrum vind je timide, angstige thin skinned narcisten. Het zijn vaak wat sneue en onzekere mensen, helemaal niet van het soort waar je dit soort ellende achter zoekt. Evenzogoed zijn ze in de praktijk net zo akelig en ontregelend als hun meer uitgesproken vakbroeders.

Wel zijn er red flags. Daar gaat een groot deel van het boek van Iris Koops over. Soms ontkom je gewoon niet aan contact met een narcist. Als het een familielid betreft of een ex waar je kinderen mee hebt. Of iemand in je vriendenkring waar je niet helemaal omheen kunt. Dan kun je veel hebben aan haar richtlijnen voor omgang met de duvel.

Is er echter geen reden om met de narcist in contact te blijven: Verbreek het dan! Dat is werkelijk de enige manier om niet in ‘Het land der duisternis’, zoals Koops het noemt, terecht te komen…..

Vorige week krijg ik een telefoontje uit de hel. Een stem uit het verleden schrikt me op. De duivel is aanvankelijk heel aardig voor me. ‘Fijn om je stem even te horen,’ lispelt hij, ‘Gelukkig nieuwjaar’, vervolgt hij……. Tot ik iets zeg, dat hij niet wil horen. Direct is de koek alweer op.

Schreeuwend probeert hij zijn krankzinnige gelijk door mijn strot te duwen. Maar Heks luistert niet meer naar geschreeuw. Ik heb toch wel iets opgestoken van mijn debacle met Bot: Eens een narcist, altijd een narcist!

Tenzij zo’n figuur zichzelf laat testen en behandelen. De kans daarop is echter kleiner, dan dat pasen en pinksteren op 1 dag vallen.

Leven met een narcist is kermis in de hel! Je eigen hel. Met je eigen persoonlijke duivel. En de verwarrende ervaring van zonneschijn en regen tegelijkertijd…… Het is kermis in de hel: Dat seytmen alst reghent ende als de sonne schijnt, oft oock seytment als man ende wijf malcanderen slaen. 😉