Je kunt nog beter straalbezopen op je stalen ros rijden dan met een smartphone aan je flaporen: Niet appen en bellen op de fiets! Het leidt tot niets, behalve ongelukken. Dus stumpers, krukken, idioten en aso’s: Houdt ermee op. Haal die telefoon nu eens weg bij je stomme domkop!

Op de televisie zit een man bij Umberto Tan, die een boek heeft geschreven over de gevaren van de smartphone. Ik val er in net als hij vertelt dat het feit dat mensen maar op zo’n ding zitten te staren hen minder empatisch maakt. We hebben fysiek contact nodig om goed te functioneren: Aanraking verhoogt je vermogen tot empathie.

Heks ergert zich de laatste tijd ongelofelijk aan fietsende app’ers. Dagelijks brul ik wel tegen 1 of andere toetsende en fietsende onnozelaar dat je beter straalbezopen kunt rondfietsen, dan met je smartphone aan je oor. ‘Wetenschappelijk bewezen,’ loei ik er achteraan.

En dat is zo. Je bent een gevaar op de weg, een ongeleid projectiel. Maar wie schetst mijn verbazing? De halve wereld doet het! Ook in auto’s! In het weekend nemen ze een Bob, maar de rest van de week interesseert het hen echt geen reet, dat het uit hun geneuzel voortvloeiende stompzinnige rijgedrag Jan en Alleman in gevaar brengt. Want dat is het. De meeste berichten zijn pure lulkoek. Triest.

Een paar dagen geleden steek ik de weg over met fietskar en hond. Een jongeman fietst me tegemoet, terwijl hij zit te typen op zijn telefoon. Hij kijkt niet op of om. Pas als hij bijna tegen me aan knalt krijgt hij me in de gaten. Het is dat ik hem onterecht voorrang geef, anders waren er gewonden gevallen……

Enigszins beledigd kijkt hij op. Om vervolgens vrolijk verder te typen. Ik brul mijn tekst: ‘Je kunt beter straalbezopen op je fiets zitten dan ……’ Hij is niet onder de indruk.

Gisteren fiets ik weer met kar en hond. Opnieuw steek ik een weg over, ja dat heb je wel eens. Een meisje fietst me tegemoet, fanatiek typend op haar smartphone. Ze denkt niet aan overstekende fietsers, laat staan aan het verkeer in het algemeen. Waar ze toch aan deelneemt. Als ze me bijna aanrijdt schreeuw ik heel hard: ‘Let op!’ Het kind schrikt zich een ongeluk. Goed zo.

“Je kunt beter straalbezopen op de fiets zitten…..’

Wat kan ik nu eens anders doen? Ik heb zelf last van mijn gebrul en geschreeuw en het interesseert die lui toch geen reet. Opeens heb ik een idee. Onlangs heb ik een waterballonnenapparaat gekocht. Die vult moeiteloos ballon na ballon. Ik ga gewoon een voorraadje in mijn fietstas verstoppen.

De volgende die me typend voor m’n kloten fietst krijgt een bommetje in zijn of haar nek. Benieuwd of ze dan nog zo ongeïnteresseerd reageren op het feit dat ze me bijna aanrijden.

Appen op de fiets wordt verboden

In je eentje is er niets aan. Ook niet voor een eendje. Opgedragen aan alle eenzame eenlingen en eenden. Maar vooral aan de eend zonder snavel. Bij wijze van nagedachtenis….. En haar man natuurlijk. Maar die heeft vast alweer een ander: Dat is me er eentje!

IMG_0085

IS ER NIETS AAN……..

Wat is er toch aan de hand? De laatste dagen word ik doodgegooid met het fenomeen trouwen. Dat mijn vriendinnetje dat gaat doen vind ik geweldig. Ze trouwt met haar droomprins: Een leuke knappe  man van haar eigen leeftijd met wie ze al jaren dolgelukkig is. Voelt helemaal goed. En zelfs dan is het een enorme stap. Een mijlpaal!

Maar al die achterlijk televisieprogramma’s rondom dit thema maken me misselijk. Van het lachen soms, moet ik eerlijk toegeven. Maar de ondertoon is wel degelijk walgelijk: Kijkcijfers halen uit andermans ongeluk, want de stumpers die worden opgetrommeld voor dergelijke programma’s willen zo graag een relatie dat ze het er voor over hebben om zich finaal voor gek te laten zetten op televisie.

Maar ja, moeten ze zelf weten, die mensen. Ze zijn tenslotte volwassen. Oud en wijs genoeg zou je zeggen.

In Nederland is sinds enige tijd ook zo’n soort programma op de buis. Gepresenteerd door  Peter van der Vorst. ‘Zo’n leuke man, echt de ideale schoonzoon,’ aldus een vriend van Heks zo’n vijfentwintig jaar geleden, ‘Naar zo’n vent ben ik op zoek.’ Intussen heeft hij een veel leukere man gelukkig. Minder vilein. En nog veel knapper.

Wat houdt dit concept dan weer in? Nou, wat denk je? Wildvreemde mensen worden aan elkaar gekoppeld door de ‘WETENSCHAP’. Dit woord wordt in dit programma op eerbiedige toon uitgesproken. Als betrof het inzichten van God persoonlijk. Meer voor de hand ligt dat het selecteren van de kandidaten meer geluk dan wijsheid is…..

Ook bij deze stompzinnige manier om aan een partner te geraken loop je extra risico een narcist te treffen. Al die aandacht op televisie werkt dat flink in de hand! Heks ziet er direct eentje voorbij komen. Gelukkig haakt de idioot af voordat hij met zijn slachtoffer kan trouwen. Het arme mens weet het niet, ze is zwaar teleurgesteld als het feest niet doorgaat, maar ze is een afschuwelijke dans ontsprongen……

De deelnemende partijen zien elkaar voor het eerst op de trouwdag voor het altaar. Een beproefd recept in talloze culturen, waar jongelui nog ouderwets worden uitgehuwelijkt. Hier ter lands is dat alweer eventjes geleden, sinds de romantiek geloven we in de romantische liefde, maar maak je geen illusies. Ook onze voorouders bemoeiden zich eindeloos met de partnerkeuze van hun nakroost. Het was tenslotte je oudedagsinvestering, zo’n kind. Dus dan wil je wel dat het een beetje goed zit allemaal. Vooral financieel…..

Maar goed. Heks kijkt verveeld naar het geneuzel voor haar neus. Boeien!

Twee weken geleden fiets ik op net zo’n druilerige zondagmiddag als vandaag richting Merenwijk. VikThor loopt naast de fiets. Zijn kar hangt erachter. Ik moet extra hard trappen, want iemand heeft de computer van de fiets gejat. De fietsenmaker om de hoek heeft me ter vervanging een afgekeurd exemplaar cadeau gedaan, maar die doet het steeds maar 12 seconden. Heel bizar. Daarna slaat hij uit.

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Plotseling landen er een paar eenden naast het fietspad. Ze hippen vanuit het niets over het hek van het rioolwaterzuiveringsbedijf heen. Net buiten de binnenstad. Later ontdek ik dat er hele kolonies kwakers met enige regelmaat enthousiast door de stinkende basins snateren. Eerder is me dat nog nooit opgevallen!

De man in het gezelschap vliegt direct op en duikelt voor mijn fiets door de lucht. Aan de andere kant plonst hij in een sloot. Ik sta intussen stil en heb mijn alerte jachthondje in zijn kippennek gegrepen voordat hij zich op de verschrikte kwaakdame voor zijn voeten kan storten.

So far, so good. Niets aan de hand. De eend vliegt weer op en schiet achter mijn fiets langs naar de overkant. Precies tussen fiets en fietskar door. En dat wordt haar fataal.

Precies op het moment dat ze aan de andere kant tevoorschijn komt fietst er een Chinees voorbij. Het is een piepjonge student medicijnen met een conditie van Olympische afmetingen. Als een speer suist hij langs me heen op zijn racefiets. Een akelig gekraak volgt hem op de voet. Gefladder en een doffe plof. De eend ligt levenloos op het fietspad……..

Het gebeurt in een flits. Heks begint te schreeuwen nog voordat ze haar stem hervonden heeft. Piepende lucht uit opengesperde mond. De man stopt. Grote verschrikte ogen. Een paniekerig fladderende Heks en een dood vogeltje. Wat is het verschil?

Als ik van dichtbij nog eens goed naar de eend kijk ze ik haar moeizaam ademen. Ze leeft nog! Maar net als ik haar wil pakken vliegt ze op. Rakelings scheert ze langs de Chinees. Met een plons landt ze in de sloot , vlak bij haar prins gemaal. Die heeft weinig van het ongeluk meegekregen. Vrolijk duikelt hij onder water op zoek naar iets eetbaars.

Op het asfalt aan mijn voeten ligt een plasje bloed. De schrik slaat me om het hart.

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Het verkeersslachtoffer dobbert verdwaasd in het rond. Haar snavel hangt op half zeven. Dat zie ik nu pas. Oh bah, wat ziet dat er afschuwelijk uit. Heks raakt nu volledig in paniek. Ik kan totaal niet tegen onnodig lijden, maar al helemaal niet als het een dier betreft. Ik moet die schat te pakken krijgen, maar hoe?

Een half uur later arriveert de dierenambulance. Heks en de Chinees zijn helemaal doorweekt intussen. Onze halfbakken pogingen om het dier te vangen zijn volstrekt mislukt. De eenden zitten nog in de dezelfde baggersloot. ‘Moddersloot’ heet de afwatering officieel. Echt waar. Ga maar op de kaart kijken…..

Het mannetje blijft zorgvuldig bij zijn geliefde in de buurt. Maar of hij nu echt doorheeft dat er iets helemaal loos is….

De medewerkster van de dierenambulance is een bekende van me. Maar waar heb ik haar eerder ontmoet? We kijken elkaar meermalen doordringend aan. ‘Ik ken je ergens van,’ galmen we naar elkaar, terwijl twee grote vangnetten uit de ambulance worden gehaald. We gaan het arme beest proberen in zo’n net te verstrikken.

‘Het is werkelijk niet om aan te zien, ik word hier gewoon beroerd van,’ de vrouw rent intussen geagiteerd met een net langs de sloot. Aan de andere kant van het water sprint de Chinees. Hij is over een hoog puntig hek geklommen en heeft daarbij bijna zijn klokkenspel verspeeld. Dat heeft hem ogenschijnlijk gemotiveerd om extra hard te rennen en absurd hoog te springen.

Ondanks alle inspanningen krijgen we de eend niet te pakken. Na de zoveelste uitputtende run langs Moddersloot vliegt het echtpaar plotseling echt weg. We zien hen langzaam boven het maaiveld uitstijgen. Sierlijk zwenken ze naar links, de spoorbaan over. ‘Aan haar vleugels mankeert niets, het arme dier,’ hoofdschuddend staan we hen na te kijken.

Ze heeft geen schijn van kans. zonder snavel kun je niet eten. En ook kan ze haar vacht niet meer invetten. Dus zelfs al krijgt ze iets eetbaars binnen, dan nog zal ze binnenkort gewoon zinken als ze probeert te zwemmen……

De Chinees slingert zich omzichtig langs het hek, terug het fietspad op en valt bijna in de sloot: Hij haalt liever een nat pak, dan nogmaals met zijn kloten die punten te trotseren. Het is een vent met ballen en dat wil hij graag zo houden!

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Vriendelijk schudt hij me daarna de hand. We stellen ons op de valreep aan elkaar voor. Ik doe een poging zijn naam uit te spreken, maar faal jammerlijk.

Ik heb geen idee wat er in het jong omgaat. Hij is zo aardig! En zo beleefd! Een uur lang trotseert hij kou en narigheid om een kansloos dier te redden. En dan nog eentje, die in zijn thuisland met enige regelmaat als hoofdgerecht wordt geserveerd. Voelt hij zich schuldig? De snavel brak tenslotte af tussen zijn snel ronddraaiende spaken!

Heks voelt zich wel een beetje schuldig. Als ik daar niet had gefietst, dan was dit niet gebeurd. ‘Wat jammer dat jullie geen jachtgeweer hebben om zo’n dier een genadeschot te geven, Al zou je em maar kunnen verdoven,’ Heks verbaast zich hier echt over. ‘We mogen bijna niets in zo’n geval. Dat is inderdaad heel vervelend,’ de mij bekende onbekende dame van de dierenambulance bergt de netten weer in de auto, ‘Het dier zal ongetwijfeld sterven. Waarschijnlijk van honger en uitputting.’

Dan ziet ze plotseling VikThor zitten in zijn fietskar. ‘Nu weet ik wie je bent. Ik ben de vrouw van die hond die nooit los mag, we hebben elkaar onlangs nog gesproken.’ Opgelucht lachen we elkaar toe. ‘Haha, ja, ik herken ook regelmatig mensen aan hun hond, tot ziens dan maar in een Leids park. En ontzettend bedankt voor je inspanningen!’

Die nacht brand ik een kaarsje voor de eend. En voor haar man. Hij had dan natuurlijk niets in de gaten en was vrolijk aan het snateren, maar morgen kwaakt hij wel anders. ‘Moeder aarde, haal dit prachtige schepsel snel op. Laat haar niet te lang lijden. En zorg een beetje voor dat ventje, ik vindt het toch zo zielig voor hem,’ prevel ik zachtjes voor me uit.

Waar de ellende van allerlei echtparen in stomme televisieprogramma’s me volstrekt koud laat kan ik hier nachtenlang niet van slapen. Ik kan er zelfs nauwelijks aan denken. Heks is echt een watje.

Pas weken verder kan ik er iets over schrijven. Die eend is zeker dood nu, haar ellende is voorbij. En dat kereltje heeft vast alweer een nieuw liefje. Hoopt Heks.

Zo zijn eenden. Zo promiscue als wat!

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

 

 

 

Valse hoop doet toch weer leven. Even dan. Heks gaat naar de reumatoloog. Of is het een reumatolieg? Ik ben er nog niet uit. Vooralsnog heb ik er niets aan. Nooit gehad ook. Maar ja, wat moet een psychiatrisch patiënt ook bij zo’n botte bottenboer?

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Dinsdagmorgen meld ik me in het ziekenhuis op de afdeling reumatologie. Na al die ontstekingen in mijn gewrichten de afgelopen winter wil ik gewoon ergens terecht kunnen, waar ze verstand van zaken hebben. Als er weer eens een cortisonenprik moet worden gezet, wil ik echt dat het goed gebeurt! Door iemand die weet wat ie doet. Die vorige was toch meer geluk dan wijsheid.

‘Als zo’n injectie verkeerd wordt ingespoten kun je er behoorlijke schade aan overhouden. Afzettingen op het bot bijvoorbeeld. Het is sowieso geen behandeling die je vaak moet toepassen. Je kraakbeen lost ervan op,’ krijg ik te horen van een alternatief behandelaar, die zijn sporen heeft verdiend in het reguliere circuit.

Tja. Medicijnen. De bijwerkingen zijn soms erger dan de kwaal die ze bestrijden. Alle reguliere medicatie heeft bijwerkingen. Vaak krijg je een stapel pillen mee om die weer te bestrijden. Zoals maagbeschermers bijvoorbeeld. Maar die veroorzaken dan ook weer allerlei ongewenste neveneffecten. Daar moet je dan ook weer iets aan doen. Zo blijf je bezig!

Het is niet de eerste keer dat ik me bij op reumatologie meld. De laatste keer had ik een verklaring nodig voor de verzekering. Heks is hypermobiel, maar die diagnose kan alleen worden gesteld door een expert op het gebied van aandoeningen aan de gewrichten: De reumatoloog. Met deze diagnose heb je recht op onbeperkte fysiotherapie, heel belangrijk voor mij.

Zo kwam ik met mijn schouders en heupen uit de kom op consult. ‘Doe uw duim eens tegen uw pols. Oh, lukt dat niet? Nou, dan bent u niet hypermobiel. De groeten en tot nooit meer ziens.’ Belachelijk natuurlijk. Alles uit de kom, behalve de polsen. En die staan nu eenmaal op een lijstje dat je moet afvinken om tot deze diagnose te komen. Heks moet praten als Brugman om toch de goede diagnose te krijgen ondanks haar stijve polsen en handen. Uiteindelijk geeft het mens toe. Met grote tegenzin.

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

De brief voor de verzekering laat echter maanden op zich wachten. Ik moet zeker zestien keer voor bellen. Wraak? Als er na maanden dan toch iets in die richting opduikt is het te laat. Heks moet honderdtachtig euro betalen voor behandelingen, waarvoor ze wel degelijk verzekerd is. Met de goede diagnose dan.

De brief laat ook nog te wensen over. Mijn fysiotherapeut telefoneert ook nog een keertje of vijfentwintig met de reumatoloog. Ik ben uiteindelijk bijna twee jaar bezig om deze fout recht te zetten…….

Vandaag krijg ik weer een compleet lichamelijk onderzoek. Geboeid tuurt de overigens heel vriendelijke arts in mijn onderbroek. Ze ruikt eens goed en stelt heel veel volstrekt overbodige vragen. Maar soms zit er dan toch eentje bij, die wel ergens op slaat. ‘Bent u wel eens gebeten door een teek?’

Heks is meermalen gebeten door teken, in een tijd dat niemand daar wakker van lag. Het was nog in het tijdperk voordat we gewaarschuwd werden om te letten op het verschijnen van gevaarlijke kringen rondom de beet. Lyme was een nog volstrekt onbekend fenomeen, maar het kwam wel degelijk voor. Onderzoek werd dan ook niet gedaan.  Antibiotica werd natuurlijk niet gegeven. Maar een jaar na die beten zat Heks opnieuw ziek thuis……..

‘Mijn huisarts wil het nooit onderzoeken. Maar ik zou best een Lyme kunnen hebben doorgemaakt. En als dat zo is wil ik het eigenlijk wel graag weten.’ De reumatoloog kruist de Lyme niet aan op het formulier voor bloedonderzoek. De gekste dingen worden wel getest. Voor de zoveelste keer. Zoals de reumafactor bijvoorbeeld. Die heb ik niet, nog nooit gehad, ga ik ook niet krijgen, maar telkens word het weer onderzocht.

‘Ja, waarom zou je ook willen weten of je Lyme hebt? Wat schiet je ermee op?’ is haar argument. Geen speld tussen te krijgen, zo’n onzinnige redenatie. Laat staan een injectienaald.

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Uiteindelijk stemt ze vol tegenzin in met de test. Gekke wereld.

Bij het lichamelijk onderzoek stuit ook zij op mijn stijve polsen. Ze duwt tegen mijn duimen. Kijkt nog eens goed naar mijn handen. ‘U heeft gewoon behoorlijk artrose.  Daarom krijgt u die duim niet tegen uw pols gedrukt. Sowieso kunnen hypermobiele mensen op sommige plekken juist heel stijf worden, maar dit is echt artrose.  Kijk maar, hier en hier. Allemaal verdikkingen. Niets aan te doen overigens.’

Ok. Ik ga hierheen om verlichting te vinden, maar krijg er nog een diagnose bij in mijn rugzak. Lekker is dat. Artrose moet verschrikkelijk zijn. Ik hoor altijd de meest vreselijke indianenverhalen van menopauzale vriendinnen en familieleden. Nou ja, mijzelf is de kwaal nog niet echt opgevallen tot nu toe. Ik zie wel bobbeltjes en bottige verdikkingen hier en daar, maar de overlast valt toch een beetje weg tegen al mijn andere kwalen. Houden zo, Heks. Niet op letten.

Toch gek dat twee jaar geleden een andere reumatoloog me bijna gezond had verklaard op grond van diezelfde dikke stijve handen. Hebben die specialisten dan poep in hun ogen? Misschien moet ik hier inderdaad niet zijn voor vakkundige injecties. Want dat is waarom ik hier ben. Ik wil een vangnet. Ik wil niet meer zo aan mezelf en die helse pijn zijn overgeleverd als de afgelopen winter.

‘Nou, mevrouw Toverheks, dat zal toch niet gaan. U hebt dan misschien ontstoken gewrichten over uw gehele lichaam en crepeert van de pijn, maar dat boeit ons hier niet. Wij willen louter voor echte reumapatiënten zorgen hier. Dus geen fybromyalgische ellende alsjeblieft. Ik persoonlijk vind het echt heel vervelend voor u.’

Ditzelfde verhaal steekt ze een keertje of dertig af. Steeds in iets andere bewoordingen, maar de boodschap blijft hetzelfde. ‘Ik zal het in mijn team bespreken, maar ik wil u geen valse hoop geven,’ lispelt ze tot slot.

‘Ik ben officieel psychiatrisch patiënt.  Op grond van ME. Dat geldt als psychiatrische aandoening hier ter lande. Volstrekt gestoord natuurlijk. Degene die dat bedacht heeft moeten ze opsluiten. In de isoleercel. Een jaar of vijfentwintig. Krijgt ie gelijk een goede indruk hoe ME-patiënten zich voelen over het algemeen……..’

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

‘Die diagnose achtervolgt ons. Ik zag een keer een arts op televisie beweren dat ME-patiënten bewegingsfobie hebben. Waar haalt hij het vandaan? Ik beweeg dolgraag. Maar soms kan ik niet bewegen. Dan is alles ontstoken. Wat maakt het uit hoe dat komt? Of het door een reumafactor is of door ME? Ontstoken is ontstoken. En ik wil gewoon worden behandeld, net als iedereen!’

Het is aan dovemansoren. Deze vrouw is net als de rest van haar reguliere collega’s, je hebt er geen zak aan met deze aandoening. Ze roept van alles, maar je wordt niet geholpen. En dan is zij nog echt sympathiek. Ik heb in het verleden absolute druiloren meegemaakt. Dan ga je ook nog volledig over je nek tijdens zo’n consult. Nu ben ik alleen maar volstrekt verbijsterd.

Onverrichterzake sta ik na drie kwartier weer buiten. De afspraak is gigantisch uitgelopen. Deels omdat ik er zo lang over doe om me uit en aan te kleden. Eindeloos sta ik te stumperen om een jurkje over mijn hoofd te trekken. Ook mijn laarzen willen maar niet van mijn voeten loskomen. Thuis valt me dat niet zo op. Want dan staat er niemand ongeduldig te wachten tot ik eens een keertje klaar ben met die zottigheid.

Maar de lengte van het consult is niet geheel aan mijn trage lichaamsfuncties te wijten. De vrouw tegenover me is eindeloos aan het woord. Ze zegt ongeveer dertig keer hetzelfde in andere bewoordingen. Uit schuldgevoel heeft de arts echt de tijd voor me genomen, maar aan het eind zit ze me toch de deur uit te werken. Ze kan hier duidelijk helemaal niets mee.

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

‘Ik ga het echt heus in mijn team bespreken. Maar ik wil u bij voorbaat geen valse hoop geven. Dus. Nogmaals. Verwacht er niet te veel van. (Dus niks) Ik vind het echt heel erg voor u. Ja.’ En hopla, ik sta weer buiten. Geen stap verder.

Een vriend van me kreeg eens een herseninfarct. Zijn vrouw vond hem binnen een kwartier. De ambulance kwam vijf minuten later. In no time lag hij in het ziekenhuis op de operatietafel. Hij werd door een dreamteam chirurgen gefikst met een titaniumplaatje op de bloeding in zijn koppie. Ingebracht via zijn lies! Na een paar dagen was hij alweer zo goed als nieuw. Buiten drie maanden stampende koppijn heeft hij er helemaal niets aan over gehouden!

‘Toen ik terugkwam bij de behandelend arts werd de rode loper uitgelegd, Heks. Iedereen kwam me feliciteren. Er was champagne en media-aandacht. De vlag ging uit. Ik werd toegezongen door de afdeling geriatrische psychische sociologie. De geneesheer directeur bood me zijn organen aan. Kortom: Ik was het succesverhaal van het jaar en dat wilden ze graag weten!’

Stumpers als Heks maken dit soort taferelen niet mee. Wij worden weggemoffeld in de krochten van de medische wereld. Aan ons is geen eer te behalen. Beter worden is er gewoon niet bij bij deze groep. De medische wereld heeft geen idee wat wij mankeren en daar schamen ze zich voor. Ze willen liever niet aan ons herinnerd worden.

Niemand wil ons als patiënt hebben, behalve de psychiatrie. Die zoeken altijd slachtoffers om op te experimenteren met hun psychopharmaca. En laten nu met name dat soort medicijnen de dood in de pot zijn voor mensen met ME. Velen komen een dergelijke behandeling niet meer te boven.

Heks houdt zich er verre van. Ik wil niet in een verpleegtehuis belanden met sondevoeding en foute medicatie, zoals sommige medepatienten. Ik word dan niet geholpen door mensen, die wel iets voor me zouden kunnen betekenen. Maar ik ben ook niet op sterven na dood door de gangbare behandeling van deze kwaal…….

Er is overigens maar 1 reumatoloog van de vijf in Leiden, die een beetje goed scoort…….  En dat is niet degene waar ik ben geweest.  Eentje scoort gemiddeld. Die ken ik ook niet. De rest is onder de maat, daar weet ik intussen alles van…….

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM