Inspiratie: Filantropie versus de dagdagelijkse frustratie. Een gever temidden van vele nemers. Variërend van ONDERnemers tot ECHTE criminelen……

Vorige week zondag wil ik naar de kerk. Ik ben al lekker in de stemming, want ik kijk tot een uurtje of vijf in de ochtend naar moordprogramma’s. Deadly women: Meisjes vermoorden hun schat van een vader, dochters slaan de de hand slaan aan hun lastige moeder. Een exotische oppas vermoordt het aan haar toevertrouwde onschuldige kind. Ontspoorde pubermeid vermorzelt een assertieve homoseksuele man. Verliefde beeldschone deernes zetten hun partners aan tot moord……

Ik slaap een paar uur. Dan sta ik op.

Oh, wat is het koud. Snel draai ik aan de thermostaat. Ik kruip weer in bed. De tweede poging om op te staan is succesvoller. Na de nodige koffie en pijnstillers ga ik de deur uit met VikThor. De kerk ga ik niet meer halen. Ik moet mijn zonden nog maar even verbijten.

Die middag schrijf ik aan een blogje. Het zonnetje baadt mijn woonkamer in haar onbarmhartige licht. Overal liggen stofvlokken. Stukken hondenflos zwerven door de kamer. Mijn hondje kauwt werkelijk op alles wat los en vast zit. Lang leve zo’n ouderwets touw!

In de loop van de middag ga ik weer naar buiten. Het is stralend weer. Overal uitgelaten mensen. Ik peddel met fietskar en hond richting Merenwijk. Onderweg gooi ik mijn hondje uit de kar. Enthousiast rent hij naast de fiets. ‘Kant,’ brul ik als er tegenliggers aankomen. Braaf zwenkt hij naar de rechterkant van het fietspad.

‘Naast,’ commandeer ik vervolgens. En hij komt keurig langszij! Er zit een onzichbare lijntje tussen mij en mijn hondje. Ik lees hem als een boek. En dat is wederkerig. Hij volgt trouw al mijn bevelen op, zelfs nu hij een beetje pubert! Hoe is het toch mogelijk? Hoe kan een wezentje van zeven maanden oud nu toch zoveel snappen en weten? Moet je eens naar onze mensenkinderen kijken: Die liggen amechtig brabbelend in hun wieg als ze zo oud zijn.

Langzaam fiets ik rondom het golfveld. Op de sloten en vaarten wordt geschaatst. Iemand is de ijsbaan aan het vegen. Voor het hek wacht een menigte bont ingepakte kinderen. Een incidentele volwassene steekt er kaaltjes bovenuit.

Op de Zijl zie ik ook iemand schaatsen. In het midden liggen grote ijsschotsen. Daar is weer zo’n klerelijer doorheen gevaren. Dat moest toch verboden worden in tijden van ijspret!

Kleine jongens zitten op een pak stenen langs het bevroren water. Ze stampen erop met hun laarzen, maar durven niet de stap te zetten los van de wal. Hun ouders hebben hen vast goed de oren gewassen! Om beurten gooien ze takken en stenen op het ijs.

Ik kom de leuke vrouw tegen van de wijnwinkel in Warmond.  VikThor vlijt zich tegen haar aan. Zelf heeft ze ook een schitterende jachthond. Heks weet niet welk merk. Dat moet ik toch eens vragen.

Nadat we over het eilandje in het Joppe hebben gestruind gaan we richting Kras. Zij woont om de hoek van dit miniatuur natuurgebied. ‘Gezellig Heks, kom binnen, ik ben net in de weer met mijn slow juicer. ik ben nog eventjes bezig, dan drinken we thee.’

Terwijl mijn vriendin een listig sapje perst zet ik gemberthee. Niet veel later zitten we tegenover elkaar aan haar grote eettafel. VikThor rent verrukt rond met allerhande kattenspeelgoed. Wij drinken gloeiendhete thee en uitermate traag geperst sap. Zalig!

‘Wat gezellig dat je langs komt! Ik had net een beetje een prutdag,’ mijn vriendin lacht van oor tot oor. Al snel zitten we te giebelen om elkaars bizarre verhalen. ‘Dat vind ik toch zo leuk aan jou, jij hebt ook echt de meest vreemde dingen meegemaakt, Heks,’ hikt ze na een hilarisch vervolg op deel 1 van Een Huilduitser In Mijn Hangmat.

Ja, dat klopt. Ondanks mijn amoebe-achtige constitutie stort ik me toch altijd in allerlei avonturen. Ik ken mensen met een enorme actie radius, die nauwelijks verder kijken dan hun neus lang is. Heks kijkt liever ver voorbij het einde van haar hakige heksenneus. Dat heb ik met mijn vriendin gemeen. Het maakt het lastige leven weer sprankelend en leuk….

‘Gisteren was ik eventjes naar Den Haag op mijn nieuwe scootmobiel. Ik kook altijd voor mijn oude tantetje op vrijdag,’ ze ziet mijn verbaasde blik. Op de scootmobiel naar Den Haag? Ik weet dat het een turbo exemplaar is, maar waarom niet met de auto?

‘Oh, heb ik dat niet verteld? Ik heb mijn bus weggegeven,’ mijn vriendin kijkt vergenoegd. Ik weet dat ze het van plan was. Maar om dat dan vervolgens ook daadwerkelijk te doen! ‘Ik zou in een heel duur tarief terecht komen en dat kan ik onmogelijk ophoesten, dus toen ben ik toch nog maar eens op internet gaan kijken of ik iemand kon vinden, die zo’n aangepaste bus goed kan gebruiken.’

Proefrit met Kras ©Toverheks.com

De bus is bedoeld voor gehandicapte mensen en mijn maatje is niet gehandicapt genoeg voor deze volledig aangepaste bus, dus vandaar dat hoge tarief wegenbelasting. Haar tevens gehandicapte partner stond destijds borg voor het lage tarief. Sinds zij niet meer onder ons is staat de bus op de schop…… Haar eigen dure aangepaste bus!

Nederland en zijn stomme regeltjes. Bah.

Maar goed. Deze roodharige dame tegenover me aan de eettafel van haar fleurige huis is niet voor 1 gat te vangen. Ze laat zich stomweg niet uit het veld slaan door bureaucratisch geneuzel. Ze heeft gezocht en gevonden: Een nieuwe eigenaar voor dit geweldige vervoermiddel.

Ergens in Nederland woont een kleine jongen met een stofwisselingsziekte. ‘Er zijn legio van dat soort aandoeningen, Heks. En die mensen moeten vaak maar zien hoe ze het redden. Kortom, ik heb zijn ouders gebeld en gezegd dat ik een auto voor hen heb heb als ze geïnteresseerd zijn…’

‘Aanvankelijk vertrouwden ze het zaakje voor geen meter.  Toch ben ik er een dag later heen gegaan. Ze wonen helemaal in Deventer, stad van de legendarische Go Ahead Eagles. Die kleine jongen is een groot fan van deze voetbalclub. Hij is er een keertje te gast geweest! Hij kreeg een shirt met alle handtekeningen van de spelers! Een onvergetelijke ervaring…..’

‘Maar goed. Ze moesten toevallig die middag naar de dokter in Zwolle. Tijdens de proefrit naar het ziekenhuis kreeg zijn moeder een smsje van haar bezorgde schoonzus. “Kijk maar uit met die testrit. Misschien is het wel een criminele bende en halen ze intussen snel je huis leeg”.’

We moeten vreselijk lachen. Ik zie Kras al voor me als heavy crimineel met haar bus. Een roodharige madre de familia maffia in een oranje scootmobiel. ‘Mensen kunnen het gewoon niet geloven, als je zoiets doet. Wie geeft er nu een bus weg van duizenden euro’s? Dat is gewoon verdacht!’

inspiratie7

Armoede is op je geldberg zitten en je oog alweer laten vallen op het luttele bezit van een ander…… ©Toverheks.com

Ze laat me foto’s zien van het jongetje. Wat een lekker ventje! Hij zit enthousiast te zwaaien met de sleutels van de bus. ‘Hij wilde ze niet meer teruggeven! Wat een lieverd, he?’ Ze laat ook nog wat foto’s zien van de situatie zoals ze hem aantrof.

Een dodelijk vermoeide moeder, die met veel pijn en moeite een ondanks zijn ziekte goddank toch opgroeiend jochie vanuit zijn rolstoel in een personenauto probeert te proppen. ‘Daarbij stootte hij elke keer zijn hoofd,’ wijst mijn vriendin.

Het zusje van de jongen helpt mee. Dan moet de rolstoel helemaal uit elkaar gehaald worden, anders past hij niet in de achterbak van de auto. Wat een gedoe. En de jongen wordt natuurlijk nog groter! De bus komt als geroepen!

Een uurtje later fiets ik naar huis. Mijn hart is helemaal opgewarmd. Ik zit zachtjes voor me uit te zingen. Wat een inspirerende middag! Wat heerlijk dat er mensen zijn zoals Kras. Die niet bang zijn om iets weg te geven, zelfs al hebben ze zelf geen knoop.

Filantropie komt uit het hart ©Toverheks.com

‘God houdt van zijn kinderen,’ zegt een televisiedominee die nacht op de buis. Heks kijkt naar een religieuze zender voor de verandering. Moordprogramma’s zijn plots van de baan.

De voorganger is een forse stoere menopauzale vrouw met een grote wulpse mond, een praktisch kortgeknipt kapsel, een stem als een scheepstoeter en de subtiele charme van een sergeant majoor. ‘Je kunt ze dus maar beter goed behandelen. Als je hen mishandelt word ‘ie erg boos. Dat wil je niet meemaken!’

Oh jee. Daar denken de meesten van ons helemaal niet over na. We beschouwen kinderen vaak gewoon als privébezit. Je mag ze uitschelden, slaan en voor je laten werken…… Ze zijn je verlengstuk, boksbal , bitch en pispaal. Je kunt ze kapen, gijzelen, bezitten en verguizen. Kinderen moeten vaak alles waarmaken wat jij hebt gelaten. Ze moeten slagen waar de ouder heeft gefaalt. En als dat mis gaat promoveer dan die mislukkeling gewoon tot zondebok!

Een wildvreemd kind een auto geven omdat je daar gewoon zin in hebt? Dat is nog eens andere koek! En hoewel ik Kras nog nooit in een moskee of kerk heb gespot, laat staan dat ze zich door een patriarchale mannelijke god de wet laat voorschrijven, toch denk ik dat het wel goed zit met Kras en Godin, de Grote Goddelijke Moeder….

‘Heks, die bus is een tijdelijke oplossing. Hij is aangepast voor mijn grote kleine engeltje destijds. Die mensen zijn nog steeds aan het sparen voor een geheel nieuwe aangepaste bus. De mijne kunnen ze dan inruilen, dus dat scheelt. Maar er is nog best veel geld nodig! Ze hebben een actie opgezet. Ik zal je de link sturen,’ zegt Kras als ik haar later spreek.

Hier kun je meer lezen over deze actie. Dream or donate. Rolstoelbus voor Hayden!

En hier de reactie op de geweldige actie van Kris! Update : Lieve lezers donateurs tot dusver. Er is iets bijzonders gebeurt we hebben een best grote donatie gekregen. Een vw transporter uit 2006. Deze is aangepast met een uitklapbare plank om de rolstoel naar binnen te rijden. We zijn erg blij met deze donatie van een mevrouw uit Leiden. Ze zei ook dat het niet het ideaalste voor ons is maar een begin. Ze ziet het als een investering voor onze eigen bus. We gaan dus door met onze dream!

 

Schelden is niet voor helden. Toch ontkom je er soms niet aan. Waar het hart vol van is loopt de mond van over, ook in dit geval. Maak van je hart geen moordkuil, Heks! Gooi het er maar uit, die vuiligheid. Opgeruimd staat netjes! Narcistendag 2.

Zaterdagmorgen sta ik vroeg naast mijn bed. Vandaag heb ik weer een narcistendag, maar deze keer moet ik helemaal naar Gouda. Dat vraagt wat meer inspanning mijnerzijds. Om kwart voor negen zit ik in de auto, ruim op tijd. Ik gooi Ysbrandt eventjes los in een park. Hij mag mee vandaag. Ik heb geen oppas kunnen regelen.

Helaas heb ik vandaag alle stoplichten tegen. Als ik de Hoge Rijndijk afrijd gaat de brug open. Het duurt zeker tien minuten voordat alle Rijnaken en plezierjachten voorbij zijn gevaren. Meuh. Prutteldepruttel. Heks zit zich op te vreten. Intussen rijd ik op een strak schema. Als alles goed gaat ben ik toch nog even voor tienen ter plaatse.

Maar niet alles gaat goed. Als ik in Gouda arriveer stuurt mijn TomTom me via een eindeloze dijk langs de Reeuwijkse plas. Opeens kan ik niet verder. Vervelende mannetjes in oranje pakken staan bij een wegversperring te posten. Wat nu? Ik vraag advies, maar de mannetjes weten niets van de omgeving. Of het interesseert ze niet of ik ooit mijn doel bereik. Ik rijd op de bonnefooi een belendend industrieterrein op.

TomTom laat zich ook niet onbetuigd. Zeker zes keer kar ik hetzelfde rondje tussen de afgesloten loodsen en foeilelijke bedrijfspanden. Wat een blikveldvervuiling, deze architectuur van lik m’n vestje. Maar ja. Hoe kom ik hier weg? Ik bel de twee trainers van vandaag, dat ik iets te laat ga komen. Ik krijg een melding dat het ene nummer niet bereikbaar is. Het andere is niet correct, ik krijg een wildvreemde vrouw aan de lijn.

Na nog een woest rondje industrieterrein bel ik het eerste nummer nog eens. Weer onbereikbaar. De telefoon staat duidelijk uit. Ik word zo woedend. Krijg toch de kolere. De telefoons zouden tot tien uur aan staan, omdat het vaker gebeurt, dat mensen te laat komen. Door files bijvoorbeeld…. Of zoiets als dit.

Scheldend rijd ik nog maar een rondje op zoek naar de juiste route. Afschuwelijk woorden blubberen oncontroleerbaar mijn mond uit. ‘Hoerentoeters, kutlijers, mensen zijn zo slecht. Godverdegodver….. ‘ en ga zo maar door. Ik kanker en scheld op alles en iedereen. Zoals wel vaker de laatste tijd als niemand me hoort of ziet.

Ik ben behoorlijk over de zeik. Uiteindelijk rijd ik een stuk verderop langs een stuk wegversperring. Geen mannetje te zien. Mooi zo. Dat is het voordeel van zo’n klein autootje. Je kunt overal langs en tussendoor. Stukje fietspad? Geen punt indien nodig.

Zonder problemen kan ik gewoon het laatste stuk langs het water rijden. Het is me een raadsel, waarom die weg in godsnaam helemaal dicht moet, maar goed. Mannetjes hè! Die willen gewoon lekker moeilijk doen. Hun invloed doen gelden…..

Een minuut of tien te laat ben ik dan toch ter plekke. Ik mag er nog in! Een hele lieve jongedame ontvangt me en stelt me een beetje op mijn gemak. Dat valt nog niet mee. Er komt stoom uit mijn oren.

De trainers schrikken als ze ontdekken dat de telefoons onterecht uit staan. Er is als het goed is nog iemand onderweg. Die is overigens nooit meer opgedoken. De telefoons gaan aan. ‘Eindigt jouw nummer op **?’ vraagt de vrouwelijk trainster. Terwijl ze het vraagt hoor ik immens geschreeuw vanuit haar telefoon. Dat ben ik! Haar antwoordapparaat stond wel degelijk aan. En ik heb blijkbaar het gesprek niet afgebroken……. ‘Geen idee,’ draai ik erom heen.

In de pauze vertel ik haar, dat ik inderdaad die schreeuwlelijk op haar voicemail ben. Helemaal boven mijn theewater. ‘Luister het asjeblieft niet af!’ roep ik wanhopig. Ik gun het niemand om die vuiligheid over zich heen te krijgen. Nou, misschien een incidentele narcist. Maar zeker niet deze lieve dame.

‘Het komt vanuit trauma. Je hebt zoveel moeten slikken, dat komt er nu uit. Al die ellende zit in je lijf opgeslagen. Helemaal niet verbazingwekkend, dat je zo gaat schelden, zeker niet als alles tegen zit.’ ‘En je op weg bent naar een narcistendag,’ denk ik erachteraan, ‘waar je veel geld voor betaalt, terwijl de aanstichters van dit onheil nergens last van hebben…… Dat geeft inderdaad nogal wat onvrede.

Zo is de narcistendag nog niet eens begonnen en ik heb al de belangrijkste les te pakken van vandaag. Mijn gescheld mag! Het is niet nodig mezelf daar ook nog eens op af te kraken. Ik mag woedend zijn op al die gekken, die me bij de neus hebben gehad. De monsters, die me fysiek te grazen hebben genomen, alsmede alle leugenaars, bedriegers en dieven, die hier kind aan huis zijn geweest.

Ik mag kotsen op mensen, die mij hebben uitgekotst. Ik mag kwaad spreken over mensen, die me kwaad hebben gedaan. Ik mag lastig zijn voor hen die me lasteren. En ik mag iedereen stijf schelden, die mij naar het leven heeft gestaan. Figuurlijk dan. Ik ben wel geslagen, maar gelukkig nog nooit dood geslagen of verwurgd. Wel zijn er zijn mensen, die me sociaal hebben vermoord. En op hen scheld ik ook grof. Volledig terecht.

Maar goed, ik hoop wel dat het een keertje ophoudt, die vuilbekkerij. Je krijgt echt een vieze smaak in je mond door al dat gekanker. Ook schaam ik me natuurlijk toch dood als die vrouw mijn grove taalgebruik hoort. Ik dacht dat haar telefoon uit stond en de mijne het contact had verbroken. Niet dus.

Confronterend. Maar het is nu eenmaal gebeurd. Heks is gewoon enorm pissed off. Op alles en iedereen, die over mijn grens is gegaan. Recent of honderd jaar geleden. Maakt niet uit. Hoepel op van mijn terrein.

Ook ben ik er helemaal klaar mee om bruggen te bouwen naar narcistische idioten. Liever geef ik hen op hun kloten!

Ooit zal het wel overgaan. Deze rage, razernij, woede….. Op een dag zijn de scheldwoorden op en is de bal nijd verdwenen uit mijn buik. Op een goede dag. Als ook alle narcisten en psychopaten me hebben verlaten en terug zijn gekropen in hun hoeken en gaten. Of onder hun steen.