Deze hele dag is goed, alle zaken smaken zoet, Post NL brengt een pakket, word in bloemetjes gezet, door mijn wortels, bloedeigen stamboom, Heks wordt wakker in levensechte dagdroom!

Citeren

©Toverheks.com

©Toverheks.com

Donderdag is bijzonderdag. Wonderdag! Overdonderdag.

Donderdag aan het begin van de middag fiets ik met VikThor naar een parkje. Ik ben vreselijk laat voor de ochtendronde. De laatste ronde vannacht was bijna een ochtendronde.

Heks loopt ’s nachts graag door een verlaten stad. Dat doe ik altijd al met veel plezier. Nu is het mijn favoriete ronde, want eindelijk kan ik zorgeloos ademhalen. De hardlopers hebben dit uurtje nog niet ontdekt. Ik ben veilig voor hun onveilige gehijg.

Ik ben enorm in mijn hummetje. Vlak voor ik de deur uit ging is er een pakket bezorgd. Stomverbaasd open ik de buitendeur voor de postbode. Hij smijt een enorm pakket vanaf de trap richting voordeur. Het is in elk geval niet breekbaar, gis ik nieuwsgierig.

Weer een kookboek van postcodeloterij? Sinds ik opnieuw mee doe met een lot heb ik al zeker twee presentjes toegestuurd gekregen. Ik doe pas mee sinds oudjaar….

Maar nee. Het is het boek van mijn tante. De zus van mijn vader heeft een boek geschreven voor haar kinderen over haar leven. Echt een prachtig document. Heks krijgt ook een exemplaar. Ik ben er zo blij mee! En wat enorm dik boek is het geworden. Ik sla het open en begin direct te lezen. 

Een half uur later zit ik nog verdiept in het verhaal met het boek op schoot. Vandaar dat ik zo laat ben voor mijn uitlaatronde. Ik kan niet ophouden met lezen. Het is 1932. Mijn grootouders hebben al twee zoontjes. Dan wordt mijn tante geboren. In dat kleine huisje aan de Leidseweg.

Heks kent dat huisje goed. Ik ken alle huizen en mensen in dit boek. Het speelt zich af in de buurt waar ik ben opgegroeid. Het is mijn oude buurtje, maar dan dertig jaar eerder……

Net als ik het eerste park wil verlaten kijk ik op mijn telefoon. Ik wil weten hoe laat het is. Ik werp een blik en zie een berichtje van mijn nichtje. Sinds de Corona crisis heb ik intensief contact met mijn jongste zus en haar dochter.

Ze zaten slechts 2 weken geleden saampjes in Texas op een enorme paardenfarm. Min of meer gestrand.  Heks maakte zich natuurlijk enorm veel zorgen. Intussen zijn ze weer veilig thuis. Goddank. En nu zie ik op mijn telefoontje, dat ze voor de deur staan? Met bloemen?

Precies op dat moment word ik gebeld door mijn nichtje. ‘Waar bent U, tante Heks?’ Mijn neefjes en nichtjes zeggen U tegen oude mensen. Ik moet er nog steeds aan wennen. Maar ik geef mijn zus gelijk met haar opvoeding. Respect voor je medemens kan nooit kwaad…….

Even later fiets ik op een holletje  naar huis. Vikthor draaft opgewonden naast me. Hij voelt wat ik voel. Een hondje hoef je niks te vertellen.

In de steeg staat mijn zus naast haar auto. Een grote bos tulpen in de hand. Mijn nichtje springt enthousiast op en neer naast haar. Oh, wat ben ik blij om hen te zien. Het is echt jaren geleden…. VikThor was nog pup, toen ik voor het laatst op mijn moeders verjaardag welkom was.

©Toverheks.com

©Toverheks.com

Deze buiten het lichaam levende cel. Dit verstoten kluizenaartje. Chagrijnige kluizenaarling ook soms. Nou ja, vaak.

Maar vandaag is er geen chagrijn. Heks is blij! Deze dag is goed voor mij! Midden in een enorme dip word ik even opgelicht. 

Een klein halfuur staan we op straat te praten. Aan weerszijden van de steeg. Achteraf stuurt ze me filmpjes van het bezoek aan mijn moeder door diverse familieleden diezelfde dag. Mijn zwager speelt accordeon. ‘Daar bij die molen, In Holland staat een huis….’  Mijn verwarde moedertje danst vanachter het raam. Ze is altijd dol geweest op zingen en muziek maken.

Het is bitterzoet om de filmpjes te zien. Heks gaat niet meer op bezoek bij haar moeder. Het heeft geen zin, want ze is bang voor me.

Opgestookt door iemand? Heeft ze spijt van haar mij nog immer verlammende vossenstreken? Of ben ik echt zo’n afschuwelijke dochter? Geen idee en ik zal het nooit weten: Ze kan het me niet meer vertellen. We kunnen niets meer uitpraten. Ik zal haar nooit meer in mijn armen sluiten.

Niet dat dat nu alles oplost. Zeker twintig jaar terug hebben we ook al eens dingen uitgepraat. Nou ja, dat dacht ik toen. Ik heb haar indertijd een stel ongelofelijke stinkstreken vergeven. Het heeft alleen de deur open gezet voor nieuwe streken. Vergaander. Definitiever.

Vermoedelijk heeft ze me nooit vergeven, dat ik me halverwege de dertig van haar heb losgemaakt. De symbiose heb verbroken. Een eigen leven opeiste. Haar trouwe vazal. Haar handige rechterhand. Haar persoonlijke verlengstuk. Haar praatpaal. Haar steun en toeverlaat.

Precies hetgeen zij altijd voor haar moeder was.

’s Nachts zit ik met het enorme boek van mijn tante op schoot. Ik lees over haar allerliefste broertje Kootje. Dat is mijn vader. De kinderjaren op de kwekerij aan de Leidscheweg. Ik lees en lees. Dan komt de oorlog.

Geschokt lees ik over het bombardement op de spoorbrug bij de Vink, waar zij en mijn vader maar net aan ontsnapt zijn. Wel zien ze buren vol granaatscherven. Een buurman lig in stukje in de Rijn. Een gezin met zes kinderen raakt er vijf kwijt….

De oorlog heeft mijn vader gevormd. Dat wist ik altijd al, maar hij sprak er zelden over. Hij heeft ook geen boek geschreven. Hij is jong gestorven. Ik ben al ouder dan hij ooit is geweest.

Vandaag is een prachtige gouden dag. Er gaat zoveel troost vanuit. Mijn hart zingt. Dankbaar. Na het avondeten bel ik mijn tante. Ze is op hoge leeftijd, maar woont nog zelfstandig. Altijd in de weer, altijd bezig. ‘Heks, ik heb een smartphone gekregen van mijn zoon. Zo leuk. Ik ben al aan het videobellen geweest met mijn dochters…..’

Ik stuur haar de filmpjes van mijn moeder. Nadat we er een hele toer aan hebben gehad om haar naar mij te laten bellen, zodat ik haar nieuwe nummer heb. ‘Ik weet echt nog niet hoe hij werkt, Heks. Ik druk op dingen en er gebeurt van alles….’ lacht tante.

Ik zeg U tegen tante. Haar jongere zuster noem ik bij de voornaam, op haar eigen verzoek. Daar moet ik dan toch steeds bij nadenken. Af en toe ga ik in de fout en zeg ik U en tante. Zo ben ik opgevoed.

 

Thay’s Aandachtsoefening Loving Speech bestaat niet voor niets. Woorden kunnen wapens zijn. Onbedoeld, maar toch niet fijn. Heks moet ook haar mond gaan spoelen na al dat machteloos schelden in koele bloede…… Laat ik maar weer verhaaltjes verzinnen. Wacht, er schiet me er al eentje te binnen!

Verhaaltjes in je hoofd. Heks heeft er al haar hele leven last van. Misschien komt het, omdat ik lang heb geduimd. Geen idee. Wat ik wel weet is, dat het op de lagere school al begon op te vallen. In de tweede klas kreeg ik een hele lieve juf, die hier gretig gebruik van maakte.

Elke dag zette ze me een half uurtje voor de klas. Direct begon Heksje iets uit haar grote duim te zuigen. Een koning met bolle appelwangen. Een hofhouding, die hier niet mee uit de voeten kon. Een liedje om het geheel te verluchtigen. Met melodie en al.

‘Koning Appelwang heeft een dikke appelwang. Maar hij eet niet veel, heeft een hekel aan bakmeel…. Koning Appelwang, Koning Appelwang!!!!!!!’

Ik geef toe, de tekst is rudimentair. Ik was dan ook pas zeven jaar oud. Maar is het onderwerp niet intrigerend? Onze huidige koning was nog niet eens geboren. Toch had ik al een gleshelder innerlijk beeld van hem……

Toevallig herinner ik me dit verhaaltje. Stress en adrenaline verbeteren het geheugen aanzienlijk is uit wetenschappelijk onderzoek gebleken. En Heksje had stress die bewuste dag!

Tijdens het vertellen liet ik een paar lawaaiwindjes flapperen. Ondanks al mijn pogingen die pretknetters binnen te houden….. We hadden wellicht hachee gegeten de dag er voor. De hele klas lag dubbel. Lekker gênant natuurlijk. Ja: Poep en pies grapjes doen het altijd het best bij deze leeftijdsgroep.

Ook later verbaasde ik vriend en vijand met mijn pennenvruchten. De meester in de vierde klas kon er niet over uit, toen ik een opstel schreef over ons familiebedrijf. Een juf op de middelbare school was verbijsterd over een gedicht, dat ik ongevraagd had toegevoegd aan een subliem opstel.

Zelf vond ik dit allemaal niet zo bijzonder. Dus de eerste beste a-literaire gek, die zijn laatdunkende plasje over mijn schrijfsels deed, wist me al te overtuigen, dat het allemaal niet zoveel voorstelde.

Tegenwoordig weet ik wel beter. Ik ben gezegend met een enorm talent op dat vlak. Als ik wat meer energie had, schreef ik de sterren van de hemel!

Het gesproken woord is zeer machtig. De vierde aandachtsoefening van Thich Nath Hanh is geheel aan dit fenomeen gewijd. Naast goed luisteren, het belang van zorgvuldig spreken. Liefdevol. En het is waar, onzorgvuldige woorden kunnen onbedoeld enorm kwetsen.

Heks kreeg daar afgelopen week mee te maken. Iemand gaf me verbaal een veeg uit de pan. Waarschijnlijk zonder er bij na te denken. Maar evenzogoed au, au, au.

Direct ook verbazing bij Heks. Waarom doe je dat, magisch medemens? Er zijn duizenden manieren om precies hetzelfde te vertellen, zonder mij eventjes en passant verbaal een trap te verkopen……

Loving speech.

DE VIERDE AANDACHTSOEFENING: Liefdevol spreken en aandachtig luisteren

Bewust van het lijden veroorzaakt door onzorgvuldig spreken en het onvermogen om naar anderen te luisteren, beloof ik van ganser harte om te leren liefdevol te spreken en met mededogen te luisteren om zo het lijden te verminderen en verzoening en vrede tot stand te brengen in mijzelf en tussen andere mensen, groeperingen en naties. Wetend dat woorden geluk of leed kunnen veroorzaken, heb ik het oprechte voornemen om de waarheid te spreken en woorden te kiezen die bijdragen tot zelfvertrouwen, vreugde en hoop. Als er woede in mij opkomt, neem ik mij voor om niets te zeggen. Ik zal dan met aandacht mijn adem volgen en loopmeditatie doen om zo mijn boosheid te herkennen. Ik zal diepgaand kijken naar het ontstaan van de boosheid, vooral naar verkeerde waarnemingen en gebrek aan begrip voor het lijden in mijzelf en in anderen. Ik zal op zo’n manier spreken en luisteren dat wij gezamenlijk ons lijden kunnen los laten en een weg kunnen vinden uit moeilijke situaties. Ik neem me voor geen geruchten te verspreiden en niets te zeggen dat verdeeldheid of onenigheid kan veroorzaken. Ik zal met de juiste inzet oefenen om mijn vermogen tot begrip, liefde, vreugde en saamhorigheid te voeden om zo boosheid, geweld en angst, die diep in mij verborgen liggen, langzaam maar zeker te kunnen transformeren.

De laatste jaren krijg ik steeds meer moeite met louter liefdevol spreken. Sinds ik situationeel geïnitieerde Gilles de la Tourette heb ontwikkel scheld ik met enige regelmaat echt heel smerig op mijn medemensen. Ik kan op zo’n moment werkelijk niemand meer uitstaan, vooral mezelf niet.

Doorgaans scheld ik echter zachtjes binnensmonds voor me uit. Of binnenshuis. Of alleen in het bos. Ik wil niet dat iemand het hoort. Nog steeds wil ik mensen geen pijn doen.

Maar als je me zo bezig hoort zou je anders vermoeden. ‘Krijg allemaal de dit en de dat….’ bijvoorbeeld. Waarbij dit en dat pijnlijke of ellendige ziektes zijn…..

Met enige regelmaat kom ik tijdens mijn omzwervingen met VikThor een koorgenote tegen. Zij heeft zich tegen alle verwachtingen in aan de ijzeren wurggreep van slokdarmkanker ontworsteld. Tot twee keer toe. ‘Ik ben inwendig volledig verbouwd…. Mijn maag zit aan mijn oren vast geniet….’

We komen er tijdens een gezellig gesprekje achter dat we allebei steeds minder van mensen en het leven gaan houden, als we heel erg moe worden. ‘Als ik mezelf enorm tekeer hoor gaan tegen het 1 of ander, of ik ben opeens strontchagrijnig, dan weet ik alweer hoe laat het is. Ik ben dan gewoon doodmoe…..’ aldus mijn zingende zuster.

 

Verhaaltjes zijn geduldig. Sloom dromen ze in mijn zoete duim. Zodra ik echter het eerste woord eruit heb gezogen tuimelen de resterende woorden haastig over elkaar heen de vrijheid tegemoet. Ze willen gehoord worden. Ze willen opgeschreven worden. Ze willen bemind worden, die woorden.

Woordeloos ten onder gaan is er niet bij bij mij. Gelukkig maar. Steeds weer nieuwe zin en onzin. Het schrijven telkens opnieuw bevrijd. En: Schrijven bevrijdt.

The Fourth Mindfulness Training: Loving Speech and Deep Listening

Listen DeeplyAware of the suffering caused by unmindful speech and the inability to listen to others, I am committed to cultivating loving speech and compassionate listening in order to relieve suffering and to promote reconciliation and peace in myself and among other people, ethnic and religious groups, and nations.

Knowing that words can create happiness or suffering, I am committed to speaking truthfully using words that inspire confidence, joy, and hope. When anger is manifesting in me, I am determined not to speak. I will practice mindful breathing and walking in order to recognize and to look deeply into my anger.

Uit de analen van Pleegzuster Bloedwijn: Bloed aan de paal! Echt niet normaal. Maar waar komt het vandaan? VikThor hinkepinkt verdacht achter me aan. Gewonde hond in Huize Heks.

Donderdagavond tegen elven kom ik thuis uit de bioscoop. Ik vlei me in mijn enorme leunstoel. Daar zit ik een uurtje amechtig bij te komen van hoegenaamd niets, maar dat is nu eenmaal de gang van zaken bij mensen met ME.

Dan schiet ik een jas aan en vis een riem van de kapstok. ‘Kom op Vikkeldebikkel. We gaan een wandeltje doen….’ Wat is dat beest extreem sloom vanavond. Hij is wel eventjes uit zijn luie stoel gekomen om me te begroeten, maar verder heb ik hem niet gehoord.

Normaal gesproken staat hij al lang voor mijn neus te stuiteren met een balletje. Maar vanavond dus niet. ‘Misschien is hij gewoon nog slaperig,’ denk ik bij mezelf, terwijl ik me omdraai. Waar blijft hij nou?

Hinkepinkend kom mijn varkentje de gang in gestrompeld. Heks’ mond zakt wagenwijd open. Wat krijgen we nu? Mijn schatje is gewond! En het moet verrekte zeer doen, want het is een ongelofelijke bikkel. Hij laat pas iets merken als het echt foute boel is!

Snel neem ik hem in de houdgreep en draai zijn rechterachterpoot naar het licht. Zet een bril op mijn neus. Zie bloed op mijn handen. Op de grond. Nauwelijks waarneembaar op die donkere houten vloer….. Hij bloedt als een rund!

 ©Toverheks.com

©Toverheks.com

Aanvankelijk kan ik nauwelijks een verwonding vinden. Hij vindt het niet lekker dat ik hem bepotel, maar laat het zich toch goeiig welgevallen. Dan piept hij een beetje en tot mijn schrik zie ik dat er een kussentje van zijn voetje helemaal los zit. Je kunt het openklappen als een pedaalemmer. Mijn maag draait om.

Oh, wat ziet dat er afschuwelijk uit. Het is intussen een uurtje of 1 ’s nachts. Een beetje laat voor de dierenarts. Bovendien heeft hechten al geen zin meer. Dat moet je binnen een paar uur na het oplopen van de verwonding doen.

Ik maak de wond provisorisch schoon en plak er een flinke pleister op. Met daaroverheen een paar plastic poepzakjes. Eerst maar even naar buiten. Het is smerig nat waterkoud druipweer. VikThor hinkepinkt door de steeg. Doet een plasje hier. Eentje daar. Kijkt eens achterom of we al naar huis gaan…..

Thuisgekomen stop ik zijn pijnlijke pootje in een bak lauwwarm water. Ik spoel de wond grondig uit en druppel er vervolgens een halve fles Betadine overheen. Nu is het zaak om het geheel goed in te pakken, zonder de bloedsomloop af te knellen. Ik heb allerlei verbandgaas tevoorschijn getoverd en zit lekker te knutselen.

‘Dat heb je helemaal niet gek gedaan,’ zegt de dierenarts de volgende ochtend. Ze scheert zorgvuldig de haartjes om het zooltje weg. Dan plakt ze met wondlijm de zool weer aan de voet. ‘Groot kans, dat het zooltje helemaal afsterft trouwens. Hechten heeft over het algemeen weinig zin op deze plek…..’

‘Laat het verband maar een paar dagen zitten,’ vervolgt ze als de poot helemaal is ingepakt. De volgende ochtend echter ligt het verband opeens op de grond. Ik pak de poot opnieuw in. ’s Middags tijdens een wandeling ligt het er opeens weer af. En het voetflapje zit weer los……….

 ©Toverheks.com

©Toverheks.com

En dan ben ik opeens spinnijdig. ‘Kolerehond, doe dan ook eens rustig,’ scheld ik op mijn grote vriend. Als een haas loop ik terug naar de auto met een geïmproviseerd verband om VikThor’s poot. Thuisgekomen was ik zijn voetje uitgebreid in een emmer met sodawater. Weer moet er een een wagonlading Betadine op de wond.

Maar waar zijn die verrekte verbandmiddelen? Waar is de bijenzalf? Waar is die Betadine? Waar zijn de stukken elastisch tape? Ik kan helemaal niets meer vinden. Ik kijk op alle relevante plekken, maar de hele set spulletjes is op miraculeuze wijze verdwenen.

Ik ga dus maar naar de drogist om nieuwe verbandgaasjes en Betadine te kopen. Er komt nog steeds stoom uit mijn oren. Op wie ben ik nu eigenlijk kwaad? Ja, raad eens, op wie denk je?

Op mezelf. Ik ben met enige regelmaat een ongelofelijke halve zool. En daar heeft die zool van mijn hondje onder te lijden. ‘Bescherm je hondje tegen zichzelf, loop hem aan de lijn voorlopig,’ raadt de Don me gisteravond nog aan. En dat was ik eventjes vergeten. Ik liet TrekThor een kort moment los en toen ging het mis…..

‘Ik ga steeds meer op een zeker iemand lijken,’ denk ik somber. Die persoon kon ongelofelijk zijn eigen frustratie op je botvieren. Als hij een slechte bui had, zocht hij geheid een object om die woede op te richten. En Heks was regelmatig de klos. Ik was bovendien een sublieme boksbal. Zwijgend keek ik hem recht aan terwijl hij uit zijn plaat stond te gaan. Olie op het vuur natuurlijk……

 ©Toverheks.com

©Toverheks.com

‘Gelukkig scheld ik alleen maar. Iemand in elkaar rammen is mij vreemd. En ik maak het altijd goed,’ vergoelijk ik mijn boze bui achteraf. Ik zit lekker te knuffelen met mijn hondje. Zijn pootje zit weer keurig in het verband. Wat het gaat worden met dat flapje, geen idee. Maar de wond is in elk geval weer schoon……

Heks is gewoon doodmoe. Ik ben al twee dagen in touw als Pleegzuster Bloedwijn. En ik ben natuurlijk sowieso al moe zonder er iets voor te hoeven doen. En dan ben ik ook nog eens moe omdat ik meer doe. Leuke dingen weliswaar, maar er is dan minder van mijn toch al beperkte energie over.

Als ik moe word word ik bloedlink. Vermoeidheid haalt alle filters weg, dus er komen dan opeens schrikbarende ongefilterde teksten uit mijn heksenbek. Die blebberen dan maar zo’n beetje om me heen. Ik schrik er zelf ook van. Goddank heb ik geen publiek, maar evenzogoed schaam ik me achteraf dood.

Gelukkig is mijn hondje zeer vergevingsgezind. Hij legt zijn zachte snoet in mijn schoot en laat zich lekker achter zijn flappers kriebelen. Wat is het toch een schatje. Mijn ADHD hondje. Mijn grote kleine vriend.

 ©Toverheks.com

©Toverheks.com

De volgende ochtend pak ik zijn verkeerde pootje in. Mijn monster ligt zo te friemelen dat ik me in de poot vergis ergens halverwege de ingreep. Mijn armen zijn ook helemaal naar de kloten door het in bedwang houden van mijn ventje bij de dierenarts. Schouders uit de kom, rib uit de kom, spierpijn……..

VikThor is ook zo sterk. Afgelopen week trekt hij een twee keer zo grote Duitse Staande Langhaar over het grote veld in het Leidse Hout. ‘Vikkie, je bent aan het winnen,’ roepen de omstanders verbluft. En ja, het is zo. De reus legt het af tegen mijn kleine blafbeest. Het is geen gezicht. Iedereen schiet in de lach!

Dus kun je nagaan waar ik de afgelopen dagen mee te maken heb. Waar mijn arme armen mee te maken hebben gehad……

 

 

Heks kan de kanker krijgen en wordt vervolgens in een hoek gedreven, waar ze ook al niet wil wezen. Lang leve de geniale gekte van het leven. Je neemt je iets voor en moet tegenstreven. Maar ik wil leven. Niet langer overleven!

© toverheks.com

© toverheks.com

Mijn voornemen om me niet te laten opnaaien, noch boos te worden, te schelden of uit mijn plaat te gaan over dingen waar ik toch niks aan kan veranderen, alsmede me vreedzaam in te zetten om rust en vrede in mijn persoonlijke ei te waarborgen worden direct behoorlijk op de proef gesteld in het nieuwe jaar.

Zo is er een lezer van mijn blog, die me onmiddellijk vervloekt op die eerste januari. Ik moet vooral kanker krijgen en in mijn bloed stikken. Lees ik het nu goed? De idioot in kwestie gaat persoonlijk bidden dat ik zal worden gestraft voor mijn betweterigheid. En de mafkees beweert gelijk ook nog dat hij een tovenaar is.

Mij eerst blij maken en dan dat je tegen bent na minuten lezen. Ik hoop dat je net als ik kanker krijgt en na één jaar mensen zeggen ben je 25 kilo afgevallen? Ja, ik wacht op een longbloeding op te stikken in mijn eigen bloed. Wat jij vind is jouw waarheid. Als tovenaar bid ik vanavond dat je gestraft zal worden als eigenwijze betweter.

Eentje uit een zeer duistere hoek dan. Dyslectisch bovendien. Ik ken geen heksen en aanverwanten, die bidden (Tot wie? De duivel? Kun je daar eigenlijk wel naar bidden? Daar sluit je toch een pact mee?) om iemand in het ongeluk te storten. Mijn liefdevolle soortgenoten breien dekentjes van licht en vrede als ze aan het werk zijn.

© toverheks.com

© toverheks.com

Ik heb ook geen idee, wat deze persoon heeft getriggerd om me te verwensen. De reactie is geplaatst onder een liefdesgedicht aan de gehele mensheid, waar echt niets op aan te merken is.

De schrijver ervan is er niet al te best aan toe begrijp ik uit zijn bericht. Hij heeft zelf kanker en zal binnenkort in zijn bloed stikken. Niet best. Daar is mijn gezever natuurlijk niks bij vergeleken. Maar om me dan hetzelfde toe te wensen gaat wel weer erg ver.

Even overweeg ik om iets bemoedigends terug te schrijven. Me te verexcuseren voor… Ja waarvoor eigenlijk?

Heks heeft nog nooit iemand ME toegewenst. Zelfs mijn ergste vijand niet. Ik scheld wel veel, maar dat stuur ik naar de ‘Planeet Scheld’. Daar wonen kleine boze mannetjes en vrouwtjes, die dat lekker vinden. Het is een soort voeding voor hen. Ze worden er betere wezentjes van. Vrolijk en gezellig. Dartel ook.

Hetzelfde soort omzetting als bij fotosynthese in een boom of plant. Ze lijken ook wel wat op een plant met hun giftige chlorofylgroene lijfjes en hun nijdige zure gele en rode kopjes. Moeiteloos zetten ze mijn kwaaie dronk om in zoete mede. Een soort citroenzuurcyclus voor boze gedachten…..

© toverheks.com

© toverheks.com

‘Nou ja,’ denk ik bij mezelf, ‘Ik zal wel onbedoeld tegen iemands schenen hebben geschopt met iets wat ik heb geschreven. En die persoon lijdt zelf al zo verschrikkelijk. En mensen worden er vaak niet beter op als ze ziek zijn……’

Niet van karakter in elk geval. We denken wel dat dat zou moeten, maar het is niet zo. Een zeikerd blijft een zeikerd, ook als ie iets gaat mankeren. Een zieke zeikerd, maar evenzogoed een stomvervelend medemens. Het idee dat ziekte loutert is ook maar zo’n idee fixe. Het overgrote deel van de mensen is met enige regelmaat niet te nassen. Ziek of niet ziek. Heks niet uitgezonderd.

© toverheks.com

© toverheks.com

De hele week staat in het teken van ‘Heks, laat je niet kisten!’ Er zijn mensen zat, die het me behoorlijk moeilijk maken, zonder me te vervloeken. Vanuit de beste bedoelingen wordt ik in de hoek gedreven en gebonden. Mijn diepe wens om weer autonoom te functioneren wordt niet door iedereen gedeeld.

Maar mijn voornemen om bepaalde zaken achter me te laten houdt me overeind. Je kunt het niet iedereen naar de zin maken. Soms is het pijn doen of pijn lijden.

Heks heeft genoeg tussen haar gefrustreerde klapperkaken weggeknarst intussen. In feite heb ik het afgelopen jaar niet anders gedaan dan wanhopig knersen. Want ik kan geen kant op. Het lot heeft me totaal afhankelijk gemaakt van mijn voorouders. En het betreft niet louter mijn genenpakket……

Het lot kan helaas niet meer met me praten. Het lot is haar verstand kwijt.

© toverheks.com

© toverheks.com

Ik zal dat lot moeten dragen. In mijn hart. Stilletjes. Niet als een strop om mijn hals, want dan komt er echt geen geluid meer uit mijn heksenbekje. En dat willen we niet. Er moet meer geschreven worden het komende jaar.

Je kunt me evenzogoed benijden in mijn situatie. Wie heeft er niet het etiket ‘Van Lotje getikt’ voor over om goed in de slappe was te zitten? Je zult ze de kost moeten geven!

Toch ervaart Heks 1 en ander als een regelrechte strop. Om haar heksenhals. Naar. En niet ongevaarlijk! Je kunt ervan in coma raken!

Hopelijk zit daar niemand voor te bidden. Stiekempjes. Na die bizarre reactie afgelopen week op mijn blog sta ik nergens meer van te kijken……..

© toverheks.com

© toverheks.com

 

Veelbewogen dag met louter tegenslag, maar ook veel mooie momenten. Emotioneel afscheid van geliefde tante. Het regent pijpenstelen, dat geeft de stemming aardig weer. Maar er is meer. Hoogtepunten zelfs!!! Heks ziet haar familie weer!

Sergei Polunin

Donderdagavond zie ik een documentaire over de danser Sergei Polunin. De balletdanser waar de zwaartekracht geen vat op lijkt te hebben. Vooral niet al hij cocaïne heeft gebruikt……

Hoe zijn hele familie kromlag om zijn studie te kunnen betalen. Zijn vader in Portugal, zijn grootmoeder in Griekenland. Zijn moeder bleef bij haar kind als zijn persoonlijke toegewijde verzorgster.

Hoe hij zijn motivatie haalde uit het voornemen om middels succes in de danswereld zijn familie weer te herenigen. En de neergang vanaf het moment, dat zijn ouders toch echt gaan scheiden…….

De familie is uiteengeslagen door de gebeurtenissen, terwijl dat juist niet de bedoeling was! En hoewel ze elkaar al jaren niet hebben gezien is de definitieve breuk tussen de ouders een enorme dreun voor de jongen. Vanaf dat moment komt hij in de problemen. Zijn drive is weg. Veelzeggend.

Zo zie je maar weer hoe belangrijk je familie is. En hoe ontregelend het kan zijn als die basis wegvalt.

Dan valt het beeld weg, storing bij Ziggo. Gelukkig maar, want ik moet gaan slapen. Morgen moet ik vroeg op. We gaan mijn tante Mar begraven. Heel plotseling is ze ertussenuit geknepen

Het regent pijpenstelen op de dag dat mijn tante naar haar laatste rustplaats wordt gebracht. Heks fietst door de gietende regen naar de dokter voor haar prikken. Dat red ik nog precies, gek eigenlijk. Ik dacht dat het niet zou lukken eerder deze week, toen ik de rouwkaart eens grondig bestudeerde.

Als ik weer naar huis wil gaan breekt mijn fietssleutel af in het slot. K.U.T. Wat nu? Het is de elektrische ebike van mijn moeder. Loodzwaar. En ik heb maar 1 sleutel. Waarvan de helft nu in het slot bivakkeert.

Paniekerig probeer ik de sleutel eruit te schudden, maar ja, schudden met een fiets van 300 kilo op zijn kant is natuurlijk niets voor een MEpatiënt. Ik vraag me af of er überhaupt mensen zijn die er bij een dergelijk sportief hoogstandje zonder kleerscheuren van af zouden komen. Heks voelt haar gewrichten piepen en kraken. Hier en daar valt er eentje uit de kom.

Dan komt de assistente op me af met een mes. Ze heeft me zien tobben en komt me te hulp. Strijdvaardig heft ze de vervaarlijke brievenopener, want dat is het, in de lucht om vervolgens het slot te lijf te gaan. Vakkundig wipt ze het restant sleutel uit zijn gevangenis. Dat is alvast iets. En iets is beter dan niets…..

Ik loop dus maar weer naar huis. Mijn hoofd tolt van de zich plotseling opstapelende problemen. Ik moet ten eerste een sleutel laten maken, maar ik ben hartstikke blut. Gelukkig kan ik poffen in de natuurwinkel. Voldoende voor een nieuw exemplaar en een paar liter benzine. Mijn tank is ook leeg……

Maar eerst ga ik naar de begrafenis van mijn tante, Heks is met deze vrouw en haar dierbaren opgegroeid. Ze woonde maar een paar huizenblokken bij ons vandaan, deze opgewekte rebbelende lakonieke dame met haar grote drukke gezin.

Ik moet nu echt opschieten. Als ik er de sokken niet in zet ben ik te laat. Snel schiet ik iets netjes aan en spurt naar mijn auto.

Dan begint er een martelgang om in Voorschoten te geraken. Hemelsbreed helemaal niet zo ver van Leiden, maar de stad is opgebroken, alsmede vol verdwaalde Duitse toeristen en trage lesauto’s. Mensen blijven stilstaan voor groene stoplichten of gewoon midden op straat. Invoegen is ook heel problematisch opeens. Heks vloekt tussen haar tanden. De minuten tikken genadeloos voorbij.

Sergei Polunin

Voorschoten is onlangs volledig op de schop gegaan, hetgeen de doorstroming van het verkeer in dit lintdorp niet ten goede komt. Zacht uitgedrukt. Ook is het marktdag. De Voorstraat, waar ik meestal parkeer, is vergeven van de kraampjes en winkelende mensen.

Het parkeerterrein erachter is volgebouwd met tenten vanwege een festivalletje. Mijn god, hier ook al? Het is een plaag dit soort activiteiten.

Alle omringende parkeerterreinen zijn zonder uitzondering stampvol. Heks rijdt intussen paniekerig van hot naar her, want het wordt steeds later. Wanhopig schiet ik een woonwijk in. En daar vind ik dan eindelijk de zo begeerde parkeerplek. Hoera!

‘Ik haat dit stomme dorp,’ ligt dan al in mijn mond bestorven. Ik ken dit oord natuurlijk goed, ik ben er opgegroeid. Sputterend sprint ik naar de kerk. Onderweg probeer ik mijn stemming om te gooien. Zo kan ik toch niet Gods huis betreden? Vloekend en scheldend?

Nu ben ik extra vroeg opgestaan om op tijd te komen. De condoleance heb ik overgeslagen, want het wordt toch al een hele lange dag. Maar de dienst wil ik toch echt bijwonen. Ik schuif twee minuten te laat naar binnen. Wat gek. Iedereen zit al. De kist staat er al. De dominee staat volop te preken……

Een vreemde gang van zaken. Maar ik ben allang blij dat ik binnen ben. Het is altijd een hele bevalling om ’s morgens ergens acte de présence te geven. Ik kom dan uit de prehistorie zetten, dit gaat bovendien gepaard met stevige spierpijn en heftige griepverschijnselen. En vandaag ben ik ook nog door het lot tegengewerkt.

Het koor gaat zingen. Prachtig! Ik heb niet al teveel gemist gelukkig. Denk ik op dat moment nog. Maar als we even later gezamenlijk een lied gaan zingen, zie ik dat de dienst al bijna voorbij is. Huh? Ik ben maar liefst een uur te laat gekomen. Hoe is dat nu mogelijk?

Bij Heks is alles mogelijk. Mijn hoofd is een leuk aangeklede vergiet. Met een hoedje erop om mijn gedachten bij elkaar te houden. En zelfs dan kan het me nog gebeuren dat ik de plank helemaal mis sla. Zoals vandaag.

Gisterenavond heb ik nog even goed gekeken op de rouwkaart. Zo laat dit en dan dat. En tot slot zus en zo. Duidelijk. Behalve dat ik mijn bril niet ophad en het behoorlijk schemerig was in mijn woonkamer. Ik heb het dan ook niet goed gezien, tijden door elkaar geklutst en dan krijg je dit!

Op dat moment vind ik het niet zo erg. Het wordt toch al een lange dag en nu is ie gelijk iets korter. ‘Je hebt wel wat gemist hoor,’ hoor ik echter later. Mijn oom heeft prachtig gesproken. Een persoonlijk In Memoriam. Heel bijzonder.

De kerk is afgeladen vol. Wat een rijk leven! En dat hoor ik steeds terug deze dag. Mijn vrolijke kwebbel van een tante had gewoon een enorm netwerk van mensen om zich heen. Met haar 87 jaren stond ze nog midden in het leven. Ze zal enorm gemist worden.

Heks krijgt een overdosis familie te verstouwen, niet mijn sterkste punt. Toch sla ik me dapper door alle gesprekken heen. Hoe het met me gaat? Daar lul ik me dan uit. In werkelijkheid heb ik geen idee. Wat heb ik nu voor’n leven? Ik ben de risee van de familie. Althans, zo ervaar ik het vaak.

Vandaag kom ik echter allemaal lieve neven en nichten tegen en ooms en tantes en een zuster, die echt enorm blij zijn om me te zien. Een fijne ervaring.

Ons eigen gezin is helemaal uit elkaar gevallen. Of ik ben eruit gevallen. Uit het nest geduveld. Een beetje geduwd misschien? Ik heb me nog een hele tijd aan de rand vastgeklampt. Heb me terug naar binnen geprobeerd te wurmen. Iets dat het bij vogels meestal goed doet.

En uiteindelijk losgelaten. Noodgedwongen. Wegens vergaand verkrampte spieren. Wat moet je ervan zeggen? Het gebeurt. Zulke dingen. Best vaak zelfs. Het is mij gebeurd.

Ik kijk naar die grote drukke familie. Luidruchtige mensen. Wat een lawaai toch altijd! Saai is het in elk geval nooit bij ons…… Mensen proosten op het rijke leven van mijn tante. Heks luistert naar alle ontroerende verhalen rondom haar dood.

Lachsalvo’s schieten links en rechts uit groepjes omhoog. Ja, lachen kunnen ze als de beste, die familieleden van Heks. Het is één van de mooie erfenissen van mijn voorouders. Naast een vat vol woede is er ook een groot potentieel aan humor doorgegeven.

Dit is de familie van vaderskant, maar de clan van mijn moeder is nog veel erger. Hun humor is bijkans dodelijk. Vraag maar aan mijn exen.

Sergei Polunin

Na een paar uur ben ik helemaal gaar. Om me heen eten mensen taartjes, soep en broodjes. Ik heb ook trek gekregen. Het is dan ook al vier uur intussen. Heks gaat naar huis.

Daar wacht me nog de ondankbare taak om een nieuwe sleutel te laten namaken van dat afgebroken exemplaar. Met de nieuwe sleutel op zak wandel ik weer met VikThor naar de dokter. Het giet bakken van de hemel. Later lees ik dat er op één dag net zoveel regen valt in Leiden en omgeving als normaal gesproken in een maand. Arme tante. Ze treft het niet haar eerste nacht buiten.

Ik stop de sleutel in het slot, maar nee. Hij past niet. Potverdorie.

Weer schelden natuurlijk, want ik ben intussen doodmoe. En helemaal doorweekt. Toch ga ik mijn auto halen. Dus weer lopen naar huis….. Met mijn halvezolige oververmoeide lijf. Ik durf die fiets daar niet de hele nacht te laten staan.

Tierend rijd ik vervolgens met mijn kanariepiet door de stad. Ik moet enorm omrijden, vanwege de idiote onlogische rijrichtingen in de binnenstad. Vik kijkt me verbaasd aan. Wat heeft de Vrouw toch?

Met een enorme kreun til ik die loodzware fiets in mijn achterklep. Ik heb het eerder gedaan, dus het kan. daar houd ik me aan vast.

Daarna rijd ik stapvoets naar huis. Af en toe moet ik stoppen om de achterklep weer omlaag te doen, want ik heb geen stuk touw bij me. Helemaal afgedraaid zit ik wat later in mijn stoel.

Ik bel de Don. Geduldig luistert hij naar mijn verslag van deze rampendag. Het duurt uren voordat ik weer een beetje mens ben. Dan ga ik eten. Eindelijk. Om vervolgens nog uren wakker te liggen. teveel prikkels, indrukken en emoties. Daar ben ik dan weer eventjes zoet mee.

Later lees ik een raar berichtje op de familie app. Zitten ze me nu te dissen? Ja, het is zo. Of niet? Of toch wel? Mijn god. Het houdt ook nooit op.

 

 

Goede voornemens en concrete doelen maken dat ik me veel beter ga voelen. Eventjes dan, want dan komt de klap. De man met de houten hamer staat woest zwaaiend in mijn kamer. Maar ja, ik ken dat ventje wel. Hakkerhak en koppensnel. Dezelfde bekende ouwe hap. Boeien……

Maandagmorgen om kwart over twaalf tref ik Saar in de hal van het zwembad. We gaan er tegenaan. Vorige week ontdekten we dat we allebei graag weer willen zwemmen. En nu gaan we dus te water. Afspreken met een maatje werkt motiverend. Als ik deze verplichting niet was aangegaan lag ik nu waarschijnlijk in bed te dweilen.

Het is zo lang geleden, dat ik hier nog eens ben geweest. Ik ben dan ook van alles vergeten mee te nemen. Zoals afwasmiddel om mijn zwembril te ontvetten. Ook heb ik maar een minimale hoeveelheid shampoo ingepakt. Maar ik heb wel weer een fles olie om in mijn lange haren te smeren, zodat ze niet helemaal uitgebeten raken door het chloorwater.

Tien minuten later liggen we in het instructiebad. Binnen een paar minuten heb ik een hele baan voor mezelf. Mooi zo. Traag kom ik op gang. De eerste tien banen doen altijd verrekte veel pijn. De rest ook vandaag. Omdat het weer de eerste keer is. Over een paar maanden ben ik eraan gewend.

Kwebbelend hangen we daarna een tijdje in het warme kikkerbad. Ik ontspan mijn lijf helemaal, in een poging de schade te beperken. Maar evenzogoed zal ik de komende nacht wakker liggen van de pijn.

‘Wat zijn we toch goed bezig,’ roepen we tegen elkaar. En het is waar. Heks en Saar doen dit toch maar.

Die middag bestel ik een badmuts. Een zilverkleurige. Ik kan er zo mee naar een discotheek. Als die nog bestaan, geen idee eigenlijk.

Nooit gedacht dat ik me tot zo’n kledingstuk zou bekeren, maar zelfs olie in je haar kan niet voorkomen dat je verandert in een vogelverschrikker, qua kapsel dan, na zo’n chloorbad.

’s Avonds kan ik  me niet meer bewegen. Als een kwarktaart zit ik in mijn stoel. Helemaal opgestijfd. ‘Wat heb ik toch?’ denk ik verstoord. Ik ben die hele zwempartij al vergeten. De ganse afgelopen middag voelde ik me geweldig door al die extreme doorbloeding, maar nu komt de klap. Van de zwempartij. Die ik intussen vergeten ben.

Het is een drukte van belang op mijn datingsite. Een hele ris bewonderaars staat klaar om gekeurd te worden. Ik bekijk ze eens goed. Mijn foto met piratenhoed scoort het hoogst. Die met jonge geitjes juist laag. Maar ook het type bewonderaar varieert enorm per foto.

Bij de geitjes staan allemaal reacties van goeiige heikneuters bijvoorbeeld. Met zelf ook een geitensik en op klompen. De piratenhoed trekt de meer vermetele karakters. Een paar dagen geleden zie er zelfs mijn eerste vriendje tussen staan! Nou, die durft!

De man waarvan mijn moeder altijd zei, dat hij voor me gemaakt was. En vice versa!

‘Hi knapperd, zit je stiekem vreemd te gaan en heb ik je betrapt?’ We blijken allebei weer vrijgezel te zijn. Het wordt hier wel enorm vrijgezellig zo met mijn neef en mijn ex.

Het afgelopen weekend heb ik in een impuls een afspraakje gemaakt met iemand uit de buurt. Maar zodra ik de man mijn 06 nummer geef begint hij een waar offensief met ellenlange app’jes. En de afspraak zegt hij af! Om vervolgens op volle sterkte door te appen. ‘Wanneer kun je? Ik kan dan en dan en dan…..’

Heks heeft er eigenlijk al geen zin meer in. Ik heb nog eens goed naar zijn foto’s gekeken en gelezen wat hij schreef….

We hebben werkelijk niets gemeen. Hij is behoorlijk saai, niet erg onderhoudend en ook niet fraai. En hoogzwanger. En hij vertelt me en passant, dat hij zichzelf altijd op nummer 1 zet, zelfs al heeft hij drie kinderen. Denkend dat dat een pluspunt is. Maar nee, Heks begrijpt daar niks van.

Nou ja, ik zet de melkboer nog op nummer 1 natuurlijk en dat slaat inderdaad nergens op. Maar  mijn beesten staan uiteraard met stip op die positie en als ik kinderen had zou ik dat zeker ook doen.

Vannacht lig ik wakker met een verschrikkelijk bonk-lijf. Gekke krampende pijnen trekken door spieren en gewrichten, alsof ze twijfelen waar ze zich willen nestelen. Een soort kiespijn, die ervoor kiest om niet alleen maar kiespijn te zijn, on the road…..

Ik val pas om vier uur in slaap. Als een gymschoen sta ik vanmorgen weer op. Ik mis mijn prikken en kom maar langzaam op gang. Tijdens de ochtendkoffie kijk eens eventjes naar mijn bewonderaars en contacten. Ik neem afscheid van de drinkebroer, ik zit er al een paar dagen tegenaan te hikken. Het is gewoon een heel bijzonder mens. Zo eerlijk als goud.

Het gaat me echt aan het hart, want we hebben zoveel gemeen! En we praten zo gemakkelijk! Allebei flamenco gedanst. En klassiek Indiaas. Allebei dol op koken. Allebei zingen we in allerlei koren. Allebei ……

Na dagen luisteren naar elkaars muziek en diepgaand en zeer persoonlijk uitwisselen trek ik de stekker er uit. Ik wens hem het allerbeste en een geliefde die wat water bij die sloot wijn kan doen betreffende zijn drinkgedrag. Maar Heks voelt niet veel voor een drinkgelag.

Mijn gesprekspartner hoopt nog steeds op een relatie met Heks, maar ik weet wel beter, Codependency werkt voor geen meter!

 

Staartklokken, domkoppen en eierdoppen: Geluk is met de dommen, maar dan wel AUTONOME domkoppen, die in VERBINDING met anderen hun EI kwijt kunnen: De drie voorwaarden voor een vervuld bestaan!

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Anderhalve maand geleden vliegt Heks op haar bezemsteel naar een familiereünie. Het is een bijeenkomst van de broers, zussen, neven en nichten van mijn grootmoeder aan vaderszijde. Wat er nog van over is. Een paar jaar geleden was er inderdaad nog een zuster van mijn oma bij. Het absolute nakomertje. De hekkensluiter van een eindeloze reeks kindertjes na evenzovele levensgevaarlijke bevallingen.

Een veelvoorkomend verschijnsel in die generatie. Tegenwoordig krijgen veel vrouwen pas hun eerste kind boven de veertig….

Nu zie ik niet zoveel familie over het algemeen, hoewel ik uit een enorm geslacht stam. Deze rare heksenappel is echter zover van de boom gerold: Hij wordt door de andere brave appels nauwelijks nog herkend als zijnde afkomstig van dezelfde stam.

Ach ja, brave appels. Het zal me wat. De braafste appels doen soms de raarste dingen. Ze gaan chronisch vreemd of slaan hun kinderen. Dat zul je mij niet zien doen. Vooral ook omdat ik geen kinderen heb. Laat staan een partner. Ik behoor dus tot de beste stuurlui als het op relaties en opvoeden aankomt. Dat je het maar weet!

Mijn hond sla ik ook niet. Noch mijn katten. Ik zie niet veel heil in lijfstraffen. Ze schieten hun doel voorbij en kweken alleen maar agressie. Voor je het weet heb je al je eigen woede vrolijk weer doorgegeven aan de volgende generatie.

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Op de reünie zie ik allemaal mensen die ik nauwelijks ken. Of herken. Met deze tak van de familie heb ik als kind weinig te maken gehad op de één of andere manier. Maar sommigen herinner ik me goed van een paar jaar geleden, toen ik ook bij een dergelijke gelegenheid aanwezig was.

Tevens zijn er een paar volle nichten van me aanwezig. Ze zijn wat ouder dan Heks, hetgeen op jeugdige leeftijd heel veel uitmaakt. We hadden dus niet zoveel contact toen. Toch herinner ik me een magische middag met één van die meiden. Ze nam me mee voor een bezoek aan een oudtante.

‘We liepen eerst de hele Leidseweg af. Best een end voor mijn doen toen. Het huis van je tante op de Krimkade had een enorme wat duistere achtertuin met een heuse boomgaard. Binnen was het donker en stil op het getik van een paar duizend klokken na. Overal stonden van die Friese staartklokken herinner ik me. Ze gingen ook allemaal slaan op een gegeven moment….’

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Mijn nicht moet lachen. ‘Dat je dat nog weet! Die tante had inderdaad een heleboel klokken in huis: Ze verzamelde ze. Die uurwerken liepen ook allemaal. Vandaar al die herrie. Om het kabaal een beetje te beperken liepen ze allemaal ongelijk!’

Op de terugweg vonden we een doos met oude spelletjes langs de weg. Bedoeld voor het grof vuil vermoed ik nu, maar voor ons was het een schat. We hebben ons de rest van de middag met al die kapotte troep vermaakt. Er zat een prehistorische paardenracebaan bij! Een gouden herinnering.

Even later heb ik een heel aangenaam gesprek met haar man. Wat een leuke vent! Ik heb hem eigenlijk nog nooit echt gesproken. Hij blijkt een echt mensenmens te zijn. Werkt met jongeren, die in de problemen zitten. Als hij zijn CV samenvat is dat de rode draad. Bijzonder.

‘Er zijn drie voorwaarden voor menselijk geluk heb ik ontdekt. Als er aan één van die drie vereisten niet wordt voldaan worden mensen ongelukkig.’ Heks wordt wel erg nieuwsgierig naar die drie magische condities. Wat zijn ze? En beantwoordt mijn bestaan hieraan?

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

‘Ten eerste heeft elk mens behoefte aan autonomie. In hoeverre men daar behoefte aan heeft is per mens verschillend. Sommigen willen volstrekt beschikken over hun eigen leven, anderen vinden het prima als ze enigszins afhankelijk zijn. Het is vooral belangrijk dat je behoefte aan autonomie klopt bij de mate van autonomie, die je in je leven ervaart.’

Oh. Ik snap nu eindelijk waarom ik knettergek wordt van mijn leven. Ik hang aan allemaal touwtjes, terwijl ik juist een enorme behoefte heb aan autonomie. Door mijn ziekte heb ik natuurlijk geen werk. Goddank heb ik een WAO uitkering en geen bijstand.

Met de Sociale Dienst heb ik in een duister verleden ook te maken gehad. Toen al een ramp vond ik: Ze grabbelden als het ware in je onderbroek. En dat was nog in de tijd van de Zorgzame Samenleving! Dat moet nu nog veel erger zijn.

Ik heb er in elk geval een geweldige schuld aan over gehouden: Omdat ik recht heb op een erfenis moet ik elke netto ontvangen cent bruto terug betalen te zijner tijd. Op zich niet erg, maar ik heb wel destijds al dat gegrabbel moeten doorstaan…..

Met mijn huidige uitkering is dus wel te leven, maar leuk is anders. Je eigen geld verdienen heeft gewoon een andere kwaliteit. Helaas ben ik door de jaren heen ook van andere potjes afhankelijk geworden.

Wat begon als goed bedoelde humane hulp om te zorgen dat ik mijn autootje kon blijven rijden en mijn medicijnen kon blijven betalen is ontaard in totale afhankelijkheid van de gulle gever. En dat voelt dus niet goed. En nu weet ik waarom: Het past niet bij mijn persoonlijke behoefte aan autonomie.

Ik realiseer me echter heel goed, dat ik zonder die ondersteuning echt niets meer kan doen. Geen retraites meer in Plumvillage. Geen zangles meer in Barendrecht. Geen knalgele auto. Geen projectkoor. Geen biologisch groentenpakket.

Het roer zal dus echt om moeten!

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

‘De tweede voorwaarde voor geluk is verbinding. Je hebt dat nodig om je senang te voelen,’ de man ziet mijn verschrikte gezicht, ‘Het kan ook verbinding in spiritueel opzicht zijn, Heks…..’ Gelukkig maar. Dan is er nog hoop. Want verbinding is niet mijn sterkste kant. Uitgekotst door familie en bepaalde vrienden voel ik me vaak een cel buiten het goddelijk lichaam.

Maar met de natuur, mijn dieren en die paar goede vrienden voel ik me wel degelijk verbonden. En met mijn kerk en Thay’s  sangha. Met het goddelijke…… Goddank.

‘Dan moet je tot slot nog je ei kwijt in de wereld. Heel belangrijk voor de mens. Dat je het gevoel hebt bij te dragen, echt te doen waarvoor je bent geschapen. Dat je je kunt uitdrukken…’

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Heks doet al jaren voor spek en bonen mee. Het lukt me nauwelijks om overal op te draven, laat staan dat ik iets bijdraag. Mijn ei zit vaak halverwege mijn eileider weg te kwijnen. Ik heb de puf niet om em eruit te puffen. Geen idee ook waar ik dit kwetsbare stuk van mezelf moet leggen. En eerlijk gezegd zit er niemand  op mijn halvezolige zieke ei te wachten natuurlijk….

Maar Heks, dit blog is toch een beetje jouw ei? Moet je eens kijken hoeveel mensen dit dagelijks zitten te lezen? Over de hele wereld! Dat doen ze toch ook niet voor de kat zijn kut? En hoe vaak krijg je niet hartstikke leuke reacties op je schrijfseltjes? Zit jezelf niet zo af te kraken!

Dat is ook zo. Net als de meeste mensen waardeer ik niet waar ik goed in ben, wat me gemakkelijk afgaat, maar streef ik naar het onmogelijke. Een recept voor mislukking.

Wat een leuk gesprek heb ik met de man van mijn nicht! Het zal me nog dagen bezig houden. Weken zelfs. Maar het is wel plotseling afgelopen als oudoom Piraat van der Fluit bijna bij me op schoot springt.

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Hij is een enorme charmeur. Vol overgave begint hij met me te flirten. Hij vraagt me het hemd van het lijf en vertelt zelf ook honderduit. Dit alles gelardeerd met allerlei complimenten. ‘Hoe is het toch mogelijk dat jij geen verkering hebt? Je bent zo’n mooie meid!’ roept hij tot besluit verbijsterd. Hij kan er niet over uit.

Zijn eigen hoogbejaarde vrouw mag er ook zijn overigens. Prachtig in de kleertjes, mooi in de make up staat ze een sigaretje te roken bij de voordeur. ‘We doen ons best, Heks, altijd zorgen dat je er goed bijloopt, hoor!’ glimt ze als ik haar een compliment maak bij het afscheid.

Ja, dat doet Heks. Dat is ook iets wat ik goed kan. Als een filmster rond paraderen bij tijd en wijle.

Maar vandaag ben ik een toddebak. Ik zit een beetje in de lappenmand en de piepzak. En dan krijg je dat.

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Appelige Heks in het land der duisternis, het is voorwaar het is geen kattenpis. Slachtoffers van narcistische mishandeling zijn over het algemeen wel eventjes bezig om op verhaal te komen en het licht te zien aan het einde van hun tunnelvisie. Het is niet anders. Het moet maar.

Een depressie is natuurlijk vaak naar binnen geslagen agressie. Nu weet ik ook wel dat er veel verschillende soorten depressie zijn. Aan welke vorm ik momenteel lijd? Geen idee. Dat er veel agressie onder zit is me wel duidelijk. Van binnen ben ik woest. Op allerlei uiteenlopende lullige lieden.

De gemeenschappelijke noemer is liefde versus gebruik. Heel veel mensen slaan je met hun eigenwijsheden om de oren in naam der liefde. In werkelijkheid gebruiken ze je gewoon voor hun eigen egocentrische doeleinden, want het gros der mensheid is in mijn huidige optiek louter met zichzelf bezig.

Helaas stellen juist zulke lieden vaak niet al teveel voor, dus in feite houden ze zich helemaal nergens mee bezig……. 😉

In mij is iets aan het veranderen. Ik kan allerlei stompzinnige leugenachtig geneuzel gewoon niet meer aanhoren. Ik kan bijbehorende egocentrische acties niet meer aanzien.

Mensen die te maken hebben gehad met narcistische mishandeling komen terecht in ‘het land der duisternis’ volgens Iris Koops, schrijfster van het boek ‘Het Verdwenen Zelf’. Toen ik dit voor het eerst las dacht ik ‘Daar kom ik nog goed mee weg. Ik ben wel beschadigd en het is allemaal heel pijnlijk, maar het ergste hebben we gehad. Ik ben in elk geval van die kwibus verlost.’

Helaas. Zo gemakkelijk gaat dat niet. Het gif is al naar binnen gekropen. Het heeft mijn eigenwaarde, vermogen tot liefhebben, eigenliefde, liefde voor mijn medemensen en wat al niet aangetast.

Ik voel louter walging bij een groot aantal mafketels waar ik vroeger moeiteloos compassie voor kon opbrengen. Omdat ik hen eindelijk zie in hun narcistische essentie. Omdat ik intussen weet dat ze wegens gebrek aan empathie zonder problemen over lijken gaan. Omdat ik hun minne acties heb leren interpreteren voor wat ze zijn: Minne acties van miezerige griezels.

Best schokkend. Mijn wereldbeeld staat op zijn kop. Narcisten en psychopaten hebben me doen twijfelen aan de aangeboren goedheid van de mens. De mens is misschien juist wel van nature slecht. Alleen als je alle zeilen bijzet kun je er wellicht nog iets van maken met jezelf…..

Narcisten. Je hebt ze in alle soorten en maten. De meeste zijn man. Een klein percentage is vrouw. Echte loeders zijn dat. Ik heb ze genoeg om me heen gehad. Van full blown narcisten met hun charismatische uitstraling en hun gaatjes vullende praatjes tot de thin skinned exemplaren  met hun onzekerheid en impotentie. Twee uiterste expressies van dezelfde stoornis. Want het is een stoornis. Een persoonlijkheidsstoornis.

Alleen hebben ze er zelf weinig last van. Dat besteden ze uit aan de omgeving. Zoals ze wel meer uit besteden aan de omgeving. In feite leven ze als een parasiet op de energie van anderen……

'Bahbahbah'

‘Hihihi’

Dat verklaart misschien waarom ik nog steeds in het land der duisternis zit. Ik ben helemaal leeggezogen en nog steeds wordt er van me gejat! De afgelopen week heb ik mijn handen vol gehad om te zorgen dat ik niet opnieuw word leeggehaald. En het is gelukt! Ik heb wat gaten dichtgetimmerd!

Het voelt onwennig om niet gewoon lekker van iedereen te houden. Het is moeilijk om niet in mijn oude fouten te vervallen van water bij de wijn knikkeren en extra mijn best doen. Pleasen desnoods. Ik scheld echter moeiteloos op een aantal klojo’s en kuttenkoppen die zich van hun slechtste kant hebben laten zien in mijn leven. Ik verwens hen in onverbloemde termen. Maar veel verder kom ik niet.

Ik zou willen dat de dingen anders waren. Een wereld zonder narcisten en psychopaten. Kunnen we daar al dat genetisch gemanipuleer niet voor inzetten? De aandoening heeft uiteindelijk een stevige erfelijke component. Dat heb ik maar weer al te goed meegekregen van mijn laatste narcist. Niet dat hij zich daar van bewust was of zelf iets van wist. Die zit met zijn aandoening nog flink in de mist.

Onlangs schrijf ik een beknopt epistel ter afscheid aan iemand die me ook al meermalen te grazen heeft genomen. Jaren achter elkaar. Keer op keer. Zonder gene. Vol het mes erin. Pogingen mijnerzijds om 1 en ander te bespreken zijn nooit op iets uit gelopen. Nee natuurlijk niet. Dat zitten zulke types echt niet op te wachten, een beetje naar zichzelf kijken…..Het ligt toch zeker aan de ander?

Zoals altijd als je geen sjoege meer geeft gaat zo’n figuur trachten de banden weer aan te halen. Behoorlijk balen, want wat moet je ermee?

Niets. Heks hoeft er helemaal niets meer mee, want het voelt niet OK. Wat wel te doen is me vooralsnog een raadsel. Het enige wat er verder nog uit me komt momenteel is een zee aan tranen.

Want ja, onder elke vorm van woede ligt verdriet. Dat is ook zo’n ijzeren wetmatigheid…….

Ik denk aan de woorden van Thich Nath Hanh: Do nothing, stay fresh. Dat laatste is al lastig zat…..

 

 

 

 

Schelden is niet voor helden. Toch ontkom je er soms niet aan. Waar het hart vol van is loopt de mond van over, ook in dit geval. Maak van je hart geen moordkuil, Heks! Gooi het er maar uit, die vuiligheid. Opgeruimd staat netjes! Narcistendag 2.

Zaterdagmorgen sta ik vroeg naast mijn bed. Vandaag heb ik weer een narcistendag, maar deze keer moet ik helemaal naar Gouda. Dat vraagt wat meer inspanning mijnerzijds. Om kwart voor negen zit ik in de auto, ruim op tijd. Ik gooi Ysbrandt eventjes los in een park. Hij mag mee vandaag. Ik heb geen oppas kunnen regelen.

Helaas heb ik vandaag alle stoplichten tegen. Als ik de Hoge Rijndijk afrijd gaat de brug open. Het duurt zeker tien minuten voordat alle Rijnaken en plezierjachten voorbij zijn gevaren. Meuh. Prutteldepruttel. Heks zit zich op te vreten. Intussen rijd ik op een strak schema. Als alles goed gaat ben ik toch nog even voor tienen ter plaatse.

Maar niet alles gaat goed. Als ik in Gouda arriveer stuurt mijn TomTom me via een eindeloze dijk langs de Reeuwijkse plas. Opeens kan ik niet verder. Vervelende mannetjes in oranje pakken staan bij een wegversperring te posten. Wat nu? Ik vraag advies, maar de mannetjes weten niets van de omgeving. Of het interesseert ze niet of ik ooit mijn doel bereik. Ik rijd op de bonnefooi een belendend industrieterrein op.

TomTom laat zich ook niet onbetuigd. Zeker zes keer kar ik hetzelfde rondje tussen de afgesloten loodsen en foeilelijke bedrijfspanden. Wat een blikveldvervuiling, deze architectuur van lik m’n vestje. Maar ja. Hoe kom ik hier weg? Ik bel de twee trainers van vandaag, dat ik iets te laat ga komen. Ik krijg een melding dat het ene nummer niet bereikbaar is. Het andere is niet correct, ik krijg een wildvreemde vrouw aan de lijn.

Na nog een woest rondje industrieterrein bel ik het eerste nummer nog eens. Weer onbereikbaar. De telefoon staat duidelijk uit. Ik word zo woedend. Krijg toch de kolere. De telefoons zouden tot tien uur aan staan, omdat het vaker gebeurt, dat mensen te laat komen. Door files bijvoorbeeld…. Of zoiets als dit.

Scheldend rijd ik nog maar een rondje op zoek naar de juiste route. Afschuwelijk woorden blubberen oncontroleerbaar mijn mond uit. ‘Hoerentoeters, kutlijers, mensen zijn zo slecht. Godverdegodver….. ‘ en ga zo maar door. Ik kanker en scheld op alles en iedereen. Zoals wel vaker de laatste tijd als niemand me hoort of ziet.

Ik ben behoorlijk over de zeik. Uiteindelijk rijd ik een stuk verderop langs een stuk wegversperring. Geen mannetje te zien. Mooi zo. Dat is het voordeel van zo’n klein autootje. Je kunt overal langs en tussendoor. Stukje fietspad? Geen punt indien nodig.

Zonder problemen kan ik gewoon het laatste stuk langs het water rijden. Het is me een raadsel, waarom die weg in godsnaam helemaal dicht moet, maar goed. Mannetjes hè! Die willen gewoon lekker moeilijk doen. Hun invloed doen gelden…..

Een minuut of tien te laat ben ik dan toch ter plekke. Ik mag er nog in! Een hele lieve jongedame ontvangt me en stelt me een beetje op mijn gemak. Dat valt nog niet mee. Er komt stoom uit mijn oren.

De trainers schrikken als ze ontdekken dat de telefoons onterecht uit staan. Er is als het goed is nog iemand onderweg. Die is overigens nooit meer opgedoken. De telefoons gaan aan. ‘Eindigt jouw nummer op **?’ vraagt de vrouwelijk trainster. Terwijl ze het vraagt hoor ik immens geschreeuw vanuit haar telefoon. Dat ben ik! Haar antwoordapparaat stond wel degelijk aan. En ik heb blijkbaar het gesprek niet afgebroken……. ‘Geen idee,’ draai ik erom heen.

In de pauze vertel ik haar, dat ik inderdaad die schreeuwlelijk op haar voicemail ben. Helemaal boven mijn theewater. ‘Luister het asjeblieft niet af!’ roep ik wanhopig. Ik gun het niemand om die vuiligheid over zich heen te krijgen. Nou, misschien een incidentele narcist. Maar zeker niet deze lieve dame.

‘Het komt vanuit trauma. Je hebt zoveel moeten slikken, dat komt er nu uit. Al die ellende zit in je lijf opgeslagen. Helemaal niet verbazingwekkend, dat je zo gaat schelden, zeker niet als alles tegen zit.’ ‘En je op weg bent naar een narcistendag,’ denk ik erachteraan, ‘waar je veel geld voor betaalt, terwijl de aanstichters van dit onheil nergens last van hebben…… Dat geeft inderdaad nogal wat onvrede.

Zo is de narcistendag nog niet eens begonnen en ik heb al de belangrijkste les te pakken van vandaag. Mijn gescheld mag! Het is niet nodig mezelf daar ook nog eens op af te kraken. Ik mag woedend zijn op al die gekken, die me bij de neus hebben gehad. De monsters, die me fysiek te grazen hebben genomen, alsmede alle leugenaars, bedriegers en dieven, die hier kind aan huis zijn geweest.

Ik mag kotsen op mensen, die mij hebben uitgekotst. Ik mag kwaad spreken over mensen, die me kwaad hebben gedaan. Ik mag lastig zijn voor hen die me lasteren. En ik mag iedereen stijf schelden, die mij naar het leven heeft gestaan. Figuurlijk dan. Ik ben wel geslagen, maar gelukkig nog nooit dood geslagen of verwurgd. Wel zijn er zijn mensen, die me sociaal hebben vermoord. En op hen scheld ik ook grof. Volledig terecht.

Maar goed, ik hoop wel dat het een keertje ophoudt, die vuilbekkerij. Je krijgt echt een vieze smaak in je mond door al dat gekanker. Ook schaam ik me natuurlijk toch dood als die vrouw mijn grove taalgebruik hoort. Ik dacht dat haar telefoon uit stond en de mijne het contact had verbroken. Niet dus.

Confronterend. Maar het is nu eenmaal gebeurd. Heks is gewoon enorm pissed off. Op alles en iedereen, die over mijn grens is gegaan. Recent of honderd jaar geleden. Maakt niet uit. Hoepel op van mijn terrein.

Ook ben ik er helemaal klaar mee om bruggen te bouwen naar narcistische idioten. Liever geef ik hen op hun kloten!

Ooit zal het wel overgaan. Deze rage, razernij, woede….. Op een dag zijn de scheldwoorden op en is de bal nijd verdwenen uit mijn buik. Op een goede dag. Als ook alle narcisten en psychopaten me hebben verlaten en terug zijn gekropen in hun hoeken en gaten. Of onder hun steen.

‘Ik zit hier heel alleen kerstfeest te vieren’ gaat niet op! Onverwachte bezoekers en lieve invitaties vliegen om mijn oren. Met Jip en Janneke onder de kerstboom gevolgd door een fabuleus ouderwets kerstdiner bij True en Trueman. Met de lekkerste kalkoen van Leiden en omstreken op tafel!

kerstdiner07

Eerste kerstdag zit ik alweer in de kerk. Jeetje, dat is al de vijfde keer deze week. Twee concerten en drie gewone diensten. Nu kan ik wel wat goddelijke inspiratie gebruiken, want ik ben de laatste tijd zo depressief als een ui. En dat ondanks mijn enorme lange adem en extreme incasseringsvermogen. Of misschien dankzij. Sinds de lange adem op is is het huilen met de pet in Huize Heks.

Feestdagen zijn dan natuurlijk een ramp. Trieste en bedroefde mensen zitten er massaal tegenaan te hikken. Overal worden vrolijke dingen georganiseerd voor deze groep nooddruftigen. Als jonge vrouw heb ik aan menig zogenaamde Kerst Inn meegewerkt. De vrolijke optimistische Heks speelde mens-erger-je-niet  of een potje schaak met verrukte oude mannetjes, sjoelde met venijnige oude vrouwtjes, eufoor van haar eigen goede bedoelingen……

Nu ben ikzelf een echte zielige stumper geworden. Een mislukte pannenkoek. Ik sla verschillende uitnodigingen af, want ik heb besloten het zo niet te zien. Bovendien luistert het heel nauw wat ik overhoop haal. Als ik al iets overhoop haal. Door de intensieve innerlijke processen ben ik niet tegen ieder gezelschap bestand.

Na de dienst drink ik koffie met Jip en Janneke en nog een paar kerkvrienden. Het is ontzettend warm en druk in het Hooglandse Huys. ‘Kom, we gaan naar de kroeg,’ roept Jip na een halfuurtje. Onze stamkroeg lijkt gewoon open te zijn, maar bij nader inzien is er een besloten feest voor ‘Met kerst eenzame mensen’.

‘Wij zijn eenzaam!’ beweert Jip snaaks. De man moet lachen. Hij gelooft er geen bal van, maar we mogen toch aanschuiven. Heks heeft echter andere plannen. ‘Kom lekker mee naar mijn huis, hier mag ik toch niets eten. En mijn huisje is zo mooi!’

Een kwartiertje later zitten we gezellig in Huize Heks aan de wijn met smeerseltjes. ‘Goeie hemel, Heks, ik zou gek worden in zo’n huis. Hoe hou je dat allemaal zo netjes?’ verzucht Janneke als ze in mijn kersthuisje rondkijkt. Geen idee. Heks is gewoon heel goed in het organiseren van troep!

Diezelfde avond ga ik met Frogs bij True en Trueman dineren. Een op het laatste moment in elkaar gedraaid echt kerstdiner. Door de beste en meest creatieve kokkin van Leiden en omstreken. Volledig glutenvrij! Met kalkoen, spruitjes en aardappelpuree.

‘Wat ziet jullie huisje er geweldig uit!’ roep ik verrukt als ik bij mijn vrienden binnenstap. De gastvrouw heeft een schat aan groen, gesnoeid in haar magische grote tuin, kwistig  in de rondte gestrooid. De geur van Rozemarijn hangt in de gezellige ruimte.

Mijn vriendin is druk bezig in de keuken. Er is nog een gast, de Shiatsu-man. Ik omhels iedereen en ga op mijn gemak een beetje rondkijken. Ik ontdek een mooi kerststalletje met een kristallen kerstkind aanbeden door Boeddha. Ook de grote eettafel is een waar plaatje!

Na een half uur scharen we ons daaromheen. True snijdt de kalkoen aan. Het vlees is boterzacht door haar magische receptuur in een Römertopf. We scheppen onze borden boordevol met alle hoofd- en bijgerechten. Dan smikkelen we tot we bijna omvallen. De geluksstofjes in de kalkoen maken ons loom en blij.

“Weet je dat je absoluut geen kalkoen aan een hond mag geven?’ vertelt True me. Heks wist het niet. Net als chocolade kan kalkoen dodelijk zijn voor honden. Gelukkig eet ik het bijna nooit, dat heeft Ysbrandt’s leven gered!

Het is een heerlijke avond met fantastisch eten. Het gezelschap is lekker uitgelaten: Er wordt flink gelachen. Rare verhalen vliegen over de tafel. Tussendoor doen we natuurlijk ook nog een dansje! True trekt verkleedkleren uit de kast en maakt van haar man ook een Japanner. We liggen intussen onder de tafel van het lachen…….

De tijd vliegt voorbij. Om een uurtje of half elf nemen we afscheid. ‘Dank jullie wel, lieve vrienden, voor de geweldige avond. Je hebt fantastisch gekookt, True.’

‘Jeetje Frogs, wat was het een fijne eerste kerstdag!’ verzucht ik als we later bij mij thuis nog eventjes nakletsen. Maar nog is het niet gedaan: Tot besluit dansen we salsa rond de kerstboom. Doodmoe tuimel ik een uurtje later in bed. Het was een geweldige dag. Helemaal niet eenzaam, zielig en mislukt. Verbinding, warmte en liefde is wat ik gevoeld heb vandaag!