Jaarwisselen is gemakkelijker dan tanden wisselen. En het komt ook elk jaar terug. In tegenstelling tot melktanden. Maar melkmuil is wel weer van de partij. Heks is blij. Kan ik eindelijk weer van leer met commentaar of een sneer. Heks danst kattig het nieuwe jaar in na een heerlijke avond vol onverwacht bezoek!

RIAN GEURTS

RIAN GEURTS, ronde vormen

‘Heks, hadden we nu iets afgesproken? Samen wat drinken vanavond?’ appt Steenvrouw op oudjaarsdag, net als ik een knalarme ronde loop met VikThor. Oh leuk. We hebben het er inderdaad wel eens over gehad. ‘Ik heb allemaal liflafjes en een half gebraden kippetje…. Kom lekker eten!’

Goed idee! Mijn vriendin neemt een fles goeie wijn mee……

De hele avond zitten we te liflaffen. Mijmerend over het afgelopen jaar. ‘Heb je gezien wat ik op Facebook heb gezet?’ Steenvrouw maakt tegenwoordig prachtige lampen. De meest recente exemplaren heeft ze gefotografeerd. ‘Jeetje, wat mooi! Schat wat maak je toch prachtige dingen. Ik word al blij van de foto’s!’

Van schoonheid gaat zo’n troost uit. Schoonheid tilt je even op. De aaibare beelden van mijn vriendin, voor de eeuwigheid uitgehouwen in marmer: Er gaat zo’n zachtheid van uit. Hoe is het mogelijk dat dit ijskoud marmer is? Maar ook deze lampen, vervaardigd van vluchtig kippengaas en papier hebben die zachte uitstraling.

RIAN GEURTS

RIAN GEURTS, En fallische vormen……

‘Je werk wordt wel steeds meer fallisch,’ plaag ik haar, ‘Ik hoop dat je geen problemen krijgt met je vaste fans….’

‘En jij dan, Heks, ik mis je blogjes. Ga jij nog eens iets schrijven?’ ‘Ik kan over sommige dingen niet schrijven. Althans, niet herkenbaar. Ik mis Dr Phil op de televisie…… Hihihi.’ We liggen dubbel. ‘Dan verzin je toch gewoon een programma met die man,’ hikt Steenvrouw.

Wat ik dan nog niet weet is dat  in januari 2018 Phil weer op de buis zal zijn……

RIAN GEURTS

RIAN GEURTS, Fallische vorm penetreert ronde vorm…….

Tegen half elf gaat mijn vriendin naar huis. Ik ga de hond uitlaten en de panter zoeken. Het stomme dier heeft zich nog niet gemeld. ‘Ik denk dat hij bij de padvinders zit,’ verzucht ik bij het afscheid tegen Steenvrouw.

‘Kom Vik, we gaan eerst de dolende ridder redden,’ ik loop met mijn hondje een belendende steeg in. ‘Ferguut, Ferguut!’ Maar nee. Niks.

‘Schat, ik weet gewoon dat je hier zit, ik blijf net zo lang wachten tot je tevoorschijn komt,’ klets ik vrolijk verder. Op gezellige ontspannen toon. Geruststellend geluiden boven het geknal uit. Tegengif tegen die onbestaanbare aanval van kruitdampen op zijn olfactorische receptoren.

‘miaauuwwww, mwauw, miaaaaaaaaauuuuuuuuwwwwwwwwww,’ plotseling maakt de Schaduw zich los uit de stapel tentpalen aan de andere kant van het terrein. Op een holletje steekt hij het plein over om zich in mijn armen te storten. Snel til ik hem op. ‘Ja, nu wil je je maar al te graag laten dragen,’ plaag ik hem genadeloos. Normaal gesproken wurmt hij zich in no time los. Wil hij zelf naar huis lopen…….

Eenmaal thuis geef ik hem een flinke bak voer. Tevreden kruipt hij in mijn heksenbed. Enorm blij om thuis te zijn.

Ik ruim een beetje op. ‘Zal ik voor de buis gaan hangen?’ schiet er door me heen. Dan gaat de bel.

Een uitgelaten Trui staat op de stoep. Ze heeft heerlijk met manlief in een chic restaurant gegeten. Dochter Vlinder werkt daar. ‘Zeven gangen, Heks. Bij elke gang een ander drankje. Hips. Ze schonken die glazen niet vol hoor. Maar evenzogoed. Hihi…’

toverheks.com

Phil is terug!!!!!!!!! Toverheks.com

 

We drinken thee en wisselen de laatste nieuwtjes uit. In no time is het alweer twaalf uur. Bubbels dus. En harde discomuziek vanwege de beesten. Buiten breekt een ware wereldoorlog uit. ‘Gelukkig nieuwjaar, schat!’ We dansen door de kamer.

Even later staan we op de brug bij de Marepoort. Over het water heb je prachtig zicht op het vuurwerk. Er wordt uitbundig geknald. Nu nog eventjes bij Buurman langs. Zijn hond Carlos heeft het een beetje moeilijk met al dat geknal. Zachtjes kriebel ik hem achter de oren.

‘Ik ga naar m’n mannetje, Heks,’ mijn vriendin gaat weer naar huis. Heks loopt een stukje mee. Voor mij is het ook mooi geweest. Thuis ligt VikThor tevreden met een kluif op de bank…… De muziek staat keihard te loeien. Je hoort nauwelijks dat de stad ontploft.

Omdat het buiten nog zo knalt laat ik de muziek binnen ook knetterhard knallen. Blij wals ik door de kamer. Ik kijk in de spiegel.

Wat zie ik er leuk uit vandaag! Een zwart kattenmutsje compleet met ogen en snorharen. Een wit nepbontje met pompoms op een zwart nepbontjasje op een zwart/wit jurkje met de gebouwen van Parijs erop. Frivool! Miauw. Wrahg! Grrrrrr!!!!!

toverheks.com

Dans met mezelf! Hou van mezelf! Toverheks.com

‘Heksje, je gaat er een geweldig jaar van maken. Je gaat iedereen vergeven, vooral jezelf. Je gaat problemen achter je laten. In liefde loslaten. Je laat allerlei gif van giftige types zijn werk niet meer doen. Je gaat leuke dingen doen. Positieve dingen, waar je energie van krijgt. Je wordt verliefd! Ja, let op mijn woorden, ouwe toverkol. 2018 wordt jouw jaar!’

Vooruit dan maar.

 

Misschien word ik niet beter van liefde. Maakt het voor mijn fysieke conditie niks uit. Maar het voelt zoveel lekkerder om vanuit mijn hart te leven. Om het te gebruiken waar het voor bedoeld is: Liefhebben!

Ik dans met mezelf in de spiegel. Ik sluit mijn ogen en draai in de rondte. Wervel met mezelf door de kamer. Spreid mijn armen. Door de bubbels en wijn doen ze nauwelijks pijn! Het leven omhelzen! Dat is wat ik wil. Ter plekke besluit ik afstand te nemen van alles en iedereen, die me het leven tegen maakt.

Het behoeft geen betoog, dat ik de volgende dag nauwelijks kan bewegen. Knarsend fiets ik een paar verplichte rondes met mijn hondje. Een enorm stijve kwarrende kwartaart. Wat kan het schelen? Dit jaar is van mij!

toverheks.com

Hou van het leven. Mijn jaar! Reken maar! Toverheks.com


 

 

Kattenperikelen: Een panter in het nauw maakt rare sprongen! Gelukkig in een volstrekt LEEG museum. Je moet er niet aan denken dat de collectie van dit instituut, tenen op sterk water bijvoorbeeld, s’nachts tot leven zou komen…..

Katten! Teringlijers zijn het. Als ze ergens de pest over inhebben smeren ze em zonder met hun grote groene ogen te knipperen. Dagen- weken-, soms maandenlang laten ze je lijden doordat je hen nergens kunt vinden. En als ze dan opduiken zijn ze alles behalve dankbaar. Moet je weer op je knieën om hun affectie binnen te vissen…….

Snuitje is nog maar net een beetje bijgetrokken van haar avonturen of de panter is alweer zoek. Ik probeer mijn zwerver weer een beetje te domesticeren. Dus met enige regelmaat zorg ik dat hij binnen slaapt. Thuis wel te verstaan. In Huize Heks.

Het liefst ligt hij dan gezellig in mijn heksenbed. Maar de laatste weken bonjour ik hem eruit. Snuitje heeft het rijk alleen, want zij moet aansterken. Een grote bak voer staat permanent naast haar kleine uitgemergelde kattenkopje en gedurende de nacht peuzelt ze zo’n hele bak weg! Niet echter als de panter ons bed deelt, binnen vijf minuten maakt hij die hele bak vreten soldaat.

Dus slaapt de dolende ridder op de vensterbank in de keuken. Lekker boven de verwarming. Maar ook: Temidden van andere katten. Dat laatste vindt hij dan weer beduidend minder. Hoewel ze hem volledig met rust laten. Hij is een enorme loner. Het liefst in zijn uppie. Buiten. Of met Heks.

Waar is mijn zwarte bakbeest? Heks loopt alweer dagen te zoeken.

‘Ik heb hem woensdag nog gezien,’ beweert mijn buurvrouw, ‘Hij zat in de hal en liep met mij mee naar buiten.’ Heks heeft hem dinsdagmorgen voor het laatst gezien. Op zich niet dramatisch lang geleden, panter is wel eens vaker enige dagen op stap. In de lente. Als het lekker weer is. Als de rudimentaire restanten van zijn gecastreerde klokkenspel opspelen. De castratie heeft in zijn geval nauwelijks effect gehad. Hij is nog steeds zeer uithuizig.

Maar met dit weer, die afschuwelijke regen en kou? Zit hij soms ergens in een keldertje opgesloten? Hij ruikt soms wat schimmelig als hij een nachtje is weggebleven. Wie weet waar hij schuilt?

Zoals altijd als Ferguut in de problemen raakt voel ik het op mijn klompen. Vanaf het eerste moment. Alsof hij een noodoproep doet! Zodoende loop ik al dagen door de buurt te struinen en te roepen. Ik blèr langdurig onder het raam van de vrouw die zich hem afgelopen zomer had toegeëigend. Ik gil door het hofje waar haar bejaarde moedertje woont. Verschrikte hoofden voor ramen, maar geen zwart monster…..

Zondagmorgen loop ik door de buurt met VikThor. Het eerste piesrondje. Ik wil graag naar de kerk, dus ik ben wat gehaast. ‘Ferguut’ roep ik door de steeg om de hoek. Belachelijk denk ik nog bij mezelf. Waar zou het beestje zich hier moeten verbergen? Achter een vuurdoorn? In die afvalbak? Zinloos gezoek. Hopeloos geroep.

©Toverheks.com

Plotseling hoor ik een tijger grauwen, een leeuw brullen, een panter miauwen. Geen twijfel mogelijk. Dit verbale geweld is afkomstig van mijn schatje, ik weet het zeker. Maar waar zit hij in godsnaam. Onrustig spurt ik door de steeg. VikThor verwoed snuffelend naast me. Die heeft zijn neus helemaal ontdekt!

Waar zit Ferguut? Ik kan hem nergens vinden…..

Na een paar sprintjes ontdek ik zijn verstopplek. Hij zit in het museum! Stevig opgesloten achter een dikke tijdelijke deur: Het museum wordt al sinds jaar en dag verbouwd. Afgelopen week waren ze weer bezig een gat in de muur te slaan om allerlei buizen door naar binnen te duwen. Vervolgens werd het gat vol water gepompt. Of de buizen. Een grote kraan tilde troep over het dak naar de binnenplaats……

Kortom: Levensgrote gevaren voor ondernemende katten, want een kat in het nauw maakt vreemde sprongen. Sinds woensdag schreeuw ik al in die ellendige bouwput hier in de steeg. Ik ben afgelopen zomer door het gebouw gedwaald, zonder toestemming overigens, volledig op eigen risico, op zoek naar Snuitje: Alle vloeren liggen open, muren worden verplaatst of gesloopt, overal elektriciteitsdraden……

In mijn kop spelen zich de meest vreselijke taferelen af: Mijn kat ingemetseld in een eeuwenoude muur of opgesloten in het riool. Of geëlektrocuteerd door een loshangende draadje……… Geen medewerker van het museum die er wakker van ligt.

‘Wij hebben dag en nacht bewaking, als uw kat hier zit hadden wij hem allang gezien,’ zeiden ze afgelopen zomer toen ik Snuitje liep te zoeken, ‘Hier zit ze echt niet….’

Mooi zo. Ze hebben bewaking. Ook in het weekend. Heks belt het noodnummer, dat op de deur staat. Ook zoekt ze online naar het betreffende bedrijf. Die nemen de telefoon niet op en het noodnummer blijkt van iemand te zijn die nog nooit in het museum is geweest. Hij kent wel iemand die er werkt, een opzichter of iets dergelijks, dus die belt hij op. ‘Zoek het maar uit,’ adviseert die, ‘Morgen ben je de eerste.’

Ook de politie en dierenambulance hebben weinig interesse in een opgesloten kat. Mijn buurvrouw is ook aan het bellen geslagen, groot dierenvriend als ze is. ‘Ze komen niet hoor, Heks,’ verontwaardigd kijkt ze me aan. Heks heeft intussen het gebouw aan een grondig onderzoek onderworpen.

©Toverheks.com

Plotseling klinkt er een akelig geschater door de steeg. De zon verduistert. De hemel wordt zwart als de nacht……

Een fladderende gedaante vliegt door de lucht op een bezemsteel. Na een ijzingwekkende looping rondom de kerktoren ploft er een hoop vodden op de stoep. Een grote neus prikt onder een enorme zwarte heksenhoed vandaan. We staan we aan de grond genageld. Verstijfd van schrik……

‘Wat staan jullie nu stom te kijken? Nog nooit een echte toverheks gezien? Ik weet dat ik moeders mooiste niet ben, maar ach. In de nacht zijn alle katjes grauw, dus waar hebben we het over?’

Met een stevige tik breekt een klein ruitje in de ruimte naast de voordeur in duizend stukjes. Wie heeft daar nu een klap met een koevoet tegenaan gegeven? Welke engel staat daar met een bakje voer te zwaaien totdat er een roofridder tussen de scherven door naar buiten sluipt? Geen idee. Het is een groot wonder en bepaald niet voor de kat zijn kont gedaan!

Zit je nu als een kat om de hete brij te draaien? Maak dat toch de kat wijs, Heks!

De flodderige figuur veegt het glas weg met haar bezem en roetsjjjj….. ze is er alweer vandoor! Met een grote zwarte kater achterop haar vervoersmiddel. Krijsend verdwijnt ze aan de einder!

Zo is de panter veilig thuis. Je moet het breekijzer smeden als het heet is, dat is wel duidelijk.

Als bedankje poept hij in mijn bed. De teringlijer. Een dikke drol wacht me op als ik terug kom van een wandeling met mijn hondje en Fiederelsje. De lucht slaat me al tegemoet in het portaal.

Een dag later is het ruitje alweer gerepareerd, alsof er nooit een kat in dit vreemde pakhuis heeft gezeten…… Hopelijk houdt het raampje nu een tijdje en is het geen kat in de zak. En hopelijk komt niemand verhaal halen , want daar komt de zwarte kat in….. 

Night at the MuseumNight at the Museum