Zenuwpijnen voor een prikkie. Heks krijgt de hik als ze het hoort. Het is ongehoord. Te gek voor woorden. Het moet niet gekker worden! Teveel B12 blijkt ongezond. Maar: Ik krijg twee porties per week in mijn kont!

‘Heks, het was zo gezellig gisteren; Echt heerlijk! Maar ik schrik wel van je verhaal over die B12 injecties. Daar moet je echt iets mee doen, want het is gewoonweg schandalig! Echt heel erg…..’ appt Steenvrouw me op tweede paasdag. Vandaag dus.

Gisteren hebben we fantastisch gedineerd samen met haar kids. Dochterlief heeft volledig binnen mijn hopeloze dieet een heerlijke maaltijd op tafel gezet. ‘De wijn was fantastisch, geen kater of hoofdpijn, niks!’ vervolgt ze haar betoog.

Nou ja, zoveel hebben we nu ook weer niet gedronken. Heks komt uit een familie van zuipschuiten en ook tijdens mijn werkzaamheden in de kroeg lang geleden heb ik mensen met enige regelmaat veel meer naar binnen zien slaan. Zonder daar nog dronken van te worden.

Dus die ene fles met z’n tweetjes moet kunnen.

Vandaag is het chagrijnig weer. Ik heb een hele leuke lunch in Amsterdam bij Elfje, maar het lukt me maar niet om op gang te komen. ‘Zie maar of je komt,’ mijn vriendin begrijpt gelukkig dat ik met enige regelmaat niks voor elkaar krijg, ‘Anders spreken we snel iets anders af!’

Maar ja. Wie weet krijg ik opeens de spirit en tuf ik alsnog naar Amsterdam Noord om te kijken wat ze nu weer allemaal overhoop heeft gehaald. En om eitjes te verven. ‘Ik ga daar een speciaal hoekje voor maken,’ verklapt ze me bij voorbaat.

Maar eerst nog eventjes afwachten. Krijg ik mijn lijf weer in het gareel?

Vorige week ga ik naar mijn huisarts om een klacht in te dienen over de praktijkbegeleidster geestelijke gezondheidszorg. De vrouw heeft zulke rare dingen tegen me geroepen, dat ik er klaar mee ben. Je zou er depressief van worden. ‘De dokter is er niet, ik neem voor hem waar,’ zegt een wildvreemde dame tegen me in de deuropening van de wachtkamer.

Nou ja. Vooruit dan maar. Ik sjok achter haar aan de trap op. Dit is toch ook geen pand voor MEpatiënten met al die steile eindeloos lange trappen. Ik plof in de eerste beste stoel, die ik boven tegen kom.

De waarnemend arts probeert mijn klacht natuurlijk af te zwakken. ‘Die vrouw heeft het vast niet gemeen bedoeld,’ als ik vertel hoe de POH GGZ  me nog net niet heeft uitgemaakt voor aansteller. Ook beweerde ze dat iedereen wel eens wat heeft. Ze heeft me vertelt dat ze zelf een klutsknie heeft, waardoor ze dingen niet kan, die ik wel kan. Hetgeen nog te bezien valt.

Ze raadde me aan minder te schelden, zodat ik minder moe zou worden. Deze psychologe van de koude grond. Ook beweerde ze, dat er voor mij nu eenmaal geen hulp is, noch ooit zal komen. Nou, lekker is dat. En ze prees me, omdat ik zo goed bezig ben met genieten. Ja, duh.

‘Je kunt zulke dingen niet zeggen tegen mensen met deze ernstige ziekte, waarbij meerdere systemen van het lichaam betrokken zijn. En al helemaal niet in die functie. Ik heb het opgezocht, maar het is dus echt een vak. Waar je een opleiding voor volgt. En die vrouw rapporteert ook terug naar de huisarts. Daarom zit ik hier, ik wil één en ander rechtzetten.’

De arts probeert me een beetje af te leiden door te vragen of er recent nog  bloedonderzoek is gedaan. Ze zit al klaar om een formulier in te vullen. ‘In november is er van alles nagekeken. Er bleek een reactie te zijn op Lyme, maar dat kan samenhangen met die ellendige ME. Er zit in elk geval geen actieve Lyme volgens de parasitoloog.’

‘En de schildklierwaarden waren niet goed……’ vervolg ik. ‘Nee hoor, die vallen binnen de grenzen van het toelaatbare,’ reageert de vrouw tegenover me, terwijl ze in mijn dossier tuurt. ‘Je B12 is wel veel te hoog. Hoe kan dat? Daar kun je ernstige neurologische klachten van krijgen. Ik heb op neurologie gewerkt, dus ik weet daar alles van.’

Perplex kijk ik haar aan. Ik krijg al zeker 12 jaar twee keer per week zo’n ellendige spierprik in mijn bil. Zonder te checken of het eigenlijk wel nodig is. Hetgeen noodzakelijk is, begrijp ik nu. Het is niet zonder gevaar, al dat geprik.

‘Je kunt er tintelingen van krijgen en zenuwpijnen. De klachten waar het tegen helpt kun je juist krijgen bij een overdosering….’ roept de huisarts.

Help. Ik heb dagelijks het gevoel met mijn vingers in het stopcontact te zitten. Ik heb stampende zenuwpijnen door mijn armen heen naar mijn vingertoppen. Mijn zenuwbanen lijken met enige regelmaat in brand te staan! Komt dat hiervan? Nee toch zeker? En waarom kijkt mijn eigen huisarts niet naar de resultaten van bloedonderzoek? Wat is dit voor’n waanzin?

Wat zijn de gevolgen van een teveel aan vitamine B12?

Het lichaam kan bij een hoge inname zelf de opname van vitamine B12 uit de voeding beperken. Er zijn daarnaast geen nadelige effecten op het lichaam bekend van een hoge vitamine B12-inname.

 Bij gezonde personen zal overmatig vitamine B12-gebruik waarschijnlijk geen problemen veroorzaken. Doch als je een erfelijke oogaandoening hebt die bekend staat als ‘hereditaire opticusatofie van Leber’, dan kunnen vitamine B12-supplementen je oogzenuw ernstig beschadigen

Te veel B12 is gevaarlijk en zelfs dodelijk!’ b12-ampullen. Overdosering van deze vitamine is niet mogelijk. Wat je mogelijk teveel hebt ontvangen, plas je weer uit. Wat wel waar is, is dat mensen in een rolstoel terecht kunnen komen en zelfs kunnen overlijden als hun tekort niet op tijd behandeld wordt!

Tja.

‘Je zult het toch allemaal zelf moeten uitzoeken,’ zegt ook deze arts even later tot mijn verbijstering als het over die kutziekte ME gaat, ‘Er is gewoon niets over bekend.’ Maar nu heeft ze toch buiten de waard gerekend. Met een triomfantelijk gebaar smijt ik Dr. Charles Sherperds boek over ME/CVS/PVSF op tafel.

‘Kijk, een boek vol onderzoek over deze invaliderende ziekte. Wij blijken bijvoorbeeld vaak problemen van cardiologische aard te hebben, die met medicatie enorm kunnen verbeteren. Ik zou dus behoorlijk gebaat zijn met een bezoek aan een cardioloog.’ De dokter trekt een vies gezicht. Ze heeft het zelf niet door, maar de weerzin om zich hierin te verdiepen druipt er vanaf.

‘En wat betreft dat “je zult het zelf moeten doen”,’ vervolg ik ferm, ‘Schandalig. Je ziet net wat ervan komt. Jarenlang klachten van die B12, terwijl ik er nog steeds mee wordt geinjecteerd……’ Ik heb ook jarenlang een hele hoge dosis Trisporal geslikt, zonder dat de leverfuncties werden gecheckt. Te gek voor woorden natuurlijk.

‘Ik ben geen arts. Ik heb zelf die LDN ontdekt, uitgezocht, mezelf begeleid met het opbouwen, noem maar op. Dat is ongelofelijk moeilijk geweest, want het eerste jaar werd ik alleen maar zieker. Uit pure wanhoop heb ik doorgezet. Maar ik ben het zat. Jullie gaan er maar eens over nadenken hoe het nu verder moet.’

En wat krijg ik als antwoord? ‘Nou dan spreken we af dat jij uitzoekt hoe het verder moet en dan zal ik eens kijken of ik iets kan betekenen,’ ze schuift het boek resoluut weer naar me toe, zonder er ook maar een blik in te hebben geworpen. Alsof het een vies voorwerp is.

Begrijp me goed: De vrouw is van goede wil. Op zich. Maar het schiet allemaal niet op. ‘Stop eerst maar eens drie maanden met die prikken, dan nemen we bloed af en dan zien we wel verder.’

‘Ik ga van huisarts veranderen,’ vertel ik Steenvrouw, ‘Het is toch te gek voor woorden dit. Te gek voor worden. Echt. Te gek voor woorden.’

 

 

Een groot deel van de kerstdagen breng ik door in de BEDlehemkerk. Maar er wordt ook een subliem kerstdiner in elkaar geknutseld door Heks en Steenvrouw: Kalkoen à la Jamie!

‘Heks, wil je tweede kerstdag komen dineren?’ Ik wordt op het allerlaatste moment uitgenodigd bij oude vrienden van me. Ook de familie roert zich vlak voor kerst met allerlei in der ijl in elkaar geknutselde plannen. Helaas moet ik verstek laten gaan, gelukkig is er nog geen sprake van ‘wat doen we met Heks dit jaar?’: Ik heb al bezigheden! Steenvrouw en Heks gaan een kalkoen in de oven stoppen. Een megaproject.

Een paar maanden geleden zitten we al plannetjes te maken. ‘Zullen we het weer samen vieren? Met de kindertjes erbij?’ Al jarenlang komt mijn vriendin met haar grut op tweede kerstdag Chinees fonduen. Of eigenlijk Koreaans: Daarbij zit er een gloeiendhete bakplaat middenin de pan met bouillon.

‘Ik overleg het met de kids. Ze worden zo groot en hebben vaak zelf ook plannen.’ Een paar dagen later krijg ik uitsluitsel. ‘Mijn zoon vindt het superleuk als je komt, maar wil het graag een keertje thuis vieren. Dus je bent van harte uitgenodigd. Zullen we binnenkort overleggen wat we gaan koken?’

Ja, die kinderen zijn opgeschoten als kool. Ik zie Steenvrouw nog voorrijden met haar fietskar vol kleintjes. Nu fiets ik met zo’n kar. Met daarin een pup.

‘Zullen we dit jaar eens een echt kerstdiner doen? Iedereen maakt iets en we trekken ook deftige feestkleding aan?’ We zijn er snel uit. Een ouderwets kerstdiner met alles erop en eraan. Daar hoort natuurlijk een kalkoen bij!

Mijn vriendin heeft nog nooit zo’n monster in de oven gestopt. Heks heeft wel wat ervaring. Bovendien heb ik jaren het kunstje afgekeken van mijn vader: Hij was echt een geweldige kok. Dagenlang was hij met zo’n kalkoen in de weer. Een jaarlijks terugkerend fenomeen. ‘Ik heb dus ook nooit uitgedroogde plofkalkoen gegeten, zoals de halve wereld. En dat gaan we dit jaar ook niet doen!’ verzeker ik Steenvrouw.

De week voor kerst lig ik veel in bed. Ik ben toch zo slecht met mijn lijf. Een kerstboom is er niet bij dit jaar. Het idee zo’n loodzwaar onhandelbaar ding te moeten sjouwen en optuigen bezorgt me al spierpijn. Ook de andere versieringen blijven in de kast. Geen kersttafel vol engeltjes en chocolade. Geen ijsparadijs in mijn toilet. Ik koop alleen een paar plantjes en een bos amaryllissen.

Ook haal ik een wat vleeswaren, haring en wat Marokkaanse delicatessen. Daar moet ik het maar mee doen dit jaar. ‘Ha Toverheks!’ Ilias staat naar me te glimmen in zijn marktkraam. Sinds ik een keertje over hem heb geschreven, hij gaf me zo een pak geld mee toen ik mijn portemonnaie vergeten was,  zijn we dikke maatjes.

Hij strijkt met zijn hand langs zijn gezicht, trekt een uitgemergeld mummelmondje en kijkt me streng aan. Ja, ik weet het. Ik ben hartstikke mager momenteel. Het laatste jaar zijn er zomaar tien kilo’s overtollig lichaamsvet verdwenen. Nou ja, overtollig. Ze zaten me bepaald niet in de weg.

Niets ontgaat de scherpe blik van Ilias. ‘Magere vrouwen is niets gedaan. Daar doen we wat aan,’ spookt er ongetwijfeld door zijn hoofd. Hij zwiept een emmer verrukkelijke vissoep uit zijn voorraad omhoog. ‘Voor jou, Heks, kun je een beetje aansterken…..’ Hij kijkt naar mijn spierwitte bekkie. Pakt nog een emmer. En een groot Turks brood……. ‘Goed eten, lieve Toverheks.’ Hij deponeert zijn gulle gaven op mijn fietskar.

Goeie hemeltje. Ik kan de hele kerst aan de soep. Hoogstwaarschijnlijk zitten er gluten in, maar ik kan het niet over mijn hart verkrijgen om deze geschenken niet aan te nemen. Alleen het kijken naar de potten soep doet me al goed. Later waag ik me toch aan een bordje en inderdaad: Heel erg lekker.

Kerstavond lig ik in bed. Uitgeput. Ik slaap tot een uurtje of tien. Schrik wakker. Trek een kerstachtige outfit aan en spurt naar de kerk. Omdat ik laat ben zit ik helemaal achterin. Zoals altijd. Kortjakje in haar kerstpakje.

Eerste kerstdag slaap ik uit. In de loop van de middag meld ik me bij Steenvouw met een tas vol vergeten groenten. En een ijskoude fles bubbels.

De gehele week hebben we onafhankelijk van elkaar Jamie Olivers kerstrecepten bestudeerd. Ik heb hem allerlei verrukkelijke dingen zien uithalen met een kalkoen. Groenten zien roosteren. Verrassende vulling zien maken…..

Mijn vriendin heeft alle benodigde ingrediënten in huis gehaald. Spek, cranberries, rundergehakt alsmede een bakbeest van een scharrelkalkoen. Superieure kwaliteit. In haar tuin staan allerlei verse kruiden te overwinteren. Tevens heeft ze een paar grote ovens in keuken en bijkeuken. Kortom: We zijn er klaar voor.

Zo rommelen we een heerlijke vulling in elkaar. Stoppen gezamenlijk die hele pan vulling in het beest. Naaien em dicht met een takje Rozemarijn. Proppen doorgesneden clementines in zijn kont. Bekleden het geheel met spek. Leggen dit spectaculaire hoofdgerecht op een bedje van groenten in een grote ovenschaal……

Tussendoor gaan we heerlijk met het hondje wandelen. Tot slot maken we de fles bubbels soldaat. Heks zet allemaal lekkere liflafjes op tafel. En een bord vol haring. We hebben het verdiend. Morgen hoeft Steenvrouw de kalkoen alleen nog maar in de oven te zetten en een keer of driehonderd te bedruipen…….

Tevreden fiets ik aan het begin van de avond naar huis. Ik laat mijn hondje nog uitgebreid uitrennen langs de Vliet. Dan geef ik alle beesten eten en ga eventjes op bed liggen uitrusten. Strakjes ga ikzelf wel eten. Ik heb nog wat Indische afhaalchinees in de koelkast staan.

Als ik wakker schiet is het al midden in de nacht. Ik verzuim om te kijken hoe laat het precies is, maar ga eerst nog een laatste rondje met het hondje wandelen. Jeetje, wat is het stil op straat. Compleet uitgestorven.

Thuisgekomen zet ik mijn eten in de magnetron. Ik heb Ilias beloofd om beter en meer te eten, dus ik neem ook nog wat van zijn soep. Voor de televisie peuzel ik het op. Pas op dat moment krijg ik in de gaten dat het vijf uur in de morgen is. Ik zit in feite te ontbijten!

Natuurlijk kruip ik er nog een paar uur in. Ik wil graag okselfris zijn voor ons fenomenale kerstdiner!

 

 

 

 

 

Wakker worden van een droom: Heldere dromen zijn geen bedrog. Toch? Heks droomt een tegenvraag. Nu het antwoord nog…….

Afgelopen week word ik wakker van een droom. Dat is over het algemeen een teken dat die droom me iets te vertellen heeft. Maar wat droomde ik dan? Slaapdronken prent ik mezelf de beelden in. Ik creëer een paar triggers op cruciale plekken, zodat ik me morgenochtend de droom min of meer kan herinneren. 

Er word aan de deur gebeld. Als ik open doe staan er een aantal mij onbekende mensen met kinderen op de stoep. Ze zijn verre ‘familie’ van me, zo beweren ze. En ze hebben het moeilijk. Direct beginnen ze daarover te vertellen. ‘Waarom komen jullie uitgerekend naar mij toe?’ vraagt Heks gis. Ze krijgt geen antwoord. De mij vreemde familieleden ratelen door over hun ellende.

‘Waarom komen jullie uitgerekend naar mij toe? Hoe komen jullie op dat idee?’ Ik vraag het gewoon nog maar eens. En opnieuw krijg ik geen antwoord. Hardnekkig blijven ze spuien en spuien. Een beerput gaat open. De drek loopt uit hun bek langs hun nek. Wat gek.

Opnieuw vraag ik waarom ze nu uitgerekend hierheen zijn gekomen? Ik blijf het vragen. Ik luister niet naar hun gezeik. Ik wil nu wel eens weten waarom er altijd mensen met ellende op mijn stoep staan. Onbekenden. Of vage kennissen. Of verre familieleden waar ik nog nooit van gehoord heb.

Dan schiet ik wakker. Wat een gekke droom. Raar hoor. En wat reageerde ikzelf vreemd. Normaal gesproken zit iemand allang bij me binnen als ie een zielig gezichtje trekt. Ik reageer heel anders dan ik van mezelf gewend ben in de droom. Of misschien is er echt iets aan het veranderen in Heks. Misschien krijg ik eindelijk grip op iets wat me al jaren nekt…..

‘Jij zit altijd maar naar Jan en Alleman’s ellende te luisteren Heks,’ zei mijn ex van honderd jaar geleden Blonde Buurman onlangs tegen me. ‘Ik herinner me nog goed hoe je destijds in de kroeg werkte en geduldig alle vreselijke verhalen van allerlei dronken idioten stond aan te horen. Ik ken je niet anders!’

Goh, deed ik dat toen ook al? Ja. Ik deed het al als kind. Ook toen sprong ik in de bres voor kids die gepest werden. Ik wierp me op als hun beschermster. Ik luisterde geduldig naar hopeloze verhalen over verschrikkelijke thuissituaties. Maar over mijn eigen situatie repte ik met geen woord…..

De paragnost Peter van der Hurk wees me ook al op die eigenschap. Volgens hem moet ik er maar geld voor gaan vragen. ‘Zet een tafeltje neer met een naambordje erop. En laat mensen betalen voor je een consult. Jij kunt bovendien ook nog eens genezen met je handen. Gewoon een praktijk openen, dan ben je zo uit de sores….!’

Gemakkelijker gezegd dan gedaan natuurlijk. Je kunt moeilijk opeens uit het blinde niks een rekening presenteren als je weer eens eindeloos naar een droevig verhaal hebt zitten luisteren. Of iemand mateloos hebt zitten bevestigen. Het zou me een deining geven!

Voorlopig neem ik een uitgebreide luistervakantie. De komende tijd ben ik niet bereikbaar in dat opzicht. Ik ben als het ware eventjes in gesprek. Met mezelf wel te verstaan. Dus ik neem andermans problemen niet meer aan. Dat is wat de droom me vertelt.

Er is iets wezenlijks aan het verschuiven vanbinnen. Een op zich goede eigenschap is tegen me gaan werken. Niet best natuurlijk. Dat moet toch anders kunnen! Daar word nu aan gewerkt……

Ga je dan nooit meer naar iemand luisteren? Word je vanaf nu Oostindisch doof Heks? Sta je bij het minste of geringste aandacht vragende rotverhaal stampvoetend met je vingers in je oren omdat je niet wilt horen?

Wie weet. Ik denk niet dat het zo’n vaart zal lopen, waarschijnlijk is het tijdelijk, maar zeg nooit nooit.