Het laatste halfjaar oefent Heks met enige regelmaat op zaterdagmiddag met het SLK-koor. Het projectkoor van Stichting Leidse Koorprojecten. De laatste tijd zelfs ellenlange middagen, omdat we de gekozen muziek er maar niet in kregen.
Een groot struikelblok bleek het belangrijkste stuk van het concert te zijn: ‘Blest Pair of Sirens’ van Hubert Parry. ‘Zo gek,’ verzucht onze dirigent Wim de Ru tijdens de laatste repetitie, ‘Al jaren raadt iedereen me aan om dit stuk eens uit te voeren. En steevast zeggen ze er dan bij dat het zo gemakkelijk weg zingt!’
We kijken de man glazig aan. Makkelijk weg zingt? Hoe komen die mensen er bij? Wie zijn die lui, die dit beweren? Nou, onder andere de helaas ontslapen vrouw van Wim. En nog zo wat mensen, die beslist weten waar ze het over hebben.
‘Ik moet jullie iets opbiechten,’ vervolgt onze dirigent, ‘het klopt inderdaad, dat het stuk heel goed te doen is, als je de vierstemmige versie aanhoudt. Helaas hebben wij gekozen voor de zeer moeilijke achtstemmige versie. Gewoon, omdat ik niet op de hoogte was, dat er ook een eenvoudiger variant bestond….. Excuses!’
Foutje, bedankt. Er is niets meer aan te doen. Voor de zoveelste keer worstelen we ons door de lastige passages. Gelukkig hebben we nog een generale repetitie. Maar dan moeten we ook afstemmen op het speciaal uit Engeland overgevlogen koor, Fleet Choral Society uit Fleet onder leiding van Gwyn Parry-Jones, waarmee we dit project uitvoeren!
Tijdens deze enige oefenmiddag samen met het Engelse koor blijkt dat ik helemaal achteraan sta met naast me twee dames, die er niet al teveel van bakken. Heks blijft ook in gebreke.
Door alle drukte van de laatste tijd is het oefenen er totaal bij ingeschoten. Zo zit ik dan tussen de generale en de uitvoering toch nog bloedig op dit lastige stuk te ploeteren. Iemand moet toch het voortouw nemen….
Het heeft niet geholpen blijkt tijdens de uitvoering. Ik raak volledig de kluts kwijt halverwege de Blest pair. ‘Wat kan mij het schelen?’ denk ik vervolgens. Vol overgave voeg ik een negende stem toe aan het geheel.
Jarenlange muziekpraktijk zorgt ervoor, dat mijn spontane inbreng moeiteloos opgaat in de rijke kakofonie aan stemmen. ‘Ik heb toch betaald om mee te doen? Ik ben toch op alle repetities geweest? Ik heb toch ook nog toegangskaarten gekocht?’ rechtvaardig ik mijn actie, ‘Dus: Vooruit met de geit. Gaan met die banaan!’
Als ik later in bed lig en aan dit moment terug denk krijg ik een lachaanval. Naast me ligt Cowboy lekker te ronken. Ik schuddebuik zachtjes om hem niet te wekken. Oh, wat grappig. Heerlijk.
Tijdens de gezellige borrel achteraf hoor ik links en rechts van mijn koorgenoten, dat ik bepaald niet als enige het spoor bijster was. ‘Thuis lukte het prima, maar elke keer tijdens de repetities raakte ik compleet van de kaart. En ook nu weer! Midden in het concert was ik volledig de kluts kwijt…’ Aldus een tenor.
Gelukkig heeft het publiek er weinig van gemerkt. Volgens mijn hartje klonk het prachtig. Ook Steenvrouw vond het supermooi. Dus al met al toch weer een geslaagd project van Stichting Leidse Koorprojecten!
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.