Heks krijgt geld van de bedeling, zodat ik een toontje lager zing. Maar ik wil niet lager zingen met de Matthäus voor de deur. Dus klaar met het gezeur. Vandaag gaan we niet spelevaren. Ik kan de klus even niet klaren. Maar niks te maren of te mieren: Buurman traint mijn lachspieren.

‘Ha schat, kunnen we op een andere dag afspreken om te gaan zwemmen? Ik krijg mezelf niet opgestart,’ bibberig zit ik aan de telefoon. Het is me niet gelukt om bijtijds uit de kreukels te komen. Sterker nog: Ik voel me vrij ziek. Pijn in mijn buik. Halfzacht. Misselijk. Alsmede de normale spierpijn in het kwadraat. Het idee om in een ijskoud bad te springen is verre van aanlokkelijk.

‘Morgen lukt niet, Heks. Ik ga dan de boodschappen doen, die ik normaal gesproken op dit tijdstip doe,’ Saar is not amused dat ik zo laat nog afzeg. Tegelijkertijd weet ze natuurlijk ook wel, dat ik niet zomaar afbel.

‘Misschien kunnen we sowieso beter op vrijdagmiddag gaan,’ stel ik voor. Dan ben ik door mijn thuiszorg en prikken noodgedwongen al uren op. Dus ontkreukeld. Maar misschien ook alweer doodmoe van deze activiteiten.

Het is nog niet zo eenvoudig om als een halvezool te leven. Om je miezerige activiteiten dusdanig in te plannen, dat je niet constant alles af moet bellen.

Terwijl we overleggen gaat de deurbel. Ik doe de deur open en hoor Buurman stommelen in het portaal. VikThor stuift de trap af. Hoera! Vriend Carlos komt op bezoek met zijn baasje.

Even later sjokt de enorme Duitse herder de trap op. Gevolgd door zijn eveneens uit de kluiten gewassen baasje. ‘Hi Heks, ik zie het al. Griep zeker? Je ziet er niet uit gewoonweg. En je loopt nog in je pyjama! Haha!’

‘Als jij nou eens mijn hondje een klein piesrondje geeft, dan zet ik even koffie en trek wat kleren aan,’ roep ik blij, terwijl ik VikThor alvast aanlijn. Zo kom ik mooi onder een uitlaatronde uit. Snel kleed ik me aan, zet koffie en swiffer een pak kattenhaar van de keukenvloer. Ik haal een was uit de machine. Borstel mijn haren in een staart……

Waar blijven ze nou? Buurman neemt de tijd! Een half uur later gaat de bel. ‘Ik was eventjes naar de drogist, Heks. Ik heb oorontsteking gehad en had nog wat medicatie nodig. Ja, heftig zo’n ontsteking. Blij dat het min of meer over is.’

Even later zitten we luidruchtig te blaten aan de keukentafel. Een normaal gesprek is er nooit bij met ons. Zoals altijd zit Buurman me verschrikkelijk aan het lachen te maken. Wat is het toch een mafkees.

Allerlei onderwerpen passeren de revue. De verkiezingen. ‘Partij voor de Dieren, Heks?’ vraagt hij naar de bekende weg. Het achterlijke referendum. We zijn allebei tegen die kutwet. ‘Toch gaat die er komen, let maar op. Het maakt echt niks uit wat wij vinden. Zolang die idioten in Den Haag er hun zinnen op hebben gezet gaat het gewoon door.’

‘En dan, waar hebben we het over. Alsof ze nu nog niet alles van ons weten. Neem nu het medische dossier. Daar wilde ik vanaf dag 1 niet aan meewerken. Ik heb dan ook altijd overal nee gezegd tegen het verspreiden van mijn medische gegevens. En toch zie ik soms opeens ergens persoonlijke informatie opduiken, die daar niet hoort te staan. Dus….’

Dus. Dus.

We gaan wandelen. Op ons gemakje kuieren we door de stad. Carlos kan niet meer zo hard tegenwoordig. Hij is bijna 11 en dat best oud voor een Duitse herder. VikThor trekt onvermoeibaar aan de riem. Zoals altijd probeer ik hem te laten volgen, maar zodra ik even niet oplet staat de lijn weer strak. Mijn lamme armen maken geen indruk.

Heks’ krachtverlies is dramatisch. Vorige week probeer ik een paar schroeven in een keukenkast te draaien. In een bestaand gat. De kattenkrabplank, die ik probeer op te hangen is al een keertje naar beneden gelazerd. Dit is dus nu een nieuwe poging.

Ik schroef en schroef met een ongeluk. Maar er gebeurt gewoonweg niets. ‘Zal ik het eens proberen?’ vraagt mijn hulp, als ze me zo ziet stumperen. En met twee slagen zitten beide schroeven muurvast. Tot mijn verbijstering.

Ik denk altijd dat ik alles nog kan, maar dat valt dus nogal tegen. Ik ben eindelijk de slappeling geworden, waar mijn vader me altijd voor uitmaakte. Hij heeft dus toch gelijk gekregen!

Gelukkig maar dat ik zo’n goed hondje heb. Uiteindelijk gaat hij het wel leren. Hij doet echt zijn best, maar ja. Voorwaartse Springer Spaniëlkrachten versus een dodelijk vermoeide baas.

Buurman en Heks drinken koffie op een terrasje. Hij vertelt over zijn nieuwe baan als financiële man bij een non-profit organisatie. ‘Hoe is het nu met jouw financiën, Heks? Nog zoveel gezeur en gezanik?’

Ik vertel hem hoe ik onlangs geld voor een paar schoenen en een jas heb gekregen van de RK Parochie Heilig Kruis Locatie Stadskanaal. ‘Die parochie bestaat, maar het is niet overgemaakt vanaf hun rekeningnummer …… Tja, wat moet je ermee? Deze armoedzaaier is in iemands optiek afhankelijk van de bedeling. En dat wordt er eventjes goed ingewreven. Die nobody zal het wel grappig vinden, neem ik aan…….’

Maar mag ik even een teiltje?

‘Mijn meisje en ik zijn onlangs getrouwd en dat is geen grapje!’ vertelt Buurman plotsklaps. Ha, wat leuk! ‘Ja, echt. Na dertig jaar samenwonen vonden we het opeens tijd worden. Dus wij met zus en zwager naar het stadhuis. We hebben het heel piepklein gehouden!’

Ach, wat een dag. Doodziek opstaan, bijtrekken om weer snel naar bed te vertrekken. Goede voornemens verdampen in zweet en spierkrampen. Bezoek van de buurman. Beetje lachen en genieten. Want dat kan ik zo goed heb ik net weer gehoord. En het is zo! Koffie en een wandeling en dan weer plat. Nog eens opstaan om naar de fysiotherapeut te gaan. Om je te laten martelen….

Ga er maar aanstaan. Zo is je leven met ME. En vandaag valt nog alles mee! Hé!

 

UNREST 2: Mijn huisarts wordt er maar moe van bij voorbaat, maar Steenvrouw en Heks bekijken de film Unrest. Gemaakt door MEpatiënt Jennifer Brae, bekroond met een Award, verbreekt deze film eindelijk de stilte rondom ME. Het is schokkend om te zien hoe vreselijk die mensen eraan toe zijn. Alsof ik in de spiegel kijk! Zondag kruip ik zelf weer ouderwets van ellende door de kamer. Ha! Ik kan mezelf wel gaan filmen. Dan stuur ik het naar die eikel op Facebook: Voor straf.

Vrijdag om kwart voor zes tref ik Steenvrouw in de hal van het ziekenhuis. We gaan de film Unrest bekijken. Ik sta er helemaal blanco in: Ik heb de trailer gezien, maar dat is ook alles. Dat was ook weer genoeg, want het greep me bijzonder aan.

Als je gewend bent om jezelf altijd groot te houden en te verbergen hoe het echt met je gaat, om geen ellendige op- en aanmerkingen te krijgen en je ziet dan mensen in dezelfde situatie hetzelfde doen. Dezelfde ellende beleven. Overleven beter gezegd……. Zeer confronterend.

We begeven ons naar de locatie waar de film vertoond wordt. Heks heeft de pest aan ziekenhuizen. Het heeft me nooit veel goeds gebracht. Maar ja, alles voor de goede zaak.

We moeten een tijdje wachten, want we zijn vroeg. Er liggen foldertjes en boekwerken over ME. Helaas ben ik mijn portemonnaie vergeten. Eerlijk gezegd ben ik al blij dat ik hier in levende lijve sta, want het moest uit mijn tenen komen.

Langzaam druppelen de andere bezoekers binnen. Of beter gezegd: Kreupelen. Rollen ook wel, maar het degelijke kruipwerk zie ik niet voorbijkomen. Dat bewaren we voor thuis. Voor de slechte dagen. Als niemand ons ziet.

images-83

De zaal is goed gevuld als de bijeenkomst begint. Er is veel belangstelling voor het onderwerp. Nou ja. Vanavond dan. Bij deze mensen. De politiek in Nederland laat het nog steeds koud. Voor hen zijn MEpatiënten nog steeds van lotje getikt. En ze kosten handen vol geld. Al helemaal als je hun probleem erkent. Dus laat maar creperen die handel!

De avond begint met een aantal inleidende lezingen. Praatjes beter gezegd. Of was het aan het eind van de film? Ik weet het niet meer. Zoals ik ook niet meer weet dat we de lift hebben genomen op de heenweg. Pure vermoeidheid heeft gezorgd dat ik alles direct vergeet. Lastig bij zo’n informatieve bijeenkomst…..

Gelukkig kan ik de film online bestellen, zodat ik em nog eens kan terugzien. En stilzetten! Er worden namelijk hele interessante dingen in beweerd. En die wil ik graag onthouden!

Tijdens het inleidende of uitleidende praatje vertelt een wetenschapster over een onderzoek naar het nut van deprogrammeren van MEpatiënten. In het engels. Met allemaal vakjargon. Mijn daze hoofd kan het totaal niet volgen, maar de conclusie begrijp ik wel degelijk. Het maakt geen zak uit voor de inspanningsintolerantie hoe iemand tegen zijn of haar ziekte aankijkt: De resultaten zijn allemaal ruk.

Dus het protocol hier ter lande van cognitieve therapie om die sukkel anders over zichzelf te doen denken en daarnaast de zweep erover zodat ze niet toegeven aan hun bewegingsfobie (ook al naar mijn hoofd gekregen) slaat helemaal nergens op. De enigen die er beter van worden zijn de behandelaars zelf. Er hangt namelijk een lekker prijskaartje aan.

Heks heeft het traject ook doorlopen. Ter evaluatie lieten ze me eindeloos lange lijsten met wauwse vragen invullen. Ik gaf te kennen dat het geen zak geholpen had. Niet in het minst. Hun conclusie op basis van deze gegevens dat ik enorm op vooruit was gegaan verbaasde me dan ook.

Er wordt met enige regelmaat in de zogenaamd wetenschappelijke wereld  geweldig gesjoemeld met gegevens en dat lijkt hier ook weer eens het geval. Volgens hen was ik ongeveer genezen, maar ikzelf voelde me hondsberoerd. Ik heb er voor mijn ziekte echt helemaal niks aan gehad!

Sterker nog: Tijdens het traject kreeg ik van een idioot van een psychiater en passant een dubbele dosis Prozac in mijn klep, die me bijna het leven hebben gekost. MEpatiënten kunnen namelijk helemaal niet tegen dit soort pepmiddelen. En we zijn blijkbaar niet de enigen: ‘Ja, daar raken we mensen op kwijt,’ was het commentaar van deze zak uit het LUMC.

Volgens hem had ik overigens helemaal geen ME. Ik was gewoon bipolair ofzo. Zijn woorden. Geen onderzoek naar gedaan, hij zag het blijkbaar aan mijn neus in de tien minuten dat ik die gevaarlijke gek gesproken heb! En hij ging me uppers en downers geven. vertelde hij me handenwrijvend.

Pas toen ik dreigde hem een proces aan te doen nam hij snel de benen.

En wat denk je? Een paar jaar later proberen ze me vanuit de pijnpoli hetzelfde traject nogmaals door de strot te duwen. Voor ik het weet zit ik bij een hele foute fysiotherapeut in hetzelfde ziekenhuis, die me een heel zwaar fysiek programma aanraadt.

Als ik niet hap ben ik eigenwijs. Ik kan de rambam krijgen, zo eigenwijs ben ik. Opzouten en ophoepelen is het devies. ‘Uw eigenwijsheid zal u wel helpen,’ roept de eikel me na vanuit de deuropening van zijn sneue praktijk.

En inderdaad: Mijn eigenwijsheid heeft me gered in dit geval, want patiënten worden over het algemeen veel zieker van deze behandeling. Zoals gezegd zijn de enigen die er beter van worden de idioten, die er aan verdienen. De arrogante hermetische medische maffia.

Het is dus vrij bijzonder dat we in het hol van de vijand deze voorvertoning hebben. Zouden er ook artsen naar kijken? Er zit wel iemand uit de psychiatrische hoek in het publiek. Ze stelt een vraag achteraf en hoor ik het nu goed? Begint ze weer over het in stand houden van je klachten? Ik kan het niet goed verstaan door de golf van ontzetting, die door de zaal gaat tijdens haar woorden.

De film zelf is een aanrader. Je ziet nu eens eindelijk hoe ons leven eruit ziet achter de geraniums. Er wordt veel informatie gegeven. Ook de eindeloze zoektocht naar verlichting van klachten komt in beeld. Hoe sommigen zich zelfs wagen aan het eten van wormen of een poeptransplantatie…..

Maar een geneesmiddel is er niet. Het is een ongelofelijk complex ziektebeeld, waar ernstig verstoorde immuniteit, disfunctionele mitochondriën en allerhande chronische virale ellende een grote rol spelen. Er wordt ook relatief heel erg weinig onderzoek naar gedaan. Het zijn namelijk vooral vrouwen, die eraan lijden. Als iemands plasser er af zou vallen door dit ziektebeeld, was er allang een remedie.

Tijdens de film heb ik de uitgedeelde zakdoekjes nodig. Het is ongelofelijk confronterend om anderen zo te zien lijden, terwijl je weet wat ze doormaken. Een jongeman huilt op de rand van zijn bed, dat hij het niet meer volhoudt. Dat zijn leven voorbij is. Herkenbaar.

Even later zie je hem prachtig gitaar spelen. Heeft hij even een goed moment. Hij zou altijd moeten kunnen spelen! ‘Ik wil niet dood, maar ik hou het gewoon niet vol,’ zegt een ander. De voornaamste doodsoorzaak onder MEpatiënten is suïcide. Gewoon omdat mensen het niet meer kunnen opbrengen om als een levend lijk in bed te liggen. Jarenlang.

Heks heeft ook jaren in bed gebivakkeerd. De eerste vijf jaar van mijn ziekte waren een absolute hel. Daarna kreeg ik door accupunctuur, wagonladingen orthomoleculaire voedingssupplementen, een straf dieet en een dosis geluk weer een stukje leven terug. Ik ging weer aan het werk. Dat was het eerste wat ik deed en ook jarenlang het enige wat ik deed. In mijn vrije tijd lag ik voornamelijk in bed…….

Met heel veel pijn en moeite had ik na jaren dat stukje leven terug gekregen om het na een paar maanden werken in een ernstig vervuild gebouw waar zonodig een airco op moest worden geïnstalleerd weer kwijt te raken. Heks was weer terug bij af. De toxides waren teveel voor mijn kwetsbare systeem. Ik kwam weer in bed terecht.

Toen Heks ME kreeg studeerde ze theaterwetenschappen in Amsterdam. Ik had er net een leuk huisje betrokken in een buitenwijk. Via via was ik aan een baantje gekomen in het Theatercafé van Amsterdam. Mijn leven kon niet stuk op dat moment. Mijn lijf wel bleek al snel.

Van het ene op het andere moment kreeg ik geen been meer voor het andere. Ik kreeg geen hap meer door mijn keel. Ik lag in bed en veel meer kreeg ik niet meer voor elkaar. Om mezelf eroverheen te helpen probeerde ik te gaan hardlopen. Als ik thuiskwam viel ik in bed om er dagen niet meer uit te komen. Opeens leefde ik op Cup a Soup. Het enige wat ik nog voor elkaar kreeg qua koken.

Mijn toenmalige vriend vond me een zeurkous en met enige regelmaat joeg hij me fysiek behoorlijk over de kling. Ook ging hij op een gegeven moment een maand of drie, vier weg en liet niks van zich horen. Ik lag ongeveer dood te gaan van ellende en hij had de tijd van zijn leven.

Die relatie heeft dan ook geen stand gehouden. Voor hem was ik een blok aan zijn been. Ik was een blok aan mijn eigen been!

Onbegrip. Het heeft me heel veel vriendschappen gekost.

Gelukkig is het tussen ons wel goed gekomen: We zijn nog steeds bevriend. Hij helpt me momenteel zelfs enorm met een aantal praktische zaken.

In die beginperiode van ME had ik een hele heldere droom. Ik liep met vrienden over straat richting mijn nieuwe huisje. Iedereen was druk en met zichzelf bezig. Aan het lachen en schreeuwen. Vrolijk en zorgeloos. Ik liep met een enorme bloedende rauwe hoofdwond en geen mens die het doorhad.

Eenmaal in mijn huisje werd het er niet beter op. Mijn bezoek nam de hele ruimte in beslag. Schreeuwend en lachend vulden ze de ruimtes. In mijn woonkamertje zakte ik tegen de muur in elkaar. Uit mijn mond kwam witte brij met rode stukjes erin. Als een grote kamerbrede witte worst. ‘Dit is helemaal foute boel,’ realiseerde ik me. Toen schrok ik wakker.

Die droom heeft me jaren bezig gehouden. Een vooraankondiging van al het onbegrip dat ik tegen zou gaan komen. Van de eenzame weg die zou volgen. Als ik die droom toen goed begrepen had, had ik vast toen vast de stekker eruit getrokken. Gelukkig had ik geen idee wat me te wachten stond. Het is maar goed, dat je niet altijd je nachtmerries verstaat…..

Steenvouw en Heks zijn kapot moe na het bekijken van de film Unrest. We blijven tot het einde, maar dat is vooral omdat ik per se een boek over ME wil kopen en nog iets moet regelen met de mensen van de organisatie.

De dagen erna ben ik aangeslagen. Heel stom. Zolang ik in mijn eentje loop te tuchten en stumperen met die kloteziekte houd ik mezelf overeind zo goed en zo kwaad als het gaat. Af en toe een flinke depressie, maar ik ben ook zo weer blij met een dooie mus. Een kinderhand is gauw gevuld, maar die van een MEpatiënt ook hoor!

Maar nu ik opeens zoveel begrip, erkenning en herkenning ervaar is het hek van de dam. De sluizen gaan open en ik huil mijn ogen uit mijn kop. Jeetje wat een opgekropt verdriet, ik kan er eventjes geen kant mee op.

Maar ook ben ik blij dat die film er is. Als ik een paar dagen later bij mijn huisarts zit voor alweer een cortisonenprik in een falend lichaamsdeel vertel ik hem over de film. Ik masseer de informatie als het ware bij hem naar binnen.

Prijs hem met zijn voortreffelijke geprik en zeg vervolgens hoezeer ik het zou waarderen als hij eens naar ‘Unrest’ zou kijken. Toen ik hem vertelde over hoe slecht het momenteel weer gaat begon hij alweer over Iscador als medicijn tegen al mijn klachten……  Een soort Haarlemmerolie! ‘Daar heb je toch baat bij gehad, Heks? Ik heb nog een ampul liggen, die mag je wel hebben….’

Ik heb liever dat hij naar die film kijkt. Laat hij er nu eens voor eeuwig en altijd van doordrongen worden dat het hier om een ziekte gaat en niet om aanstelleritis. Of iets psychisch dat wordt omgezet in een fysiek probleem door middel van conversie. Voorzichtig informeer ik hem over de inhoud en vorm van de film.

‘Het zou echt , echt heel veel voor me betekenen, dokter, als je er eens naar wilt kijken. Je krijgt ook goede informatie. Vooral ook over wat niet werkt. Zoals allerlei vormen van therapie om anders tegen je ziekte aan te kijken enzo……’

‘Ah, cognitieve therapie,’ knikt hij goedkeurend. Alsof ik de behandeling aan zit te prijzen. Maar goed. Hij gaat er niet naar kijken vertelt hij me en passant aan het einde van het consult. Na de ellendige gemene prik.

‘Ik houd niet van televisie kijken, Heks. Ik word er MOE van…..’ Ik zweer het. Hij zei het echt. Tegen dit chronisch vermoeide mens. Een vermoeidheid, die met geen pen te beschrijven is. Nergens mee te vergelijken ook, al helemaal niet met het soort loomheid die je zou kunnen overvallen na een uurtje televisie kijken……..

Alsof hij er de draak mee wil steken. Of het er eventjes in wil wrijven…….

Wanhopig probeer ik hem ertoe over te halen om dan in elk geval eventjes naar de trailer te kijken, hoeveel moeite is dat nu helemaal? Of de lezing op internet van Jennifer Brae te beluisteren…… Ik schrijf alles voor hem op een papiertje. Alsof dat helpt tegen onwilligheid en onverschilligheid.

Want hoewel mijn huisarts een schat van een man is en altijd enorm zijn best doet voor Jan en Alleman, ook voor Heks, laat een verhaal over de ziekte ME hem volstrekt koud. Een klap in mijn gezicht. Een natte dweil. De zoveelste.

De film Unrest doet veel stof opwaaien, maar niet in de spreekkamers van artsen en behandelaars. Daar sta ik nog steeds als aansteller te boek. Behalve bij mijn eigen orthopedische fysiotherapeut dan. Die haalt elke week mijn lamme lijf uit de knoop. Hij kan er niet omheen hoe slecht ik in mijn vel zit.

Gisteren heb ik ook over dit onderwerp geschreven. Het zijn geen gezellige verhalen, maar het moet wel gezegd worden. Zeker in mijn geval. Ik spring tegen de muren op met mijn ellende en mijn omgeving is niet bepaald willig om ernaar te luisteren. Op een enkeling na dan.

Ik begrijp het ergens ook wel: Er komt geen einde aan. Voor mij ook niet hoor. Ik zit er na dertig jaar ook nog steeds mee in mijn maag. Vaak letterlijk.

Vannacht zie ik opeens dat er iemand heeft gereageerd op mijn Facebookpagina. Een Poirot-achtig mannetje met zo’n gepommadeerd snorretje maar zonder opgedraaide punten. Geen idee wie het is.

Pas veel later ontdek ik dat ik hem wel degelijk ken uit de wandelgangen. Zijn profielfoto is niet zijn eigen foto, hij wil mensen natuurlijk niet afschrikken…..

Hij blijkt kunstenaar te zijn, maar dan wel een copycat is van jewelste: Hij maakt exact hetzelfde werk als een overleden vriend van Heks. Alleen niet zo mooi en boeiend, maar lelijk en afgezaagd. En nageaapt. Net als de man zelf. Want zeg nu zelf, wat nu volgt is toch weinig origineel:

Ik verkoop ook een hoop zottigheid en onzin op Facebook. Maar ik loop nooit te koop met mijn klachten en persoonlijke ongemakken. Ingebeeld of niet. Ik word een beetje naar over dat geneuzel over ME. Ga wat nuttigs doen,’ schrijft de melkmuil eerst. En dan nog eens ‘Ach kind, je hebt het maar zwaar……..’

Ik kruip alweer drie dagen door mijn huis van fysieke ellende en dit is wat ik van de omgeving terug krijg: Een vriend scheldt me de huid vol, omdat ik niet stante pede naar de huisarts ga. In plaats van de hond eventjes voor me uit te laten.

De huisarts is te beroerd om zich in mijn ziekte te verdiepen, zelfs al krijgt hij het op een presenteerblaadje aangereikt, want daar word hij moe van. En een pedante rasnarcist gebruikt mijn Facebook-account om me te beledigen. Vanuit het blinde niks, ik heb de sukkelaar niks misdaan. Behalve dat ik hem en zijn kunst niet zie staan dan.

Zouden die mensen ook zo hebben gedaan tegen iemand met MS? Of borstkanker? Of Reumatische Artritis? Of een dwarslaesie? Nee dus. Ze zouden het niet in hun hoofd halen.

Het is toch zo hard nodig dat er meer begrip komt voor ME. Ga dus allemaal die film bekijken. Unrest. Er zijn miljoenen mensen over de gehele wereld met deze ernstige invaliderende ziekte. Het zijn niet allemaal vrouwen, een kwart is man. Dit laatste voor diegenen, die anders afhaken……..

 

Ziektewinst?

 

Bekijk de film voordat je ooit weer een opmerking, advies, oordeel of vooroordeel richting een MEpatiënt debiteert. Ze zullen je enorm dankbaar zijn!

Bekijk hier alles over de film Unrest. 

Bekijk hier de film Unrest op Vimeo!

Wat als je een ziekte hebt waarvoor dokters geen diagnose hebben? Een lezing van Jennifer Brae!

 

10 tips van de expert om jezelf futloos, ziek en depressief te voelen! Voor als je ME wilt faken bijvoorbeeld…….Misschien iets voor die eikel op Facebook…….

Hieperdegriep Hoera!!!!!!

 

 

 

VikThor ontdekt de wereld vooral met zijn mond: Met een voorkeur voor excrementen uit allerhande kont! En van de trap af rollen is niet bepaald gezond….

vikthor1

Vorige week zondag lazer ik van de trap. Ik sta net op het punt om een kek outfitje aan te trekken teneinde samen met mijn nieuwe liefde naar een wild feest in Amsterdam te vertrekken. Voordat we gaan laat ik mijn schatje nog eventjes poepen in de steeg. Ik til zijn snelgroeiende lijfje op en draag hem de trap af. Op foute schoenen.

Al bij de tweede traptrede glibbert mijn houten muiltje onder me vandaan. Om mijn droomprinsje te beschermen maak ik een rare beweging en hopla: Ik ga onderuit.

Vertraagt neem ik waar dat ik op mijn elleboog stuiter. Een grote schaafwond is daar later een stille getuige van. Tevens zie ik mijn linkerknie in een onmogelijke hoek draaien. Het gewricht maakt een scheurend geluid. Een stekende pijn vlamt de laatste slaap uit mijn ogen. Goeie hemel. Dit is foute boel!

Strompelend laat ik mijn hondje uit. Niet veel later stop ik mezelf vol pijnstillers en ga in bed liggen wachten tot ze inwerken. Het valt nog niet mee om een positie te vinden waarin  ik het gewricht ontzie. Die kloteknie. Getverderrie.

Nou ja, je begrijpt het al: Het feestje wordt afgeblazen. De hele week spoelt min of meer weg door het afvoerputje. Dagenlang ben ik niet vooruit te branden. Ik ga uiteindelijk maar uit op een goeie brace en baan me al fietsend een weg door de onrustige stad. Overal worden kermisattracties opgebouwd. En podia voor een keur aan amateur-bandjes. Hopelijk kan ik tegen 3 oktober weer een beetje uit de voeten!

Nu zijn we alweer een week verder. Nog steeds piept en kraakt mijn knie dat het een lieve lust is. ’s Nachts word ik om de haverklap wakker van felle stekende pijn als ik hardnekkig probeer op mijn rechterzij te slapen. Overdag slik ik er nog maar wat extra pijnstillertjes bij…..

De laatste vierentwintig uur ben ik ook nog eens een paar keer kleddernat geregend, terwijl ik met mijn pup liep te stumperen door een park. Ik krijg de neiging om lekker binnen te blijven. Maar ja, ik heb natuurlijk wel een hond! Ook al is hij klein en niet bepaald dol op regen.

VikThor levert zijn eigen bijdrage aan de algehele malaise vandaag in Huize Heks. Hij presteert het om vier keer een hap van een drol te nemen. Eerst kattenpoep of Chihuahua-stront hier in de steeg. Daarna ganzenblerp in het park. Iets van een hele vieze natte kledderdrol van een grote hond gaat ook nog richting zijn mond, terwijl ik schreeuwend ingrijp. En tot slot opnieuw een smeuïg ganzenpoepje toe.

Hij is net een beetje over een vervelende parasiet in zijn darmpjes heen. Dat heeft me enorm veel energie gekost: Al zijn speelgoed, kleedjes, mandjes alsmede de spullen van de katten moesten worden gewassen. Kussens en dekens, hoekjes en gaatjes heb ik uitgestoomd.

Nachtenlang heeft mijn ventje me ook uit mijn slaap gehouden met erbarmelijk gejammer: Mijn kereltje had pijn in zijn kleine babybuikje. Om de haverklap ging ik dan maar weer eventjes naar buiten met hem. Trap op, trap af met zes pakken suiker in mijn armen, want ja: Hij is intussen verdriedubbelt!

Daarnaast heb ik alle andere beesten ook volgestopt met een gruwelijk antiwormenmiddel. Het werd me niet in dank afgenomen…..

Varen met rederij Rembrandt

Mopperdemopper. Het valt weer niet mee. Behalve als je van de trap valt. Dan ben je snel benee!

Ach welnee. Het zijn maar voorbijgaande strubbelingen. Minuscule irritaties. Mijn dagelijkse gevecht tegen de chaos.

Op dagen als deze droom ik van een georganiseerd bestaan. Een administratie die op orde is. Een lege berging en een opgeruimde werkkamer. Een functionerend lichaam. Een hondje dat zichzelf opvoed en geen poep lust.

Maar ja. Dat laatste kan ik vergeten. VikThor is duidelijk in de anale fase. In combinatie met zijn maar voortdurende orale fase levert het een ware poepzoeker op! Een manke Heks met haar kleine stinkhondje, verregend tot op het bot: Voor je het weet heb je last van een kort lontje…..

Straks ga ik dan toch eindelijk eventjes de stad in. Gisteravond ben ik voortijdig in slaap gevallen en toen ik wakker werd was het al vijf uur in de ochtend. Het tijdstip van de dronken dropjes.

Vanavond komen er vrienden hutspot eten. Ik heb een gigantische pan van dit gassige goedje gekookt. En een braadslede vol klapstuk!

 

Grieperig paasweekend, Heks vertoeft grotendeels in bed. Toch heb ik ook eventjes pret! Gezellige paasbrunch met Frogs en mooie expositie van Fred Rohde,’ Nummer 14’: Foto’s uit 1985, waarop ons nationale voetbalicoon Johan Cruijf met Ajax traint op het strand van Wassenaar…….

 

Paasbrunch, Ysbrandt ligt geduldig onder de tafel te wachten op wat komen gaat…. Stukje worst bijvoorbeeld…..

Pasen valt vroeg dit jaar. Het is net lente. Die verdraaide klok gaat precies op eerste paasdag een uurtje vooruit. Dat betekent een hele korte nacht. Om kwart over acht beginnen alle kerkklokken in de binnenstad te luiden!

Heks loopt al nachtenlang te spoken. Er zit een gemeen virus in mijn lijf en ik ben oververmoeid door de uitvoering met mijn koor. Bovendien hangen er allerlei gewrichten uit de kom. Niet bepaald lekker. Ik heb donderdag grotendeels in bed doorgebracht, maar vrijdag niet. Ondanks mijn krakkemikkige constitutie doe ik boodschappen en kook zelfs eten. Ik ben het in bed liggen beu.

Heks in haar paaspakje met eierdopje

Zaterdag maak ik een flinke wandeling met mijn hondje. ’s Middags loop ik zelfs lekker over de markt te flaneren. Ik flirt met een marktkoopman met trieste ogen. Even later staan ze niet meer zo triest. Later maak een uitgebreid praatje met een jochie dat zijn vader aan het helpen is in de notenkraam. ‘Mevrouw, wilt u een paar nootjes proeven?’ Natuurlijk, oh wat zijn ze lekker. ‘Wat is dat voor’n soort hondje? Hij ziet er zo leuk uit,’ het ventje is helemaal vertederd door mijn Varkentje. En ik door dit kereltje!

Heks en Frogs zien momenteel overal nummer 14……….

 

Zondag sta ik uitermate brak op. Ook al voor de zoveelste keer. Vandaag echter trek ik nauwelijks bij na een paar uur. O jee, nu is het echt mis. Er zit geen enkele rek meer in. Ik heb mijn hele trukendoos al open getrokken en nog geeft mijn lijf geen sjoege.

Even overweeg ik om mezelf een gigantische schop onder mijn kont te verkopen, teneinde toch naar de kerk te gaan, maar ik heb de puf niet. Ook heb ik spierpijn, hoofdpijn en buikpijn. Ik krijg geen hap door mijn keel. Eerst maar eens een rondje fietsen met het hondje. Het is ijskoud. Bibberend werk ik mijn verplichtingen af. Mijn lichaam houdt het voor gezien. Ik krijg mezelf niet gereanimeerd vandaag.

In de loop van de middag stuur ik Frogs een nood-sms. ‘Heb je zin in een lekkere wandeling me een lief Varkentje?’ Het is natuurlijk maar de vraag of hij tijd heeft. Goddank komt mijn kikkervriend mijn hondje ophalen. ‘Ik breng hem vanavond wel terug, kruip maar lekker in je bed, Heks. Of zal ik em gewoon een nachtje bij me houden?’

‘Breng em maar terug Frogs,’ Heks kan haar schatje niet missen. Bovendien zie ik dan ook nog een medemens vanavond. Ook belangrijk als je dagenlang in bed verdwijnt! Toen ik Pappa afgelopen week sprak vertelde hij over een flinke griepaanval, die hij een paar weken geleden het hoofd moest bieden. ‘Echt heel erg Heks, helemaal niet leuk. Goh, wat was ik er beroerd aan toe. Ik heb wel 5 dagen in bed gelegen!’

‘Zit niet te zeuren, schat, ik heb dagelijks met dit soort toestanden te maken. Momenteel heb ik elke nacht koorts of iets wat daarvoor doorgaat. Elke ochtend sta ik doodziek naast mijn bed. En ik zie soms dagenlang geen mens, behalve in een park als ik met m’n hondje loop rond te stumperen. Maar met dit zure weer van de laatste maanden zijn ook de parken leeg en somber.’

Op tweede paasdag hebben Heks en Frogs afgesproken voor een gezellige brunch. Aanvankelijk was het plan om een aantal vrienden uit te nodigen, maar dat gaat niet lukken natuurlijk .

De tafel staat vol lekkere dingetjes. Ik heb kwarteleitjes gekookt. Frogs eet er zowaar eentje op. ‘Ik hou alleen van paaseieren, Heks. Daar werd ik als kind al mee geplaagd…..’ We zitten gezellig te keuvelen tussen de bloemen en planten: Ik heb een complete voorjaarstuin aangelegd op mijn keukentafel.

Die middag gaan we eventjes kijken bij een kleine expositie over Johan Cruijf. Onze vriend Trueman heeft dit nationale icoon in 1985 gefotografeerd, toen hij met Ajax aan het trainen was op het strand van Wassenaar. ‘Goh, ik wist helemaal niet dat je foto’s van hem hebt gemaakt,’ roepen Frogs en ik om beurten. ‘Ik werkte toen voor het Leidsch Dagblad. Zij logeerden in Hotel Duinoord. Ik werd gewoon op pad gestuurd…’

De foto’s staan vol met topspelers uit een grijs verleden. Trueman wijst allemaal voetbalcoryfeeën aan, zoals Rijkaard, Koeman en ga zo maar door. De foto’s zijn prachtig! Ik maak weer foto’s van de foto’s. Gewoon een impressie. Maar de originelen zijn vele malen mooier…..

Frogs heeft een gedicht geschreven over zijn held. ‘Ik was indertijd aanwezig bij het meest beroemde doelpunt dat hij ooit gemaakt heeft: de lob! Ik ging altijd met mijn vader en broer naar ADO kijken en op een dag speelden ze tegen Ajax. Ik stond er met mijn neus bovenop, toen hij die goal maakte. Maar ik kan me er weinig van herinneren. Van het moment zelf bedoel ik…..’

‘Wel weet ik nog dat hij een keertje rakelings langs me liep op weg naar de kleedkamers. Ook heel speciaal, Heks. Dat doelpunt is overigens grandioos. Wereldwijd wordt het gezien als een van de mooiste doelpunten ooit gemaakt. Hij heeft nog meer geweldige doelpunten gescoord, maar deze is voor mij superspeciaal. Ik heb er een gedicht over geschreven…’

In de galerie, temidden van al die prachtige foto’s, draagt Frogs het gedicht voor. Een intiem optreden, want we zijn maar met z’n drietjes. Het zure zonnige waaiweer met ijskoude rukwinden houdt mensen in hun huis gevangen. ‘Gisteren en vanmorgen is het lekker druk geweest,’ vertelt de fotograaf.

Frogs maakt ons aan het lachen met zijn optreden. Ik maak een paar mooie foto’s van deze oude vrienden. Ik ken hen beiden al meer dan dertig jaar en nog steeds hebben we altijd pret samen!

Even later gaan we ervandoor. Trueman heeft het druk. Hij is bezig met het schoonmaken van een paar oude afdrukken van foto’s van Cruijf op zijn laptop. Er komt zeer binnenkort een boek uit over deze grote ambassadeur van Nederland en zijn foto’s komen daarin!

Wij laten ons terugwaaien naar het huis van Frogs. Daar zit Varkentje op ons te wachten. Heks kan niet meer lopen tegen die tijd, heupen hangen uit de kom. Mijn lichaam is compleet vernacheld. ‘Ik heb er een virusje bij, Frogs, dezelfde ellendeling die jou plaagt, alleen ik heb het natuurlijk tien keer zo erg. Alles doet zeer. Ik kan geen pap meer zeggen, laat staan dat ik worst lust. Ik heb helemaal nergens trek in. Ik wil slapen.’

Mijn kikkervriend brengt me thuis met de auto en gaat ook nog mijn hondje voor me uitlaten. Ik lig de rest van de dag gestrekt. Pas in de loop van de avond ben ik weer een klein beetje aanspreekbaar. Dan brengt Frogs Ysbrandt terug. ‘Het was ondanks alle grieperigheid toch een hele gezellige pasen, Frogsie.’

God wat ben ik blij met zo’n goede vriend. Zonder hem had ik toch mooi liggen creperen dit weekend. Oververmoeidheid, spierpijn, gewrichten uit de kom, griep en honden uitlaten gaat nu eenmaal niet samen.

De lob (1972)

Op een gegeven moment kwam de lob
de bal van de voet van Johan
verschalkte Kees en Ton
ik stond erbij en keek ernaar
met vader en broer in het Haagse Zuiderpark
hark de herinnering aan
de keeper bleef staan
de bal rolde tot voordeel van de een
tot nadeel van de ander
in het levende doel

nu is hij gegaan
ik zie het beeld
het touwtje aan zijn hand
de beweging zo snel
tot de magistrale lob

niemand neemt ons

‘un momento dado’ af.

Rik van Boeckel
24 maart 2016
R.I.P Johan Cruijff

Video-opname van het magistrale doelpunt.