Zenuwpijnen voor een prikkie. Heks krijgt de hik als ze het hoort. Het is ongehoord. Te gek voor woorden. Het moet niet gekker worden! Teveel B12 blijkt ongezond. Maar: Ik krijg twee porties per week in mijn kont!

‘Heks, het was zo gezellig gisteren; Echt heerlijk! Maar ik schrik wel van je verhaal over die B12 injecties. Daar moet je echt iets mee doen, want het is gewoonweg schandalig! Echt heel erg…..’ appt Steenvrouw me op tweede paasdag. Vandaag dus.

Gisteren hebben we fantastisch gedineerd samen met haar kids. Dochterlief heeft volledig binnen mijn hopeloze dieet een heerlijke maaltijd op tafel gezet. ‘De wijn was fantastisch, geen kater of hoofdpijn, niks!’ vervolgt ze haar betoog.

Nou ja, zoveel hebben we nu ook weer niet gedronken. Heks komt uit een familie van zuipschuiten en ook tijdens mijn werkzaamheden in de kroeg lang geleden heb ik mensen met enige regelmaat veel meer naar binnen zien slaan. Zonder daar nog dronken van te worden.

Dus die ene fles met z’n tweetjes moet kunnen.

Vandaag is het chagrijnig weer. Ik heb een hele leuke lunch in Amsterdam bij Elfje, maar het lukt me maar niet om op gang te komen. ‘Zie maar of je komt,’ mijn vriendin begrijpt gelukkig dat ik met enige regelmaat niks voor elkaar krijg, ‘Anders spreken we snel iets anders af!’

Maar ja. Wie weet krijg ik opeens de spirit en tuf ik alsnog naar Amsterdam Noord om te kijken wat ze nu weer allemaal overhoop heeft gehaald. En om eitjes te verven. ‘Ik ga daar een speciaal hoekje voor maken,’ verklapt ze me bij voorbaat.

Maar eerst nog eventjes afwachten. Krijg ik mijn lijf weer in het gareel?

Vorige week ga ik naar mijn huisarts om een klacht in te dienen over de praktijkbegeleidster geestelijke gezondheidszorg. De vrouw heeft zulke rare dingen tegen me geroepen, dat ik er klaar mee ben. Je zou er depressief van worden. ‘De dokter is er niet, ik neem voor hem waar,’ zegt een wildvreemde dame tegen me in de deuropening van de wachtkamer.

Nou ja. Vooruit dan maar. Ik sjok achter haar aan de trap op. Dit is toch ook geen pand voor MEpatiënten met al die steile eindeloos lange trappen. Ik plof in de eerste beste stoel, die ik boven tegen kom.

De waarnemend arts probeert mijn klacht natuurlijk af te zwakken. ‘Die vrouw heeft het vast niet gemeen bedoeld,’ als ik vertel hoe de POH GGZ  me nog net niet heeft uitgemaakt voor aansteller. Ook beweerde ze dat iedereen wel eens wat heeft. Ze heeft me vertelt dat ze zelf een klutsknie heeft, waardoor ze dingen niet kan, die ik wel kan. Hetgeen nog te bezien valt.

Ze raadde me aan minder te schelden, zodat ik minder moe zou worden. Deze psychologe van de koude grond. Ook beweerde ze, dat er voor mij nu eenmaal geen hulp is, noch ooit zal komen. Nou, lekker is dat. En ze prees me, omdat ik zo goed bezig ben met genieten. Ja, duh.

‘Je kunt zulke dingen niet zeggen tegen mensen met deze ernstige ziekte, waarbij meerdere systemen van het lichaam betrokken zijn. En al helemaal niet in die functie. Ik heb het opgezocht, maar het is dus echt een vak. Waar je een opleiding voor volgt. En die vrouw rapporteert ook terug naar de huisarts. Daarom zit ik hier, ik wil één en ander rechtzetten.’

De arts probeert me een beetje af te leiden door te vragen of er recent nog  bloedonderzoek is gedaan. Ze zit al klaar om een formulier in te vullen. ‘In november is er van alles nagekeken. Er bleek een reactie te zijn op Lyme, maar dat kan samenhangen met die ellendige ME. Er zit in elk geval geen actieve Lyme volgens de parasitoloog.’

‘En de schildklierwaarden waren niet goed……’ vervolg ik. ‘Nee hoor, die vallen binnen de grenzen van het toelaatbare,’ reageert de vrouw tegenover me, terwijl ze in mijn dossier tuurt. ‘Je B12 is wel veel te hoog. Hoe kan dat? Daar kun je ernstige neurologische klachten van krijgen. Ik heb op neurologie gewerkt, dus ik weet daar alles van.’

Perplex kijk ik haar aan. Ik krijg al zeker 12 jaar twee keer per week zo’n ellendige spierprik in mijn bil. Zonder te checken of het eigenlijk wel nodig is. Hetgeen noodzakelijk is, begrijp ik nu. Het is niet zonder gevaar, al dat geprik.

‘Je kunt er tintelingen van krijgen en zenuwpijnen. De klachten waar het tegen helpt kun je juist krijgen bij een overdosering….’ roept de huisarts.

Help. Ik heb dagelijks het gevoel met mijn vingers in het stopcontact te zitten. Ik heb stampende zenuwpijnen door mijn armen heen naar mijn vingertoppen. Mijn zenuwbanen lijken met enige regelmaat in brand te staan! Komt dat hiervan? Nee toch zeker? En waarom kijkt mijn eigen huisarts niet naar de resultaten van bloedonderzoek? Wat is dit voor’n waanzin?

Wat zijn de gevolgen van een teveel aan vitamine B12?

Het lichaam kan bij een hoge inname zelf de opname van vitamine B12 uit de voeding beperken. Er zijn daarnaast geen nadelige effecten op het lichaam bekend van een hoge vitamine B12-inname.

 Bij gezonde personen zal overmatig vitamine B12-gebruik waarschijnlijk geen problemen veroorzaken. Doch als je een erfelijke oogaandoening hebt die bekend staat als ‘hereditaire opticusatofie van Leber’, dan kunnen vitamine B12-supplementen je oogzenuw ernstig beschadigen

Te veel B12 is gevaarlijk en zelfs dodelijk!’ b12-ampullen. Overdosering van deze vitamine is niet mogelijk. Wat je mogelijk teveel hebt ontvangen, plas je weer uit. Wat wel waar is, is dat mensen in een rolstoel terecht kunnen komen en zelfs kunnen overlijden als hun tekort niet op tijd behandeld wordt!

Tja.

‘Je zult het toch allemaal zelf moeten uitzoeken,’ zegt ook deze arts even later tot mijn verbijstering als het over die kutziekte ME gaat, ‘Er is gewoon niets over bekend.’ Maar nu heeft ze toch buiten de waard gerekend. Met een triomfantelijk gebaar smijt ik Dr. Charles Sherperds boek over ME/CVS/PVSF op tafel.

‘Kijk, een boek vol onderzoek over deze invaliderende ziekte. Wij blijken bijvoorbeeld vaak problemen van cardiologische aard te hebben, die met medicatie enorm kunnen verbeteren. Ik zou dus behoorlijk gebaat zijn met een bezoek aan een cardioloog.’ De dokter trekt een vies gezicht. Ze heeft het zelf niet door, maar de weerzin om zich hierin te verdiepen druipt er vanaf.

‘En wat betreft dat “je zult het zelf moeten doen”,’ vervolg ik ferm, ‘Schandalig. Je ziet net wat ervan komt. Jarenlang klachten van die B12, terwijl ik er nog steeds mee wordt geinjecteerd……’ Ik heb ook jarenlang een hele hoge dosis Trisporal geslikt, zonder dat de leverfuncties werden gecheckt. Te gek voor woorden natuurlijk.

‘Ik ben geen arts. Ik heb zelf die LDN ontdekt, uitgezocht, mezelf begeleid met het opbouwen, noem maar op. Dat is ongelofelijk moeilijk geweest, want het eerste jaar werd ik alleen maar zieker. Uit pure wanhoop heb ik doorgezet. Maar ik ben het zat. Jullie gaan er maar eens over nadenken hoe het nu verder moet.’

En wat krijg ik als antwoord? ‘Nou dan spreken we af dat jij uitzoekt hoe het verder moet en dan zal ik eens kijken of ik iets kan betekenen,’ ze schuift het boek resoluut weer naar me toe, zonder er ook maar een blik in te hebben geworpen. Alsof het een vies voorwerp is.

Begrijp me goed: De vrouw is van goede wil. Op zich. Maar het schiet allemaal niet op. ‘Stop eerst maar eens drie maanden met die prikken, dan nemen we bloed af en dan zien we wel verder.’

‘Ik ga van huisarts veranderen,’ vertel ik Steenvrouw, ‘Het is toch te gek voor woorden dit. Te gek voor worden. Echt. Te gek voor woorden.’

 

 

Heks en Hawk. Het gouden duo. Mijn hoogbejaarde aanbidder leert me hoe een man een vrouw het hof hoort te maken. Met bosjes bloemen, complimentjes en vooral: Vrolijke vriendschap. Deze man van de dag, van het uur, beleeft elke minuut intens. ‘We gaan er een geweldige zomer van maken, Heks. Maar ik wil wel met je mee op vakantie….!’ :-)

‘Heks, ben je er klaar voor? Kom je nog morgen?’ Hawk’s opgewekte stem toetert in mijn oor, ‘Om kwart over twee staat de salade klaar, hoor! Wil je ook nog koffie van te voren? Je zegt het maar, hoor. Your wish is my command!’

We spreken tegenwoordig een kwartiertje later af, zodat ik zeker op tijd ben. Hawk raakt behoorlijk ontregeld als ik niet stipt op het afgesproken tijdstip op de stoep sta. Eén van de weinige dingen, die ik aan zijn leeftijd zou kunnen wijten. Maar misschien is hij wel altijd een punctuele man geweest.

De deur staat al op een kiertje, als ik mijn fiets met kar voor het huis parkeer. ‘Kom binnen Heks,’ Hawk staat met een schort voor in zijn kleine keukentje te zwoegen op de wekelijkse salade,  ‘Mi casa es su casa, dat je het maar weet. Alles hier is speciaal voor jou, ik heb zelfs een speciale keukenmachine gekocht voor jouw salade. Allemaal speciaal en alleen voor jou, ik ook,’ ratelt hij vrolijk verder.

Naturel cougar van 91

‘Oh Heks,’ hij omhelst me hartelijk, ‘Wat ben ik blij om je weer te zien. Als ik die ondeugende kop van je maar eventjes kan zien. Kom, dan maak ik lekker een kopje koffie voor je. Heb je je melk meegenomen?’ De koffie staat al klaar in zo’n klein potje met stenen filter, waar Heks ook een hele verzameling van herbergt.

Terwijl mijn vriend melk kookt loop ik zijn enorme tuin in. Even checken hoe alles erbij staat. Hawk voegt zich bij me. ‘Kijk, hier staan hyacinten en hier. Steeds zeven bij elkaar. Dat is mijn getal. Ik ben ook op de zevende van de zevende met mijn vrouw getrouwd…..’ We slenteren over het grasveld naar de prachtige stenen vijver.

Deze opgespoten cougar is zeker 83

‘Ik moet em schoonmaken, Heks. Er zitten prachtige waterlelies in….’ Helaas kan ik hem daarbij niet helpen. Veel te zwaar natuurlijk. Maar een beetje wieden op een zonnige dag……. ‘Binnenkort kunnen we buiten zitten, Heks. Misschien volgende week al. En dan bloeit alles hier, zo prachtig. Ik heb al die bollen speciaal voor jou gepoot. Echt waar. Nog voor ik je kende, Heks. In november. Haha. Alles voor jou!’

Hawks eindeloze liefdesverklaring gaat maar door, terwijl ik hem opgewekt uitlach. ‘Oh, Heks, ik zal je zo missen als je naar Frankrijk gaat. Echt. Zie ik nu al tegen op. Een maand zonder jouw ondeugende kop. Zonder hoedjes en gekke bekken. Weet je wat? Ik ga mee! Lijkt je dat geen goed idee?’

Deze cougar werkt sinds haar 66ste als erotisch danseres. Ze is nu ergens in de tachtig en heeft het nog steeds reuze druk met haar werk.

‘Haha, Hawk, ik vind het best, maar je komt wel in een mannenklooster terecht, bij de monniken. Jij mag echt niet bij de nonnetjes…’ Dat idee bevalt hem geenszins. ‘Ben je gek, we kunnen toch wel een kamer naast elkaar nemen?’ Hij laat zich niet zo gemakkelijk uit het veld slaan. Het hele concept van een retraite lijkt hem totaal te ontgaan. Mijn oude vriend associeert Frankrijk eerder met het delen van een goed glas wijn!

Ik zit hem lekker uit te lachen. Mafkees. ‘Ach, ik ben ook maar veel alleen, Heks. Ik ga je echt missen! En ik heb ook zoveel vragen aan je. Echt, ik wil van alles weten. Bijvoorbeeld: Kun jij magnetiseren? Ik ben ooit wel eens bij een kerel geweest, die beweerde dat te kunnen. Een ongelofelijke alcoholist. Meneer Huppeldepup. Ken je hem?’

Zo praten we plotseling over heksige zaken. Ik leg hem het verschil uit tussen magnetiseren en wat ik precies doe. Mijn oude vriend springt op en zwaait met zijn armen door de lucht alsof hij iemand afstrijkt. ‘Kijk zo deed die man. Ja, ik voelde wel iets. Van heinde en verre kwamen ze naar die man toe….’

Hawk vraagt vervolgens mijn hulp voor een medisch probleem. ‘Zou je me willen behandelen?’ Maar natuurlijk. Snel maak ik een paar foto’s van hem. ‘Ik behandel je op afstand. Dat werkt perfect. Je bent toch wel door de medische molen geweest?’ Jazeker. Wat dat betreft is alles in orde.

Nadat ik mijn enorme bord salade met perfect gekookte eitjes heb opgesmikkeld gaan we op stap. ‘Dat bord wordt steeds voller, Hawk,’ beschuldig ik hem. Maar ik verwen hem ook. Met soepjes en toetjes. En vandaag een lekker stuk zelfgemaakte pittige pompoencake met gembermuntsaus. Mijn bezorgdheid dat het te heet zou zijn voor hem is volstrekt ongegrond.

Hawk gaat met zijn auto Charlie halen. De eigengereide Dalmatiër. ‘Laten we afspreken bij het Theehuis. Dan drinken we een half glas wijn, Heks, voordat we gaan wandelen.’

In het Leidse Hout zit ik geruime tijd op mijn vriend te wachten. Hij zit vast vast in het verkeer. ‘Oh, wacht je op Hawk?’ roept een dame enthousiast, ‘Dat is toch zo’n leuke man, hij is een beroemdheid hier in het Theehuis. Mijn dochter vertelde me dat hij al zesennegentig is. Haha. Ongelofelijk. Ik ben ook al tweeënzeventig hoor,’ verbijstert ze me vervolgens.

Mijn god, alweer zo’n supervieve bejaarde. Met stekeltjeshaar, hippe bril en een lekker make upje. Misschien iets voor Hawk? Alhoewel….Hij heeft een zoon van haar leeftijd! En ook prakkiseert Hawk er niet over om werk te maken van een andere vrouw dan Heks…..

🙂

Even later duikt Hawk op. Charlie en VikTor zijn ook dolblij om elkaar te zien. In de uitspanning delen we traditiegetrouw een glas rode wijn, terwijl de hondjes aan onze voeten stoeien. De dames van de bediening leggen ons extreem in de watten. Hawk heeft een ware popsterrenstatus hier!

Aan een ander tafeltje zit de psychiater dit tafereeltje nijdig te observeren. Wat heeft die Hawk wat hij niet heeft? En gaat hij nu ook al op vakantie met Heks? Hij wil er eigenlijk het zijne van weten. Maar hij heeft ook nieuws. Een oude vriend van Heks is vorige week plotseling overleden.

‘We gaan dinsdag zuipen in de Burcht bij wijze van eerbetoon, je moet echt ook komen!’

‘God, als ik de pijp uit ga, laat ze dan asjeblieft iets anders verzinnen als eerbetoon,’ bid ik inwendig. Maar ja. Het is natuurlijk wel de ultieme hommage aan een zuipschuit. Heks gaat er echter niet heen. Ik was niet erg op hem gesteld. Daarbij: Het is iemand uit een ander tijdperk. Een afgesloten era. Van het close harmony koortje dat we een tijdje met elkaar hadden is de helft intussen al dood……

Naast ons tafeltje zit een ouder echtpaar vertederd naar ons te kijken. Vooral als ze horen hoe oud onze Hawk nu eigenlijk is. ‘Ach ja, ik weet het,’ charmeert hij de mensen de tent uit, ‘Ik ben een man van de dag…….’

‘Van het uur,’ gooit hij er een schepje bovenop. En het is zo. Ik begrijp opeens zijn haast om enorm te genieten. Zijn ongeduld om allemaal leuke dingen te doen met Heks.

We lopen nog een uitgebreide ronde met de hondjes door het langzaam uitbottende Hout. ‘Wat een heerlijke middag, Hawk,’ zoen ik hem op beide wangen bij het afscheid. ‘Dag Heks,’ zwaait mijn makker, ‘Adios, adios!’

’s Avonds zie ik een gek televisieprogramma over jongemannen, die op oude vrouwen vallen: Shock Doc. 50 Shades of granny!  Jongens van begin twintig, die op negentigjarigen duiken. Er gaat een wereld voor me open.

Opeens krijg ik meer begrip voor de enthousiaste reacties in het verleden op datingsites van jongens, die mijn kleinzoon kunnen zijn. Die hebben vast ook een dergelijk trauma opgelopen. Want de boys in het programma hebben zonder uitzondering op jonge leeftijd een oude pedofiele taart over zich heen gekregen. Misbruik dus.

‘Ik zou willen, dat ik op vrouwen van mijn eigen leeftijd viel, mijn vrienden lachen me uit. Het gaat echter niet. Ik voel niets voor hen. Maar ik wil zo graag normaal zijn. Kinderen krijgen, een gezin stichten…… En dat kan allemaal niet,’ zegt de beeldschone Octavio. Op zijn veertiende ontmaagd door een veertigjarige. Of iets dergelijks.

De dames op leeftijd zijn maar wat blij met de viriele jongemannen. ‘Mannen van mijn leeftijd zijn volstrekt uitgeblust en halfdood,’ beweert een volledig verbouwde cougar met flapperende schaamlippen in haar gezicht boven een te strakgetrokken kippennek. Een naturel negentigjarige beweert enthousiast nog nooit een glijmiddel te hebben gebruikt. ‘Heb ik echt niet nodig….’ grijnst ze ondeugend, terwijl ze een pannenlap haakt.

Ach ja. Het houdt nooit op. ‘Pas als de laatste nagel in je kist is geslagen, Heks, dat is wat Gerda altijd zei,’ citeert De Don zijn tweede moeder.

Heks denkt aan Hawk. Nou, daar zit ook nog genoeg leven in! Deze man van de dag. Van het uur. Mijn fijne drukke springlevende nieuwe vriend. We gaan er een heerlijke zomer van maken!

 

 

 

Heks lacht zich een ongeluk om andermans ellende als ze de documentaire ‘He lied about everything’ bekijkt. Hoe is het mogelijk? Niet alleen dat iemand zo liegt, maar ook dat je het allemaal gelooft? En niet alleen jij, maar de halve wereld. Dat kan alleen maar het werk zijn van een doorgewinterde narcist, aldus Heks.

Afgelopen zondag kijk ik naar ‘He lied about everything’. Een documentaire van NBC-journaliste Benita Alexander over  Paolo Macchiarini: Een prototype narcist en dan aan de psychopatische kant van dit hopeloze spectrum. Zodra ik de titel voorbij zie komen weet ik al hoe laat het is. Iemand die liegt dat het gedrukt staat? Vast weer zo’n pis-narcist.

En inderdaad. Maar heel lang heeft niemand het in de gaten. De man doet de raarste dingen en komt ermee weg. Ongelofelijk als je er aan de buitenkant tegenaan kijkt. Toch gebeurt het regelmatig. Kijk naar de president van de VS. ook zo’n onwaarschijnlijk verhaal. Heks wacht op de dag dat het deksel van zijn beerput wordt gelicht.

Want ooit gebeurt dat. Waarheid komt altijd bovendrijven. Stomweg omdat het lichter is dan leugen. In alle opzichten.

Benita is een leuk wijf met een goeie baan. Slim, bijdehand met een warm hart. Een uitgelezen hapje voor een beetje narcist. Een echte uitdaging om klein te krijgen. Een behoorlijke kluif om kapot te maken. En als je zo’n slimme journaliste om de tuin leidt ben je echt goed bezig. Als zijnde pis-narcist.

En dat is de man. Of hij nu lacht of niet, zijn gezicht heeft die typerende uitdrukkingsloze narcistenmimiek. Lege ogen. Zij lach bereikt die uitgebluste gaten nooit. Maar dat valt totaal niet op als iemand precies zegt wat je wilt horen. Ook werkte het in Benita’s geval mee, dat de man een gerespecteerd chirurg was. Een soort medische popster.

Hij werkte ook nog eens voor het instituut, dat Nobelprijzen vergeeft. Een prestigieus baantje. De kruiwagen , die hem daar binnen reed sleept hij later mee in zijn val. Want de man valt uiteindelijk. Als blijkt dat hij talloze mensen een plastic luchtpijp heeft gegeven, zonder op een varken te testen of dat nu wel zo’n goed idee is. Zonder het überhaupt te testen……..

Nou ja, als je de bellenblaastest niet meerekent.

Dit is de enige manier waarop hij de buisjes heeft getest……

De luchtpijp bekleedt hij aan de buitenkant met stamcellen van de patiënt zelf. Apart. Denkt hij nu echt dat die cellen een nieuw luchtpijpje gaan vormen? Hij beweert van wel. Vanuit de regeneratieve geneeskunde. Dat luchtpijpje is een kunststukje. Een wonder der techniek.

En wie schetst onze verbazing? De medische wereld, die MEpatiënten decennia lang zonder meer voor gek verklaart, omdat ze niet kunnen ontdekken wat het nu eigenlijk is, gaat hierin mee! Ze vonden het een geniaal idee!  Ze geloven de onzin, die hij hierover in diverse publicaties verkoopt. De sukkels!

Alle patiënten overlijden in no time op afschuwelijke wijze, behalve degene die het onding eruit heeft laten halen. Dan maar geen luchtpijp. Liever zonder pijp dan de pijp uit.

De man wordt dan toch opgepakt en er volgt een onderzoek. En wie schetst alweer onze verbazing? Hij wordt vrijgesproken! Huh? daar zit vast een flinke medische adder onder het gras. Pharmaceutische belangen bijvoorbeeld. Ik roep maar iets. Misschien heeft een groot concern geïnvesteerd in die plastic buizen en willen ze hun naam beschermen.

De man mag dus nog steeds zijn beroep uitoefenen hier in Europa. Te gek voor woorden natuurlijk.

Dit alles is uitermate tragisch. Toch heb ik me suf gelachen om de documentaire. Het grootste gedeelte gaat over de romance van Benita en Paolo en dat is echt om je te bescheuren. Nu heeft Heks ook relaties achter de rug, waarbij ik ongelofelijk in het ootje ben genomen. En ik heb ook dingen geloofd tegen beter weten in. Dit verhaal slaat echter alles…..

Paolo scheidt na dertig jaar van zijn Italiaanse vrouw en doet Benita een aanzoek. Zij gaat direct aan het plannen. Koopt een peperdure trouwjurk, maar hij is niet goed genoeg. Er moet een hele exclusieve jurk komen, want Paolo heeft Bill Clinton en Obama uitgenodigd. Ook heeft hij geregeld, dat de paus hen gaat trouwen……

Hahaha.

Hij is namelijk de lijfarts van deze mensen. En tevens hun beste vriend. En de paus wil hen dolgraag trouwen om een voorbeeld te stellen aan de wereld: Gescheiden mensen mogen gewoon weer gaan trouwen in de kuttelieke kerk!

Hahahahaha….

Naast de trouwjurk moet er nog een dansjurk en een avondjurk komen. Allemaal uitermate duur en lelijk. Ook laat Benita voor 10.000 dollar uitnodigingen drukken. Een godsvermogen. Maar ja, als je de president en de paus uitnodigt kun je natuurlijk niet met een kleuterkaartje aankomen. Aldus Benita.

Op een gegeven moment begint Benita de boel te wantrouwen. De paus blijkt op de dag van haar huwelijk in Zuid Afrika te zitten. ‘Ja, hij is onder druk gezet door de vorige paus, die wil dit absoluut niet hebben…….’ lult Paolo zich eruit. Maar Benita is dan al uitgebreid onderzoek aan het doen naar zijn reilen en zeilen. Ze neemt een privé detective in de arm.

Het hele huwelijksfeest blijkt een farce. De aanstaande echtgenoot heeft nergens een zaal of kerk of gemeentehuis besproken. Hij beweert van wel, maar het is niet zo. Ook is hij niet gescheiden van zijn Italiaanse vrouw. Wel woont hij samen met een andere vrouw in Spanje. Met haar heeft hij een paar kinderen.

En als klap op de vuurpijl blijkt Benita niet het enige liefje te zijn van deze megalomane gek. In elke stad heeft hij wel een andere schat. Het is me wat.

Heks zit intussen te schuddebuiken om Benita’s ellende. Het is ook zo grotesk. En toch is het niet ondenkbaar dat jij of ik hier ook zouden instinken. Sterker nog: De halve wereld is in zijn leugens getrapt. En nog steeds zijn er lieden, die deze moordenaar de hand boven het hoofd houden.

Want ja: De man is een eersteklas moordenaar. Hij heeft willens en wetens mensen ondeugdelijk materiaal door de strot geduwd. Nou ja, beter gezegd: In de strot. En dat kwam hen na enige tijd diezelfde strot uit.

Een wonderlijke geschiedenis. Maar bepaald niet uitzonderlijk. De wereld is bevolkt met narcistische idioten en gekken en gek genoeg lijken die vaak aan het langste end te trekken. En ook dat is prima te verklaren: Als je verspeend bent van iedere vorm van compassie, Paolo interesseert het bijvoorbeeld geen zak dat zijn patiënten bij bosjes het leven laten, dan heb je weinig last van hetgeen je aanricht.

Ik persoonlijk denk zelfs dat die Paolo zich een ongeluk heeft gelachen om zijn vermeende aanstaande huwelijk. Hij wilde wel eens zien hoe ver hij kon gaan bij die Benita, voordat ze argwaan zou krijgen. Het is in geen geval zijn bedoeling geweest om echt met haar te trouwen…..

Toen ze de man leerde kennen had ze het behoorlijk moeilijk. De vader van haar dochter lag op sterven. Haar ex dus. Met wie ze een goede band had.

En dat is wat er vaak gebeurt met narcisten. Je hebt het moeilijk in je leven en ze staan je aan alle kanten bij. Eventjes. Voor de vorm. Om je binnen te harken. Daarna is het afgelopen met dit soort acties. Dat je het maar weet.

Een ander interessant gegeven is dat narcisten zichzelf wel heel zielig kunnen vinden. Zodra er ook maar het minsten zuchtje tegenwind in hun leugenachtige smoel blaast jammeren ze als een klein kind. En dat zijn het ook. Vervelende verwende kleine kinderen. Gevaarlijk gemene uit de kluiten gewassen kutkinderen.

Helaas volwassen. Anders konden we ze lekker opsluiten in een kindertehuis. Zo eentje waar je spinnenkoppen te eten krijgt. En gemalen glas!

 

 

 

 

Omarm je woede. Been het uit! Accepteer jezelf en leer dat nou eens een keer, Heks: Laat een veer. OK dan. Laat ik het doen. Appeltje eitje met hervonden MOJO in mijn hart en kneiter.

Het kwartje valt.  Rinkeldekinkel. ‘Oh, nou snap ik het. Dit is het dus: Je woede omarmen……’ mijmert Heks. Al jaren doe ik vruchteloze pogingen in die richting. En nog steeds blubbert er met enige regelmaat een scheldkanonnade uit mijn lieftallige heksenbekje.

Maar nu: Kukeleku! Ik ben ontwaakt. Naakt.

Plotseling, terwijl mijn nijdige gedachtenstroom wordt onderbroken door een opgeluchte ademhaling realiseer ik me wat me te doen staat. ‘Jeetje, Heksje. Jouw woede is terecht. En terecht, in de zin van niet langer zoek. Jarenlang heb je je mond gehouden, alles binnen gehouden. En nu gaat dat niet meer. Al enige tijd niet meer…..’

‘Toch accepteer je je woede niet. Tot je eigen verdriet. In feite ben je erger dan al die voorgangers, die je de mond hebben gesnoerd na een slechte behandeling. Die handelden gewoon uit eigenbelang. De vuile was moet binnen blijven. Maar jij? Jij ondermijnt je eigen belang! Voortdurend!’

‘Omarm dat boze wezentje vanbinnen. Laat haar nu eens uitrazen, zonder er gelijk een oordeel aan te hangen. Echt, Heks, je bent de slechtste niet. En Godin/God houdt ook nog eens van  alle slechterikken van de wereld. Dat weet je allang. Dus wat let je om van jezelf te houden?’

Deze boze heks heeft daar geruime tijd moeite mee gehad. Ik kon er maar niet over uit, dat ik bol sta van de ongewenste gevoelens…… Onbekende gevoelens ook. Dus onbemind.

We vinden telkens opnieuw ons wiel uit. Ik heb dit ongetwijfeld eerder gedacht. Maar…..

Maar. Geen gemaar.

Sinds enige tijd heb ik mijn MOJO teruggevonden. Ik merk het vooral aan de reacties op straat als ik met mijn hondje fiets. Overal lachende gezichten. Mensen laten me voorgaan in het verkeer. Overal maak ik leuke kletspraatjes. Iedereen lijkt weer mijn partner te zijn. Hoera! Mijn aanpak om afstand te nemen van mensen, die me boos maken werkt!

In een winkeltje koop ik een boodschappentas op wielen. Een noodzakelijk kwaad als je armen veranderen in wormvormige aanhangsels. Het is zo’n leuke tas vergeleken met het geruite grootmoedermodel, waar ik ooit mee begon. Er staan allemaal poesjes op afgebeeld! Perfect voor dit kattenvrouwtje.

Bij het afrekenen raakt de dame achter de kassa in de war. Ze blijkt geen rekenmachine te hebben, noch een echte kassa. Het is zo’n tijdelijk winkeltje vol goedkope huishoudelijke spulletjes. Heks heeft ook een rolveger gekocht voor drie euro. En een keramische dunschiller!

Heks heeft een rekenmachine in haar hoofd, dus snel tel ik de getalletjes op. De dame telt mee, maar opnieuw wil ze me te weinig rekenen. Het is een schat van een meid met een fleurige hoofddoek om haar trieste koppie. Als ik het juiste bedrag afreken loopt ze plotseling haar winkel in.

Links en rechts pakt ze kleine pakjes en frutseltjes. ‘Voor jou,’ ze legt het op de toonbank. Heks kijkt verbaasd op. Wat krijgen we nu? ‘Ik ben failliet,’ legt ze uit in gebroken Nederlands, ‘Over drie weken gaat de boel hier dicht…..’ Oh, wat jammer. Ze vertelt haar verhaal en ik luister. Vanouds. Dan betuig ik mijn deelneming en wens haar heel veel sterkte.

‘Ik zal haar een potje kweeperenjam brengen,’ besluit ik later. Niet omdat dat echt helpt tegen dergelijke destructieve krachten in je ondernemende leventje. Maar omdat ik mijn MOJO terug heb. Omdat er weer ruimte is voor mededogen. Omdat iedereen weer mijn partner is.

Met uitzondering van narcisten en psychopaten. Die laatste groep wil ik graag aan het goddelijke overlaten. Laat die er maar veel van houden, mijn lukt het vooralsnog niet. En ik doe ook geen moeite meer, want het wordt toch niet gewaardeerd door dat menstype weet ik uit ervaring. Jouw liefde maakt je hooguit bruikbaar…….

Goede reis Stephen Hawking! Ik hoop dat je nu alles snapt, bevrijd van je lamme lijf en de vloek van ons driedimensionale voorstellingsvermogen. En misschien ontmoet je wel je Schepper. Je vrouw heeft er hard genoeg voor gebeden…….

De laatste paar weken denkt Heks veel aan Stephen Hawking. Niet omdat ik hem persoonlijk ken en vermoed dat hij zijn laatste levensfase in gaat. Nee. De film over zijn leven, die ik onlangs heb gezien is blijven nagalmen in mijn hoofd. En hart.

Heks is zelf chronisch ziek. Ik zou eigenlijk nu wel eens in een verpleeghuis kunnen zijn beland, maar deze gifkikker springt nog steeds rond. Niet meer zo hoog als vroeger. En beduidend korter.

En altijd met pijn. Kon ik er in het verre verre verleden eindeloos tegenaan met mijn wagonlading energie per dag, nu moet ik het doen met tien theelepeltjes van hetzelfde spul: Levensenergie.

Het fascineert me dan ook om te zien hoe deze man met zijn brakke lamme lijf de hele wereld over reist om over het heelal te praten. Hoe krijgt hij het voor elkaar? Hij kan niet eens praten. Dat doet zijn stemcomputer voor hem. Door een nog functionerende gezichtsspier te bewegen kan hij letters aanwijzen en op die manier woorden vormen. Een tijdrovend klusje.

Op de avond van zijn overlijden kijk ik naar een uitgebreid interview van de Ierse presentator Dara Ó Briain met deze Britse theoretisch natuurkundige en zijn omgeving in de documentaire Het bijzondere leven van Stephen Hawking.  

Weer raak ik gefascineerd door zijn onvermoeibare inzet voor zijn vak. Volgens hem heeft zijn liefde voor natuurkunde hem in leven gehouden. Zijn eerste vrouw Jane heeft altijd voor hem gebeden, maar betwijfelt zelf of dat de truc gedaan heeft bij deze verstokte atheïst.

‘Stephen kon een heel universum vormen in zijn hoofd. Hij kon natuurlijk niet meer op een bord tekenen en dergelijke. Dus hij moest wel. Op die manier kwam hij tot zijn theorieën,’ een oud collega van hem kan er nog niet over uit,

‘Hij was echt geniaal, hoor. Dat merkte je bijvoorbeeld in discussies met andere wetenschappers. Ongeacht wat je naar voren bracht, hij diende je direct van repliek!’ Er ging een hele wereld schuil achter dat kleine voorhoofd……

Zijn zoon vertelt hoe zijn vader hem eens antwoordde op de opmerking ‘Pappa, kunnen er overal kleine universa zijn? In allerlei dimensies? Is dat mogelijk?’ met ‘Er is geen idee gek genoeg om te onderzoeken.’ Niks: ‘Doe niet zo raar, zit niet zo dom te lullen, dat kan niet. Omdat ik het zeg.’  Verfrissend.

Heks raakt helemaal geïnspireerd. In mijn hoofd zitten hele universa verborgen. En ik heb de meest krankzinnige ideeën over de schepping en het heelal. Ik ben dan wel geen natuurkundige, hoewel ik het altijd een mooi vak heb gevonden. Ik ben een mystica. Ook mijn hoofd reageert op symbolen en waarnaar ze verwijzingen. Maar ik heb een iets ander invalshoek. Ik roep al heel lang, dat mijn vak van toverheks heel erg logisch is.

Wiskunde met haar Heilige Geometrie overlapt in mijn optiek mijn invalshoek en die van de natuurkunde. En alchemie natuurlijk. Alleen delven wij het goud in ons hart.

Misschien doe ik het wel zo goed met mijn ziekte, omdat ik altijd bezig ben gebleven om met te verdiepen in esoterie. Was ik zonder mijn heksenbezem al lang in een rolstoel beland. Of chronisch in bed.

‘Heb je ook pijn,’ vraagt Dara Ó Briain aan Hawking, zo’n drie jaar geleden. ‘ALS gaat niet gepaard met pijn. Ik ondervind wel ongemak, omdat ik niet kan gaan verzitten in mijn rolstoel.’ Gelukkig maar. Pijn is niet fijn verzeker ik je.

‘Wat ik veel vervelender vind is dat ik niet terug kan praten als iemand tegenover me zit. En mensen hebben niet altijd het geduld om te wachten tot ik ben uitgetypt.’

Tel uw zegeningen, Heks. Jij kletst altijd als de beste. Iedereen komt altijd overal naar je toe voor een gezellig praatje. Je loopt kaarsrecht met je rare rug. Je ziet aan niets hoe belabberd je er eigenlijk bijhangt. En dat is best lastig af en toe. Want je wordt veel te hoog ingeschat. Maar het is ook een groot goed.

 

Knibbel knabbel kneusje. Wie kreukelt er door heksenhuisje? Het is die kol, die toverkol. Piepend als een muisje. Schuddebuikend van de pret ook. Om een zeperd in een domme soap. Een lachend levend lijk! Hihihi, hahaha. Ik stond erbij en ik keek ernaar.

Knibbel knabbel kneusje. Wie kreukelt er door heksenhuisje? Het is die kol, die toverkol. Piepend als een muisje.

Oh, oh, wat is mijn favoriete soap weer grappig momenteel. Sinds kort volg ik em weer met enige regelmaat. De intriges binnen deze omhooggevallen familieclan zijn weer onwaarschijnlijk, maar dat is het echte leven ook. Smullend zit ik ernaar te kijken onder het genot van een kopje koffie en een ontbijtje.

‘Hahaha’, lacht Heks als iemand een vaderschapstest vindt in de tas van zijn zwangere vrouw. ‘Hihihi,’ giebel ik als ik in een volgende scène de vader van het slachtoffer zie beweren, dat hij een goede vader is. Ondanks dat hij zijn piemel in de vrouw van zijn zoontje heeft gestoken.

Hij zegt tegen een foute doch zeer loyale werknemer/vriend zeer veel van zijn zoon te houden. ‘Ik zou hem nooit pijn willen doen!’ Huh? Zijn vrouw verleiden valt daar blijkbaar niet onder. Nee. ‘Het feit dat je het daarbij laat duidt op jouw sublieme vaderlijke eigenschapen…. ,’slijmt zijn foute vriend. Nou ja. Niet te volgen…. Toe maar!

‘Misschien vindt hij zichzelf wel zo’n geweldig goede vader, met zulk topzaad, dat hij zich de aangewezen persoon voelt om zijn schoondochter te bezwangeren…..,’ gniffel ik hikkend om andermans fictieve ellende.

O jeetje. Nu moet ik helaas prikken halen en ik wil ze deze keer niet missen. Midden in de escalatie van een wekenlang zorgvuldig opgebouwd drama. Maar ja, prikken zijn belangrijker, want ik heb een gigantisch snothoofd.

De snotterigheden zijn zich al dagen aan het verzamelen in de diverse holtes in mijn verkouden hoofd. Om zich uiteindelijk pijnlijk vast te zetten in mijn voorhoofd. Dit in combinatie met de gereactiveerde whiplashnek van de laatste tijd verandert mijn hele heksenkop in spergebied.

Snel spring ik op de fiets. Ik zet em op de hoogste stand en snor de straat uit met een jakkerend hondje naast me. ‘Kom op, kleine smurf, we moeten ons haasten. De vrouw heeft er te lang over gedaan om uit de kreukels te komen…..’

Gelukkig mag ik er nog in bij de doktersassistenten. Ze zijn namelijk best streng. Soms heb ik me de tandjes gehaast om vervolgens onverrichterzake weer weg te gaan, omdat ik een paar minuten te laat ben.

Maar vandaag heb ik geluk. Binnen een paar minuten zijn er een paar injecties bij me naar binnen gejast. B12 in mijn kikkerbil en een enorme wesp heeft een heel gemeen bijtend goedje in mijn schouder geprikt. Citrus! Daarbij verbleekt de eveneens ellendige B12 spierprik.

Toch laat ik me twee keer per week zonder morren te grazen nemen. Beide injecties hebben hun nut ruimschoots bewezen. Zonder de B12 zat ik chronisch met mijn vingers in fictieve stopcontacten te prakken. En zonder de citrus waren mijn snotverloren voorhoofdsholtes nu zwaar ontstoken……

Pompediepom. Wat is dat toch raar. Je kunt je doodziek en zwaar beroerd voelen en toch een goed humeur hebben. Het zal wel zoiets zijn als mensen met alles wat hun hartje begeert, die steen en been klagen. Maar dan andersom.

Ik fiets de hele Singel rond. Mooi, dan heeft dat mormel alvast een goeie ronde gehad. Nu gauw naar huis en weer mijn bedje in. Jeetje, wat ben ik belabberd. Goedgehumeurd, maar tevens halfdood. Een lachend levend lijk!

Eenmaal thuis staat mijn hulp op de stoep. VikThor springt een gat in de lucht: Hij is stapelgek op mijn nieuwe thuiszorg! En dat is wederzijds.

‘Ik doe vandaag niets,’ waarschuw ik haar maar direct, ‘Ik ben zo gammel als een ouwe geit met lubberige fruituiers en uitgezakte kaaskuiten.’ Dan zie ik plotseling dat de deur van de vriezer op een kiertje staat. Huh? O jee! Nu moet ik toch aan de bak, want de hele koelkast staat onbedoeld te ontdooien.

Uren later kan ik dan eindelijk nog eens naar die soap kijken. Naar die hopeloze steenrijke narcistische vader. Naar de dochter van een andere narcist, getrouwd met de zoon van narcist nummerje 1. Gepakt door diezelfde narcist nr 1.

Heks moet er erg om lachen, echt tot tranen toe, maar alleen maar omdat het allemaal nep is. In het echt is het niet zo grappig. De vergaande vrijheden, die narcistische idioten zich permitteren. En de gestoorde verhalen, die ze ophangen om het achteraf ook nog te rechtvaardigen. Want zij zitten nooit fout. Welnee.

Je neukt de vrouw van je zoon, maar bent toch een goede vader. Heks snapt de redenering niet, maar ik heb al vaak vergelijkbare lulverhalen aangehoord in het werkelijke waarachtige leven. Nog onwaarschijnlijker zelfs. Want er wordt wat afgerommeld in de wereld. En niet alleen door narcisten.

Heks kent mensen, die door iedereen ongeveer als heilige worden gezien, maar die intussen stiekem de kat in het donker knijpen. Hun eigen partner belazeren alsof het niets is. Om zich beter te voelen vertellen ze het dan aan Heks. Ook al heb ik een bloedhekel aan die verhalen. Ook al heb ik zwaar de pest aan liegen, bedriegen, vreemd gaan en dergelijke.

Heks vertelt het echter niet verder. Misschien moet ik dat maar eens gaan doen, dan is het vast zo afgelopen met die idioterie!

Heks is helaas nooit als heilige gezien. Ik sta te boek als lellebel. Omdat ik een vrije vrouw ben, die beschikt over haar eigen seksualiteit. In een patriarchaat. Uitermate verdacht dus….

Dat ik niet met getrouwde of anderszins gebonden partners wens te verkeren is nog nooit iemand opgevallen. Maar als de kwijl langs de kin van zulke ontrouwe getrouwde types druipt als ze met me staan te praten heb ik het toch gedaan! Als sloerie ende slettenbak.

Vanmiddag zit ik in bed het laatste deel van de soap te kijken. Naar de narcistische karakters, die borg staan voor het succes van de serie. Want laten we wel wezen: Het zijn hopeloze en gevaarlijke mensen, die psychopaten en narcisten.

Heel voorspelbaar in hun vernietigende gang door het leven, in die zin dus best vrij saai. Maar met hun volstrekt gestoorde gedrag en idiote uitspraken volmaakt geschikt voor een goeie soap!

Denk maar aan Trump, die zou zo kunnen meespelen! Misschien een leuke carrièreswitch in de nabije toekomst. Iedereen blij. Hij kan zich schaamteloos oranje laten grimeren, zijn lippen laten opspuiten tot ongekende hoogten en elke dag een andere pruik op.

Hij kan straffeloos zijn geliefde nepnieuws verkondigen. Alleen tegenspeelsters betasten  is er niet meer bij sinds MeToo. zelfs niet voor mannen met geld en macht. Dat is dan toch jammer voor hem. Misschien een dealbreaker bij deze verder overigens perfecte baan.

En wij? Wij lachen ons dood!

Waarom lachen we om andermans leed?

Van Dijk wil leedvermaak geen negatieve emotie noemen. ‘Wij noemen het juist een positieve emotie in die zin dat leedvermaak ons psychologische voordelen oplevert. Op de een of andere manier is het goed voor onszelf – omdat het bijvoorbeeld ons rechtvaardigheidsgevoel bevredigt of ons zelfbeeld opschroeft.’

Soms ben ik mezelf niet en laat ik alles uit mijn handen vallen. Of ben ik dan juist meer mezelf? Kwaad worden op mezelf helpt in elk geval geen zak in zo’n geval. En als dit is wie ik ben wil het in geen geval blijven….. Ken jezelf. En lach erom!

Vrijdagmorgen gooi ik de kopjes door de kamer. Nou ja. Een glas, een bord en een schoteltje liggen nog voor het ontbijt aan gort op de keukenvloer. Hopla, dat begint weer lekker. Misschien trek ik nog bij, maar met een beetje pech gaat dit de hele dag zo door.

Een goed uur later ben ik er uit. Het gaat de hele dag zo door. Een pak melk vliegt sproeiend door de lucht. Koffieprut vliegt om mijn oren. Mijn pogingen om er dan nog maar een shot caffeïne tegen aan te gooien worden direct verijdeld.

Ik laat werkelijk alles uit mijn handen vallen, dus ik ben al vijfenzestig keer voorover gebogen om het gevallene weer op te rapen. Bij wijze van alternatieve ochtendgymnastiek. Met speciale muzikale begeleiding: Zwaar gesteun en gekreun, want mijn lijf doet pijn. Au, au.

Mijn wekelijkse prikken heb ik ook al gemist, want ik ben dwars door de wekker heen geslapen. En ik liep natuurlijk vannacht om vijf uur de hond uit te laten, dus echt fris en uitgeslapen ben ik ook niet. Kommer en kwel. Let wel!

Later zie ik een programma op een christelijke zender. Het gaat over een man, die er een ongelofelijk potje van heeft gemaakt.  Drank- en drugsmisbruik loopt als een rode draad door zijn leven. Een spoor van vernieling, ellende en narigheid sleept achter hem aan.

Mensen vertellen de meest verschrikkelijke verhalen over hem, geïllustreerd met foto’s van een ontaarde jongeman op een podium. Een microfoon in de hand zingt hij de sterren van de hemel. Of hij denkt dat te doen. Tussen zijn oren zit een lijn coke. Er loopt duidelijk een streepje door!

Opvallend is weer hoe de man zijn gedrag als verslaafde bagatelliseert achteraf. Hij heeft de mond vol over zijn ellendige jeugd, zijn mislukte huwelijk en zijn onvermogen om zichzelf te zijn gedurende het grootste gedeelte van zijn leven. Maar slechts 1 keertje hoor ik hem zeggen dat hij anderen veel pijn heeft gedaan. Helaas.

Het is des mensen. Onze eigen pijn voelen we als de beste, maar de pijn die we bij anderen veroorzaken zijn we zo vergeten. Als we het überhaupt al in de gaten hebben. Vooral onze narcistische en psychopatische medemensen missen dit vermogen ten ene male……

De man op de televisie is echter in de Here geraakt. Eerst hielp het niet echt tegen zijn coke verslaving, maar uiteindelijk heeft de hand Gods zijn verlangen naar dit goedje er met een grote klap uit geslagen, toen hij wanhopig op het strand liep te jammeren. Nu is hij gelukkig. Zijn omgeving is dolblij! Hij schildert en schrijft. Eindelijk kan hij zichzelf zijn.

Jezelf zijn.

Jezelf zijn is fijn. Als je jezelf dan uiteindelijk gevonden hebt. Na jarenlange strijd en extreme zelfmedicatie tegen die putdiepe zielspijn van het niet met jezelf verbonden zijn.

Jezelf zijn. Je kunt de televisie niet aanzetten of er is wel een talentenjachtachtig programma aan de gang, waarbij de winnaar beweert vooral zichzelf te zullen blijven. Heks vindt dit altijd kostelijk vermakelijk. ‘Ja, ik blijf echt gewoon mezelf,’ kwezelt er weer eentje, terwijl ik lig te hikken van de lach in mijn bedje.

‘Ik ga echt mezelf blijven, hoor,’ terwijl je geen idee hebt wie je eigenlijk zelf bent is ook komisch. Ja toch? Dat eeuwige hopeloze afgescheiden zelf. Dat zelfzuchtige zelfje is bepaald geen elfje. Of engel. Een bengel is het. Een strontvervelend kwezelke.

Niet jezelf blijven, maar jezelf leren kennen lijkt mij persoonlijk een beter idee.  Ken uzelf, gnothi seauton, Nosce te ipsum.  Heks is bepaald niet de eerste die op dit idee gekomen is.

Om jezelf te leren kennen moet je eerst stil worden. Zodat je jezelf kunt verstaan. Zodat je kunt ontdekken dat je zelf niet is afgescheiden van de rest. Zodat je je verbonden kunt voelen. Oh wonder!

Vandaag laat ik alles uit mijn handen vallen. Ik buk een keer of honderdachtentachtig om alles weer op te rapen. Ik raap mezelf als het ware op van de grond. Liefdevol. Na eerst een potje schelden. Uit machteloze frustratie.

Ken jezelf, maar vooral: Houd van jezelf. Kietel jezelf. Til jezelf op…… Lach om jezelf!

Ik zeg het tegen mezelf. Vooral tegen mezelf. Mijn eigenste heksige verbonden zelf!

Wie schrijft blijft er in spin de bocht gaat in. Overal een mooi verhaal van maken, de roestige spijker precies op de kale kop raken of gewoon de boel vermaken? Heks heeft geen idee in welke richting haar gekrabbel kriebelt. Toch neem ik maar een jaartje respijt. Ik wil mijn heksenblog nog niet kwijt!

Afgelopen week wordt er weer honderd dollar afgeschreven door WordPress. Ik kan er weer een jaartje tegenaan met mijn blog! Maar doe ik het ook? Ben ik nog een beetje schrijfs? Of is mijn vurige pen uitgeblust? Zijn de scherpe kantjes van mijn puntige potlood geslepen? Krijg ik geen prettige letter meer op papier?

Of gebeurt er gewoon niets in mijn amoebebestaan?

ja, Heks. Hoe zit het? Zelfs nu Phil terug is op de telvisie schrijf je nog steeds vrij weinig! Is er dan niets dagdagelijks de moeite waard om eens een blog aan te wagen?

Er is genoeg de moeite waard. Maar ik weet even niet hoe ik wil schrijven.

Toen ik een vijftal jaar geleden dit heksenblog lanceerde was het mijn oprechte doel en streven om te schrijven over inspirerende zaken. Teneinde mezelf aan de haren uit het gootsteenputje van mijn amoebebestaan te sjorren. Toverreceptuur voor een gelukkig bestaan…… Oog hebben voor het kleine geluk, dat gewoon op straat ligt! Hier om de hoek.

Na een goed jaar alles en iedereen de hemel in schrijven gebeurde er iets in mijn persoonlijk leven dat me de schellen van mijn idealistische ogen deed vallen. Dit blinde vinkje werd plots ziend. Bijziend vooral. En wat ik zag deed pijn aan mijn ogen.

Een dolk in mijn hart.

Een lange periode van verbaal bloggeweld brak aan. Vol zuur en bitter uitgebraakte verscheldsels. Niet alleen mijn eigen kleine heksenwereldje bleek boos en venijnig te zijn geworden. De echte wijde wereld kan er ook wat van! Hij blijkt eveneens bevolkt te zijn met narcisten en psychopaten. En ook daar kan ik geen mooi verhaal meer van maken.

Grimmig tekent de tand des tijds weer een paar idioten op in de geschiedenisboeken. Hun wanbeleid vreet de basis waarop we staan aan. Rechteloze mensen vluchten van hot naar haar. Overal worden deuren dicht gesmeten, zonder dat er een raam open gaat. Verbinding tussen de mensheid is verder te zoeken dan ooit.

Heks heeft afscheid genomen van alles en iedereen, die me vasthielden in een bepaald patroon. Mijn please please please patroon. Vol Woefdram-achtig gelach en het geven van buitenissige positieve aandacht aan Jan en Alleman. Mijn patroon om mensen op te peppen en een beetje op te tillen. Mijn verwoede edoch averechtse pogingen om harmonie te bewerkstelligen in een wereld vol kemphanen.

Begrijp me goed: Het werkt op zich wel. Als je bij voortduring je gloeiende best doet en een hele hele hele lange adem hebt. Als je er altijd weer een flinke schep bij wilt doen. Als, als…..

Maar het werkt niet voor mij. En dat is ook logisch. Vanuit een laag gevoel van eigenwaarde is het slecht kersen eten. Ik kan natuurlijk wel de hele wereld en de godganse mensheid voor gek verklaren. (Op zich best terecht, we zijn een plaag voor de schepping).

Ik kan natuurlijk met terugwerkende kracht woest worden op iedereen, die zonder enige vorm van respect mijn grenzen ooit met voeten getreden heeft. Ik kan me druk maken over mensen, die dit nog steeds pogen te doen.

Maar uiteindelijk schiet ik daar niet zoveel mee op. Het houdt me gek genoeg gevangen in dit onverkwikkelijke patroon. Als het negatief van een foto. Het beeld is er nog steeds. Sterker zelfs op de 1 of andere manier……

Ik wil echter niet meer schelden en tekeer gaan. Het is dodelijk vermoeiend en ik ben al zo moe. Maar ik wil ook nergens nog een mooi verhaal van maken. Dat laatste heb ik ook genoeg gedaan. Heks ging daar vrij ver in!

Je kunt wellicht beter flink schelden op iemand, die je een pak op je sodemieter geeft, dan dat je er een leuke anekdote van maakt. Dus: ‘Ik ben mishandeld door een narcist’ in plaats van ‘Ik ben niet voor niets zo ’n prachtige lange vrouw. Gewoon veel schoppen onder mijn kont gehad……’.

Maar goed. Zal ik nu nog een jaartje doorgaan met schrijven? Kijken welke kant het op gaat? Gewoon zoeken naar een nieuwe richting hierin?

Plotseling treft mij afgelopen week het inzicht dat ik kan schrijven wat ik wil. Ik betaal ervoor. Het is mijn eigen podium. Wie het niet wil lezen, leze het vooral niet.

En dat is ook een voordeel van flink afstand nemen van en me niet verliezen in. Van het gif niet meer zijn werk laten doen. Misschien kom ik nu ook eindelijk eens toe aan wat ik werkelijk wil schrijven. Niet langer slechts reageren op wat er op me af komt. Maar gewoon …….

Leven!

Er zijn meer hondjes die Fikkie heten. Dat blijkt maar weer! Maar of Heks worst lust van Fikkie………. (hij heeft ze net gebakken) Nee: Geef mijn portie maar aan Fikkie!

‘Hoi,’ groet Heks een oude vrind bij de sigarenboer op de hoek. We hebben elkaar in geen tijden gesproken. ‘Ik heb mijn nieuwe hond naar je genoemd,’ plaag ik hem vervolgens, ‘Kijk, dit is em. VikThor met zijn yin yang snor. Haha.’

Ik sta hartelijk te lachen. ‘Nou, dat is een bijster originele naam voor een hond,’ reageert mijn slachtoffer droog. Hij heeft gelijk. Van oudsher is Fikkie zo ongeveer de hondennaam.

Terwijl we staan te grappen is mijn monster achter de toonbank verdwenen. Daar vaandelt hij een lekker snoepje zoals gewoonlijk. Vandaag is er geen tijd om met de gulle gever over de vloer te rollen. De winkel staat vol klanten. Heks rekent af.

De oude vriend is ook klaar met zijn aankopen. Op de stoep spreekt hij me nog een keertje aan. ‘Ik ben niet zo aardig voor je geweest een tijdje geleden, Heks,’ piept hij met een benauwd gezicht. Ik kijk hem aan of ik water zie branden. Waar dan? En wanneer? En in welk opzicht?

‘Op Facebook,’ geeft hij direct toe. O ja. Hopeloos Facebook. Waar mensen menen alles te mogen beweren. Waar iedereen meent op alles te moeten reageren. Dit wankele podium waarop onze meest onzekere medemensen zich met enige regelmaat vergalopperen.

‘Ik kan het me totaal niet herinneren. Het zal weinig indruk hebben gemaakt,’ beledig ik hem onbedoeld direct terug, ‘Heb ik je er soms afgegooid?’ Dat is wat ik over het algemeen direct doe als mensen zich online vervelend gedragen.

‘Nee, dat heb ik gedaan. Maar nu heb ik er spijt van. Ik ga je een nieuw vriendschapsverzoek sturen……’ klinkt het opgelucht uit de mond van mijn oude vriend. Hij is dolblij, dat ik geen idee heb waar hij het over heeft.

Maar ja. Intussen is er wel degelijk een belletje gaan rinkelen bij Heks. Ja, hij deed iets vervelends. Maar wat precies? Dat ben ik vergeten. Er staat me vaag bij dat het over mijn ziekte ging. Vast weer iemand, die me uit heeft gemaakt voor zeurkous. Of aansteller.

Of misschien vond hij gewoon dat ik er überhaupt helemaal mijn kop er over moet houden. Dat gebeurt me zo vaak. Ik hou het niet meer bij.

Maar ik vind het niet OK.

Een dag later is er een nieuw vriendschapsverzoek binnen bij Heks. Het staat in de rij met verzoeken, waar ik nog eens goed over na moet denken. Niet dat ik nu zo kieskeurig ben op Facebook. De grootste kwallenjakken zitten er tussen mijn Facebookvrienden.  En mijn beste vrienden zitten vaak weer niet op dit medium.

Op zich is het een prima eigenschap om allerlei onbelangrijk gezever aan je kop zo snel mogelijk te vergeten. Maar om de deur dan maar weer open te zetten voor iemand om het nog eens te doen?

Nee. Daar begin ik niet aan.

Heks en Hawk spreken weer af. Bepaald geen straf. Nieuwe rituelen schieten als paddestoelen uit de bevroren bosgrond. Een bord veldsla hier, een half glas rode wijn daar……. Of een thermos thee mee! En alweer een bosje bloemen voor mij! Heks geniet met volle teugen en is bij thuiskomst zeer tevree en blij.

Zaterdagmiddag fiets ik naar de fysiotherapeut. Het is heerlijk weer. Stervenskoud met een zonnetje. VikThor loopt naast de fiets te rennen. De grote rode fietskar stuitert leeg achter ons aan. Heks zit zachtjes in zichzelf te pruttelen, want ik kan maar niet op gang komen vandaag.

Geroutineerd haalt Anna Suzanna me uit de knoop. Geniepig rekt ze mijn nek. Duwt tegen mijn heupgewricht en onderrug. Trekt aan mijn benen, zodat ze weer even lang zijn. Haar gemene handjes wandelen langs mijn wervelkolom. Links en rechts ploppen ontspoorde werveltjes weer in hun bedding. ‘Zo,’ verzucht ik tot slot, ‘Zo goed als nieuw. Ik kan er weer eventjes tegen…….’

Heks heeft een compleet fysiotherapeutisch dreamteam intussen. Anna Suzanna voor mijn heupen en rug. Orthopedische Pierrot voor mijn armen en schouders en andere absolute knelpunten. Mevrouw Toverkol met haar fantastische cranio sacraaltherapie voor de subtiele hersenvloeistoffen en soepel bindweefsel.

En sinds kort een piepjongedame, ook orthopedisch, die heel goed is in vastgelopen gewrichten en verknoopte pezen. Resoluut pakt ze Heks op haar meest pijnlijke triggerpoints.

Even later fiets ik door het Bosje van Bosman. VikThor rent door het kale struikgewas. Op een bankje eet ik een boterham bij wijze van lunch. Daar ben ik nog niet aan toe gekomen vanmorgen. Een kop koffie met een crackertje waren het hoogst haalbare.

Zo. En nu naar Hawk. Het is alweer de tweede keer dat ik hem thuis ga opzoeken. ‘Neem je mayonaise mee, Heks,’ drukt hij me van te voren op het hart. Hij gaat een salade maken. Eindelijk. Vorige week stond die al op de rol, maar toen kwamen we er niet aan toe. ‘Ik heb die zak veldsla uiteindelijk weggegooid, Heks,’ vertelde hij me woensdag. Dat gaat hem niet nog eens gebeuren!

Even later parkeer ik kar en fiets op zijn stoep. De voordeur springt open. Hawk zat al op de uitkijk. VikThor vliegt naar binnen. Hij stopt zijn snoet direct in de bak met tennisballen. ‘Hij weet al waar ze staan, Heks, hij is al helemaal thuis hier, grappig he?’

Ik ben ook al helemaal thuis hier. ‘Kijk een bosje bloemen voor je, Hawk.’ Ik geef hem een gevlochten lavendelflesje. ‘Oh, wat heerlijk. Heb je dat zelf gemaakt? Ik heb ook een bos bloemen voor je. Niet vergeten mee te nemen, hoor!’ Heks krijgt alweer een bos bloemen van hem. Vorige week witte papagaaientulpen en nu een waterval roze en witte anjers!

Druk scharrelt mijn vriend in zijn kleine gezellige keukentje. De salade ligt al fijn gesneden op twee borden. Veldsla, wortel, lente uitjes en paprika. Nu moet er nog mayo overheen en olijfolie. ‘En ik maal er nog wat verse walnoot uit eigen tuin overheen, kijk!’ Hawk heeft een ingenieus apparaatje uit Zwitserland speciaal voor dit doel.

Even later zitten we in zijn stampvolle woonkamer. ‘Vind je het hier vol?’ vroeg hij de vorige keer. ‘Het is lood om oud ijzer wie er meer frutsels heeft, Hawk. Mijn huis lijkt wel een uitdragerij, maar jij kunt er ook wat van!’

Geen wonder dat ik me hier zo thuis voel.

We smikkelen van de salade en praten over van alles en nog wat. We hebben nooit gebrek aan gespreksstof. ‘Kom, we gaan met de honden op stap. Ik haal even Charlie de Dalmatiër op. Dan zie ik je in het Leidse Hout.’

Hoe kun je zo snel een nieuwe traditie instellen? Hoe kan het na een paar zaterdagmiddagen in het Hout met Hawk, de Dalmatiër, de Ierse wolfshond en nog wat oude bekenden al een gewoonte zijn geworden? De hondjes rennen en spelen op het grote veld. Wij zitten op de enorme bank in het zonnetje met een kopje thee en een glutenvrij gebakje.

Elke keer als ik met Hawk op stap ga kom ik helemaal blij thuis. Maar ook hij knapt er naar eigen zeggen enorm van op. ‘ Bedankt voor de heerlijke middag. Je hebt me tevens een hele fijne avond bezorgt,’ roept hij altijd bij het afscheid.

Afgelopen donderdag treffen we elkaar in het theehuis voor een half glas wijn. Bij binnenkomst zie ik een oude vaste klant uit mijn horeca-verleden aan een tafeltje bij het raam zitten. De man goot dagelijks een paar stevige Burchtmaatjes whiskey naar binnen onder het uitkramen van allerlei seksistische onzin. ‘Heks. met je goddelijk lichaam, doe mij eens even dit of dat….’

MET EEN HALF GLAS RODE WIJN

‘Dat is die patholoog anatoom uit het ziekenhuis hier tegenover, waar ik weleens mee praat,’ vertelt Hawk me even later, ‘Ken je hem?’ Heks schiet in de lach. ‘Het is geen patholoog, Hawk,’ help ik hem uit de droom, ‘Dat heeft hij je wijsgemaakt. En hij werkt ook niet in dat ziekenhuis op de snijkamer. Nee, dit ouwe lijk is al jaren met pensioen!’

‘Hij is psychiater. En een hele rare ook nog. Schreef gewoon receptjes uit aan de bar voor wie het maar wilde! De grapjas heeft je bij de neus gehad…. Maar: Je bezorgt hem nu een hele slechte dag door hier met mij te zitten. Daar droomt die man al jaren van. Hij heeft me regelmatig mee uitgevraagd vroeger. Zonder succes. En nu heeft hij weer het nakijken! Kijk maar, hij ziet een beetje groen…’

Hawk vindt het prachtig. Vooral nu blijkt dat de man hem voor de gek heeft gehouden. Als we weggaan roept de Psychisch Gestoorde Patholoog hem bij zich. ‘Waar ken je haar van?’ informeert hij pissig. ‘Oh,’ roept Hawk luid, terwijl hij met zo’n fallisch gevormde  ballenwerper zwaait om zijn woorden kracht bij te zetten, ‘We kennen elkaar al eeuwen!’ Hetgeen misschien niet eens gelogen is.

‘Het is vast een oud contact, Heks,’ zegt een toverheksje tegen me als ik haar over deze unieke vriendschap vertel, ‘Vandaar die herkenning.’

Het maakt mij niet uit hoe het zit. Ik ben ontzettend blij met deze kanjer in mijn leven erbij!