Synchroniciteit: Heremetijd! Groene zijden soepjurk als acausaal, verbindend beginsel? Het is een feit! Heks beleeft heerlijke avonturen op de vierkante millimeter. Het kan echt niet beter!

Op de eerste dag in Plumvillage loopt Heks maar zo’n beetje rond te dazen. Nog behoorlijk in de kreukels en half gaar van de reis luister ik naar de eerste lezing. Vervolgens sjok ik opgewekt mee met de wandelmeditatie.

Langzaam bewegen we over het terrein. Een grote groep net gearriveerde retraitanten. Ik kijk eens een beetje om me heen. Honderden gezichten. Een prachtige jonge vrouw valt me direct op. Ze heeft rood haar en rode schoenen. Donkerrode Mocassins.

‘Prachtige schoenen zeg. Kijk nou,’ zoem ik inwendig. Ik observeer de vrouw op mijn gemak vanuit mijn slaperige ooghoek: Ze komt me zo bekend voor! ‘Zij is zoals ik, een heksje, ik zie het, ik zie het,’ zingt het in mijn hoofd.

Even later is ze weer tussen die honderden onbekenden verdwenen. We zijn klaar met wandelen. Het is tijd voor de lunch.

Diezelfde avond maak ik kennis met mijn familie. De roodharige jongedame zit er ook in. Wat een toeval. We hebben direct een klik.

Halverwege de retraite omhelzen we elkaar voor het een of ander. Er wordt behoorlijk wat afgeknuffeld daar in Plum. Vooral in onze onvolprezen familie. Mijn nieuwe zuster draagt een knalgroen jack.

‘Wat staat die kleur groen je goed. Je zou eigenlijk een lange zijden jurk in die teint moeten hebben,’ flap ik er spontaan uit. ‘Ik heb precies zo’n zijden jurk in de kast hangen,’ denk ik er achteraan. Maar ja. Daar heb ik nu niks aan.

De laatste avond van de retraite worden we vermaakt door de monniken en nonnetjes. Ze treden voor ons op samen met een aantal leken. We zitten op het Boeddhaveld, terwijl de avond valt. Overal branden lampionnen en kaarsjes. Het podium is schitterend versierd. Een gigantische lotus vervaardigd uit bamboe vormt het ‘achterdoek’…….

Heks zit met haar eigen Mahakatyayana familie. We leunen tegen elkaar aan en doen lekker klef. Het is onze allerlaatste avond. We gaan elkaar enorm missen. Nu kan het nog…….

Halverwege het programma haakt het grootste deel van de familie af. Ze gaan naar bed. Morgen moet iedereen aan de bak. Autorijden of eindeloos met de bus. De treinen staken helaas. Sommigen van ons zijn al een dag eerder vertrokken om hun vliegtuig te halen……

Heks en haar roodharige vriendin Meermin blijven echter wachten op de hartsoetra. Die wordt driestemmig uitgevoerd is ons beloofd. Dat willen we niet missen!

Het duurt en duurt. Ik ben doodmoe intussen. Maar vervelen doe ik me niet: Het ene geweldige optreden na het andere volgt. Net als ik op het punt sta om toch weg te gaan is het dan eindelijk zover. We worden getrakteerd op een prachtige vertolking van de hartsoetra!

Meermin en Heks zitten in lotushouding naast elkaar te luisteren. We laten we het helemaal binnenkomen. Vooral de zeker vijf minuten durende doodse stilte na afloop. Zit je daar met honderden mensen en niemand geeft een kik. Dat geeft pas een kick!

Op weg naar ons eigen klooster in mijn kanariepiet kletsen we een beetje. We zijn kapot moe en het is al behoorlijk laat. Voor deze plek dan. ‘Oh, maar ik ben met mezelf getrouwd,’ roep ik enthousiast naar aanleiding van ons onderwerp. Dat ik nu volledig kwijt ben.

‘Ik ook, ik ook,’ lacht mijn vriendin, ‘Kijk maar, ik heb ook een trouwring.’ Ze duwt haar  vinger onder mijn neus. Een prachtige gouden stersaffier schittert me tegemoet. ‘Ik ook, ik ook,’ schreeuwt Heks helemaal wakker nu. Ik laat mijn trouwring zien. Een veelkleurige edelopaal! Ongelofelijk. Ze is echt net zoals ik. Dat had ik toch maar goed gezien die eerste keer!

Afgelopen zaterdag zoekt Meermin me op. Ze is een aantal dagen in Nederland. ‘Mijn hotel is in Hugh, is dat ver bij jou vandaan?’ Nee, Den Haag ligt tegen Leiden aan!

Zo haal ik mijn roodharige zielzuster van het station. We rijden naar het hondenstand in Noordwijk met mijn hondje. Het is heerlijk weer. We wandelen en zwemmen. Drinken thee en kletsen. Gaan ergens lekker lunchen!

‘Weet je nog, dat ik het over een groene zijden jurk had, die je zo geweldig zou staan?’ Ze kan het zich herinneren. We hebben het vandaag ook al over synchroniciteit gehad. Een begrip, dat ons beiden na aan het hart ligt. ‘Ik dacht toen bij mezelf: Ik heb thuis zo’n jurk. En later realiseerde ik me, dat je naar Nederland zou komen. Een prachtige gelegenheid om eens te kijken of die jurk je past……’

Heks tovert een pakje tevoorschijn met daarin de bewuste dreamdress. ‘Het is een ongelofelijk romantisch geval. Dus je moet echt eerlijk zijn, hoor. Als je het niks vindt: Gewoon zeggen.’

‘Ook heb ik em gerepareerd. Hij is dan wel gloednieuw, de stof is zo delicaat, dat er wat stiksels los hadden gelaten……..’ Ik geef niet graag iets, dat kapot is.

‘Ja, ik zal eerlijk zijn,’ begint Meermin. Dan slaakt ze een kreet. ‘Oh, wat een prachtige jurk!’ Snel past ze em over haar zwempak heen. Heks maakt de schouderbandjes op maat. Die moeten behoorlijk worden ingekort, want ze zijn afgesteld op mijn apenarmen. Maar verder past ie perfect! De jurk zit als gegoten. Hoera!

Mijn vriendin danst over het strand in haar zeemeerminnenjurk. Ze ziet er fantastisch uit.

Heks moet inwendig gniffelen. Als ik in Plumvillage toen niet spontaan vanuit het blinde niks over een groene zijden jurk was begonnen was dit allemaal niet gebeurd. Wat is het leven toch grappig als je last krijgt van synchroniciteit!

Niet dat het altijd zo mooi uitwerkt. Sommige mensen hebben een broertje dood aan dit fenomeen. Zelfs al dansen ze plots op magische wijze om elkaar heen, begeleid door hemelse klanken, dan doen ze toch snel hun ogen en oren dicht. Of erger nog, hun hart.

Dus dit verschijnsel op zich is niet zaligmakend. Dat heb ik door schade en schande nu eindelijk wel geleerd. Sommige mensen zijn ziende blind en horen met dove oren.

Maar wat heerlijk als het wel gewoon stroomt en is. Als de wonderen de wereld niet uit zijn. Als de werkelijkheid er eentje is van warme boventonen. En frisse onderstromen. Als meer meerminnen via die verse stromen je leven binnen zwemmen. Als, als…….

Ja dat!

Heks en Hawk spreken weer af. Bepaald geen straf. Nieuwe rituelen schieten als paddestoelen uit de bevroren bosgrond. Een bord veldsla hier, een half glas rode wijn daar……. Of een thermos thee mee! En alweer een bosje bloemen voor mij! Heks geniet met volle teugen en is bij thuiskomst zeer tevree en blij.

Zaterdagmiddag fiets ik naar de fysiotherapeut. Het is heerlijk weer. Stervenskoud met een zonnetje. VikThor loopt naast de fiets te rennen. De grote rode fietskar stuitert leeg achter ons aan. Heks zit zachtjes in zichzelf te pruttelen, want ik kan maar niet op gang komen vandaag.

Geroutineerd haalt Anna Suzanna me uit de knoop. Geniepig rekt ze mijn nek. Duwt tegen mijn heupgewricht en onderrug. Trekt aan mijn benen, zodat ze weer even lang zijn. Haar gemene handjes wandelen langs mijn wervelkolom. Links en rechts ploppen ontspoorde werveltjes weer in hun bedding. ‘Zo,’ verzucht ik tot slot, ‘Zo goed als nieuw. Ik kan er weer eventjes tegen…….’

Heks heeft een compleet fysiotherapeutisch dreamteam intussen. Anna Suzanna voor mijn heupen en rug. Orthopedische Pierrot voor mijn armen en schouders en andere absolute knelpunten. Mevrouw Toverkol met haar fantastische cranio sacraaltherapie voor de subtiele hersenvloeistoffen en soepel bindweefsel.

En sinds kort een piepjongedame, ook orthopedisch, die heel goed is in vastgelopen gewrichten en verknoopte pezen. Resoluut pakt ze Heks op haar meest pijnlijke triggerpoints.

Even later fiets ik door het Bosje van Bosman. VikThor rent door het kale struikgewas. Op een bankje eet ik een boterham bij wijze van lunch. Daar ben ik nog niet aan toe gekomen vanmorgen. Een kop koffie met een crackertje waren het hoogst haalbare.

Zo. En nu naar Hawk. Het is alweer de tweede keer dat ik hem thuis ga opzoeken. ‘Neem je mayonaise mee, Heks,’ drukt hij me van te voren op het hart. Hij gaat een salade maken. Eindelijk. Vorige week stond die al op de rol, maar toen kwamen we er niet aan toe. ‘Ik heb die zak veldsla uiteindelijk weggegooid, Heks,’ vertelde hij me woensdag. Dat gaat hem niet nog eens gebeuren!

Even later parkeer ik kar en fiets op zijn stoep. De voordeur springt open. Hawk zat al op de uitkijk. VikThor vliegt naar binnen. Hij stopt zijn snoet direct in de bak met tennisballen. ‘Hij weet al waar ze staan, Heks, hij is al helemaal thuis hier, grappig he?’

Ik ben ook al helemaal thuis hier. ‘Kijk een bosje bloemen voor je, Hawk.’ Ik geef hem een gevlochten lavendelflesje. ‘Oh, wat heerlijk. Heb je dat zelf gemaakt? Ik heb ook een bos bloemen voor je. Niet vergeten mee te nemen, hoor!’ Heks krijgt alweer een bos bloemen van hem. Vorige week witte papagaaientulpen en nu een waterval roze en witte anjers!

Druk scharrelt mijn vriend in zijn kleine gezellige keukentje. De salade ligt al fijn gesneden op twee borden. Veldsla, wortel, lente uitjes en paprika. Nu moet er nog mayo overheen en olijfolie. ‘En ik maal er nog wat verse walnoot uit eigen tuin overheen, kijk!’ Hawk heeft een ingenieus apparaatje uit Zwitserland speciaal voor dit doel.

Even later zitten we in zijn stampvolle woonkamer. ‘Vind je het hier vol?’ vroeg hij de vorige keer. ‘Het is lood om oud ijzer wie er meer frutsels heeft, Hawk. Mijn huis lijkt wel een uitdragerij, maar jij kunt er ook wat van!’

Geen wonder dat ik me hier zo thuis voel.

We smikkelen van de salade en praten over van alles en nog wat. We hebben nooit gebrek aan gespreksstof. ‘Kom, we gaan met de honden op stap. Ik haal even Charlie de Dalmatiër op. Dan zie ik je in het Leidse Hout.’

Hoe kun je zo snel een nieuwe traditie instellen? Hoe kan het na een paar zaterdagmiddagen in het Hout met Hawk, de Dalmatiër, de Ierse wolfshond en nog wat oude bekenden al een gewoonte zijn geworden? De hondjes rennen en spelen op het grote veld. Wij zitten op de enorme bank in het zonnetje met een kopje thee en een glutenvrij gebakje.

Elke keer als ik met Hawk op stap ga kom ik helemaal blij thuis. Maar ook hij knapt er naar eigen zeggen enorm van op. ‘ Bedankt voor de heerlijke middag. Je hebt me tevens een hele fijne avond bezorgt,’ roept hij altijd bij het afscheid.

Afgelopen donderdag treffen we elkaar in het theehuis voor een half glas wijn. Bij binnenkomst zie ik een oude vaste klant uit mijn horeca-verleden aan een tafeltje bij het raam zitten. De man goot dagelijks een paar stevige Burchtmaatjes whiskey naar binnen onder het uitkramen van allerlei seksistische onzin. ‘Heks. met je goddelijk lichaam, doe mij eens even dit of dat….’

MET EEN HALF GLAS RODE WIJN

‘Dat is die patholoog anatoom uit het ziekenhuis hier tegenover, waar ik weleens mee praat,’ vertelt Hawk me even later, ‘Ken je hem?’ Heks schiet in de lach. ‘Het is geen patholoog, Hawk,’ help ik hem uit de droom, ‘Dat heeft hij je wijsgemaakt. En hij werkt ook niet in dat ziekenhuis op de snijkamer. Nee, dit ouwe lijk is al jaren met pensioen!’

‘Hij is psychiater. En een hele rare ook nog. Schreef gewoon receptjes uit aan de bar voor wie het maar wilde! De grapjas heeft je bij de neus gehad…. Maar: Je bezorgt hem nu een hele slechte dag door hier met mij te zitten. Daar droomt die man al jaren van. Hij heeft me regelmatig mee uitgevraagd vroeger. Zonder succes. En nu heeft hij weer het nakijken! Kijk maar, hij ziet een beetje groen…’

Hawk vindt het prachtig. Vooral nu blijkt dat de man hem voor de gek heeft gehouden. Als we weggaan roept de Psychisch Gestoorde Patholoog hem bij zich. ‘Waar ken je haar van?’ informeert hij pissig. ‘Oh,’ roept Hawk luid, terwijl hij met zo’n fallisch gevormde  ballenwerper zwaait om zijn woorden kracht bij te zetten, ‘We kennen elkaar al eeuwen!’ Hetgeen misschien niet eens gelogen is.

‘Het is vast een oud contact, Heks,’ zegt een toverheksje tegen me als ik haar over deze unieke vriendschap vertel, ‘Vandaar die herkenning.’

Het maakt mij niet uit hoe het zit. Ik ben ontzettend blij met deze kanjer in mijn leven erbij!

Heks heeft heerlijke middag in het Leidse Hout tijdens haar eerste afspraakje met Hawk. Het zonnetje schijnt. De eerste sneeuwklokjes piepen tevoorschijn. Ook in mijn hart breekt de zon door. Hoera! Lekker hoor!

© toverheks.com

© toverheks.com

Zaterdagmiddag haalt mijn beeldschone Friese fysiotherapeute me uit de knoop. Geniepig knijpt ze in mijn vastgeslagen nek en schouders. VikThor heeft voor de grap een keertje met succes naar mijn sjaal gesprongen, net toen ik voor de tweede keer met Hawk in gesprek raakte. Op het grote veld in het Leidse Hout.

Vliegensvlug sloeg mijn sjaal een strop om mijn hals. ‘Gheuhgeruhgl…’ gorgelde ik nijdig naar mijn speelse hondje. Maar het kwaad was al geschied. Precies vanuit dezelfde hoek als die vanwaaruit een BMW zich een aantal jaren geleden totall loss reed op dit kwetsbare lichaamsdeel krijgt mijn arme kippennek nu weer een harde klap te verduren. Meuh.

© toverheks.com - 7

Mopperend en misselijk verlaat ik het park. Sindsdien crepeer ik van de pijn in die regio alsmede stekende koppijn en als charmant bijverschijnsel hangt mijn schouder chronisch enigszins uit de kom. ‘Klonk, klonk,’  konkelt het gewricht met enige regelmaat duidelijk hoorbaar. Hetgeen me dan op verbaasde blikken komt te staan. Waar komt dat rare geluid vandaan?

‘Heb je tijd om mijn kop eraf te zagen?’ app ik wanhopig naar mijn orthopedisch fysiotherapeut. De enige, die er echt raad mee weet. Er is dan ook bijna geen doorkomen aan, die verknoopte kabels van pezen waar mijn hoofd aan hangt……

© toverheks.com

© toverheks.com

‘Heerlijk, de Olympische Spelen zijn begonnen!’ roepen mijn fysio en ik naar elkaar. We zijn allebei dol op schaatsen. Haar vader heeft zelfs in 1972 de vijfhonderd meter gereden op de Spelen, maar hij bakte er als stayer niet zoveel van.

‘Pechstein doet ook weer mee, hoe vind je dat?’ grapt ze vrolijk, terwijl ze me martelt. We verbazen ons allebei over dit fenomeen van een vrouw. ‘Ze is niet zo’n sympathieke dame, hoor en daarbij is ze ook nogal eens in verband gebracht met doping. Nou ja, je weet het wel, het oude oostblok….’  Ik grijns naar mijn behandelaar. Ja, dat weet ik nog wel.

© toverheks.com

© toverheks.com

‘Best kans dat ze intussen een piemeltje heeft gekregen door al die hormonen en preparaten. En borsthaar. En ze moet zich vast goed scheren voor de wedstrijd. Vanwege de luchtweerstand….’ Heks is melig geworden. Ik heb zo een leuk afspraakje met mijn nieuwbakken vriend. ‘Veel plezier,’ wuift mijn fysio me uit.

Met een kleine omweg fiets ik naar het Hout. VikThor draaft opgewekt naast me. Het is heerlijk weer. Fris, maar een knalblauwe lucht. Het zonnetje heeft al kracht. Het is verrukkelijk buiten.

Bij het theehuis zie ik een arm de lucht inschieten. Hawk zit op de uitkijk. Hij heeft een tafeltje veroverd in de zon. Zijn balwerper en handschoenen liggen nonchalant op een belendende tafel. Snel schuift hij een stoel in de zon. ‘Kom hier zitten, Heks, dan zit je goed.’

We bestellen espresso en koffie verkeerd. ‘Met weinig schuim,’ roept Hawk.,’ mijn vrouw hield van koffie met schuim, maar ik niet. En jij, Heks?’ Ik vertel hem over mijn lactosevrije melk, die ik opschuim tot astronomische hoogte. Ik heb daar een speciaal apparaat voor, dat neem ik zelfs mee op vakantie. Hawk moet lachen. De koffie arriveert.

© toverheks.com

© toverheks.com

De hondjes dollen om de tafel. Ik gooi balletjes voor hen en een afgekloven plastic kip. Ze rennen over het grasveld, terwijl wij maar klessebessen over van alles en nog wat.

‘Wil je een half glas wijn, Heks? Dat bestel ik ook wel eens met een chirurg hier uit het ziekenhuis. Hij vertelt altijd de meest vreselijke snijverhalen. Maar zelf stelt hij zijn lichaam ook ter beschikking van de wetenschap.’

Opeens praten we over doodgaan en wat er gebeurt als je je lichaam ter beschikking stelt. ‘Wat een gezellig onderwerp, maar niet heus!’ roept Hawk, ‘Kom laten we die wijn bestellen en klinken op onze nieuwe verbinding!’

© toverheks.com

© toverheks.com

Even later komen de halve glazen wijn op tafel. ‘Dit zijn wel hele volle halve glazen, Hawk, volgens mij worden we gematst,’ glim ik naar mijn nieuwe vriend. ‘Welnee,’ glimt hij terug, ‘zo krijg ik ze altijd.’

Heks heeft jaren in de horeca gewerkt. Ik heb een timmermansoog ontwikkeld voor dit soort eenheden. We worden gematst!

Dan lopen we nog een rondje door het park. Op het grote veld drinken we yogi thee uit mijn meegebrachte thermos. De Ierse wolfshond en zijn baasje melden zich ook. Een dolle achtervolging over het veld volgt. Drie uitgelaten hondjes hollen door het gras.

De baasjes slaan het met plezier gade. ‘Wat hebben we geluk met dit mooie weer, Heks. Wat een geweldige eerste afspraak. Kom je snel een keertje koffiedrinken bij me? Dan maak ik salade voor. Veldsla en tomaten gaan erin. En….’ Hij somt een hele lijst ingrediënten op.

© toverheks.com

© toverheks.com

Dan zie ik dat hij het een beetje koud krijgt. De zon is verwaterd en opeens wordt het fris. Ook door mijn dikke klerenpak dringt de kou naar binnen. Het is tijd om naar huis te gaan. We nemen afscheid met alweer een nieuwe afspraak op de agenda.

Op weg naar huis springt VikThor sloot in sloot uit. Gelukkig maar, zo wordt hij weer een beetje schoon na een middag in de blubber. Blij zit ik even later thuis in mijn stoel. Mijn hondje ligt in coma. Die hoor ik de komende uren niet meer. Wat kun je toch gelukkig worden van goed gezelschap. Ik voel me heerlijk. Vol liefde voor de hele wereld. Gezegend. Verbonden.

© toverheks.com

© toverheks.com

 

Mijn dagen als levend vuilnisvat zijn voorbij! Joechei! Heks is blij dat ze niet op haar mondje is gevallen. En dat die vuilbek met zijn racefiets niet op zijn plaat is gegaan. Soms heb je maar een half woord nodig, maar je krijgt een heel woordenboek. En wel het scheldwoordenboek!

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

Woensdagmiddag staat Trui op de stoep. Ha, wat leuk! Snel doe ik de deur open. ‘Koffie?’ Heks is er absoluut aan toe. Ik kan vandaag maar niet uit de knoop komen.

Even later zitten we op mijn balkonnetje met cappuccino en veganistische bramen-cheese-cake. ‘Zelf geplukt en zelfgemaakt,’ grijns ik naar mijn vriendin, ‘Mijn handen lagen helemaal open van het geploeter door de dorens…..

Het is heerlijk weer. Gisterenavond heb ik een flinke wandeling over het strand gemaakt. ‘Zullen we straks naar Noordwijk rijden?’ Ik kijk Trui verwachtingsvol aan. Mijn vriendin heeft echter buienradar geraadpleegd. En volgens deze gezaghebbende app gaat het stortregenen aan het einde van de middag. Daar willen we niet in verzeild raken!

‘Ik heb Coq au Vin gemaakt, eet je gezellig mee?’ Ja natuurlijk. Heerlijk! Ik zat eigenlijk aan te hikken tegen een kliekjesmaal.

Om een uurtje of vier fietsen we de stad uit. We nemen een toeristische route naar Zoeterwoude. VikThor zit in de fietskar totdat we de warme stad uit zijn. Daarna mag hij naast de fiets rennen.

We rijden langs het Kanaal. Het is druk op de weg. En op het water! Overal recreërende mensen. Op e-bikes, racefietsen, in sloepjes, roeiboten….. Bij een brug krioelt het van de halfnaakte pubers. Ze gebruiken de leuning als duikplank. Om beurten laten ze hun duizelingwekkende capriolen zien.

VikThor sprint ook telkens richting water. Hij heeft zin in een duik. Op een plek, waar ik hem er ook weer uit krijg laat ik hem zwemmen. Daarna moet hij aan de lijn. Het is veel te druk op dit achteraf gelegen stuk openbare weg.

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

In Cronensteijn laat ik hem weer los rennen. En ook als we over het fietspad door de polder richting Zoeterwoude kachelen sprint mijn ventje los naast de fiets. Helaas komen er een heleboel fietsers aan in de verte. Het is te druk voor dit soort acties. Bovendien heeft mijn hondje wild in zijn neus. Hij doet verscheidene pogingen om het fietspad over te steken richting haas of fazant.

Net als ik probeer hem in zijn kladden te grijpen om hem weer aan te lijnen, schiet hij in het piepkleine gaatje achter de fiets van Trui en voor mijn fiets langs naar de overkant van het asfalt. Daar zit iets heel wilds heerlijk dierlijk te geuren…… Een man op een racefiets kan hem maar net ontwijken!

Ik stop en grijp mijn hond. ‘Sorry meneer, hij was me te snel af, het lukte me net niet om hem tegen te houden……’ begin ik me te verontschuldigen. De man staat me dan al brullend uit te schelden. Als een gestoorde spuugt hij allemaal ellendigs over me heen. Er is geen speld tussen te krijgen!

Even ben ik perplex van al dat verbale geweld. Dan schreeuw ik terug dat ik me al heb verontschuldigd en dat hij nu wel eens op kan houden met z’n scheldpartij. ‘Jij met je stomme belachelijke fietskar, ik haat dat soort vervoersmiddelen, achterlijk wijf, blablabla……’

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

Een wolk vieze stront sliert uit zijn mond en drijft langzaam in mijn richting. Een grote wolk gifgas…… Venijn van jaren!

Plotseling spoelt er een golf woede omhoog in mijn lijf. Het gooit spontaan een barrière op tegen deze locale kluchtige luchtvervuiling. ‘Ophouden nu,’ schreeuwt mijn stem op razende toon. Dreigend doe ik een paar stappen in zijn richting, ‘Kom maar hier, mafkees, dan krijg je een poeier.’ Grootspraak natuurlijk, maar het helpt wel. De eikel taait af!

Op de achtergrond piept Trui teksten als ‘Laat die die vent toch in zijn sop gaarkoken, Heks, hij is niet normaal, hij spoort niet, kom mee, niet op ingaan. Wegwezen nu, kijk uit, Heks…. Hij is gek, reageer er niet op…..’

Ik strek me uit tot mijn volledige lengte. 1.80 schoon aan de haak. Dan stap ik weer op mijn fiets met mijn hondje aan de riem. Puffend loopt hij het laatste stukje richting dorp. We zijn er bijna. Trui en Heks zwijgen. Het tumult klinkt nog na in onze oren.

‘Zo jammer, al die korte lontjes,’ verzucht mijn vriendin uiteindelijk. Het is waar. De wereld staat op scherp. Zelfs in die prachtige groene polder, tussen de vogeltjes en het riet, hebben mensen helemaal niks nodig om te exploderen……

‘Hoe is het gegaan de afgelopen week?’ mijn fysiotherapeut kijkt me nieuwsgierig aan. Ze behandelt me met Cranio-Sacraal therapie. Een hele aparte tak van sport binnen de fysiotherapie.

‘Ik ben bijna op de vuist gegaan met een hoogzwangere man van begin veertig,’ biecht ik op. Zoals altijd schaam ik me dood over mijn woede en gebrek aan zelfbeheersing. Het lukt me niet meer om mijn nijd eronder te houden. Beheerst te reageren. Het gif te absorberen en zijn werk te laten doen.

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

‘Nee, zodra ik voelde wat die man bij mij naar binnen probeerde te smijten waren de rapen gaar. Ellende van jaren. Geconcentreerde frustratie over zijn moeder, oma, vrouw en schoonmoeder gecombineerd met een laag zelfbeeld en recent ontslag van zijn zogenaamde droombaan, waar hij sowieso al jaren langzaam zat dood te gaan. En toch vind hij het erg. Want mensen hechten aan hun ellende……’

Mijn fysio moet lachen. Tot mijn verbazing. ‘Ja und?’ af en toe spreekt ze spontaan haar moerstaal, ‘Hoe voel je je nu? Daarbij?’

‘Opgelucht. Gek genoeg, want ik was er eerst eventjes helemaal niet goed van. Maar het feit dat ik niks naar binnen heb laten komen, echt helemaal geen spatje van ’s mans frustratie, dat voelt geweldig! Het was eventjes helemaal niet leuk, ik had zelfs wel op mijn bek geslagen kunnen worden, maar ik accepteer dus echt niet meer dat mensen hun troep bij mij of zelfs in mij parkeren!’

Nee, dat nooit meer. Mijn dagen als levend vuilnisvat zijn voorbij. Joechei!

‘Ik las ergens dat uit onderzoek is gebleken dat je cortisolniveau omlaag gaat als je met een open houding helemaal rechtop gaat staan. Een ingekakt postuur geeft juist meer stress….. Misschien volstaat dat in de toekomst!’ verzucht ik tot slot.

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

In de nabije toekomst nog niet:

Een paar dagen later staat mijn huis blauw van de rook. Een stelletje studenten doen een poging om te barbecuen Je kent het wel. Twintig aanmaakblokjes om te beginnen, een hele fles spiritus er op en walmen maar……. ‘Hallo daar, kunnen jullie de barbecue verplaatsen, mijn huis staat vol rook,’ doe ik een beleefde poging. ‘Voor jou zeker,’ is de reactie van degene, die verantwoordelijk is voor de rookoverlast, om me vervolgens een bijzonder grote bek te geven.

Ook zij krijgen hun vet van Heks. Leuk is het niet om te doen, maar niemand behandelt me meer ongestraft respectloos……..

Er wordt nog flink tegen me geschreeuwd, alsof ik iets raars doe. Even overweeg ik om de tuinsproeier in te zetten…….. Van het idee alleen al knap ik enorm op! 😉

‘Het Groot Scheldwoordenboek’. Voor inspiratie……

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

Toevalligheden, dingen die je toevallen in plaats van overkomen. Of over je heen worden gestort, door je strot geduwd, in je maag gesplitst. Heks mijmert over toevalligheden, vlak voor het moment dat er weer iets over me heen wordt gestort. Wat een toeval!

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM, Emptiness

‘Jeetje Heks, wat ben je laat,’ Kras doet de deur open. Het is woensdag. Een week geleden alweer. Onze Sangha avond. ‘Ik heb je net zitten bellen, ik dacht dat je het vergeten was.’ Heks moet lachen. Vorige week lag Kras zo vast te slapen, dat ik dacht dat zij het vergeten was. Pas nadat ik alle telefoons over liet gaan en ook nog op de deurbel bleef drukken schoot ze uiteindelijk wakker……

Ja, je bent een Sangha voor Kneusjes of niet. Natuurlijk gaat het er bij ons met enige regelmaat zeer achenebbisj aan toe! We rommelen met de aanvangstijd. Beginnen altijd te laat. Veranderen regelmatig van houding. En dat is bepaald geen lotus te noemen, al komt Heks een heel end maar haar hypermobiele fysiek.

We winnen dus geen schoonheidsprijs. Noch blinken we uit in accuratie. Maar dat mag de pret niet drukken. Als we eenmaal zitten dan zitten we ook goed. Veertig minuten schoon aan de haak. Bewust aanwezig bij onze ademhaling: Een hele prestatie met onze pijnlijven!

We maken die avond geen wandeling. Daar zijn we gewoon te moe voor. Een halve week later wapper ik gezellig aan bij Kras met een portie zelfgemaakte roti. Al dagenlang probeert Kras bij me te komen eten. Eerst is ze het vergeten. Als ik haar bel waar ze blijft schrikt ze zich dood.

‘Jeetje Heks, ik sta bananenbrood te maken. Voor jou! Gisterenavond wist ik nog dat ik naar je toe zou gaan. Daarom ben ik dit brood gaan bakken. Toch ben ik onze afspraak ergens onderweg kwijtgeraakt…….’

Heks baalt als een tiet. Ik heb me gek lopen racen om alles op tijd klaar te krijgen. De hond uit te laten. Mijn huis gezellig te maken. Als er iemand bij me komt eten lever ik een topprestatie. En als die persoon dan niet op komt dagen, dan kun je me wegdragen…..

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

‘Ik vergeet zelf alles waar ik bij sta. En toch ben ik hartstikke teleurgesteld. Idioot toch? Zondag herkansing?’ Maar zondag is mijn vriendin hondsberoerd. Zodoende pak ik van alles in een koeltas en fiets naar haar toe.

En dan maken we alsnog een prachtige wandeling. Het is heerlijk weer. Alle mensen zijn vrolijk. De hondjes van Kras loeien van plezier. Het zijn Brakken. Een heel apart volkje onder de blafbeesten. Loeien als koeien, rennen als hazen en komen nooit terug. Hoor je ze in de verte loeien……… Daar waar de echte hazen zich ophouden!

Kras houdt haar wegloperige viervoeters dan ook stevig aan de lijn. Ooit hebben we ze in een zotte bui losgelaten, maar dat moesten we bekopen met eindeloos wachten in een koud schemerig landschap. Tot ze er genoeg van hadden en terug kwamen naar de hand die hen voedt. Want zo’n haas is hartstikke leuk natuurlijk, maar je hebt er niks aan. Vooral als je em maar niet te pakken krijgt!

Onderweg komen we mijn puppy-juf tegen met haar chocolaatje. ‘Ze is loops,’ verklaart ze het opdringerige gedrag van VikThor ten opzichte van haar labrador teef. Hij kruipt bijna in haar achterwerk. Ze vindt het prima en doet haar staart opzij. ‘Nestje nemen?’ grijnst Heks. We beginnen hartelijk te lachen.

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM Een stuk of vijftien? Help!

‘Ik zou het best willen, maar ze komt zelf uit een nest van twaalf en bij haar ouders was het nog erger. Vijftien, zestien pups tegelijk. Ik moet er niet aan denken.’

‘Ik ken haar nog van toen ze een klein meisje was,’ vertelt Kras op de terugweg, ‘Zij en haar zusje reden altijd mee op de scootmobiel. De ene bij mij en de ander bij mijn partner achterop. Ging ik soms heel hard rijden….. Haha! Ze kwamen ook wel eens met alle hondjes spelen…..’

Kras en haar lief hadden wel zeven honden indertijd. Of zes. Ik weet het niet meer, maar heel veel. Ze liet ze in etappes uit, zodoende kwam ik haar altijd tegen bij de golfbaan. Zo is ook onze vriendschap ontstaan. Door de hondjes!

Het leven hangt vaak van toevalligheden aan elkaar. Ik zat me dat laatst nog te bedenken, toen ik weer getuige was van allerlei in elkaar grijpende gebeurtenissen. Wat was het ook alweer?

Oh ja. Ik kreeg de uitnodiging voor de bruiloft van Joy en Boy. Het ging ooit aan tussen hen, omdat hij midden in de nacht naar het poesje van mijn vriendin kwam kijken. ‘Ja hoor, wat platvloers,’ hoor ik je denken. Maar de man kwam echt naar een katachtige kijken. Joy was net de trotse bazin geworden van Siep, de kleindochter van Snuitje en Ferguut, dochter van Pippi en de boskat……

Boy was destijds haar collega en een enorme kattenliefhebber. Dus hij kwam kijken en ging nooit meer weg!

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM

Maar als Ferguut niet was weggelopen destijds, dan was dit allemaal ook niet gebeurd. Want toen heb ik Joy leren kennen. Zij heeft me geholpen met zoeken totdat de panter weer opdook. Hij werd kort daarop opa en mijn nieuwe vriendin kwam op kraamvisite. En ging vierkant voor de bijl toen ze de kleine Siep zag…….

Toevalligheden, dingen die je toevallen. Weer eens iets anders dan dat je van alles overkomt. Vandaag ben ik met mijn vroegere thuiszorg op stap geweest. Saar en Heks zijn nu vriendinnen. Ook louter toeval dat ik haar hier destijds over de vloer kreeg.

Vanavond houden we alweer Sangha voor Kneusjes. Ik ga eerst een uurtje slapen, want ik ben uitgeteld van een lange wandeling met Saar en hond Baris. Toch wil ik het voor geen goud missen.

Maar nog voordat ik mijn ogen kan sluiten gaat de telefoon. Kras belt af. Er is iets tussen gekomen. Misschien later op de avond? Dat ga ik niet meer redden. Zal ik morgen komen met een heerlijke pan Dahl? En een keur aan uitgelezen bijgerechten? Is dat een goed idee?

Zo op het oog wel. Maar dingen zijn niet altijd wat ze lijken…….

©TOVERHEKS.COM

©TOVERHEKS.COM Rondje om de golfbaan…..

 

 

 

Inspiratie! Mensen, die schilderen vanuit opperste concentratie. Of een wonderlijke textiele creatie. En van de kaart raken door iets op de kaart te zetten. Je eigen landkaart wel te verstaan! De kaarten zijn geschud. Ik leg ze op tafel!

Zondag is een heerlijke dag. Eerst gaat Kortjakje naar de kerk. Mijn kerk waar god goddank ook een vrouw is. Dat is me al in geen weken gelukt! We krijgen een preek over die inhalige tollenaar Zacheüs voor de kiezen. Een huisjesmelker avant la lettre. Een genadeloze afperser, belastinginner en incassobureau in één. Je snapt dat zijn stadsgenoten de pest aan hem hadden.

Maar goed, de man is gegrepen door de verhalen die over Jezus de ronde doen en hij klimt in een boom. Hij is namelijk echt piepklein, het is onmogelijk voor hem om over de enorme menigte heen te kijken die de Heiland achtervolgt. Hij wil echter per se die man zien, waar iedereen het over heeft.

Op een gegeven moment ziet de redder der mensheid hem zitten tussen de bladeren. En dan nodigt Jezus zichzelf uit in zijn huis! Ha! De man is helemaal in zijn nopjes.

De rest van de stad snapt er geen snars van. Waarom ga je in godsnaam eten bij zo’n creep in een huis waar je nog niet dood gevonden wilt worden?

Zo zie je maar weer. Voor god telt iedereen. Zelfs een stelende thuiszorg of een malafide leider of een knettergek familielid. Narcisten en psychopaten? Het goddelijke houdt van alles en iedereen. Zonder aanziens des persoons. Onuitstaanbaar natuurlijk voor diegenen onder ons, die enorm hun best doen om goed te zijn. De uitverkorenen die weten hoe het heurt. Zit zo’n zondaar op de eerste rij! Alweer. De koekepeer.

Ik drink koffie met Jip en Janneke. Oh, wat gezellig toch weer. Janneke laat me een oude foto zien van haar en Jip tijdens een dagje uit. ‘Kijk, ik rook een sigaretje…. Grappig he, al jaren niet meer gedaan.’ Tot mijn verbazing heeft Jip zwart haar in zijn jonge jaren. ‘Ik dacht altijd dat hij blond was.’

‘Nee, Heks, hij had ravenzwart haar, het was een knapperd hoor!’ Ze zijn allebei heel erg knap, wat leuk om te zien!

Voor de kerk staan een paar straatmuzikanten te spelen. Vandaag wordt het Gouden Pet festival gehouden. Een vast onderdeel van de Leidse Lakenfeesten. Heks heeft jaren geleden wel eens meegedaan samen met Buurman en ons Dikkertje Tromkoor. Mijn goede vriend in Lederhose en ik in een echte originele Dirndljurk.

Met een enorm decolleté dankzij de opgevulde oude voedingsBH gekregen van mijn oma. Compleet met geit, bakfiets, wringer, zeepsop en de kanten gordijnen van mijn grootmoeder……

Vandaag doe ik niet mee. Ik ga lekker een beetje met VikThor door de stad wandelen vanmiddag. En genieten.

Het is heerlijk weer, niet te warm. De stad loopt vol vrolijke mensen en iedereen is aardig vandaag! Wat een feest. In een tijdelijke winkel in de Haarlemmerstraat koop ik een heleboel schoenen voor een habbekrats. Geweldige zwarte rubberlaarzen. Fantastische pumps, die precies bij een hoed van me passen. Warme winterlaarsjes die ik zonder sok moet passen, ik stop mijn dunne katoenen sjaal dus maar in die schoen, bijna niet te doen. Korte roze regenlaarsjes……

Omdat ik opeens met twee tassen loop te sjouwen breng ik alles eerst naar huis. Opnieuw loop ik de stad in, maar nu laat ik alle winkels links liggen. Ik wil nog eventjes kijken op de kunstmarkt. Terwijl ik onderweg ben hoor ik de klok vijf keer slaan. Hmmm. Misschien is alles nu wel voorbij. En inderdaad. Op de Hooglandse Kerkgracht wordt flink opgeruimd. Diverse kraampjes zijn al helemaal leeg.

Een hele lieve dame is bezig om prachtig keramiek in te pakken. We krijgen een superleuk gesprek over de geschiedenis van de diverse motieven. Sinds ik in een indrukwekkend Frans keramiekmuseum ben geweest twee jaar geleden heb ik meer oog gekregen voor deze kunstvorm. ‘Oh, dit stelt allemaal niks voor,’ roept de dame bescheiden, ‘Het is gewoon een uit de hand gelopen hobby….’

Wat verder raak ik aan de praat met een vrouw, Tineke Jacobs, die met zwarte inkt hele mooie tekeningen maakt op zwaar geschept papier. Een soort kalligrafie zonder letters. ‘Het vraagt opperste concentratie. Elke streek moet raak zijn!’ vertelt ze me.

Ook drukt ze foto’s af op metaal en gaat daar dan weer in zitten frasen…. In dezelfde kraam hangt prachtig werk van een andere kunstenaar,Gerard Schoenmaker. Hij maakt driedimensionale ‘schilderijen’ met textiel. Ongelofelijk mooi.

Als ik het kaartje zie van de kunstenares ben ik blij verrast. Al jaren zie ik links en rechts haar werk voorbij komen, maar ik wist nooit welk gezicht erbij hoort. Ze is ook altijd heel actief met allerlei projecten hier in de stad. Ik noem er een paar op. ‘Oh, wat leuk dat je dat nog weet, dat is al twintig, dertig jaar geleden….’

We staan elkaar aan te kijken en roepen tegelijkertijd ‘Je komt me toch zo bekend voor.’ Ongetwijfeld hebben we elkaar vaak gezien in de kunstzinnige Leidse wandelgangen.

Een andere kunstenaar, Martijn Kessler, voegt zich bij ons. Het is een lange vent, die hoeft niet in een boom te klimmen om over de menigte heen te kijken. Vrolijk begint hij met me te flirten, ‘Oh, je schrijft als toverheks? Wat erotisch!’ We schateren het uit. Hij is beslist niet bang uitgevallen, de meeste mannen zijn als de dood voor heksen!

De man heeft een geweldig leuk bedrijf. Ze maken fantasielandkaarten. Associatieve cartografie. Kaarten van niet bestaande landen. Nou ja, niet bestaand…. Dat weet je maar nooit. Misschien zitten mensen wel de contouren een parallelle werkelijkheid in beeld te brengen. Wie al het zeggen?

Zo dans ik blij door de stad. Al dagen maak ik weer de leukste dingen mee, hetgeen maar weer bevestigt hoe relatief de werkelijkheid is. Stik je van opgekropte woede, dan reageren mensen heel anders, dan wanneer je vloeit en stroomt.

images (1)

’s Avonds krijg ik een geweldig idee. Ik wil ook een landkaart maken. Van mijn innerlijke landschap. Dat landschap, dat ik zo goed ken, waar ik regelmatig in rondwandel. De heuvels en bergen, grot met de vuurspuwende draak, bronnen, enorme rivier, het lieflijke dal met de zwarte madonna……. Wat lijkt me dat leuk!

En dan al die onbekende gebieden, de delen waar ik nog nooit geweest ben. De omringende zeeën, oceanen. Het onherbergzame hooggebergte. De vuurspuwende kraters. IJzige kou.

Vandaag sjouw ik een enorm doek de trap op. Ik pak mijn ezel uit de werkkamer en installeer me in de woonkamer. Naast de open balkondeur. Bijna buiten.

Het valt nog niet mee om zo’n landkaart te maken, ontdek ik al snel als ik met een stuk houtskool wat contouren teken. Gelukkig krijg ik diezelfde middag een uitnodiging om een keertje te komen brainstormen van de expert. Ha. Misschien ga ik dit doek gewoon volgooien met een hoop verf. Vanuit het idee. En dan maar kijken wat er uit komt.

 

Wat doen mensen toch leuke dingen met hun leven. Wat wordt er toch altijd weer prachtige kunst gemaakt. Heks is heerlijk geïnspireerd geraakt om zelf weer aan de gang te gaan. Hoera!

Wat is associatieve cartografie?

Mijn viervoetige vriend is zo ziek als een hond en hondsberoerd. Zelfs in dit hondenweer heeft hij nog last van de hitte. Heks maakt slapende hond wakker en gaat naar dierenarts.

Vorige week woensdag tijdens een laatste avondlijke zoekronde naar Snuitje is Ysbrandt niet vooruit te branden. Al dagen loopt hij extreem te puffen en te sukkelen: Het arme beest heeft last van de warmte. Nu is het echter goed afgekoeld. Ook miezert het een beetje. Ideaal voor oude hondjes!

Bezorgd neem ik waar dat hij alleen maar terug naar huis wil. Iedere stap is hem teveel. Eenmaal thuis zit hij zo te hijgen, dat ik er niet goed van word. Angstig kijkt hij me aan. Het arme beest krijgt nauwelijks lucht! Zijn bek houdt hij gek genoeg dicht. Ploffend beweegt hij met zijn opgetrokken wangetjes. Ook al zo’n vreemde ontwikkeling.

Mijn hondje is echt in paniek nu. Ik heb het idee, dat hij er gewoon in kan blijven! Het is zaak om hem kalm te krijgen. Terwijl ik hem voorzichtig neerleg en behandel met mijn gouden handjes voel ik hem rustiger worden. ‘Het komt goed schatje, morgen gaan we naar de dierenarts en ik ga niet weg zonder plaspillen.’

Al maanden heb ik het idee dat Ys last heeft van een lekkende hartklep. Hij heeft al jaren een hartruisje en ook is zijn gulle hondenhart een beetje vergroot. Daarnaast heeft hij vocht in de longen en een rare rochelhoest. ‘Het kan ook bronchitis zijn,’ aldus mijn dierenart, ‘Maak eerst maar eens een echo.’

De echo moest wachten, want de beoogde maker lag in het ziekenhuis. Daarna ben ik naar Frankrijk vertrokken. Daarna had ik geen geld meer. Mijn hondje ging weer helemaal goed. Misschien waren al die problemen gewoon naweeën van zijn castratie…..

Tot vorige week. Mijn schat lijkt er in te blijven. Heks schrikt zich een ongeluk. De volgende dag zit ik bij een invaller. Mijn eigen dierenarts is op vakantie. Al snel is ze het met me eens, dat hier sprake is van hartfalen: Volle longen, vergoot hart, dikke opgezette buik en een stevige hartruis…..

‘We weten pas precies wat het is na een echo. Maar je hebt gelijk, 999 van de 1000 keer gaat het om hartfalen met een lekkende klep. Het ligt er in dit geval dik bovenop. Laten we direct de behandeling inzetten, want het dier voelt zich hondsberoerd…. Je kunt die echo altijd nog maken…’

Ik krijg een doos plastabletten mee.

‘Volgens mij is er nog meer aan de hand,’ vertel ik de vrouw, ‘Ik heb op internet zitten zoeken naar problemen met de kaak bij de hond en ben me rot geschrokken. Al enige tijd heeft Ysbrandt last van zijn kaak. Uw collega kon niets vinden, het gebit is goed. Ik dacht eigenlijk dat het in het gewricht zat, maar wat ik gevonden heb is veel ernstiger!’

‘Volgens mij lijdt mijn hondje aan Kaakmyositis. een progressieve ziekte van de kauwspieren, ze sterven geleidelijk af. Of accuut, maar dit lijkt me de chronische vorm te zijn. Werkelijk alles wat ik bij Ysbrandt waarneem aan symptomen, zie ik in dit ziektebeeld terug. Zoals het feit dat hij zijn bek niet meer kan openen. En zijn veranderde gezichtsuitdrukking. Hij heeft inderdaad een vossenkoppie gekregen.’

Toevallig heeft deze dierenarts in haar leven een keer eerder met deze zeer zeldzame aandoening te maken gehad. Ze herkent dan ook de symptomen. Die hond heeft overigens maar twee maanden geleefd na het stellen van de diagnose…… ‘Bij die hond kreeg ik de bek helemaal niet meer open, maar bij Ysbrandt ook maar nauwelijks. En de kop is ingevallen… Je weet het pas zeker na een biopt van de kauwspier. Die sturen we dan op voor onderzoek….’

‘Ja, maar het lijkt me toch duidelijk dat het die aandoening is. Dus waarom eerst weer weken onderzoek doen. Hij heeft misschien nog maar een paar maanden…… Ik wil gewoon behandelen. Het enige dat werkt zijn cortisonen. Dus daar wil ik op inzetten….’

Helaas betekent het toedienen van cortisonen ook weer dat die verdraaide Demodex ofwel pupyschurft een nieuwe kans krijgt om mijn hondje kaal te maken… Het immuunsysteem moet plat om de resterende kaakspieren te redden, maar eenmaal plat krijgt die ellendige parasiet weer een kans! ‘Zou je hem niet gewoon chronisch behandelen met Tactilgifbaden en Ivomec?’ vraagt de dierenarts. Oh jee. Wat een gedoe.

Ysbrandt is gigantisch opgeknapt van al dat plassen. Hij rochelt en hoest niet meer, want het ventje krijgt weer lucht. Intussen hebben we ook nog een hartpilletje ingezet en mijn acupuncturist heeft me nog wat alternatieve medicijnen meegegeven. Mijn dagen bestaan uit hondje uitlaten en nog eens hondje uitlaten en alweer hondje uitlaten.

Ontelbaar veel kleine piesrondjes door de steeg. Net zoals toen hij nog een puppy was.

 

Daarnaast probeer ik een ritme te vinden om al die medicijnen op het juiste tijdstip bij hem naar binnen te krijgen. De smakelijke kauwtabletten voor het hart vindt hij bijvoorbeeld smerig. ‘Wat nu smakelijk? Maak dat de kat wijs!’ zie je hem denken. Die peperdure pillen moeten echter nuchter gegeven worden. dus door zijn eten mengen is geen optie…..

Met veel kabaal staat hij daarna hele bakken water weg te slobberen. Van al die cortisonen en plaspillen krijg je maar dorst! Ook aast hij weer op broodkorsten en kippenpootjes in de Leidse parken. Ook door de cortisonen. Met enig regelmaat pakt hij stiekem iets van de grond. Schijnheilig probeert hij het dan ongezien naar binnen te werken voordat ik het in de gaten heb. Maar de baas heeft altijd alles in de gaten!

Balend laat hij het beoogde stuk voedsel dan maar weer vallen. Behalve de kreeftenpoot, die hij afgelopen week scoorde. Die rook toch zo lekker! Halsstarrig houdt hij hem in zijn bek. Geen gezicht natuurlijk.

Pas na drie keer streng ‘los’ roepen laat hij de poot vallen. Je hoeft geen medelijden met hem te hebben hoor. Mijn Varkentje wordt gruwelijk verwend!

Waar ik erg aan moet wennen, is dat ik mijn stoere onverslijtbare hondje zo moet ontzien. Ik ben zo gewend veel van hem te vragen. En geloof me, als ik dat nu nog doe probeert hij het ook nog te geven. Omdat het nu eenmaal het beste hondje van de hele wereld is!

Na een onrustige week met een lamlendig hondje ga ik gisteren samen met hem de auto wassen. Op een kussen in de schaduw ligt hij me te observeren. Er waait een verkoelend windje. De vrouw wast haar kanariepiet. Ook wordt al het vakantiestof eruit gezogen. Tot slot strooi ik wat lavendelolie door mijn karretje.

Daarna gaan we naar het Valkenburgermeertje. Op ons gemak kuieren we langs het strandje. Mijn Varkentje vraagt om de bal. Met beleid gooi ik dan toch maar weer een balletje voor hem. Ik zorg dat hij zich goed afkoelt in het water. Ook mag hij niet te lang achter elkaar spelen.

Als een jonge god rent hij achter zijn balletje. Het is heerlijk weer. We hebben het weer overleefd!

Die avond zit Ysbrandt eindeloos bij me te knuffelen. Oh, vrouw, wat was het gezellig vanmiddag. Wat hebben we genoten saampjes. Heerlijk! Waf!

 

 

Heerlijk koffie drinken met Non Hollandaise gevolgd door niet blij zijn met een dode mus…… Dagen later ontdek ik het verschil tussen een dood vogeltje, maar dat is een ander verhaal. Een spannend verhaal bovendien! Met wel een goede afloop.

Na een paar dagen verwoest meedraaien in het kloosterritme is het ‘Lazy Day’. Deze dag word je geacht zo lui mogelijk door te brengen. Veel mensen krijgen dat niet voor elkaar. Als een zot gaan ze enorme wandelingen plannen, gezamenlijk bomen omhelzen of andere nuttige bezigheden verenigen met het aangename. Kortom: Er is van alles te doen!

Heks is echter kampioen in het houden van een degelijke ‘Lazy Day’. Als het weer het toelaat hang ik in mijn hangmat. Het weer laat echter niets toe deze retraite. Dientengevolge zit ik lekker onder mijn luifel voor de tent koffie te drinken met mijn vriendin de Non Hollandaise. Speciaal voor de gelegenheid heb ik naast mijn espressoapparaat ook mijn melkschuimer meegebracht. En stroopwafels!

We zitten heerlijk te klessebessen. Er valt veel bij te praten na twee jaar radiostilte. ‘Het lukt me niet om allerlei mailcontacten te onderhouden,’ verzucht mijn vriendin, ‘Zelfs mijn familie krijgt zelden een berichtje terug als ze me mailen. Het leven hier is gewoon te hectisch, er gebeurt altijd zoveel in het hier en nu. Bovendien zijn de internetmogelijkheden nogal beperkt. Brievenschrijverij schiet er volledig bij in…..’

Ik snap het. Ik kom ook niet toe aan smsjes met het thuisfront, laat staan emailcontact. Blogjes schrijven schiet er ook bij in. Liever geef ik me volledig over aan het leven in dit aardse paradijs. Ik leef op. Niet langer overleven! Nee. Leven! En bij lekker leven hoort een bakkie troost.

‘Mmmmmm,’ geniet mijn vriendin, ‘Wat is dit een heerlijk kopje koffie, Heks! Hier in het klooster ben ik echt de enige, die zoveel van koffie houdt. Vroeger was er nog een Duitse non met een voorliefde voor dit goddelijke goedje. Toch is het echt een Hollandse traditie, dat koffie drinken. Zo gezellig ook! Heerlijk!’

Urenlang doen we ons tegoed aan cappuccino, koekjes en chocolade. De rest van de dag hang ik lekker rond in en om mijn tent. Totdat ik met mijn Amerikaanse familielid naar St Foy le Grand tuf. Daar is een enorme Leclerc. Ik wil een blogje posten en een reserveluchtbed scoren. Ook mijn gasfles is bijna leeg.

Mijn maatje is toe aan een kleine break. Het kloosterleven trekt een zware wissel op haar humeur. Een zekere onrust maakt zich van haar meester. Na een kleine roadtrip voelt ze zich een stuk beter.

Op de terugweg zitten we lekker te lachen. De ramen van mijn auto staan open, het is heerlijk weer geworden.

Plotseling horen we een harde knal. Een vogel heeft zichzelf dood gevlogen tegen de spiegel aan de passagierskant. Hij zit bekneld tussen de spiegel en het raam.

Verschrikt stop ik mijn dodelijke kanariepiet. We halen de verongelukte vogel voorzichtig van mijn auto af. Een sliertje bloed komt uit zijn bekje. Zijn oogjes zijn dicht. Slap hangt hij in de handen van mijn kompaan. Het leven is echt uit zijn lijfje geweken……..

Naast de weg is een greppel. ‘We gooien hem niet in die greppel, hoor. Kom laten we hem in elk geval begraven.’ Snel haal ik een stoffer en blik uit mijn auto. Ik graaf een kuiltje met het blik. We leggen onze zangvriend erin en dekken hem toe met aarde en bladeren.

Wat een sof. Arm beestje. Hopelijk was het geen moedervogel met een nest vol hongerige kindertjes……..

Zo komt er een ruw einde aan deze heerlijke middag. Heks houdt een rotgevoel over aan dit treffen. Ik weet wel dat een ongeluk in een klein hoekje zit. Zelf ben ik regelmatig op de korrel genomen door een medeweggebruiker. Maar een vogel? Die heeft toch geen enkele kans tegenover een auto. Zelfs zo’n klein kanariepietje als het mijne is geen partij voor welke vogel dan ook….

Die avond slaap ik in met een gevoel van tekort schieten. Op het verkeerde moment op de verkeerde plek zijn. Ik hoop maar dat het een oude vrijgezelle vreemde vogel was. Enigszins suïcidaal indien mogelijk. Misschien is het beestje me in dat geval wel dankbaar voor deze grove vorm van euthanasie……

 

 

Een nieuwe lente en een nieuw geluid? Ik ben blij dat er weer eens iemand naar me fluit! Heks wandelt met Varkentje door bloeiende Leidse Hout. Kippenpootjes en vreemde studies. Kinderlijke verwondering en je bent nooit te oud om iets te leren.

Vanavond wandel ik met Ysbrandt door het Leidse Hout. Het is verrukkelijk weer. Zacht en zwoel. Het bos staat in bloei. Moedertje Natuur in haar bruidskleed. De daslook, het fluitenkruid, verschillende bomen en heesters: Een witte bloemenvloed. Varkentje loopt er decoratief doorheen te snuffelen.

Traag treuzel ik langs de paden. Ik heb mijn fototoestel bij me en zet de telelens erop. Het begint al een beetje te schemeren, maar daar is mijn camera op berekend: Schemerstand uit de losse hand. Het is rustig in het bos, maar niet verlaten. Hier en daar lopen mensen te wandelen. De bankjes zijn zonder uitzondering bezet. Zelfs de elfenbankjes.

‘Wat een heerlijk weer, hè,’ ik begin een praatje met een olijke man. Hij staat de lege schaapskooi te bestuderen. Binnen de kortste keren hebben we een heel leuk gesprek over fotografie en camera’s. Zijn dochter heeft deze hobby. En de vader zit in het drukkersvak. Wat grappig toch weer, zo’n ontmoeting. Het lijkt op de tijd dat iedereen mijn partner was.  Die tijd voor de ontdekking van het fenomeen narcisme.

Als ik doorloop kom ik een man tegen met een klein wit hondje. Hij draagt het in zijn armen. ‘Ze heeft het warm,’ verklaart hij, ‘Ik wilde eigenlijk naar het strand gaan, maar het was al wat laat. Nou, als ik in de auto was gestapt was ik er al lang geweest.’ Hij lacht. ‘Maar hier is het ook niet verkeerd, ik heb net een gebraden kippenpootje gehad van die jongemannen daar. Ze hebben over, jij krijgt er vast ook eentje!’

Hout28

Iets verderop staat een picknicktafel volgeladen met etenswaren en drankjes. Er zitten vier jongens omheen. Ze lachen en praten. ‘Zal ik een foto van jullie maken?’ Dat mag. Maar dan moet ik wel een paar kippenpoten opeten.

‘Kom er bij zitten, wil je iets drinken?’ Een grappige gast met een hoge kuif is duidelijk de gangmaker. Hij maakt grapjes op het flirterige af: Een rascharmeur! Maar ook de andere jongens laten zich niet onbetuigd. Er vliegen wat vragen over en weer. De knapperd naast me studeert politieke geografie. Huh? Nog nooit van gehoord. Weer iets geleerd vandaag. Een heel interessant vakgebied volgens mij!

‘Wilt u ook een sigaret?’ Welja, waarom niet. Tevreden lurk ik aan een zware Marlboro. Zwabberig sta ik op. Helemaal licht in het hoofd. Het lijkt wel een toversigaretje.

Bij de pomp was ik mijn handen. Ze zitten helemaal onder de kippenkluivensmurrie. Ysbrandt heeft meegenoten van het diner. Hij is vooral gek op stukjes kraakbeen…

‘Veel plezier!’ roep ik naar mijn gastheren, ‘Bedankt voor de gastvrijheid!’ ‘We gaan je blog lezen, Heks, is dit em?’ Ik staar op het display van een telefoon. ‘Recepten van de Toverheks’ staat er. Ja. Verrek. Ze hebben em in de gauwigheid alweer gevonden. Midden in het bos.

Zo loop ik licht in mijn hoofd het laatste stuk richting uitgang. Het Hout is vergeven van de zoete bloesemgeuren. Ik begin weer lekker in mijn vel te zitten. Dat merk ik aan de enthousiaste reacties van al mijn partners. Ja, want narcisten en psychopaten ten spijt ga ik toch terug naar mijn oude overtuiging.

Dat als je liefde en compassie kunt genereren iedereen je partner is. Je hoeft er niet mee bevriend te zijn. En al zeker niet iedereen in huis te halen. En in die hele moeilijke gevallen van narcisme of psychopathie is veel afstand het beste. Misschien zelfs een straatverbod……

Maar je kunt om niemand heen. Uiteindelijk.

Interbeing noemt Thich Nath Hanh dat. We zijn niets zonder de ander. Of zoals ze het in het Taoïsme zeggen: De vogel wordt gevlogen (IPV de vogel is gevlogen…. 🙂 of de vogel vliegt), de vis wordt gezwommen. ….

Ga naar de markt en koop een kilo vis voor bijna niks. Nodig een vriend uit en een stelletje kattekoppen. Improviseer met wat je zoal in de groentela van je koelkast hebt liggen. Voeg ruim olijfolie, citroen en munt toe: Noord Afrikaanse aanslag…. op smaakpapillen!

Zaterdagmiddag loop ik lekker over de markt te flaneren. Het is heerlijk weer, ik heb de lente in mijn bol. Ik ben niet de enige. De stad loopt vol vrolijke uitgelaten dartele mensen: Een kudde koeien na een lange winter voor het eerst in de wei….

De Griek schept de laatste Taramosalata voor me uit een bijna lege bak. Bij de Marokkaanse viskraam ga ik op zoek naar een lekker visje voor de kat.

‘Kijk, je mag dat allemaal meenemen voor 25 euro.’ De kolossale visboer maakt een weids gebaar over het restant van zijn koopwaar. Een berg rode poon. Zeker een kilootje of vijf, zes. Aan zijn postuur te zien kan hij zelf probleemloos een kilo of wat wegzetten. Dus waarom iemand anders niet? Hij glimlacht me bemoedigend toe. Het is een verleidelijk aanbod. Maar vijf kilo rode poon samen met mijn katten in een weekend soldaat maken?

Dat wordt zelfs Heks te gortig. Zeker nu mijn vriezer het begeven heeft…. Uiteindelijk neem ik ruim een kilo mee. Een enorme zak vol vis. Snel gooit de visboer er nog een handvol gefileerde poontjes bovenop. Een bonus! Ysbrandt staat er likkebaardend naar te kijken. Hij is dol op vis. Soms vraag ik me af of hij soms een verdwaalde zeehond is. Of een gereïncarneerde dolfijn.

Eenmaal weer thuis zit ik toch maar mooi met al die vis. Hoewel ik dol ben op rode poon, zie ik het mezelf niet allemaal in mijn eentje opeten….. Ik hoop dat mijn katten het lekker vinden. Anders heb ik toch een probleem.

Terwijl ik een beetje zit uit te puffen van een middag vol beweging gaat de telefoon. ‘Heks, ik zit op het terras bij ’t Praethuys. Kom je ook?’ toetert mijn kikkervriend in mijn oor. Ik heb een beter idee. ‘Kom hierheen, Frogsie, ik heb lekkere dingetjes gehaald op de markt en straks gooi ik een visje in de pan…’ Dat laat mijn kameraad zich geen twee keer zeggen: Heks die in haar kookpot roert! Altijd goed voor een fenomenale maaltijd!

Even later zitten we lekker te klessebessen onder het genot van een hapje en een drankje. Intussen google ik recepten met rode poon. Ik vind iets heel aardigs van Jamie Oliver. ‘Het probleem is dat ik maar zeer beperkt ingrediënten in huis heb, Frogs. Het meeste ligt bij jou thuis in jouw koelkast…..’ We moeten erom lachen. De koelkast van Frogs is altijd dramatisch leeg. Behalve nu de mijne kapot is!

‘Het is toch zo gemakkelijk, als je altijd hetzelfde eet, dan heb je niet al die kruiderijen en ingrediënten nodig,’ plaag ik hem. Nu is ome Frogs toch verontwaardigd. ‘Ik eet echt niet altijd hetzelfde, ik koop gewoon per keer wat ik nodig heb om te koken,’ pepert hij me in.

Het recept van Jamie bevalt allerlei dingen die ik niet in huis heb. Geen probleem. Ik ga een variatie op dit thema maken met spullen, die wel in mijn tijdelijke minikoelkastje liggen. Om te beginnen een bos munt.

‘Heks, ik vind jouw recepten altijd het leukst om te lezen,’ roept de Wilde Boerenzoon onlangs enthousiast door de telefoon, ‘Wanneer ga je weer eens lekker voor ons koken? Vooral de manier waarop je ze opschrijft. Gewoon boem. Niks afmeten. Hopla. Daar houd ik van!’

Ziet er goed uit, Heks…

Bij deze dan. Speciaal voor hem. Een kanjer van een experiment. Natuurlijk zonder gluten, lactose of soja:

Ga tegen sluitingstijd naar de markt en laat je voor weinig geld een kilo rode poonfilet aansmeren. Het is een mooi stevig visje. De graat zit er nog in, maar het velletje en de kop zijn er af. Gooi de poon in een flinke bak marinade van olijfolie, citroensap, citroenrasp, rode peper, munt, peper, zout en knoflook. Uurtje laten intrekken. Langer marineren maakt het nog lekkerder natuurlijk.

Met rijst en broccoli

Kook of stoom sperzieboontjes, snijboontjes en/of broccoli. Kook rijst of glutenvrije couscous. Maak een salade van tomaten, komkommer, muntolijfolie, citroensap, verse munt, uitje en knoflook. Bak de boontjes na het koken met een uitje en knoflook.

Bak de visjes in ruim cocosvet in een koekenpan om en om tot ze een mooi bruin korstje hebben. Uit de pan nemen. De marinade erin gooien. Goed laten inkoken, zodat de uitjes en knoflook garen. Aanlengen met witte wijn. Half bouillonblokje erbij. Het aangebakken laagje van de gebakken vis van de bodem losschrapen en voilà: Een heerlijke saus voor over de visjes..

Alles bij elkaar op een bord knikkeren en smullen maar.

Mmmmmmmmmmm!

De ene dag heb ik de rijst aangemaakt met citroenolijfolie en munt. Een dag later heb ik couscous gemengd met de salade tot een mooie Taboeleh.

Het ‘magische ingrediënt’ is de in de gehele maaltijd aanwezige combinatie van munt, citroen en olijfolie. Heel Noord-Afrikaans! Daar komen ook de meest fantastische dingen vandaan, dat blijkt maar weer! Onze Hollandse smaakpapillen zouden nog in het stenen tijdperk verkeren als we niet een beetje waren heropgevoed door de verschillende stromen migranten van de laatste eeuw met hun exotische eetgewoontes! De meeste aanslagen door vreemdelingen zijn vooralsnog op onze smaakpapillen gepleegd.

Met tabouleh en guacamole, gesmoorde winterpostelein en boontjes…