Mijn dagen als levend vuilnisvat zijn voorbij! Joechei! Heks is blij dat ze niet op haar mondje is gevallen. En dat die vuilbek met zijn racefiets niet op zijn plaat is gegaan. Soms heb je maar een half woord nodig, maar je krijgt een heel woordenboek. En wel het scheldwoordenboek!

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

Woensdagmiddag staat Trui op de stoep. Ha, wat leuk! Snel doe ik de deur open. ‘Koffie?’ Heks is er absoluut aan toe. Ik kan vandaag maar niet uit de knoop komen.

Even later zitten we op mijn balkonnetje met cappuccino en veganistische bramen-cheese-cake. ‘Zelf geplukt en zelfgemaakt,’ grijns ik naar mijn vriendin, ‘Mijn handen lagen helemaal open van het geploeter door de dorens…..

Het is heerlijk weer. Gisterenavond heb ik een flinke wandeling over het strand gemaakt. ‘Zullen we straks naar Noordwijk rijden?’ Ik kijk Trui verwachtingsvol aan. Mijn vriendin heeft echter buienradar geraadpleegd. En volgens deze gezaghebbende app gaat het stortregenen aan het einde van de middag. Daar willen we niet in verzeild raken!

‘Ik heb Coq au Vin gemaakt, eet je gezellig mee?’ Ja natuurlijk. Heerlijk! Ik zat eigenlijk aan te hikken tegen een kliekjesmaal.

Om een uurtje of vier fietsen we de stad uit. We nemen een toeristische route naar Zoeterwoude. VikThor zit in de fietskar totdat we de warme stad uit zijn. Daarna mag hij naast de fiets rennen.

We rijden langs het Kanaal. Het is druk op de weg. En op het water! Overal recreërende mensen. Op e-bikes, racefietsen, in sloepjes, roeiboten….. Bij een brug krioelt het van de halfnaakte pubers. Ze gebruiken de leuning als duikplank. Om beurten laten ze hun duizelingwekkende capriolen zien.

VikThor sprint ook telkens richting water. Hij heeft zin in een duik. Op een plek, waar ik hem er ook weer uit krijg laat ik hem zwemmen. Daarna moet hij aan de lijn. Het is veel te druk op dit achteraf gelegen stuk openbare weg.

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

In Cronensteijn laat ik hem weer los rennen. En ook als we over het fietspad door de polder richting Zoeterwoude kachelen sprint mijn ventje los naast de fiets. Helaas komen er een heleboel fietsers aan in de verte. Het is te druk voor dit soort acties. Bovendien heeft mijn hondje wild in zijn neus. Hij doet verscheidene pogingen om het fietspad over te steken richting haas of fazant.

Net als ik probeer hem in zijn kladden te grijpen om hem weer aan te lijnen, schiet hij in het piepkleine gaatje achter de fiets van Trui en voor mijn fiets langs naar de overkant van het asfalt. Daar zit iets heel wilds heerlijk dierlijk te geuren…… Een man op een racefiets kan hem maar net ontwijken!

Ik stop en grijp mijn hond. ‘Sorry meneer, hij was me te snel af, het lukte me net niet om hem tegen te houden……’ begin ik me te verontschuldigen. De man staat me dan al brullend uit te schelden. Als een gestoorde spuugt hij allemaal ellendigs over me heen. Er is geen speld tussen te krijgen!

Even ben ik perplex van al dat verbale geweld. Dan schreeuw ik terug dat ik me al heb verontschuldigd en dat hij nu wel eens op kan houden met z’n scheldpartij. ‘Jij met je stomme belachelijke fietskar, ik haat dat soort vervoersmiddelen, achterlijk wijf, blablabla……’

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

Een wolk vieze stront sliert uit zijn mond en drijft langzaam in mijn richting. Een grote wolk gifgas…… Venijn van jaren!

Plotseling spoelt er een golf woede omhoog in mijn lijf. Het gooit spontaan een barrière op tegen deze locale kluchtige luchtvervuiling. ‘Ophouden nu,’ schreeuwt mijn stem op razende toon. Dreigend doe ik een paar stappen in zijn richting, ‘Kom maar hier, mafkees, dan krijg je een poeier.’ Grootspraak natuurlijk, maar het helpt wel. De eikel taait af!

Op de achtergrond piept Trui teksten als ‘Laat die die vent toch in zijn sop gaarkoken, Heks, hij is niet normaal, hij spoort niet, kom mee, niet op ingaan. Wegwezen nu, kijk uit, Heks…. Hij is gek, reageer er niet op…..’

Ik strek me uit tot mijn volledige lengte. 1.80 schoon aan de haak. Dan stap ik weer op mijn fiets met mijn hondje aan de riem. Puffend loopt hij het laatste stukje richting dorp. We zijn er bijna. Trui en Heks zwijgen. Het tumult klinkt nog na in onze oren.

‘Zo jammer, al die korte lontjes,’ verzucht mijn vriendin uiteindelijk. Het is waar. De wereld staat op scherp. Zelfs in die prachtige groene polder, tussen de vogeltjes en het riet, hebben mensen helemaal niks nodig om te exploderen……

‘Hoe is het gegaan de afgelopen week?’ mijn fysiotherapeut kijkt me nieuwsgierig aan. Ze behandelt me met Cranio-Sacraal therapie. Een hele aparte tak van sport binnen de fysiotherapie.

‘Ik ben bijna op de vuist gegaan met een hoogzwangere man van begin veertig,’ biecht ik op. Zoals altijd schaam ik me dood over mijn woede en gebrek aan zelfbeheersing. Het lukt me niet meer om mijn nijd eronder te houden. Beheerst te reageren. Het gif te absorberen en zijn werk te laten doen.

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

‘Nee, zodra ik voelde wat die man bij mij naar binnen probeerde te smijten waren de rapen gaar. Ellende van jaren. Geconcentreerde frustratie over zijn moeder, oma, vrouw en schoonmoeder gecombineerd met een laag zelfbeeld en recent ontslag van zijn zogenaamde droombaan, waar hij sowieso al jaren langzaam zat dood te gaan. En toch vind hij het erg. Want mensen hechten aan hun ellende……’

Mijn fysio moet lachen. Tot mijn verbazing. ‘Ja und?’ af en toe spreekt ze spontaan haar moerstaal, ‘Hoe voel je je nu? Daarbij?’

‘Opgelucht. Gek genoeg, want ik was er eerst eventjes helemaal niet goed van. Maar het feit dat ik niks naar binnen heb laten komen, echt helemaal geen spatje van ’s mans frustratie, dat voelt geweldig! Het was eventjes helemaal niet leuk, ik had zelfs wel op mijn bek geslagen kunnen worden, maar ik accepteer dus echt niet meer dat mensen hun troep bij mij of zelfs in mij parkeren!’

Nee, dat nooit meer. Mijn dagen als levend vuilnisvat zijn voorbij. Joechei!

‘Ik las ergens dat uit onderzoek is gebleken dat je cortisolniveau omlaag gaat als je met een open houding helemaal rechtop gaat staan. Een ingekakt postuur geeft juist meer stress….. Misschien volstaat dat in de toekomst!’ verzucht ik tot slot.

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

In de nabije toekomst nog niet:

Een paar dagen later staat mijn huis blauw van de rook. Een stelletje studenten doen een poging om te barbecuen Je kent het wel. Twintig aanmaakblokjes om te beginnen, een hele fles spiritus er op en walmen maar……. ‘Hallo daar, kunnen jullie de barbecue verplaatsen, mijn huis staat vol rook,’ doe ik een beleefde poging. ‘Voor jou zeker,’ is de reactie van degene, die verantwoordelijk is voor de rookoverlast, om me vervolgens een bijzonder grote bek te geven.

Ook zij krijgen hun vet van Heks. Leuk is het niet om te doen, maar niemand behandelt me meer ongestraft respectloos……..

Er wordt nog flink tegen me geschreeuwd, alsof ik iets raars doe. Even overweeg ik om de tuinsproeier in te zetten…….. Van het idee alleen al knap ik enorm op! 😉

‘Het Groot Scheldwoordenboek’. Voor inspiratie……

©TOVERHEKS.COM,

©TOVERHEKS.COM,

Inspiratie vraagt geen spanning en sensatie. De Sangha voor Kneusjes is hier het levende bewijs van! Heerlijke bijeenkomst met toch een spannend einde…….

Woensdagavond fiets ik naar Kras. VikThor draaft naast me, springt sloot in, sloot uit. We gaan weer mediteren met onze Sangha voor Kneusjes. Heerlijk.

‘Oh, Heks, je hebt me toch zo geïnspireerd om te gaan kokkerellen. Kom kijken wat ik allemaal heb gebrouwen,’ Kras drukt me een glas verrukkelijk versgeperst sap van watermeloen en sinaasappel in de hand. We lopen naar de keuken. Daar staat een enorme kruimeltaart met zomerfruit. Mmmmmmm…….

De koelkast gaat open. Ook daar een keur aan lekkere vrij heksige brouwseltjes. ‘Ik begin eindelijk een beetje te eten zoals ik altijd wilde eten. Daar ben ik zo blij om!’

Mijn vriendin gaat net als ik gewoon een hele middag aan de haal met allerhande groenten en fruit. ‘Ik ga liever een keer per week flink over mijn grens, zodat ik wat te bikken heb….’ geef ik toe.

Doorgaans zaag ik ook nog een vinger bijna van mijn hand af. Eigenlijk zou ik er van tevoren een paar pleisters op moeten plakken! Alleen weet ik nooit welke vinger het deze keer gaat worden.  Allebei mijn handen preventief intapen is echter geen optie……

‘Ja, dat heb ik ook. Ik crepeer nu ook van de pijn. Maar ik heb het toch maar mooi voor elkaar gekregen!’ Mijn maatje is bepaald geen zeikerd. Dat realiseer ik me nog eens extra goed als ze eventjes later schreeuwend opstaat. ‘M’n knie is aan vervanging toe,’ verklaart ze droog.

‘Kom, we gaan zitten,’ ik pak mijn bel en klankschaal uit mijn tas en zet de timer van mijn telefoon op veertig minuten. ‘Zal ik eerst een stukje voorlezen?’ Kras neemt Thays boek over Boeddha’s leven van me over. We zijn er onlangs in begonnen en lezen elke week een stukje.

Rustig kabbelt het verhaal voort over een jongeman, die bij Boeddha in de leer komt. ‘Tot hier?’ Kras kijkt vragend, ‘Nou ja, het maakt ook niet zoveel uit, het is niet bepaald een spannende thriller, waarvan je perse wilt weten hoe het afloopt!’  We grinniken. Het is een heerlijk boek, maar inderdaad. Geen spanning en sensatie 😉

Heks geeft een ram op de klankschaal. De timer tikt minuten weg. Wij hebben het niet in de gaten, diep verzonken in meditatie als we zijn. ‘Zo fijn!’ roepen we achteraf tegen elkaar, ‘Nog even darmen delen?’

Heks heeft moeite met zichzelf. ‘Ik vind mezelf niet meer leuk. Ik ken mezelf niet terug. Ik kan zo terugverlangen naar de Heks, die zo gemakkelijk van iedereen kon houden. Die anderen voorop zette. Die wist waar het om gaat in het leven. Die volledig vanuit haar hart probeerde te leven….’

Ik weet dat het een fase is, datgene waar ik in zit. Alles gaat uiteindelijk weer voorbij. Impermanence, letting go, non desire, Nirvana……. Ook zal ik er beter uitkomen. Mijn grenzeloze manier van aanpak was nu eenmaal niet erg gunstig voor mezelf. Daar is nog veel winst te behalen…..

‘Heks, ik ben zo blij met jou. Jouw prachtige Wensdoos heeft me zo geïnspireerd. En ons reisje naar Biezenmortel heeft zoveel in gang gezet. Anders was ik deze traditie nooit tegengekomen. Ik vind het heerlijk dat Thich Nath Hanh zo’n rebel is. Het spreekt me geweldig aan. Het past me als een jas!’

We lopen intussen rondom het golfveld. Het schemert. VikThor springt weer sloot in, sloot uit. Lucas en Lotje sukkelen opgewekt aan de lijn voor Kras uit. We lopen een gigantische ronde. Het verstilde landschap dringt in onze botten. ‘Oh, wat heerlijk,’ zuchten we om beurten.

Als Kras haar scootmobiel in de schuur rijdt, zie ik hoe ongelofelijk moe ze eigenlijk is: Ze knalt bijna van de loopplank af! Heks is ook kapot. En precies op dat moment schiet de schuurdeur in een stuk hang en sluitwerk bedoeld om em open te houden. Tijdelijk. Niet voor eeuwig.

Helaas denkt dat hang-en sluit-stuk er heel anders over. Hardnekkig heeft het zich om het verbindingsstuk aan de deur geklonken. Wat we ook proberen, hij geeft geen krimp! Kras rent in en uit met haar pijnlijf. Ze ramt op het verbindingsstuk met een bijl. Snort een elektrische schroevendraaier op om het op die manier te proberen……

Heks schijnt bij met haar Iphone. Ik bestudeer het onding en zie waar de schoen wringt bij dit stuk verdriet van een scharnierende wanconstuctie. Dit gaat ons nooit lukken. Hier zijn onvervalste spierballen voor nodig. Goddank hoor ik de superaardige buurjongen scharrelen op de oprit naast die van mijn vriendin.

Zo eindigt de avond in chaos. De buurjongen stort zich op het probleem en Heks poetst de plaat. Het is intussen al ruim over elven en we moeten nog terugfietsen naar de stad. Door de motregen.

‘Is het OK als ik wegga?’ ik kus Kras op haar wang. Ze glimlacht afwezig. De buurjongen stroopt zijn mouwen op.

Traag peddel ik terug naar de Leidse binnenstad. Over het prachtige polderpad door de Merenwijk. VikThor mag niet in de sloten springen. Braaf draaft hij voor me uit. Wat is hij toch slim. Wat luistert hij toch goed. Plotseling jaagt hij achter een kat aan. Glibbert een bruggetje over, lanceert zichzelf toch bijna een groenige blubbersloot in……

Intrigerende tekst

Eenmaal thuis voel ik me toch zo lekker. Niets kan me deren. Ik speel nog een klein uurtje met mijn hondje. Gooi een heleboel lastige balletjes naar hem, die hij uit de lucht moet vangen. Daarna kruip ik in mijn mandje. Vredig, tevreden. Eindelijk weer een beetje blij met mezelf.

Het leven is maar grillig. Vrienden blijken soms weinig loyaal. Wat is vriendschap nu helemaal? En ook: Wat met de ene mens niet werkt stroomt moeiteloos met de ander. Wederkerigheid en ware liefde. Thema’s die je terugziet in de franse film Rock’n Roll. Leuke film! Heks heeft lol!


Maandag kom ik alweer dezelfde vroegere vriendin tegen. Soms bijt ze mijn kop er bijna af, maar vandaag is ze poeslief voor de verandering. Heks volgt al tijden niet meer wat de vrouw bezield om zich zo te misdragen in haar bijzijn, maar dit is weer eens iets totaal anders.

Even denk ik dat het te maken heeft met het rare mailtje, dat ze me enige tijd geleden stuurde na zo’n bijna-kop-afbijt incident. ‘Je denk misschien dat ik ontzettend kwaad op je ben, maar dat ben ik niet. Het ligt allemaal aan jou. Ik kijk zo vanwege jou. Jij bent de boosdoener…..’

Niet dat ik die mail toen begreep. Ik snap het gedrag van deze vermeende vriendin al niet meer sinds ze mijn foute buurman Veter Aarsgat ging steunen in zijn verwoestende queeste tegen Heks. Een bizar feit.

Ze ging daar ook vrij ver in. Tot aan totaal negeren in het openbaar aan toe. Hetgeen niet meevalt, want Heks valt behoorlijk op met haar lengte en rare hoedjes. En dan zei ik haar ook nog enthousiast gedag!

Jarenlang heb ik er geprobeerd me eroverheen te zetten. Maar waarom? Het is intussen toch wel duidelijk?


Dinsdag ga ik met Trui op stap. Heerlijk. Zij doet niet raar, kijkt niet boos, negeert me niet als het haar zo uitkomt. Zit niet alleen maar over zichzelf te zagen en zuigen. Nodigt me altijd uit op haar verjaardagsfeestjes, maar manipuleert me niet zodanig dat ik ze moet gaan organiseren.

We zien een geweldig leuke film, ‘Rock’n Roll,’ met  Guillaume Canet en Marion Cotillard . Ik hoor mezelf voortdurend schateren. Wat een sukkelige hoofdrolspeler, geweldig. En wat zet hij zichzelf voor schut, heerlijk.

‘Weet je dat de hoofdrolspelers in werkelijkheid ook met elkaar getrouwd zijn?’ giebelt mijn vriendin als we naar de aftiteling kijken, ‘Hij heeft de film geproduceerd, ze spelen zichzelf, hun filmnamen zijn hun eigen namen, kijk het zijn ook zijn echte ouders, die als zijn filmouders meespelen……!’


Het verhaal heeft een onverwacht en heel geestig einde. Goedgemutst verlaten we het Kijkhuis. Wat kun je toch opkikkeren van een goeie film. Of een mooi toneelstuk.

Verrassend einde!

‘Weet jij eigenlijk hoe je een groeps-app van je telefoon gooit? Ik zit in een paar groepen, die ik niet meer op mijn telefoon wil en ik ben kwijt hoe ik er vanaf kan!’

Mijn vriendin is altijd zeer doortastend, dus ze pakt mijn iPhone en doet het me voor. ‘Welke groepjes?’ Ik zoek er een paar op en zie dan dat er weer allemaal berichtjes staan, die ik niet gelezen heb.


Snel laat ik mijn ogen eroverheen glijden. Nieuwsgierigheid is toch een vreemd fenomeen. De kans is groot dat ik dingen lees, die ik niet wil weten!

En inderdaad. Opeens begrijp ik waarom die vroegere vriendin zo bedrieglijk alleraardigst om me heen liep te draaien van de week. Ze heeft zeer onlangs een feestje gegeven en Heks was niet uitgenodigd.

Het is niet eens de eerste keer dat ze het me flikt. Jarenlang heeft ze me stiekem buiten haar verjaardagsfeestjes gehouden, -de rest van onze vriendenkring werd wel uitgenodigd,- terwijl ze hier intussen de deur plat liep! Met allemaal zeurverhalen om aandacht!


Je zou zelfs kunnen stellen, dat Heks ofwel niet werd uitgenodigd, ofwel zo stom was om zich door een bewust getrokken sneue smoel te laten verleiden om de feestelijkheden te helpen organiseren. Ja, hoe dom kun je toch zijn?

Dus al die poeslieve aandacht was bedoeld om me uit mijn tent te lokken? Wellicht. Het ligt voor de hand. Het past in het plaatje…..

Het meest absurde van dit verhaal is, dat zij wel altijd welkom is gebleven op de nieuwjaarborrels, die Heks jarenlang wist te organiseren. Ondanks haar brakke lijf en beperkte budget nodigde ze een berg oude vrienden uit. Maanden voorbereiding zaten er in. Voor een halve zool als ik dan. Een normaal mens doet er hooguit een week over…..


Heks wil nu eenmaal nooit iemand buitensluiten. Het is het ergste wat je kan overkomen. Vanaf de kleuterschool zit ik al regelmatig met allerlei kneusjes opgescheept, waar iedereen met een boog omheen loopt. Het zijn ook mensen. Ja toch?

Andersom gebeurt het me nogal eens, dat ik helemaal buitenspel word gezet. Mijn soort loyaliteit is bij die ander vaak juist ver te zoeken. Het achtervolgt me als het ware. Ik kijk er altijd weer raar van op.

In de dynamiek van groepen trek ik uiteindelijk vaak enorm aan het kortste eind. Mijn te vergaande loyaliteit wordt beantwoord met vergetelheid.

‘Het is projectie, Heks, je projecteert je eigen familiaire problemen op je vriendenkring,’ zegt iemand uit de vriendenkring.


Hoofdschuddend gooi ik de groep van mijn iPhone. Soms komt het echt nooit meer goed met iemand, stomweg omdat het nooit goed heeft gezeten. Heks heeft al zoveel scheve toestanden in de lucht gehouden, ik ben de tel kwijt. Maar dat in de lucht houden doe ikzelf. Ik kan moeilijk blijven beweren, dat het altijd aan de ander ligt.

Ik ben gepokt en gemazeld in het hebben van voor mij verkeerde vrienden. Waarbij de dynamiek niet klopt. Waarbij geven/nemen niet in balans is.

Begonnen vanuit een verkeerd uitgangspunt, om de ander te helpen bijvoorbeeld. Of omdat iemand heel zielig kijkt: Ook goed fout! Of ik slik afschuwelijke beledigingen, bijvoorbeeld van gefrustreerde dikke dames met gewichtsproblemen, waar ik niet kwetsend op kan of wil reageren.

Maar binnenkort krijg ik hele goeie aanwijzingen hoe ik het er in de nabije toekomst beter vanaf kan brengen. Dat weet ik, omdat ik al in die toekomst ben. Vergeleken bij dit vertelseltje uit mijn recente verleden.

Zonnige zondag zonder zorgen. Iedereen blij, alleen verbolgen agentjes met hun bonnenboekjes; Delen straffen uit en billenkoekjes….. Galopperend op hun stalen rosjes knuppelen ze junks uit de bosjes….. Kiddy Ride Police Control heeft waarschijnlijk zelf het meeste lol!


Zonnige zondag zonder zorgen. Eerst gaat Heks naar de kerk. Met haar boekje vol zilverwerk. We krijgen een preek voor onze kiezen over schoonheid. Heks kent de spreker goed uit haar jonge jaren. Toen ikzelf nog een schoonheid was!

Ik zit naast een prachtige vrouw in een knalgeel linnen gewaad, die de strekking van de preek volledig onderstreept.

‘Wat heb je een mooi, ja wat is het, broekjurkpak aan!’ roep ik enthousiast na de eucharistieviering. Deze dame ziet er altijd fantastisch uit. Heks is bepaald niet de enige, die hier op aarde is ter decoratie!

Ik drink koffie met een koorgenoot. Hij praat me bij over alle aanstaande concerten. Jip en Janneke hebben corvee. Ze staan als vanouds achter de koffietafel. ‘Je hebt weer over ons geschreven,’ gniffelt Janneke, ‘Jip had het in de gaten.’ Ik help eventjes met het inschenken, maar neem even later afscheid.

‘Over een paar weken passen we weer op het huis van onze dochter, dan kom je weer koffie drinken, he?’ Het is intussen een traditie aan het worden. ‘Dit jaar neem ik mijn hondje mee!’


Volledig verguld met al die positiviteit fiets ik naar huis. De stad loopt vol mensen, er is van alles te doen. ‘We gaan zo op stap, schat,’ zeg ik tegen mijn hondje, ‘Hopla neemt ons mee naar een picknickfestival in het Van der Werfpark.’

Het is warm weer, maar gelukkig niet zo warm, dat je niet met een hond door de stad kunt lopen.

Even later belt mijn vriendin aan. We vliegen elkaar om de hals en wisselen geschenken uit. ‘Ik heb iets meegenomen voor je van Ibiza. Kijk.’ Een prachtige koperen slangenarmband voor de bovenarm glijdt in mijn handen. Wauw. ‘Als ik een tattoo zou nemen zou het een slang zijn rondom mijn rechterbovenarm,’ roep ik verrukt. Het cadeautje is helemaal raak.

Mijn vriendin krijgt een witte katoenen strokenjurk. Uit de kledingkast van Heks. Helemaal haar stijl en van een ongelofelijk fijne katoen. ‘Prachtig, echt iets voor mij! Dank je wel!’

In het park is het een drukte van jewelste. Het plantsoen ligt bezaaid met picknickende mensen. Langs het pad staan kraampjes met hebbedingetjes, je kunt er ook lekkere nekmassages uitproberen of je wagen aan aan een soepje of sapje uit een foodtruck.

img_6897.jpg
Hopla gaat voor een handmassage. Ik wil ook, maar moet eventjes wachten. ‘Neem maar plaats in onze wachtkamer,’ grapt de dame van het kraampje, terwijl ze op een tuinstoel wijst. Ik zit heerlijk in het zonnetje naar al die blije mensen te kijken. Jeetje, wat leuk.

Plotseling komen er een paar motoragenten aangevlogen. Hun miniatuur-motorfietsen galopperen als paarden door de lucht. Als ze dichterbij komen zie ik dat agent en motor op een rijdend onderstel staan. In een apparaat op een paaltje kun je een muntstuk werpen. Een verwijzing naar de herkomst van de iniemini motorfietsjes…..

Vlak voor mijn neus stoppen de heren motoragent. Met uitgestreken smoelwerken lopen ze om de geparkeerde auto van de sap en soepcaravan. Het wrak wordt aan een grondig onderzoek onderworpen. ‘Is dat uw voertuig?’ vragen ze aan willekeurige voorbijgangers tot groot vermaak van de omstanders.

Niet veel later trekken ze hun bonnenboekjes tevoorschijn. Ze schrijven een fikse bekeuring uit! Zonder te verblikken of verblozen prikken ze de prent achter de ruitenwissers.

Stram marcheren ze terug naar hun bolide. Met een geroutineerde beweging slingeren ze zich weer op hun stalen ros en voort gaat het weer. Op zoek naar de volgende onverlaat die huns inziens de fout in gaat!


‘Oh, oh, haha,’ hikt mijn vriendin een half uurtje later als de heren weer aan komen hobbelen. Ze heeft de vorige voorstelling gemist door die massage en weet werkelijk niet wat haar overkomt. Ze zijn zo grappig, deze nepagenten. Vooral omdat er geen lachje af kan.

‘Het moet heerlijk zijn om te doen,’ verzucht mijn maatje, ‘vooral als je van uniformen houdt!’ Heks beaamt het. Wat zullen die twee een pret hebben gehad bij de voorbereidingen! We zitten intussen op een terrasje te klessenbessen. De heerlijke middag is alweer voorbij. Even later nemen we afscheid.

Op weg naar huis beleef ik het laatste hoogtepunt van die dag. VikThor piest eindelijk echt tegen een paaltje. Na weken verwoed oefenen is het dan zover! Meneer tilt zijn achterpoot hoog op en balanceert op de drie overgebleven poten. Vervolgens richt hij een loepzuivere straal op 1 van de vele stomme paaltjes die Leiden rijk is. Hoera! Dat doe ik hem niet na!

Jammer genoeg zijn die nepagenten niet in de buurt. Die hadden VikThor vast opgepakt wegens openbaar urineren tegen staatseigendom. Met de nadruk op dom 😉

Kiddy Ride Police Patrol

De zwarte klauw slaat genadeloos toe. Roofridder op oorlogspad. Een speklap moet het ontgelden…… Steenvrouw kan het zeer waarderen! Van wie is die lap? En hoe komt mijn zwerver er aan? Vragen. vragen……

©TOVERHEKS.COM

Van mij!!!!!©TOVERHEKS.COM

‘Ik kwam Ferguut net tegen met een enorme speklap in zijn bek. Ik heb em maar afgepakt, want het lijkt me niet gezond voor een kat. Ook weet ik niet waar hij hem vandaan heeft natuurlijk. Waarschijnlijk ergens in de buurt uit een keuken gestolen. Ik denk dat er iemand flink zit te balen nu…..’ grijnst Heks tegen haar vriendin.

Ik ben lekker bij haar te  gast. We zitten in de tuin na te eten. Steenvrouw ligt dubbel van de lach. Mijn ridderkater kan geen kwaad doen bij mijn vriendin. Het is dan ook de zoon van haar kat Doekie. Hij heeft dus een speciaal plekje in haar hart.

‘Die mafkees van een kat. Eerst had ik het helemaal niet door. Maar hij liep zo vreemd aan zijn bek te likken. Met een hele wilde blik in zijn ogen verdween hij vervolgens in de steeg om de hoek. Daar lag zijn speklap. Veilig verstopt!’ ‘Was ie nog warm?’ Wil mijn vriendin weten. Ik weet het niet meer. Niet gloeiend heet in elk geval. ‘Ik heb em met een poepzakje opgepakt…..

Poepzakjes zijn toch zo handig. Multifunctioneel.

©TOVERHEKS.COM

De zwarte hand/klauw slaat toe…... ©TOVERHEKS.COM

‘Heb je het wereldkampioenschap van K&G in je agenda gezet? Als je niet mee wilt moet je het nu zeggen….’ streng kijkt ze me aan. Eerlijk gezegd zie ik er tegenop. Het wordt een klus voor Heks. Helemaal naar Limburg rijden, kamperen, een hele dag in touw om in het stadion te komen en weer thuis te geraken……

Maar ik wil het wel heel graag zien! Want de zoon van Steenvrouw doet mee! En ze worden misschien wel weer wereldkampioen, net als een paar jaar geleden!

‘Lasten we vouwfietsjes meenemen. Of ter plekke fietsen huren, dan red ik het wel. Maar een uur heen en een uur terug lopen wordt me te gek. In combinatie met de rest.’ Ik ben natuurlijk wel gewend om einden te wandelen. Maar daarna ga ik gestrekt. Heel belangrijk!

©TOVERHEKS.COM

jammie!!!! Speklapjes…...©TOVERHEKS.COM

We worden helemaal giechelig van onze plannetjes. ‘Als je weer eens naar zo’n beeldhouwfestival gaat ga ik wel mee,’ beloof ik als haar reisjes in hopeloos gezelschap ter sprake komen. ‘Jeetje Heks, dat lijkt me geweldig,’ mijn maatje is er direct voor te porren. We kunnen nu eenmaal heel goed samen door een deur.

Op weg naar huis fiets ik een flink eind om. VikThor rent naast de fiets langs het water.. ‘Mag ik er in?’ vraagt hij met zijn ogen. Doordringend kijkt hij me aan. ‘Ga maar zwemmen, hoor,’ en hop, hij ligt al in het water. Stapeldol op zwemmen, dit hondje.

We zijn bijna thuis als de panter tevoorschijn springt. Hij is zijn speklap helemaal vergeten. Sterker nog: Hij lust wel weer een hapje.

Binnen wacht de rest van de dierentuin ongeduldig op het voedsel dat komen gaat. Een hele batterij bakjes verschijnt op het aanrecht. ‘Miauw, knerp, mauwww,’ klinkt het uit vele kelen. VikThor wacht gelaten af. Hij is als laatste aan de beurt. Zoals altijd, onderaan de pikorde als hij hangt.

Een kwartier later zijn alle buikjes weer gevuld. Tevreden knorrend vleit Snuitje zich tegen me aan. De dag is weer gedaan.

©TOVERHEKS.COM

Ferguut de roofridder, ©TOVERHEKS.COM

 

 

 

Veelzitters zijn geen paalzitters. En ook geen tweezitters. Heks is er één, ook een veelligger overigens, maar geen tegenligger. En een dwarsligger? Dat dan weer wel.

Ben u veelzitter en ervaart u problemen bij uw hobby? Ga dan naar Kontkrab interieuradvies!’ Een oude dame kreupelt door het beeld richting een enorme leunstoel, waar ze even later volledig in verdwijnt. Ze zou prima in onze Sangha voor kneusjes passen. En: Ze is duidelijk een veelzitter!

Oh, oh, wat zie je toch een hoop onzin voorbij komen zodra je de televisie aan zet. Zodra je de telefoon oppakt. Of zodra je uit het raam kijkt. Dingen die veelzitters nogal eens doen.

Gelukkig is Heks naast veelzitter ook veelwandelaar. En veelfietsster. Dat krijg je met een ADHDhondje.

Naast al deze interessante hobby’s ben ik ook nog een veelprikker. Ook vandaag spoed ik me na de eerste dosis koffie en pijnstillers naar de huisarts. Ik ben te laat en krijg een preek van de assistente. Vooruit maar, dat kan er ook nog wel bij vandaag: Ik mag toch nog naar binnen.

Als de eerste prik erin gaat schreeuw ik het uit. Al dagen heb ik last van een hopeloos lijf. Stijf als een overjarige kwarktaart. ‘Waarschijnlijk door de hitte,’ beweert de fysiotherapeut. Nou ja! En ik maar denken dat warmte goed is voor de spieren!

Ook de tweede prik doet ongelofelijk veel pijn. De assistente krijgt medelijden, absoluut ziektewinst in dit geval: Ze is haar nijd over mijn te late verschijning direct kwijt. Ja, als je zoals Heks in elkaar steekt is het geen wonder, dat je niet vooruit te branden bent!

Toch zit ik op de fiets naar huis te huilen. Wat een verdriet. Dit klotelijf went nooit.

‘Heb je een chronische ziekte?’ vraagt een vriendin onlangs verbaasd, ‘Maar wat heb je dan eigenlijk? Ik dacht dat je een whiplash had…..’ Heks staat hier toch even van te kijken. Hoe is het mogelijk dat het haar is ontgaan hoe ziek ik eigenlijk ben? Het verklaart wel de vreemde opmerkingen, die ze soms maakt over mijn gekwakkel……. En ik me maar druk maken over die opmerkingen!

Ja, die whiplash heb ik ook. Al zo’n jaar of zes. Alsmede ruim zeventien jaar RSI. Te danken aan mijn kortstondige carrière in de automatisering: Lang leve de Millenniumbug! Maar ik heb ook al 30 jaar ME. Met toenemende fibromyalgische bijverschijnselen. Ik ben zelfs de eerste officieel erkende patiënt hier ter lande!

De eerste vijf jaar heb ik wezenloos in bed gelegen. De eerste vijfentwintig jaar heb ik de halve dag op de WC gezeten. Ook een vorm van veelzitten. En veelpoepen natuurlijk…. Door LDN en een straf dieet houd ik mezelf intussen redelijk in de lucht. Eigenlijk zou ik nu wel zo’n beetje in een verzorgingstehuis moeten liggen met een flatus uit m’n reet en sondevoeding door m’n strot.

Dat schijnt het lot te zijn van de ergste gevallen van ME heb ik gehoord van iemand die zulke mensen verzorgt. Over het algemeen zijn dat de braverikken, die doen wat de artsen zeggen. Hetgeen betekent: Antidepressiva nemen en cognitieve therapie volgen. Beiden dodelijk voor deze groep patiënten.

‘Ze willen ook niet beter worden, hoor,’ vertrouwde de vrouw, die hen verzorgt me toe, eventjes vergetend dat ook Heks lijdt aan diezelfde kwaal. Wat een lastpakken! Ziek zijn en blijven. Tjonge jonge. Je hoort toch beter te worden. Of desnoods het loodje te leggen. Maar doe iets! ‘Kankerpatiënten gaan tenminste nog dood! Maar die verrekte MEers blijven maar leven…….’

Je zal maar zo verschrikkelijk ziek zijn en worden verpleegd door mensen, die je zien als een eersteklas aansteller. Brrrr.

Heks staat regelmatig vreemd te kijken van de totale onwetendheid omtrent haar ziekte bij mensen, die me intussen wel allerlei ongevraagd advies geven over hoe ik beter kan worden! Of hoe ik met mijn ziekte moet omgaan……Gek toch eigenlijk! Of ben ik nou gek?

Het varieert van een goedmoedig ‘Je ziekte is gewoon een schuurpapiertje van het leven, het helpt je om een beter mens te worden’ tot ‘hier heb je het adres van een therapie, die je echt moet volgen. Ik heb dan wel geen idee wat je mankeert, maar ikzelf heb baat gehad bij deze extreem dure grap, waarbij een stuk of zes therapeuten bovenop je nek springen om de reactie van je stresssysteem te veranderen.’

Helaas is er hier in Nederland nog steeds geen afdoende behandeling tegen ME. In Noorwegen wel. Daar krijgen deze patiënten chemotherapie: 70% geneest. Dus je kunt maar niet blijven beweren dat het tussen de oren zit of dat het een verkeerde reactie van je stresssysteem is.

Als je er niets van af weet, hou dan gewoon je mond!

Morgen komt de Don logeren. Hij heeft ook een kreukellijf, net als Heks. We hebben elkaar de laatste zes jaar maar 2 uur gezien om die reden. Het is gewoon een behoorlijke onderneming om elkaar op te zoeken met die 250 kilometer ertussen. We spreken elkaar wel wekelijks. Urenlang zelfs. De Don hoef ik over mijn lijf niks uit te leggen……

Vandaag probeer ik mijn huis een beetje opgeruimd te krijgen. Door het veelzitten en veelliggen van de laatste tijd is het hier een beetje achterstallig. En als de Don komt wil ik dat het netjes is! Zodat het niet al teveel afsteekt bij zijn driedelig pak!

Vanmorgen heb ik op de terugweg van de dokter ook een paar gezellige plantjes gehaald voor op mijn balkon. Van bloemen vrolijk ik altijd op. Ik ga ze snel in de grond stoppen!

 

In memoriam Willem van Scheijndel. Mijn vriend Schilder is niet meer onder ons. Onverwacht weggevlogen. Opgetild door het eerste zomerbriesje. Verrukt vliegende vreemde vogel! Meegenomen door engelen en geliefden. Eindelijk thuis. Quote: ‘Stel je voor, je komt bij de hemelpoort en Petrus vraagt je wat je zoal in je leven hebt uitgevoerd…. En je moet antwoorden dat je financiële wanproducten hebt verkocht voor de Rabobank…… Verschrikkelijk natuurlijk! Nou, dat kun je toch beter aankomen met mooie schilderijen!’

Afgelopen week wandel ik met Chris langs de golfbaan. Haar hondjes vrolijk drentelend naast ons. VikThor draaft sneller dan zijn schaduw door het struweel.

Plotseling een ijselijke kreet, een duikvlucht. ‘Wat heeft je hondje daar?’ Heks staat al naast haar monster. Ik vis een jonge spreeuw tussen zijn tanden vandaan. Hij houdt het beestje heel voorzichtig vast, zoals een echte jachthond betaamd. Toch is het dier gewond geraakt. Bloed kleeft aan mijn handen.

Voorzichtig inspecteer ik het diertje. Het ziet er niet goed uit. Hij lijkt wel doorspiest vanaf de rug. Tussen zijn opgevouwen vleugeltjes gaapt een diepe wond. Zijn buikje is echter puntgaaf. Een glanzend kraaloogje staart me helder aan. Ik leg contact met dit kleine kereltje. Nog maar net begonnen aan zijn vrolijke zorgeloze vogelleventje en nu al kansloos.

‘Wat was het voor’n vogel, die zo zat te schreeuwen?’ Mijn vriendin weet het niet. Was het één van zijn ouders? Die in paniek mijn hondje probeerde te verjagen? Of was het soms zo’n lelijke ekster? Ik heb ooit een nest merels op mijn waslijn gehad. Toen ze uitvlogen zat er een school eksters klaar om hen te verorberen……..

Ook het tweede nest datzelfde voorjaar, wellicht geboren uit de frustratie van de berooide ouders, was eenzelfde lot beschoren. Mijn balkon getransformeerd tot fastfoodketen voor de schreeuwlelijkerds onder de nazaten der dino’s……

Voorzichtig loop ik met mijn vogelvriend terug naar de bewoonde wereld. We gaan hem natuurlijk proberen te redden, maar ik heb er een hard hoofd in. Om de paar meter sta ik een tijdje stil. Check de ademhaling. Kijk in zijn kraaloogjes. Hij gaat zienderogen achteruit. In de bocht naar de woonwijk overlijdt hij. Ik zie zijn borstkastje steeds lichter ademen. Mijn heksenhanden vormen een kolom van liefde en licht. En dan is het voorbij.

Ik geef hem een mooi plekje aan de Zijl. Voorzichtig bedek ik het graf met klei en planten. ‘Dag lieve Spreeuw. I hold you close to me, I release you to be so free…..’

‘Dit is al de vierde gewonde vogel, die ik in mijn handen heb het afgelopen jaar. Alleen die uil heeft het overleefd…… Bizar toch?’

Een paar dagen later gaat de telefoon. Ik sta net in de berging mijn fiets van het slot te halen, op weg naar de fysiotherapeut. Het is de broer van Schilder. Ik zie het op de display van mijn mobiel. Ik weet het direct: Mijn goede vriend is er niet meer. ‘Ha lieve Broer, vertel het maar, wat is er met Schilder?’

Diezelfde middag nog ga ik kijken bij mijn oude vriend. Vredig ligt hij in zijn witte kist. Een flauwe glimlach speelt om zijn mond. ‘Haha, heb ik jullie mooi bij de neus gehad….’ Hij lijkt wel te ademen…

‘Goeie hemel, hij past er nauwelijks in, wat is hij toch groot,’ stamel ik, terwijl ik naar zijn tegen het hout gevlijde hoofd kijk. Zijn mooie dolfijnengezicht met dat geprononceerde voorhoofd en de diepliggende ogen helemaal rustig en vredig.

Ons aller Schilder is niet meer. Plotseling overleden aan de gevolgen van een slopende ziekte. Alleen wist niemand het. Hijzelf ook niet. Nou ja, of hij echt geen idee had is maar de vraag. Niet iedereen is in de wieg gelegd voor een lang ziekbed en eindeloze hopeloze behandelingen in het ziekenhuis. Sommigen sterven gewoon bij voorkeur in het harnas. Met een kwast in de hand in zijn geval.

’s Avonds lees ik op internet wat de media over hem hebben geschreven. Ik zie een hele leuke foto bij een artikel staan. Krijg nu wat: Die heb ik een paar jaar geleden gemaakt! Wat grappig.

Fiederelsje komt me troosten. We heffen het glas op Schilder en praten over zijn leven en werk. ‘Die enorme schilderijen uit zijn beginperiode vind ik toch zo mooi, die zou ik dolgraag om me heen hebben,’ mijn vriendin is een fan van zijn vroege werk. We moeten lachen, want het is zo goed als onmogelijk om zo’n enorm doek in een rijtjeshuis  op te hangen.

‘In die periode woonde hij boven dat restaurant op de hoek van de Singel en de Kaiserstraat. Een hokkerig huis, waar die doeken ook niet via het trapgat en door de deur naar buiten konden. Als hij exposeerde haalde hij het raam op de eerste etage er helemaal uit. Dat was de enige manier om zijn werk naar beneden te takelen….’

’s Avonds brand ik een kaarsje. Ik denk aan onze jarenlange vriendschap. De gouden jaren, onze gezamenlijke spirituele zoektocht. De eindeloze gesprekken, het plezier….. Zijn gulheid en positieve levensinstelling. Hoe gedreven hij altijd aan het werk was. Hoe hij medekunstenaars wist te inspireren.

‘Vorige week zondag wilde ik hem nog bellen na de retraite. Chris en ik gaan en Sangha opzetten voor kneuzen,’ Fiederelsje schiet in de lach, ‘het is een Geuzennaam, hoor,’ grijns ik, ‘Alle echte kneuzen zijn welkom. Maar toen bedacht ik me dat ik hem ooit meenam naar een film over Thich Nhat Hanh.’

‘Iemand vertelt in die documentaire dat Thay tijdens de bombardementen in Vietnam gewoon met de weeskinderen ging picknicken. Tussen de aanvallen door natuurlijk. Dat vond Schilder belachelijk. Te gek voor woorden. ‘ We grijnzen naar elkaar. Als Schilder iets in zijn kop had dan kreeg je dat er nooit meer uit!

‘Met Alex Orbito had hij een hele sterke band. Die kleine magische Filipijn, die met zijn blote handen spiritueel opereert, kon mijn vriend wel bekoren. De eerste keer dat hij met me mee ging mocht hij kijken hoe ik aan mijn rug werd geholpen. Ik trof hierna een bevende Schilder aan. Verbijsterd vertelde hij me dat hij mijn wervelkolom had gezien.   Met zijn eigen ogen. Klaarwakker en helemaal bij.’

‘Schilder zag mijn botten en bloedvaten, wit zenuwweefsel…. Alex Orbito haalde  vervolgens allemaal stinkende zwarte materie tussen mijn wervels vandaan en streek toen opnieuw over Heks’ rug en hopla. Al het vlees en vel sloot zich weer: Niets meer te zien, behalve een felle rode streep!’

De hele weg terug naar huis zat mijn vriend te lachen. Te schateren zelfs. ‘Mind over matter, jeetje Heks, wat geweldig.’ Een serie schilderijen volgde. Want alles wat hij meemaakte werd verwerkt in zijn kleurige kunst.

Ook de boeken van Drunvalo Melchizedek over Heilige Geometrie sloegen enorm aan bij deze begeisterde kunstenaar. Hij inspireerde me om ze ook te lezen en Heks sleepte hem vervolgens mee naar een seminar van deze leermeester. Zijn geliefde vrouw Fee ging ook mee. Met zijn drietjes hadden we een heerlijke tijd. En eenmaal weer thuis volgde er natuurlijk een geweldige serie doeken……

Ik denk aan die gelukkige jaren. Zijn Gouden Jaren. Toen hij samen was met Fee, zijn grote liefde. Hoe Schilder tijdens de eeuwwisseling een enorm vuurwerk organiseerde. In zijn mooie woning aan het Rapenburg danste Heks met een zestal prachtige dames, waaronder natuurlijk zijn eigen lief, door de kamer. Allemaal gekleed in een schitterende avondjurk.

Er was slechts één andere man aanwezig, het vriendje van één van de meiden, herinner ik me. Een geweldig foute Griek. Die keek zijn ogen uit. Wat was dit nu allemaal? Een Hollandse harem? Zo bont had zelfs hij het in zijn leven niet gemaakt. En dat vond hij beslist erg jammer zo te zien. Hoe kreeg die Schilder dat voor elkaar?

img_11741

Beneden in de gracht lag onze vuurwerkdeskundige vriend Lampie op een boot aan zijn voorgenomen show te sleutelen. ‘Ik heb van de gemeente Leiden toestemming om om 1 uur te gaan knallen. Leuk hè, dan is overal het vuurwerk voorbij en wij beginnen pas….’ Schilder had geweldig veel plezier in zijn initiatief!

De laatste jaren zagen we elkaar minder vaak. Eens in de zoveel tijd ging ik echter even bij hem buurten. En soms hing hij opeens aan de lijn. Een zeldzaamheid hoor, want Schilder was niet van de verplichte telefoontjes en bezoekjes. Behalve aan zijn moedertje, toen ze nog leefde. Iedereen kwam gewoon altijd naar hem toe!

De laatste keer dat ik bij hem was is ongeveer een maand geleden. Sinds hij zijn rug had gebroken was het leven moeilijk voor deze gedreven man. Hij kon als het ware zijn ei niet meer kwijt. En iets mankeren leidt per definitie tot veel eenzaamheid. Dat vergeten gezonde mensen nogal eens.

‘Als je ziek bent raak je uitgerangeerd. En dat is best moeilijk als je altijd midden in het leven hebt gestaan. Kijk, je kunt mij niet rekenen, ik sta al zeker dertig jaar ergens stationair op een rangeerterrein. Maar ik heb er zo’n gezellig plekje van gemaakt, dat ik toch nog mensen op bezoek krijg…’ zeg ik tegen Fiederelsje.

Niemand kon vermoeden, hoe ziek mijn goede vriend intussen al was. Gelukkig is een lang ziekbed hem bespaard gebleven.

‘Zullen we even samen eten, Heks? Zal ik een paar pizza’s laten komen?’ Vraag hij aan het eind van mijn bezoekje. Ik heb spijt dat ik niet een keertje flink heb gezondigd tegen mijn dieet. Maar ik ben die avond naar huis gegaan.

Lieve Schilder. We gaan je enorm missen. Man van kleur en schoonheid. Vriendelijke man. Met je open onderzoekende geest. Je intelligentie. Je heerlijke vermogen tot abstract denken. Je eigenwijsheid. Je stevige gebruiksaanwijzing! 🙂 Jij, die je zo graag omgaf met mooie vrouwen….  Maar voor wie er maar 1 vrouw echt telde! Jouw toverfee! Jij, van wie we houden. Die zoveel van ons allemaal hebt gehouden. We dragen je in ons hart. Goede reis, gekke dolfijn, oude vriend.

Nederlanders staan klaar op de Alpe d’Huez. Ze willen nu wel eens een landgenoot een etappe zien winnen. Kun je aankomen bij de hemelpoort als Tourwinnaar? Als je plezier in het fietsen hebt gehad wel natuurlijk. En daar hoef je niet eens voor te winnen! Heks bezoekt Schilder. Hij verwent me met kattenspulletjes en mooie verhalen! Willem kijkt ondeugend: ‘Stel je voor, je komt bij de hemelpoort en Petrus vraagt je wat je zoal in je leven hebt uitgevoerd…. En je moet antwoorden dat je financiële wanproducten hebt verkocht voor de Rabobank…… Verschrikkelijk natuurlijk!’ Heks ligt in een deuk. Ik zie het voor me. ‘Nou, dat kun je toch beter aankomen met mooie schilderijen!’

Prachtige expositie van de nieuwe schilderijen van Willem van Scheijndel in Galerie Frederiek van der Vlist te Leiden. Zijn werk is nog steeds zeer herkenbaar, maar heeft tevens een hele nieuwe dimensie gekregen! Heks kijkt haar ogen uit. heerlijke vermogen tot abstract denken eigenwijsheid

De seksuele opvoeding van jonge meisjes is heel moeilijk zolang het collectieve zelfrespect van vrouwen schipbreuk lijdt. Neem een voorbeeld aan het gedrag van een loopse teef: Bijt van je af….. MET PRACHTIGE FOTO’S VAN SCHILDERS MUZES!

No Coming, No Going

No coming, no going

No after, no before

I hold you close to me

I release you to be so free

Because I am in you and you are in me

Because I am in you and you are in me

Heks en Steenvrouw kleden kale kerstkalkoen aan met keur aan kleurige groenten. Zelf lopen we allemaal in het zwart: Hartstikke chic!

Tweede kerstdag slaap ik uit. Ik slenter een ochtendhondenronde door de stad en lunch met het restant haring van gisteren. Supersloom ben ik vandaag. En ik hoef ook hoegenaamd niets.

Dat is dan weer het voordeel van een jaartje kerst overslaan. Geen toestanden rondom het optuigen van de kerstboom. Geen metershoge stapels met lege dozen, geen emmers met takken, bloemen en bessen, geen heidense troep in de keuken. Nee. Serene rust all over the place.

 

Aan het eind van de middag ga ik met VikThor richting Leiden Zuid West. Ik fiets langs het Vlietkanaal en laat mijn hondje goed rennen. Het is ongelofelijk vies koud pisweer. Ik ben blij als ik de warme gezellige woonkeuken van Steenvrouw in schuif. Wat een verademing. En wat ruikt het hier lekker!

Mijn vriendin is al de gehele dag bezig met het braden van de kalkoen. Ieder half uur wordt het bakbeest besprenkeld met eigen vleessappen. ‘Wat een klus,’ verzucht Steenvrouw, ‘Het is echt heel veel werk lieve Heks. Kijk, ik heb het spek er afgehaald, zodat het velletje een mooi kleurtje kan krijgen….’

We inspecteren de kalkoen. De kernthermometer wordt in het borststuk gestoken. 67 graden. We rekenen uit of het de goede temperatuur is bij een kalkoen van deze grote en kwaliteit. ‘Ik zoek het nog een keertje op,’ Heks staat alweer op internet te neuzen, ‘Het is goed hoor, schat. Dit monster is ongetwijfeld helemaal gaar.’

Omdat de kalkoen er eng wittig blijft uitzien, ondanks de kerntemperatuur, gooien we de grill nog eventjes aan. En ja hoor, binnen een kwartier heeft Meneer de Kalkoenkoekepeer een fantastisch Goois oranjebruin kleurtje opgedaan. Koningsgezind bijkans……

Nu moet Heks nog eventjes in actie komen. Er moet nog een listige jus worden gebrouwen van alle vettigheid, vleessappen en het onderliggende groentegarnituur. Ik pak mijn roerzeef uit mijn tas. De zoon van Steenvrouw kijkt perplex naar het apparaat. ‘Ja jongen, jullie hebben mooie machines in jullie bouwbedrijf, maar wij huisvrouwen hebben ook zo onze speciale hulpmiddelen…..’

‘Huisvrouwen…’ sist Steenvrouw verontwaardigd, ‘Tsssss…..’ Ze wenst niet met dit vlijtig stofzuigende volkje vergeleken te worden. Ze is per slot van rekening beeldhouwster. Ze houdt zich bezig met hakken in plaats van naaien. Emmers worden door haar uitsluitend gebruikt om papier maché in te prepareren. Ramen zemen is volstrekt onbelangrijk. Haar heerlijke huishouden van Jan Steen rommelt ze er maar zo’n beetje bij…..

Als de jus klaar is roepen we alle kids aan tafel. We krijgen een fantastisch voorgerecht voorgeschoteld. Tonijnsalade met garnalen. ‘Voor jou hebben we avocado in plaats van brood, Heks,’ de dochter kijkt me stralend aan. Vanavond heeft iedereen echt rekening met me gehouden!

Ik kijk de tafel rond. Allemaal vrolijke gezichten. Iedereen is op zijn paasbest. Met kerst. Zelfs de zoon heeft een mooi colbert aangetrokken! Geweldig. We proosten op het mooie leven en vallen aan op het voorgerecht. Het is heerlijk!

De kalkoen steelt echter de show vandaag. Vol trots dient Steenvrouw het enorme stuk gevogelte op. We poseren samen naast de vrucht van onze arbeid. Hij ziet er goed uit, die kalkoen. Ook de groentes liggen naar ons te lonken. ‘Ik ben toch zo benieuwd naar die rode kool. Ongetwijfeld heeft dat nachtje marineren in cranberrysap goed uitgepakt. Maar ik wil het nu wel eens proeven…..’

kalkoentje11

Heks staat te popelen om een en ander in haar mond te stoppen. We zijn er ten slotte al een dag mee bezig. Na de verrukkelijke hoofdmaaltijd volgt nog een zalig toetje. Helaas mag ik niet proeven van de Tiramisu, maar er zijn ook nog eens stoofpeertjes op tafel gezet. Met een heerlijke stroperige saus.

Het traditionele kerstdiner is alweer ten einde. Steenvrouw ruimt als een haas de keuken op, jeetje wat is ze hard aan het werk vandaag. ‘Je mag me niet helpen, Heks, ga maar lekker tv kijken met zoonlief. Straks drinken we nog een kopje koffie.’ Dochter en haar vriendje zijn met VikThor aan het wandelen. Ze blijven lekker lang weg, dus het ventje komt goed aan zijn trekken.

 

Een uurtje later rijd ik met hond, fietskar en bakken vol restanten kerstdiner weer naar de binnenstad. De komende dagen ga ik aan de kalkoen, dat is wel duidelijk. Zielstevreden schuif ik alles in mijn koelkast.

Die avond val ik alweer voor de televisie in slaap. En opnieuw word ik pas midden in de nacht weer wakker. Gelukkig is het geen vijf uur in de morgen. En evenmin hoef ik nog te eten. Wel moet ik de volgende dag bijtijds op. Prikken halen bij mijn huisarts. Het gewone leven is weer begonnen.

 

 

 

Eindelijk is het dan drie uur! We kunnen gaan kijken of de aanloopkat in de Kooij mijn wegloopkat is. Is ze werkelijk in een rechte lijn via de Haarlemmerstraat de stad uit gevlucht? Het lijkt er wel op!

 

Deze foto kreeg ik toegestuurd per sms. Of dit Snuitje is? Nauwelijks te zien, maar onmiskenbaar!

Snuitje poster

Zaterdag 22 oktober krijg ik plotseling bericht dat mijn kat Snuitje bij een paar studenten in de woonkamer zit. Aanvankelijk geloof ik mijn oren niet. Tot nu toe zijn dergelijke berichten nergens op uitgedraaid. Ook is mijn schatje al vanaf 25 juli zoek. Erg lang voor een piepklein poesje op leeftijd. Het zal wel weer loos alarm zijn. Toch ga ik achter de tip aan. Natuurlijk. Je weet maar nooit.

Het is een rare dag, die zaterdag. Eerst haal ik een nat pak, omdat mijn pup in de gracht springt. Daarna moet ik me een ongeluk haasten om droog en wel om drie uur op de stoep te staan bij de studenten.

ENORM UITVERGROOT ZIE JE HET IETS BETER……

Ik stuur een berichtje aan Joy en Boy, mijn grote kattenvrienden. ‘Snuitje is waarschijnlijk terecht. Ik ga vanmiddag kijken of zij het is!’  Dit onvolprezen liefdespaar heeft me enorm geholpen met het zoeken naar Snuitje. Toen ik zelf te druk was met mijn stervende hondje bleef dit stel onverminderd actief speuren naar mijn weglopertje. Overal in de stad hingen zij posters op. Hele straten werden geflyerd…….Ze gluurden door ramen en luiken. Gingen achter elke tip aan…..

Om half drie staan ze voor mijn neus. Ze gaan natuurlijk met me mee! VikThor wordt in de fietskar geladen. Zijn oude behuizing, een katten vervoersmand hangt schoon aan mijn stuur. Daar kan Snuitertje straks in. Als ze het is…..

“Ik ben hartstikke zenuwachtig,’ verwoordt Joy mijn gevoel. We zijn al zo vaak teleurgesteld. Bovendien: Zo’n oud katje, zo lang van huis! Niet gewend aan het buitenleven. Als ze het is, hoe zal ze er aan toe zijn?

In colonne fietsen we de stad uit. Hobeldebobbel langs de Oude Vest richting Haven. Onder de Zijlpoort door over de Singel en in een rechte lijn de Lage Rijndijk op. Tot vlak voor de Spanjaardsbrug.

Hier moeten we zijn. Ergens in deze huizen zit een kat, die verdacht veel op de mijne lijkt. Ik bekijk de gevel. Het opgegeven adres is op de eerste verdieping. Het is tegen drieën. We bellen aan.

Er gebeurt helemaal niets. De deur gaat niet open. Het huis oogt uitgestorven.

Een buurman komt aangelopen. Een oudere jongere zo te zien met wortels in de gabber sien. Hij kent dat katje wel. ‘Ze loopt hier al maanden te miauwen. Je kunt haar heel gemakkelijk over haar buikje aaien, ze gaat er helemaal voor liggen. Die student ligt vast nog in zijn bed…….’

Eindelijk thuis en dan is er die vreemde hond! En waar is Ysbrandt eigenlijk!?

Een buurvrouw voegt zich bij ons. Een vrijgezelle tante met haar op bovenlip en tanden. Ze sjouwt een grote tas boodschappen naar binnen. ‘Ja, die kat is duidelijk verdwaald. Ik heb de dierenambulance een keer gebeld. Maar die zijn niet geweest……’

Wat een verhalen toch weer. Maandenlang miauwen in een paar ienieminituintjes! Hoe is het nu mogelijk dat niemand die kat gewoon een keertje bij het asiel op een chip heeft laten checken? Of eventje heeft gekeken op de site van Amivedi of Mijn dier is zoek? Daar stond mijn schatje levensgroot als vermist geregistreerd. Met een goed lijkende foto!

‘Ik ga toch eventjes aan de achterkant kijken of ik dat gevonden katje in een tuin zie zitten. Of op het balkon bij die studenten…..’ zegt mijn vriendin. Samen met haar liefje spoeden ze zich achterom een brandgang in. Ik blijf verwoed naar de gesloten voordeur staren.

Mijn magische blik lijkt te werken, want plotseling zwaait de deur open. Een frisgewassen jongeman lacht me vriendelijk toe. ‘U bent de dame van de kat. Nou, ik hoop dat het Snuitje is, want ze moet echt  hoognodig naar haar eigen huis. Ze kan helemaal niet overweg met mijn eigen kat. Die zit uit frustratie op het balkon!’

Joy

Ik snel achter hem aan de trap op. Waarschijnlijk brabbel ik iets terug, maar ik zou niet weten wat precies. Ik wil alleen maar naar mijn kat. Als het haar is. Nu. Eindelijk!

Bovenaan de trap is een halletje. En daar komt me een piepklein poesje tegemoet lopen. Ongeveer de helft van Snuitje. Maar het is Snuitje! Echt waar. Er is alleen niet zoveel van haar over…..

Ik pak haar verrukt op, geef haar een knuffel en probeer haar in de vervoersmand te stoppen. Intussen zijn Joy en Boy ook boven gekomen. Hun teleurstelling dat de Cyperse kat op het balkon van de studenten Snuitje niet is, dat het dus weer loos alarm is, maakt plaats voor vreugde. Mijn net hervonden kat ontsnapt in de consternatie en ik moet flink achter haar aan om haar weer te pakken te krijgen.

Ondankbare monsters zijn het toch. Katten. Zo ook deze: Helemaal niet blij om me te zien. Totaal niet geïnteresseerd om naar huis te gaan……

Niet veel later fietst de karavaan weer richting binnenstad. Joy haalt onderweg een taartje voor de heren studenten en voegt zich later weer bij ons. Thuisgekomen komt dochter Pippi direct kijken. Hoera! Moeders is weer terug. Liefdevol geeft ze haar kopjes en likjes. De rest van de katten volgt. Om de beurt koekeloeren ze naar dit magere scharminkeltje. Natuurlijk herkennen ze haar. Maar ze vinden het toch raar. Echt waar.

Het heeft heel wat voeten in de aarde om mijn ouwetje er weer bovenop te krijgen. Een infuus bij de dierenarts. Speciale verrijkte voeding, want ze is eenderde van haar gewicht kwijt. Heel veel rust en speciale aandacht…….

‘Ik voer haar met een theelepeltje. Dat vindt ze fijn. De eerste dagen kreeg ik er bijna niets in. Haar darmpjes lagen helemaal stil. Er zaten een paar keiharde versteende keuteltjes in. Gelukkig is de boel nu weer op gang gekomen. Maar we zijn er nog niet. Ze is nog helemaal niet de oude,’ vertel ik Steenvrouw, als ze bij Snuitje komt kijken.

Ook Trui brengt een bezoekje. Ze was tenslotte bij de geboorte van mijn ouwe kattekop. Haar kat Loetje is namelijk de moeder van Snuit.

En gaat ze het redden? Komt ze er bovenop?

Volgens de dierenarts is ze zo gezond als een vis. Geen gekke dingen. Alleen volledig uitgedroogd en ondervoed…..

Boy

Gek toch dat mensen mijn moeilijk benaderbare panter altijd eten willen geven, terwijl hij er gezond en doorvoed uitziet. Moeiteloos scoort hij muizen en andere kleine beestjes als lunch en tussendoortje. Toch was er laatst weer een buurvrouw die hem zonder zich af te vragen of het beest daadwerkelijk een zwerver is in de kost heeft genomen. Ik heb haar moeten bezweren om ermee op te houden. Op straffe van een bezoek van de wijkagent!

Maar mijn zeer toegankelijke binnenkat Snuitje, oud en uitgemergeld, niet gewend op muizen en vogels te jagen, volledig ondervoed en uitgedroogd…. Geen mens die op het idee kwam om haar te helpen. Maandenlang moest ze zich maar zien te redden. Haar scharminkelige lijfje getuigt hiervan.

Uiteindelijk heeft ze zich permanent toegang verschaft tot het huis van de studenten. Pas zeer recent. En die hebben toen bij toeval een poster zien hangen in de stad. Opgehangen door mijn vrienden. In hun eindeloze ijver om Snuitje thuis te brengen.

Deze week zit ik in de keuken met al mijn katten. Zelfs de panter is van de partij. VikThor stuitert er vrolijk tussendoor. Ik voel Ysbrandts geestige snuit duwen tegen mijn kuiten…… Eindelijk voelt het weer compleet hier in Huize Heks!

en een hele blije Heks


 

 

 

Minivakantie in bont gezelschap op prachtige locatie. Oude school bewijst goede dienst als modern vakantiehuis: Het leven een leerschool? Nu even niet!

 

drenthe01

Woensdagmorgen om een uurtje of tien staat Frogs op de stoep. We gaan een paar dagen op vakantie. Kras heeft een huis gehuurd in Drenthe en haar hele vriendenkring uitgenodigd. Wie kan komen komt. Supergezellig natuurlijk.

Heks is net een beetje bijgetrokken van haar retraite. Ik heb nog niet eens al mijn vakantiespulletjes opgeruimd of ik sta alweer in te pakken. Gelukkig ga ik niet kramperen deze keer. Dat scheelt enorm in de mee te sjouwen troep.

Ik zoek me een ongeluk naar mijn koffer. Het onding is verdwenen. Wat vreemd, ik had em toch in de berging gezet? Staat hij dan nog in de gang? Of op mijn werkkamer? Nee, het valies is nergens te vinden. Bizar.

Zoals altijd als ik iets niet kan vinden denk ik dat het gestolen is. Een hardnekkig fenomeen sinds mijn stelende thuiszorg jaren geleden. Die gemene griezelige narcistische Indiase vrouw met haar grote brutale mond vol gouden tanden, haar pad-achtige kleine dikke volgepropte lijf behangen met goud en haar stem als een cirkelzaag heeft me echt een trauma bezorgd. Mijn onbevangenheid als ik iets niet kan vinden is voorgoed naar z’n gallemiezen.

Nu verdwijnen er nog steeds zo nu en  dan spulletjes uit mijn huis. In Plumvillage koop ik bijvoorbeeld als eerste een nieuwe wandel-bel om mijn zoekgeraakte bel te vervangen. Een paar jaar geleden liet ik dit vernuftige wonder der techniek enthousiast aan een destijds graag geziene gast zien en dat is de laatste keer geweest dat ik de bel zelf gezien heb. Weg! Verschwunden….. Nooit meer teruggevonden……

Ook die gast laat zich overigens niet meer zien in Huize Heks, maar dat kan natuurlijk toeval zijn: Meestal komen mijn spulletjes na een tijd gewoon weer tevoorschijn uit de in mijn huis heersende troep.

Heks heeft natuurlijk gewoon teveel spullen. En als een slak sjouw ik mijn huisraad ook nog eens achter me aan. Gemiddeld loop ik wel een uur per dag naar iets te zoeken: Als je niets hebt raak je ook niets kwijt. Een kopzorg minder…..

Frogs gooit alle bagage in zijn bolide en een uurtje later zijn we op weg. Eerst Ysbrandt eventjes ergens lanceren natuurlijk. Het monster mag ook mee. ‘Wie komen er eigenlijk nog meer?’ vraagt mijn kikkervriend. Geen idee. Het is een grote verrassing.

Mijn vriend zit aan het stuur en ik vlecht met kleurige linten een pak lavendel tot mooie flesjes. Het is een behoorlijk end rijden. Pas in de loop van de middag zijn we ter plekke.

Kras heeft een oude school gehuurd blijkt. Het is een prachtig gebouw, smaakvol verbouwd en ingericht. Beneden is een enorme ruimte met hoge ramen, een open haard en een ruime keuken. Er brandt een lekker vuurtje in de haard. Mooi zo. Het is er echt weer voor!

De gigantische huiskamer is gevuld met gekrijs van kinderen en geblaf van honden: Onze nieuwe huisgenoten. We laten het over ons heenkomen. Iemand geeft ons koffie en we eten een boterham. Langzamerhand landen we een beetje in dit paradijselijke oord.

’s Avonds zitten we met alle gasten rond de ellenlange tafel. Er is heerlijk gekookt door deze en gene: Dat regelt zich allemaal vanzelf blijkt.

Genoeglijk zitten we later bij elkaar. Iedereen doet maar zo’n beetje waar ie zin in heeft. Af en toe verdwijnen we naar buiten met de hondjes. De omgeving is schitterend mooi. We drinken het landschap in….

Een paar heerlijke dagen slaan we zo stuk met elkaar. Het bonte gezelschap smeedt zich aaneen tot een internationale familie. Niets hoeft, alles mag.

‘Dank je wel, Kras, voor dit geweldige initiatief,’ als we weer thuis zijn bedank ik mijn vriendin, ‘Je hebt zo’n fantastische ruimte geschapen om bij elkaar te zijn. We hebben het heerlijk gehad.’

Intussen heb ik ook als mosterd na de maaltijd mijn koffer weer teruggevonden in de berging. Helemaal niet uit de gang gestolen dus! Wel ben ik intussen mijn goeie bril kwijt. Hij zat niet in de brillenkoker. Al een week zoek ik me een ongeluk, hetgeen niet meevalt zonder bril. Zou ‘ie soms gestolen zijn? Wat denk je?